6.11.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 374/46


Beroep ingesteld op 14 september 2017 — Taminco en Arysta LifeScience Great Britain/EFSA

(Zaak T-621/17)

(2017/C 374/69)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partijen: Taminco BVBA (Gent, België), Arysta LifeScience Great Britain Ltd (Edinburgh, Verenigd Koninkrijk) (vertegenwoordigers: C. Mereu en M. Grunchard, advocaten)

Verwerende partij: Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA)

Conclusies

het aan verzoeksters op 20 juli 2017 betekende besluit van de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid van 18 juli 2007 inzake de beoordeling van het verzoek tot vertrouwelijke behandeling van de aanvraag tot verlenging van de goedkeuringsprocedure voor Thiram als werkzame stof, nietig verklaren;

verweerster verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van hun beroep voeren verzoeksters vier middelen aan.

1.

Eerste middel: ontbreken van een rechtsgrondslag voor openbaarmaking

Verzoeksters voeren aan dat de openbaarmaking blijk geeft van bevoegdheidsoverschrijding omdat verweerster geen rechtsgrondslag kan inroepen ter rechtvaardiging van de openbaarmaking, noch op grond van verordening nr. 1107/2009, noch op grond van verordening nr. 178/2002 of uitvoeringsverordening nr. 844/2012 van de Commissie.

2.

Tweede middel: de door verweerster voorgestelde indeling van Thiram geeft blijk van bevoegdheidsoverschrijding aangezien overeenkomstig verordening nr. 1272/2008 het Europees Agentschap voor chemische stoffen de enige autoriteit is die wettelijk bevoegd is voor de indeling of herindeling van stoffen, en verweerster daar niet voor bevoegd is.

3.

Derde middel: verweerster heeft fundamentele rechten van verweer geschonden door verzoeksters niet ten volle, naar behoren en daadwerkelijk in de gelegenheid te stellen opmerkingen te formuleren over een voorgestelde herindeling van de stof.

4.

Vierde middel: verweerster heeft artikel 63 van verordening nr. 1107/2009 geschonden door te besluiten de informatie te openbaar te maken waarvan verzoeksters geheimhouding hadden gevraagd en die hun commerciële belangen zou kunnen schaden.