14.11.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 419/11


Arrest van het Hof (Derde kamer) van 22 september 2016 — Europees Parlement/Raad van de Europese Unie

(Gevoegde zaken C-14/15 en C-116/15) (1)

((Beroep tot nietigverklaring - Politiële en justitiële samenwerking in strafzaken - Geautomatiseerde uitwisseling van gegevens - Registratie van voertuigen - Dactyloscopische gegevens - Na de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon toepasselijk rechtskader - Overgangsbepalingen - Afgeleide rechtsgrondslag - Onderscheid tussen wetgevingshandelingen en uitvoeringsmaatregelen - Raadpleging van het Europees Parlement - Initiatief van een lidstaat of van de Europese Commissie - Stemvoorschriften))

(2016/C 419/13)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: Europees Parlement (vertegenwoordigers: F. Drexler, A. Caiola en M. Pencheva, gemachtigden)

Verwerende partij: Raad van de Europese Unie (vertegenwoordigers: M.-M. Joséphidès, K. Michoel en K. Pleśniak, gemachtigen)

Interveniëntes aan de zijde van verwerende partij: Bondsrepubliek Duitsland (vertegenwoordigers: T. Henze en A. Lippstreu, gemachtigden), en Koninkrijk Zweden (vertegenwoordigers: A. Falk, C. Meyer-Seitz, U. Persson, N. Otte Widgren, E. Karlsson en L. Swedenborg, gemachtigden)

Dictum

1)

Besluit 2014/731/EU van de Raad van 9 oktober 2014 betreffende de start van de automatische uitwisseling van voertuigregistratiegegevens in Malta, besluit 2014/743/EU van de Raad van 21 oktober 2014 betreffende de start van de geautomatiseerde uitwisseling van voertuigregistratiegegevens in Cyprus, besluit 2014/744/EU van de Raad van 21 oktober 2014 betreffende de start van de geautomatiseerde uitwisseling van voertuigregistratiegegevens in Estland en besluit 2014/911/EU van de Raad van 4 december 2014 betreffende de start van de geautomatiseerde uitwisseling van dactyloscopische gegevens in Letland worden nietig verklaard.

2)

De gevolgen van besluit 2014/731, besluit 2014/743, besluit 2014/744 en besluit 2014/911 worden gehandhaafd tot de inwerkingtreding van nieuwe handelingen ter vervanging van deze besluiten.

3)

De Raad van de Europese Unie wordt verwezen in de kosten.

4)

De Bondsrepubliek Duitsland en het Koninkrijk Zweden dragen hun eigen kosten.


(1)  PB C 96 van 23.3.2015.

PB C 146 van 4.5.2015.