11.8.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 243/4


Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Raad van State (Nederland) op 14 mei 2012 — C. Demir, andere partij: Staatssecretaris van Justitie

(Zaak C-225/12)

2012/C 243/07

Procestaal: Nederlands

Verwijzende rechter

Raad van State

Partijen in het hoofdgeding

Verzoeker: C. Demir

Andere partij: Staatssecretaris van Justitie

Prejudiciële vragen

1)

Moet artikel 13 van besluit nr. 1/80 (1) aldus worden uitgelegd dat deze bepaling van toepassing is op een materiële en/of formele voorwaarde voor de eerste toelating, ook indien een dergelijke voorwaarde, zoals in deze zaak een machtiging tot voorlopig verblijf, mede tot doel heeft illegale binnenkomst en illegaal verblijf, voorafgaand aan het indienen van een aanvraag om een verblijfsvergunning, tegen te gaan en in zoverre als een maatregel kan worden aangemerkt, bedoeld in punt 85 van het arrest van 21 oktober 2003 (2), gevoegde zaken C-317/01 en C-369/01, Abatay e.a., die mag worden aangescherpt?

2)

a)

Welke betekenis moet in dat verband worden toegekend aan het vereiste van legaal verblijf in artikel 13 van besluit nr. 1/80?

b)

Is daarbij van belang dat het indienen van een aanvraag zelf naar nationaal recht legaal verblijf doet ontstaan zolang nog niet afwijzend op die aanvraag is beslist of is louter van belang dat het verblijf voorafgaand aan het indienen van een aanvraag naar nationaal recht als illegaal wordt aangemerkt?


(1)  Besluit van 19 september 1980 betreffende de ontwikkeling van de associatie, genomen door de bij die associatieovereenkomst in het leven geroepen Associatieraad.

(2)  Jurispr. 2003, blz. I-12301.