13.4.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 118/7


Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 11 februari 2015 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Verwaltungsgerichtshof — Oostenrijk) — Marktgemeinde Straßwalchen e.a./Bundesminister für Wirtschaft, Familie und Jugend

(Zaak C-531/13) (1)

([Milieu - Richtlijn 85/337/EEG - Milieueffectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten - Projecten die al dan niet aan een beoordeling moeten worden onderworpen - Exploratieboringen - Punt 14 van bijlage I - Begrip „commerciële winning van aardolie en aardgas” - Beoordelingsplicht bij de winning van een bepaalde hoeveelheid gas - Punt 2, onder d), van bijlage II - Begrip „diepboringen” - Punt 1 van bijlage III - Begrip „cumulatie met andere projecten”])

(2015/C 118/09)

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Verwaltungsgerichtshof

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partijen: Marktgemeinde Straßwalchen, Heinrich Kornhuber, Helga Kornhuber, Karoline Pöckl, Heinze Kornhuber, Marianne Kornhuber, Wolfgang Kornhuber, Andrea Kornhuber, Alois Herzog, Elfriede Herzog, Katrin Herzog, Stefan Asen, Helmut Zopf, Ingrid Zopf, Silvia Zopf, Daniel Zopf, Maria Zopf, Anton Zopf sen., Paula Loibichler, Theresa Baumann, Josep Schindlauer, Christine Schindlauer, Barbara Schindlauer, Bernhard Schindlauer, Alois Mayrhofer, Daniel Mayrhofer, Georg Rindberger, Maria Rindlberger, Georg Rindlberger sen., Max Herzog, Romana Herzog, Michael Herzog, Markus Herzog, Marianne Herzog, Max Herzog sen., Helmut Lettner, Maria Lettner, Anita Lettner, Alois Lettner sen., Christian Lettner, Sandra Lettner, Anton Nagelseder, Amalie Nagelseder, Josef Nagelseder, Gabriele Schachinger, Thomas Schachinger, Andreas Schinagl, Michaela Schinagl, Lukas Schinagl, Michael Schinagl, Maria Schinagl, Josef Schinagl, Johannn Mayr, Christine Mayr, Martin Mayr, Christian Mayr, Johann Mayr sen., Gerhard Herzog, Anton Mayrhofer, Siegfried Zieher

Verwerende partijen: Bundesminister für Wirtschaft, Familie und Jugend

in tegenwoordigheid van: Rohöl-Aufsuchungs AG

Dictum

1)

Punt 14 van bijlage I bij richtlijn 85/337/EEG van de Raad van 27 juni 1985 betreffende de milieueffectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten, zoals gewijzigd bij richtlijn 2009/31/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009, moet aldus worden uitgelegd dat een exploratieboring als in het hoofdgeding, waarbij een testproductie van aardgas en aardolie is gepland ter vaststelling van de commerciële ontginbaarheid van een vindplaats, niet binnen de werkingssfeer van die bepaling valt.

2)

Artikel 4, lid 2, van richtlijn 85/337, zoals gewijzigd bij richtlijn 2009/31, juncto punt 2, onder d), van bijlage II bij die richtlijn moet aldus worden uitgelegd dat de verplichting om een diepboring, zoals de in het hoofdgeding aan de orde zijnde exploratieboring, aan een milieueffectbeoordeling te onderwerpen, uit die bepaling kan voortvloeien. De bevoegde nationale autoriteiten moeten derhalve in het bijzonder onderzoeken of er, gelet op de criteria van bijlage III bij richtlijn 85/337, zoals gewijzigd bij richtlijn 2009/31, een milieueffectbeoordeling moet plaatsvinden. In dit verband moet met name worden nagegaan of de milieueffecten van de exploratieboringen wegens de effecten van andere projecten groter kunnen zijn dan bij het ontbreken van dergelijke projecten. Die beoordeling mag niet afhangen van de gemeentegrenzen.


(1)  PB C 15 van 18.1.2014.