13.4.2013 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 108/29 |
Beroep ingesteld op 6 februari 2013 — Melt Water/BHIM (NUEVA)
(Zaak T-61/13)
2013/C 108/74
Procestaal: Litouws
Partijen
Verzoekende partij: Research and Production Company „MELT WATER”, UAB (Klaipėda, Litouwen) (vertegenwoordiger: V. Viešiūnaitės, advocaat)
Verwerende partij: Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) (BHIM)
Conclusies
— |
de beslissing van de vierde kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) van 3 december 2012 in zaak R 1794/2012-4 vernietigen en verzoeksters beroep betreffende het merk NUEVA (aanvraag nr. 010573541) als ingesteld beschouwen; |
— |
verweerder verwijzen in de kosten van de procedure. |
Middelen en voornaamste argumenten
Aanvrager van het gemeenschapsmerk: verzoekster
Betrokken gemeenschapsmerk: beeldmerk NUEVA voor waren van klasse 32 — gemeenschapsmerkaanvraag nr. 010573541
Beslissing van de onderzoeker: afwijzing van de aanvraag
Beslissing van de kamer van beroep: het beroep is als niet-ingesteld beschouwd
Aangevoerde middelen: In de bestreden beslissing van 3 december 2012 heeft verweerder ten onrechte geoordeeld dat verzoeksters beroep als niet-ingesteld moest worden beschouwd overeenkomstig artikel 60 van verordening nr. 207/2009 (1) en regel 49, lid 3, van verordening nr. 2868/95 (2) omdat de beroepstaks niet binnen de gestelde termijn was betaald. Verzoekster is het niet eens met het standpunt van verweerder dat deze taks binnen de termijn van twee maanden voor de instelling van beroep moet worden betaald. Volgens verzoekster blijkt uit zowel de beslissing van de onderzoeker om de merkaanvraag af te wijzen als uit de officiële vertaling in het Litouws van artikel 60 van verordening nr. 207/2009 dat de beroepstaks in verband moet worden gebracht met het indienen van de uiteenzetting van de gronden van het beroep en niet met het instellen van beroep. Verzoekster heeft de betaling van de beroepstaks dus terecht in verband gebracht met de termijn voor het indienen van de uiteenzetting van de gronden van het beroep en heeft deze taks binnen die termijn betaald.
Volgens verzoekster moet de Litouwse vertaling van verordening nr. 207/2009 als authentiek worden beschouwd en moet de Litouwse versie van deze verordening de basis vormen voor de beoordeling of de beroepstaks die verzoekster aan verweerder heeft betaald, tijdig is ontvangen. Verzoekster wijst er tevens op dat ingeval een authentieke tekst in de taal van een bepaalde lidstaat, in casu de Litouwse tekst, dubbelzinnig is en de vertaling ervan niet overeenstemt met de teksten in andere talen, de handeling met het oog op rechtszekerheid en nauwkeurigheid moet worden uitgelegd op een wijze die zo nauw mogelijk aansluit bij de belangen van de persoon tot wie zij is gericht, in het bijzonder indien een tegenovergestelde uitlegging negatieve gevolgen kan hebben voor die persoon.
(1) Verordening (EG) nr. 207/2009 van de Raad van 26 februari 2009 inzake het gemeenschapsmerk (PB L 78, blz. 1).
(2) Verordening (EG) nr. 2868/95 van de Commissie van 13 december 1995 tot uitvoering van verordening (EG) nr. 40/94 van de Raad inzake het gemeenschapsmerk (PB L 303, blz. 1).