25.1.2016 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 27/31 |
Arrest van het Gerecht van 4 december 2015 — Rarafraz/Raad
(Zaak T-273/13) (1)
((„Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid - Beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten vanwege de situatie in Iran - Bevriezing van tegoeden - Beperkingen van binnenkomst op of doorreis via het grondgebied van de Unie - Rechtsgrondslag - Motiveringsplicht - Recht om te worden gehoord - Onjuiste beoordeling - Ne bis in idem - Vrijheid van meningsuiting - Mediavrijheid - Vrijheid van beroep - Vrij verkeer - Eigendomsrecht”))
(2016/C 027/35)
Procestaal: Duits
Partijen
Verzoekende partij: Mohammad Sarafraz (Teheran, Iran) (vertegenwoordigers: aanvankelijk T. Walter, vervolgens J. M. Viñals Camallonga, L. Barriola Urruticoechea en J. L. Iriarte Ángel, advocaten)
Verwerende partij: Raad van de Europese Unie (vertegenwoordigers: J.-P. Hix en Á. de Elera-San Miguel Hurtado, gemachtigden)
Interveniënte aan de zijde van verwerende partij: Stiftung Organisation Justice for Iran (Amsterdam, Nederland) (vertegenwoordigers: aanvankelijk G. Pulles, vervolgens R. Marx, advocaten)
Voorwerp
Verzoek om gedeeltelijke nietigverklaring van besluit 2013/124/GBVB van de Raad van 11 maart 2013 tot wijziging van besluit 2011/235/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten vanwege de situatie in Iran (PB L 68, blz. 57), uitvoeringsverordening (EU) nr. 206/2013 van de Raad van 11 maart 2013 tot uitvoering van artikel 12, lid 1, van verordening (EU) nr. 359/2011 betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen, entiteiten en lichamen in verband met de situatie in Iran (PB L 68, blz. 9), besluit 2014/205/GBVB van de Raad van 10 april 2014 houdende wijziging van besluit 2011/235/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten vanwege de situatie in Iran (PB L 109, blz. 25), uitvoeringsverordening (EU) nr. 371/2014 van de Raad van 10 april 2014 tot uitvoering van artikel 12, lid 1, van verordening (EU) nr. 359/2011 betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen, entiteiten en lichamen in verband met de situatie in Iran (PB L 109, blz. 9), besluit (GBVB) 2015/555 van de Raad van 7 april 2015 houdende wijziging van besluit 2011/235/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten vanwege de situatie in Iran (PB L 92, blz. 91), en uitvoeringsverordening (EU) 2015/548 van de Raad van 7 april 2015 tot uitvoering van verordening (EU) nr. 359/2011 betreffende beperkende maatregelen tegen bepaalde personen, entiteiten en lichamen in verband met de situatie in Iran (PB L 92, blz. 1), voor zover die handelingen verzoeker betreffen.
Dictum
1) |
Het beroep wordt verworpen. |
2) |
Mohammad Sarafraz zal zijn eigen kosten dragen alsmede die van de Raad van de Europese Unie. |
3) |
Stiftung Organisation Justice for Iran zal haar eigen kosten dragen. |