29.7.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 255/9


Arrest van het Hof (Grote kamer) van 14 mei 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Audiencia Nacional — Spanje) — Federación de Servicios de Comisiones Obreras (CCOO)/Deutsche Bank SAE

(Zaak C-55/18) (1)

(Prejudiciële verwijzing - Sociale politiek - Bescherming van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers - Organisatie van de arbeidstijd - Artikel 31, lid 2, van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie - Richtlijn 2003/88/EG - Artikelen 3 en 5 - Dagelijks en wekelijkse rusttijd - Artikel 6 - Maximale wekelijkse arbeidstijd - Richtlijn 89/391/EEG - Veiligheid en gezondheid van de werknemers op het werk - Verplichting om een systeem op te zetten waarmee de dagelijkse arbeidstijd van iedere werknemer wordt geregistreerd)

(2019/C 255/11)

Procestaal: Spaans

Verwijzende rechter

Audiencia Nacional

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Federación de Servicios de Comisiones Obreras (CCOO)

Verwerende partij: Deutsche Bank SAE

in tegenwoordigheid van: Federación Estatal de Servicios de la Unión General de Trabajadores (FES-UGT), Confederación General del Trabajo (CGT), Confederación Solidaridad de Trabajadores Vascos (ELA) en Confederación Intersindical Galega (CIG)

Dictum

De artikelen 3, 5 en 6 van richtlijn 2003/88/EG van het Europees Parlement en de Raad van 4 november 2003 betreffende een aantal aspecten van de organisatie van de arbeidstijd, gelezen in het licht van artikel 31, lid 2, van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie en artikel 4, lid 1, artikel 11, lid 3, en artikel 16, lid 3, van richtlijn 89/391/EEG van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk, moeten aldus worden uitgelegd dat zij in de weg staan aan een regeling van een lidstaat die volgens de daaraan in de nationale rechtspraak gegeven uitlegging werkgevers niet verplicht om een systeem op te zetten waarmee de dagelijkse arbeidstijd van iedere werknemer wordt geregistreerd.


(1)  PB C 152 van 30.4.2018.