13.7.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 228/15


Beroep ingesteld op 12 februari 2015 — NK Rosneft e.a./Raad

(Zaak T-69/15)

(2015/C 228/18)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partijen: NK Rosneft OAO (Moskou, Rusland); RN-Shelf-Arctic OOO (Moskou); RN-Shelf-Dalniy Vostok ZAO (Yuzhniy Sakhalin, Rusland); RN-Exploration OOO (Moskou), en Tagulskoe OOO (Krasnoyarsk, Rusland) (vertegenwoordiger: T. Beazley, QC)

Verwerende partij: Raad van de Europese Unie

Conclusies

artikel 1, lid 1, van besluit 2014/872/GBVB van de Raad van 4 december 2014 („tweede wijzigingsbesluit”) tot wijziging van besluit 2014/512/GBVB betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren en besluit 2014/659/GBVB tot wijziging van besluit 2014/512/GBVB (1), nietig verklaren;

artikel 1, leden 3 tot en met 8, van verordening (EU) nr. 1290/2014 van de Raad van 4 december 2014 („tweede wijzigingsverordening”) tot wijziging van verordening (EU) nr. 833/2014 betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van de acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren, en tot wijziging van verordening (EU) nr. 960/2014 tot wijziging van verordening (EU) nr. 833/2014 (2), nietig verklaren;

verder of subsidiair, besluit 2014/872/GBVB van de Raad en verordening (EU) nr. 1290/2014 van de Raad nietig verklaren voor zover zij op de verzoekende partijen van toepassing zijn, en

de Raad verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van hun beroep voeren de verzoekende partijen negen middelen aan. Met deze middelen stellen verzoekende partijen dat de Raad niet bevoegd was om de tweede wijzigingsmaatregelen vast te stellen, of dat hij, wanneer hij toch bevoegd zou zijn geweest, deze maatregelen niet rechtsgeldig kon vaststellen.

1.

Eerste middel: de tweede wijzigingsmaatregelen zijn niet voldoende gemotiveerd om de rechtmatigheid ervan te kunnen toetsen, en zij maken inbreuk op de rechten van verdediging en het recht op effectieve rechterlijke bescherming van de verzoekende partijen.

2.

Tweede middel: het doel van de tweede wijzigingsmaatregelen is geen legitiem doel van het GBVB.

3.

Derde middel: de tweede wijzigingsmaatregelen zijn in strijd met de internationaalrechtelijke verplichtingen van de Unie op grond van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst met Rusland en/of de Algemene overeenkomst inzake handel en tarieven.

4.

Vierde middel: uit de tweede wijzigingsverordening blijkt geen rationele samenhang tussen de doelen van het besluit en de middelen om deze te bereiken.

5.

Vijfde middel: de tweede wijzigingsverordening geeft op wezenlijke punten niet naar behoren uitvoering aan de bepalingen van het besluit.

6.

Zesde middel: de tweede wijzigingsmaatregelen zijn in strijd met het beginsel van gelijke behandeling en het verbod van willekeur.

7.

Zevende middel: de tweede wijzigingsmaatregelen staan niet in verhouding tot het doel van het besluit, zodat zij inbreuk maken op de wetgevingsbevoegdheden van de Unie en een onevenredige beperking vormen van de fundamentele rechten van verzoekende partijen.

8.

Achtste middel: de tweede wijzigingsmaatregelen houden een misbruik van bevoegdheden in.

9.

Negende middel: de tweede wijzigingsmaatregelen maken inbreuk op het rechtszekerheidsbeginsel door de onduidelijkheid van sleutelbegrippen.


(1)  PB L 349, 5.12.2014, blz. 58.

(2)  PB L 349, 5.12.2014, blz. 20.