3.11.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 363/22 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Finanzgericht Hamburg (Duitsland) op 10 augustus 2015 — GROFA GmbH/Hauptzollamt Hannover
(Zaak C-435/15)
(2015/C 363/28)
Procestaal: Duits
Verwijzende rechter
Finanzgericht Hamburg
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: GROFA GmbH
Verwerende partij: Hauptzollamt Hannover
Prejudiciële vragen
1) |
|
2) |
Indien de eerste prejudiciële vraag, onder a of onder b, ontkennend wordt beantwoord:
|
3) |
Indien de eerste prejudiciële vraag, onder a of onder b, ontkennend wordt beantwoord: Moeten de toelichtingen van de Commissie op onderverdeling 8525 8030 en onderverdelingen 8525 8091 en 8525 8099 van de gecombineerde nomenclatuur (3) aldus worden uitgelegd dat er ook van „één opname van 30 minuten of meer” sprake is wanneer de videobeelden in aparte bestanden, elk met een duur van minder dan 30 minuten, worden vastgelegd, en wanneer de kijker bij het afspelen van de opname de overgang tussen de bestanden niet kan opmerken? |
4) |
Indien de eerste prejudiciële vraag, onder a of onder b, ontkennend en de tweede prejudiciële vraag, onder a en onder b, en de derde prejudiciële vraag bevestigend worden beantwoord: Staat aan de indeling onder GN-onderverdeling 8525 8099 van videocamera-opnametoestellen die signalen van externe bronnen kunnen opnemen, in de weg dat zij deze signalen niet via een extern televisietoestel of een externe monitor kunnen weergeven? |