14.12.2013   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 367/6


Arrest van het Hof (Vijfde kamer) van 24 oktober 2013 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Cour de cassation — Frankrijk) — LBI hf, voorheen Landsbanki Islands hf/Kepler Capital Markets SA, Frédéric Giraux

(Zaak C-85/12) (1)

(Prejudiciële verwijzing - Sanering en liquidatie van kredietinstellingen - Richtlijn 2001/24/EG - Artikelen 3, 9 en 32 - Handeling van nationale wetgever die aan saneringsmaatregelen gevolgen van liquidatieprocedure toekent - Wettelijke bepaling die elke rechtsvordering tegen kredietinstelling verbiedt of opschort na inwerkingtreding van uitstel van betaling)

2013/C 367/09

Procestaal: Frans

Verwijzende rechter

Cour de cassation

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: LBI hf, voorheen Landsbanki Islands hf

Verwerende partijen: Kepler Capital Markets SA, Frédéric Giraux

Voorwerp

Verzoek om een prejudiciële beslissing — Cour de cassation — Uitlegging van de artikelen 3, 9 en 32 van richtlijn 2001/24/EG van het Europees Parlement en de Raad van 4 april 2001 betreffende de sanering en de liquidatie van kredietinstellingen (PB L 125, blz. 15) — Autoriteiten die bevoegd zijn om maatregelen te nemen tot sanering en tot opening van een procedure tot liquidatie van kredietinstellingen — Administratieve of rechterlijke instanties — Toelaatbaarheid van maatregelen die rechtstreeks voortvloeien uit de wet van een EVA-staat — Wet die van toepassing is op de aanhangige gedingen over de in een lidstaat gelegen goederen van een kredietinstelling — Gevolgen voor de toepassing in een lidstaat van een wettelijke bepaling van een andere lidstaat die elke rechtsvordering tegen een kredietinstelling verbiedt of opschort na de inwerkingtreding van een uitstel van betaling, in het geval van conservatoire maatregelen die zijn genomen vóór het verlenen van uitstel van betaling

Dictum

1)

De artikelen 3 en 9 van richtlijn 2001/24/EG van het Europees Parlement en de Raad van 4 april 2001 betreffende de sanering en de liquidatie van kredietinstellingen moeten aldus worden uitgelegd dat maatregelen tot sanering of liquidatie van een financiële instelling, zoals de maatregelen op grond van de overgangsbepalingen van punt II van wet 44/2009 van 15 april 2009, moeten worden beschouwd als door een administratieve of rechterlijke instantie vastgestelde maatregelen in de zin van die artikelen van richtlijn 2001/24, aangezien die overgangsbepalingen slechts door middel van rechterlijke beslissingen waarbij aan een kredietinstelling uitstel van betaling wordt verleend, gevolgen sorteren.

2)

Artikel 32 van richtlijn 2001/24 moet aldus worden uitgelegd dat het zich niet ertegen verzet dat een nationale bepaling zoals artikel 98 van wet 161/2002 van 20 december 2002 betreffende financiële instellingen, zoals gewijzigd bij wet 129/2008 van 13 november 2008, dat elke rechtsvordering tegen een financiële instelling verbood of opschortte zodra aan deze instelling uitstel van betaling was verleend, gevolgen sorteert ten aanzien van conservatoire maatregelen als die in het hoofdgeding, die in een andere lidstaat zijn vastgesteld vóór het verlenen van uitstel van betaling.


(1)  PB C 118 van 21.4.2012.