Beschikking van de president van het Gerecht van 6 mei 2015 – Deza/ECHA

(Zaak T‑115/15 R)

„Kort geding — REACH — Plaatsing van de chemische stof bis(2-ethylhexyl)ftalaat (DEHP) op de lijst van ‚in aanmerking komende stoffen’ — Verzoek tot opschorting van de tenuitvoerlegging — Geen spoedeisendheid”

1. 

Kort geding — Opschorting van tenuitvoerlegging — Voorlopige maatregelen — Voorwaarden voor toekenning — Fumus boni juris — Spoedeisendheid — Ernstige en onherstelbare schade — Cumulatieve voorwaarden — Afweging van alle betrokken belangen — Beoordelingsvrijheid van de rechter in kort geding (Art. 256, lid 1, VWEU, 278 VWEU en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punten 16‑18)

2. 

Kort geding — Opschorting van tenuitvoerlegging — Voorlopige maatregelen — Voorwaarden voor toekenning — Spoedeisendheid — Ernstige en onherstelbare schade — Zuiver hypothetische schade, gebaseerd op toekomstige en onzekere gebeurtenissen — Ontoereikend ter rechtvaardiging van spoedeisendheid (Art. 278 VWEU en 279 VWEU) (cf. punten 29, 30, 34)

3. 

Kort geding — Opschorting van tenuitvoerlegging — Voorlopige maatregelen — Voorwaarden voor toekenning — Spoedeisendheid — Ernstige en onherstelbare schade — Bewijslast — Ernstige en onherstelbare schade voor verzoeker — Afbreuk aan een eigen belang van verzoeker (Art. 278 VWEU en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punt 38)

4. 

Kort geding — Opschorting van tenuitvoerlegging — Voorlopige maatregelen — Voorwaarden voor toekenning — Ernstige en onherstelbare schade — Bewijslast rusten op de partij die om de voorlopige maatregel verzoekt — Gevaar voor aantasting van de fundamentele rechten alsmede het rechtszekerheidsbeginsel, het beginsel van voorzienbaarheid van het Unierecht en het vertrouwensbeginsel — Gevaar dat op zich geen ernstige schade vormt (Art. 278 VWEU en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punten 39, 40)

5. 

Kort geding — Opschorting van tenuitvoerlegging — Voorlopige maatregelen — Voorwaarden voor toekenning — Spoedeisendheid — Ernstige en onherstelbare schade — Bewijslast — Financiële schade — Verplichting om concrete en nauwkeurige aanwijzingen te verstrekken, gestaafd door gedetailleerde documenten — Situatie waarin het voortbestaan van de verzoekende vennootschap in gevaar komt of haar marktpositie onherstelbaar wordt gewijzigd — Beoordeling met inachtneming van de situatie van de groep waartoe zij behoort (Art. 278 VWEU en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punten 42‑44, 47)

6. 

Kort geding — Opschorting van tenuitvoerlegging — Voorwaarden voor toekenning — Ernstige en onherstelbare schade — Financiële schade — Schade die achteraf kan worden vergoed of waarvoor beroep tot schadevergoeding kan worden ingesteld — Schade die niet als onherstelbaar kan worden aangemerkt (Art. 268 VWEU, 278 VWEU en 340 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punt 49)

Voorwerp

Verzoek tot opschorting van de tenuitvoerlegging van besluit ED/108/2014 van de uitvoerend directeur van ECHA van 12 december 2014, dat onder meer strekt tot actualisering per 17 december 2014 van de bestaande vermelding voor de chemische stof bis(2-ethylhexyl)ftalaat (DEHP) in de lijst van stoffen die in aanmerking komen om uiteindelijk te worden opgenomen in bijlage XIV bij verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH), tot oprichting van een Europees Agentschap voor chemische stoffen, houdende wijziging van richtlijn 1999/45/EG en houdende intrekking van verordening (EEG) nr. 793/93 van de Raad en verordening (EG) nr. 1488/94 van de Commissie alsmede richtlijn 76/769/EEG van de Raad en de richtlijnen 91/155/EEG, 93/67/EEG, 93/105/EG en 2000/21/EG van de Commissie (gerectificeerde versie PB 2007, L 136, blz. 3), zoals gewijzigd

Dictum

1) 

Het verzoek in kort geding wordt afgewezen.

2) 

De beslissing omtrent de kosten wordt aangehouden.