1.9.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 292/47


Beroep ingesteld op 6 juni 2014 — Larko/Commissie

(Zaak T-412/14)

2014/C 292/58

Procestaal: Grieks

Partijen

Verzoekende partij: Larko Geniki Metalleftiki kai Metallourgiki A.E. (Athene, Griekenland) (vertegenwoordigers: I. Drillerakis, E. Triantafillou, G. Psaroudakis, E. Rantos en N. Korogiannakis, advocaten)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

het onderhavige beroep in zijn geheel toewijzen;

besluit [SG-Greffe (2014) D/4628/28/03/2014] van de Commissie van 27 maart 2014 betreffende de verkoop van bepaalde van verzoeksters activa [nr. SA.37954 (2013/N)] nietig verklaren, en

verweerster verwijzen in de proceskosten die aan verzoekster zijn opgekomen.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij drie middelen aan.

1.

Eerste middel: de Commissie heeft artikel 41 van het Handvest van de grondrechten geschonden. Verzoekster stelt dat zij niet vooraf is gehoord en dat het bestreden besluit bijgevolg in strijd met wezenlijke vormvoorschriften voor de vaststelling ervan is aangenomen.

2.

Tweede middel: de Commissie heeft artikel 108, lid 2, VWEU en artikel 14 van verordening (EG) nr. 659/99 (1) geschonden. Verzoekster stelt dat de Commissie een kennelijke beoordelingsfout heeft gemaakt, voor zover zij het standpunt heeft ingenomen dat er geen economische continuïteit bestaat tussen verzoekster en de verkrijger van haar vermogensbestanddelen in het kader van het „privatiseringsprogramma”.

3.

Derde middel: de Commissie heeft artikel 296, lid 2, VWEU geschonden. Verzoekster stelt dat het bestreden besluit niet naar behoren is gemotiveerd wat het gebrek aan economische continuïteit betreft, en in het bijzonder met betrekking tot a) de waarde van de verkochte vermogensbestanddelen, b) het feit dat de arbeidsovereenkomsten niet zijn overgedragen, en c) de economische logica van de verkoop.


(1)  Verordening (EG) nr. 659/1999 van de Raad van 22 maart 1999 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van artikel 93 van het EG-Verdrag (PB L 83, blz. 1).