Beschikking van het Hof (Negende kamer) van 21 oktober 2015 – Kovozber

(Zaak C‑120/15) ( 1 )

„Prejudiciële verwijzing — Artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof — Belasting over de toegevoegde waarde (btw) — Richtlijn 2006/112/EG — Artikel 183 — Teruggaaf van het btw‑overschot — Nationale regeling op grond waarvan pas na het verstrijken van een termijn van tien dagen na afloop van een belastingcontrole vertragingsrente wordt berekend met betrekking tot de teruggaaf van het btw‑overschot”

1. 

Prejudiciële vragen — Antwoord dat duidelijk uit de rechtspraak kan worden afgeleid — Toepassing van artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering (Art. 267 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Hof, art. 99) (cf. punten 16, 17)

2. 

Harmonisatie van de belastingwetgeving — Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde — Aftrek van de voorbelasting — Teruggaaf van overschot — Nationale regeling op grond waarvan pas na het verstrijken van een termijn van tien dagen na afloop van een belastingcontrole vertragingsrente wordt berekend met betrekking tot de teruggaaf van het overschot aan belasting over de toegevoegde waarde — Ontoelaatbaarheid (Richtlijn 2006/112 van de Raad, art. 183, eerste alinea) (cf. punten 19‑29, 33 en dictum)

3. 

Recht van de Europese Unie — Rechtstreekse werking — Nationale belastingen die onverenigbaar zijn met het Unierecht — Teruggaaf — Modaliteiten — Toepassing van het nationale recht — Grenzen — Eerbiediging van het gelijkwaardigheidsbeginsel en van het doeltreffendheidsbeginsel — Toetsing door de nationale rechterlijke instantie (Richtlijn 2006/112 van de Raad, art. 183) (cf. punten 30, 32)

Dictum

Artikel 183, eerste alinea, van richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde moet aldus worden uitgelegd dat het in de weg staat aan een nationale regeling als in het hoofdgeding, op grond waarvan pas na het verstrijken van een termijn van tien dagen na afloop van de belastingcontrole vertragingsrente wordt berekend met betrekking tot de teruggaaf van een overschot aan belasting over de toegevoegde waarde.


( 1 )   PB C 213 van 29.6.2015.