5.9.2016 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 326/9 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Rechtbank Noord-Nederland, zittingsplaats Groningen (Nederland) op 27 mei 2016 — Bas Jacob Adriaan Krijgsman tegen Surinaamse Luchtvaart Maatschappij NV
(Zaak C-302/16)
(2016/C 326/18)
Procestaal: Nederlands
Verwijzende rechter
Rechtbank Noord-Nederland, zittingsplaats Groningen
Partijen in het hoofdgeding
Verzoeker: Bas Jacob Adriaan Krijgsman
Verweerster: Surinaamse Luchtvaart Maatschappij NV
Prejudiciële vragen
Welke (formele en materiële) eisen moeten worden gesteld aan de uitvoering van de mededelingsplicht als bedoeld in artikel 5, lid 1, onderdeel c, van verordening 261/2004 (1), indien de vervoersovereenkomst tot stand is gekomen via een reisagent ofwel de boeking is gedaan via een website?
(1) Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van verordening (EEG) nr. 295/91 (PB 2004, L 46, blz. 1).