18.9.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 309/19


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunale Amministrativo Regionale per la Lombardia (Italië) op 10 mei 2017 — Sol Gas Primari Srl/Autorità per l’energia elettrica e per il gas e il sistema idrico

(Zaak C-273/17)

(2017/C 309/25)

Procestaal: Italiaans

Verwijzende rechter

Tribunale Amministrativo Regionale per la Lombardia

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Sol Gas Primari Srl

Verwerende partij: Autorità per l’energia elettrica e per il gas e il sistema idrico

Prejudiciële vragen

1)

Moeten de bepalingen van richtlijn 2009/72/EG (1), en inzonderheid artikel 3, leden 5 en 6, en artikel 28, aldus worden uitgelegd dat een door een particulier opgezet en beheerd elektriciteitssysteem waarop een beperkt aantal productie- en verbruikseenheden is aangesloten en dat op zijn beurt op een openbaar elektriciteitsnet is aangesloten, altijd als een elektriciteitsnet, en dus een „distributiesysteem” in de zin van deze richtlijn moet worden aangemerkt, en particuliere systemen met dergelijke kenmerken die van vóór de inwerkingtreding van de richtlijn dateren en oorspronkelijk voor eigen productie zijn gecreëerd, niet van deze classificatie kunnen worden uitgesloten?

2)

Indien de vorige vraag bevestigend wordt beantwoord, kunnen volgens de richtlijn dan de bijzondere kenmerken van een particulier elektriciteitsnet uitsluitend worden benut, door dit net tot de categorie gesloten distributiesystemen als bedoeld in artikel 28 van deze richtlijn te rekenen, of mag de nationale wetgever nog een andere categorie distributiesystemen vaststellen waarop een vereenvoudigde regeling van toepassing is die afwijkt van de op gesloten distributiesystemen toepasselijke regeling?

3)

Los van het antwoord op de vorige vragen, moet de richtlijn aldus worden uitgelegd dat gesloten distributiesystemen als bedoeld in artikel 28 in elk geval een aansluitverplichting jegens derden hebben?

4)

Los van het antwoord op de vorige vragen, indien een particulier elektriciteitsnet als een gesloten distributiesysteem in de zin van artikel 28 van richtlijn 2009/72/EG wordt aangemerkt, mag de nationale wetgever dan voor een dergelijk systeem uitsluitend voorzien in de afwijkingen van de algemene regeling inzake de distributiesystemen die uitdrukkelijk zijn genoemd in artikel 28 en artikel 26, lid 4, van deze richtlijn, of heeft de lidstaat, in het licht van de overwegingen 29 en 30 van de richtlijn, de mogelijkheid dan wel de verplichting om verdere uitzonderingen op de algemene toepassing van de regeling van distributiesystemen vast te stellen om te garanderen dat de in die overwegingen genoemde doelstellingen worden nagestreefd?

5)

Indien het Hof het mogelijk of nodig acht dat een lidstaat een regeling vaststelt die rekening houdt met de bijzondere kenmerken van gesloten distributiesystemen, staan dan de bepalingen van richtlijn 2009/72/EG, en met name de overwegingen 29 en 30, artikel 15, lid 7, artikel 37, lid 6, onder b), en artikel 26, lid 4, ervan, in de weg aan een nationale regeling als in de onderhavige zaak aan de orde is, volgens welke op gesloten distributiesystemen een regeling inzake inschakeling en ontvlechting van toepassing is die volledig analoog is aan de op openbare elektriciteitsnetten toepasselijke regeling, en die ten aanzien van stroominfrastructuurkosten bepaalt dat de hoogte van die kosten deels ook wordt bepaald door de binnen het gesloten systeem verbruikte elektriciteit?


(1)  Richtlijn 2009/72/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit en tot intrekking van richtlijn 2003/54/EG (PB L 211, blz. 55).