21.1.2019   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 25/10


Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 22 november 2018 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Conseil d’État — Frankrijk) — Sofina SA, Rebelco SA, Sidro SA / Ministre de l’Action et des Comptes publics

(Zaak C-575/17) (1)

((Prejudiciële verwijzing - Vrij verkeer van kapitaal - Bronbelasting over het brutobedrag van dividenden van nationale oorsprong die worden uitgekeerd aan niet-ingezeten vennootschappen - Uitstel van de belastingheffing over aan een ingezeten vennootschap uitgekeerde dividenden in geval van een verlieslatend boekjaar - Verschil in behandeling - Rechtvaardiging - Vergelijkbaarheid - Evenwichtige verdeling van de heffingsbevoegdheid tussen de lidstaten - Doeltreffende invordering van de belasting - Evenredigheid - Discriminatie))

(2019/C 25/11)

Procestaal: Frans

Verwijzende rechter

Conseil d’État

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partijen: Sofina SA, Rebelco SA, Sidro SA

Verwerende partij: Ministre de l’Action et des Comptes publics

Dictum

De artikelen 63 en 65 VWEU moeten aldus worden uitgelegd dat zij zich verzetten tegen een regeling van een lidstaat, als die welke in het hoofdgeding aan de orde is, krachtens welke over dividenden die worden uitgekeerd door een ingezeten vennootschap een bronbelasting wordt geheven wanneer zij worden ontvangen door een niet-ingezeten vennootschap, terwijl dividenden die worden ontvangen door een ingezeten vennootschap volgens de gemeenrechtelijke bepalingen inzake vennootschapsbelasting aan het einde van het boekjaar waarin zij zijn ontvangen enkel worden belast op voorwaarde dat de ingezeten vennootschap in dat boekjaar winstgevend is geweest, waarbij die belastingheffing in voorkomend geval nooit plaatsvindt indien die vennootschap haar activiteiten beëindigt zonder dat zij na ontvangst van die dividenden een positief resultaat heeft geboekt.


(1)  PB C 437 van 18.12.2017.