28.9.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 320/15


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door Sąd Najwyższy (Polen) op 3 juli 2015 — ENEA S.A. w Poznaniu/Prezes Urzędu Regulacji Energetyki

(Zaak C-329/15)

(2015/C 320/22)

Procestaal: Pools

Verwijzende rechter

Sąd Najwyższy

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: ENEA S.A. w Poznaniu

Verwerende partij: Prezes Urzędu Regulacji Energetyki

Prejudiciële vragen

1)

Moet artikel 107 VWEU aldus worden uitgelegd dat de verplichting tot afname van elektrische energie die bij gelijktijdige warmtewinning wordt geproduceerd, in de zin van artikel 9a, lid 8, van de energiewet van 10 april 1997, in de in 2006 op basis van artikel 1, nr. 13, van de wet van 4 maart 2005 tot wijziging van de energiewet en van de milieuwet (Dz. U. 2005, nr. 62, volgnummer 552) geldende versie, staatssteun vormt?

2)

Indien de eerste vraag bevestigend moet worden beantwoord, moet artikel 107 VWEU dan aldus worden uitgelegd dat een als belichaming van een lidstaat beschouwde energieleverancier die is onderworpen aan de als staatssteun gekwalificeerde verplichting, zich in een procedure voor de nationale rechter op schending van die bepaling kan beroepen?

3)

Indien de eerste en de tweede vraag bevestigend moeten worden beantwoord, moet artikel 107 VWEU juncto artikel 4, lid 3, VEU dan aldus worden uitgelegd dat de onverenigbaarheid van de nationaalrechtelijke verplichting met artikel 107 VWEU de mogelijkheid uitsluit een geldboete op te leggen aan een onderneming die de verplichting niet is nagekomen?