20.5.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 172/3


Beschikking van het Hof (Vierde kamer) van 14 februari 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing i ngedienddoor de Tribunale amministrativo regionale per il Piemonte — Italië)— Cooperativa Animazione Valdocco S.C.S. Impresa Sociale Onlus/ConsorzioIntercomunale Servizi Sociali di Pinerolo, Azienda Sanitaria LocaleTo3 di Collegno e Pinerolo

(Zaak C-54/18) (1)

(Prejudiciële verwijzing - Overheidsopdrachten - Beroepsprocedures - Richtlijn 89/665/EEG - Artikelen 1 en 2 quater - Beroep tegen de besluiten om inschrijvers toe te laten ofuit te sluiten - Beroepstermijnen - Vervaltermijn van 30 dagen - Nationale regeling die de mogelijkheid uitsluit om de onrechtmatigheidaan te voeren van een besluit tot toelating in het kader van een beroeptegen latere handelingen - Handvest van de grondrechten van de Europese Unie - Artikel 47 - Recht op effectieve rechterlijke bescherming)

(2019/C 172/03)

Procestaal: Italiaans

Verwijzende rechter

Tribunale Amministrativo Regionale per il Piemonte

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Cooperativa AnimazioneValdocco S.C.S. Impresa Sociale Onlus

Verwerende partijen: Consorzio IntercomunaleServizi Sociali di Pinerolo, Azienda Sanitaria Locale To3 di Collegnoe Pinerolo

in tegenwoordigheid van: Ati Cilte Soc.coop. soc., Coesa Pinerolo Soc. coop. soc. arl, La Dua Valadda Soc.coop. soc., Consorzio di Cooperative Sociali il Deltaplano Soc. coop.soc., La Fonte Soc. coop. soc. Onlus, Società Italiana degli AvvocatiAmministrativisti (SIAA), Associazione Amministrativisti.it, Cameradegli Avvocati Amministrativisti

Dictum

1)

Richtlijn 89/665/EEG van de Raad van 21december 1989 houdende de coördinatie van de wettelijke enbestuursrechtelijke bepalingen betreffende de toepassing van de beroepsproceduresinzake het plaatsen van overheidsopdrachten voor leveringen en voorde uitvoering van werken, zoals gewijzigd bij richtlijn 2014/23/EUvan het Europees Parlement en de Raad van 26februari 2014, en met name de artikelen 1 en 2 quater ervan,gelezen in het licht van artikel 47 van het Handvest van de grondrechtenvan de Europese Unie, moet aldus worden uitgelegd dat zij niet inde weg staat aan een nationale regeling zoals die welke in het hoofdgedingaan de orde is, waarin is bepaald dat beroep tegen besluiten van aanbestedendediensten om deelname aan gunningsprocedures toe te laten of uit tesluiten, op straffe van verval moet worden ingesteld binnen een termijnvan 30 dagen vanaf de kennisgeving van die besluiten aan de betrokkenen,op voorwaarde dat de aldus meegedeelde besluiten een beschrijvingvan de relevante redenen bevatten waarmee wordt gewaarborgd dat diebetrokkenen kennis hadden of hadden kunnen hebben van de inbreuk ophet Unierecht die zij aanvoeren.

2)

Richtlijn 89/665, zoals gewijzigd bij richtlijn 2014/23, en metname de artikelen 1 en 2 quater, gelezen in het licht van artikel47 van het Handvest, moet aldus worden uitgelegd dat zij niet in deweg staat aan een nationale regeling zoals die welke in het hoofdgedingaan de orde is, waarin is bepaald dat betrokkenen, bij ontstentenisvan een beroep tegen besluiten van aanbestedende diensten tot toelatingvan inschrijvers tot gunningsprocedures voor overheidsopdrachten binneneen vervaltermijn van 30 dagen na de kennisgeving ervan, niet langerde mogelijkheid hebben om de onrechtmatigheid van die besluiten aante voeren in het kader van beroepen die zijn gericht tegen laterehandelingen, en in het bijzonder tegen gunningsbesluiten, op voorwaardedat een dergelijk verval slechts kan worden tegengeworpen aan betrokkenendie, door die kennisgeving, kennis hadden of hadden kunnen hebbenvan de onrechtmatigheid die zij aanvoeren.


(1)  PB C 142 van23.4.2018.