14.11.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 419/16


Arrest van het Hof (Derde kamer) van 22 september 2016 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Bayerische Verwaltungsgerichtshof — Duitsland) — Breitsamer und Ulrich GmbH & Co. KG/Landeshauptstadt München

(Zaak C-113/15) (1)

((Prejudiciële verwijzing - Richtlijn 2000/13/EG - Etikettering en presentatie van levensmiddelen - Artikel 1, lid 3, onder b) - Begrip ‚voorverpakt levensmiddel’ - Artikel 2 - Informatieverstrekking aan en bescherming van consumenten - Artikel 3, lid 1, punt 8 - Plaats van oorsprong of herkomst van een levensmiddel - Artikel 13, lid 1 - Etikettering van voorverpakte levensmiddelen - Artikel 13, lid 4 - Verpakkingen of recipiënten waarvan het grootste vlak kleiner is dan 10 cm2 - Richtlijn 2001/110/EG - Artikel 2, punt 4 - Vermelding van het land of de landen van oorsprong van de honing - Portieverpakkingen honing die verpakt zijn in gezamenlijke kartonverpakkingen die aan instellingen worden geleverd - Portieverpakkingen die afzonderlijk worden verkocht of die aan de eindverbruiker worden aangeboden bij bereide maaltijden die tegen een vaste prijs worden verkocht - Vermelding van het land of de landen van oorsprong van die honing))

(2016/C 419/19)

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Bayerischer Verwaltungsgerichtshof

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Breitsamer und Ulrich GmbH & Co. KG

Verwerende partij: Landeshauptstadt München

in tegenwoordigheid van: Landesanwaltschaft Bayern

Dictum

Artikel 1, lid 3, onder b), van richtlijn 2000/13/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 maart 2000 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgeving der lidstaten inzake de etikettering en presentatie van levensmiddelen alsmede inzake de daarvoor gemaakte reclame moet aldus worden uitgelegd dat elk van de portieverpakkingen honing, die de vorm hebben van met een aluminiumdeksel afgesloten kuipjes en verpakt zijn in gezamenlijke kartonverpakkingen die aan instellingen worden geleverd, een „voorverpakt levensmiddel” vormt wanneer deze instellingen die porties afzonderlijk verkopen of aan de eindverbruiker aanbieden bij bereide maaltijden die tegen een vaste prijs worden verkocht.


(1)  PB C 198 van 15.6.2015.