Beschikking van het Gerecht (Derde kamer) van 23 januari 2018 –
Campailla/Europese Unie

(Zaak T‑759/16)

„Beroep tot schadevergoeding – Institutioneel recht – Aansprakelijkheid van de Europese Unie – Uitspraken van het Gerecht en van het Hof – Door het Gerecht niet-ontvankelijk verklaard beroep – Wegens het ontbreken van vertegenwoordiging niet-ontvankelijk verklaarde hogere voorziening – Kennelijk niet-ontvankelijk beroep”

1. 

Gerechtelijke procedure–Inleidend verzoekschrift–Vormvereisten–Vaststelling van het voorwerp van het geschil–Summiere uiteenzetting van de aangevoerde middelen–Verzoek tot herstel van de door een instelling van de Unie veroorzaakte schade–Verzoek tot schadevergoeding zonder nadere precisering–Niet-ontvankelijkheid

[Statuut van het Hof van Justitie, art. 21, eerste alinea, en 53, eerste alinea; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 76, d)]

(zie punten 23‑25, 28)

2. 

Gerechtelijke procedure–Inleidend verzoekschrift–Vormvereisten–Summiere uiteenzetting van de aangevoerde middelen–Middelen rechtens niet uiteengezet in het verzoekschrift–Algemene verwijzing naar de bijlagen–Niet-ontvankelijkheid

[Statuut van het Hof van Justitie, art. 21, eerste alinea, en 53, eerste alinea; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 76, d)]

(zie punt 30)

3. 

Niet-contractuele aansprakelijkheid–Voorwaarden–Onrechtmatigheid–Voldoende gekwalificeerde schending van het Unierecht–Schending door de Unierechter in het kader van een beslissing die het voorwerp van een hogere voorziening kan vormen–Daarvan uitgesloten–Uitzondering–Bestaan van een zeer gebrekkig functionerende rechtsgang

(Art. 340, tweede alinea, VWEU)

(zie punt 33)

4. 

Hogere voorziening–Ontvankelijkheid–Bewijs van ontvangst door de griffie van het Hof–Handeling die geen beslissing omtrent de ontvankelijkheid vormt

(Statuut van het Hof van Justitie, art. 56)

(zie punt 34)

5. 

Hogere voorziening–Ontvankelijkheid–Instelling van een hogere voorziening met formele onregelmatigheden–Verplichting voor de griffie van het Hof om de rekwirant te verwittigen–Geen

(zie punt 36)

Voorwerp

Verzoek krachtens artikel 268 VWEU tot vergoeding van de schade die de verzoeker stelt te hebben geleden door de beschikking van 6 oktober 2011, Campailla/Commissie (C‑265/11 P, niet gepubliceerd, EU:C:2011:644)

Dictum

1) 

Het beroep wordt verworpen.

2) 

Massimo Campailla zal zijn eigen kosten dragen en die van de Europese Unie, vertegenwoordigd door het Hof van Justitie van de Europese Unie.