19.11.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 340/28


Beroep ingesteld op 9 september 2011 — Banco Privado Português, S.A. — en failliete boedel van Banco Privado Português/Commissie

(Zaak T-487/11)

2011/C 340/57

Procestaal: Portugees

Partijen

Verzoekende partijen: Banco Privado Português, S.A. — in vereffening („BPP”) en failliete boedel van Banco Privado Português, S.A. — in vereffening („failliete boedel”) (Lissabon, Portugal) (vertegenwoordigers: C. Fernandez, F. Pereira Coutinho, M. Esperança Pina, T. Mafalda Santos, R. Leandro Vasconcelos en A. Kéri, advocaten)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

nietigverklaring van besluit 2011/346/EU van de Commissie van 20 juli 2010 betreffende de staatssteun C 33/09 (ex NN 57/09 (ex CP 191/09)) die door Portugal is toegekend in de vorm van een staatsgarantie voor BPP (1);

subsidiair, nietigverklaring van het bestreden besluit, voor zover daarbij de staatssteun in de vorm van een garantie onrechtmatig en onverenigbaar wordt verklaard voor de periode tussen 5 december 2008 en 5 juni 2009;

subsidiair, nietigverklaring van het bestreden besluit, voor zover daarbij in de artikelen 2 tot en met 4 de terugvordering van de (vermeende) staatssteun wordt gelast;

subsidiair, nietigverklaring van het bestreden besluit, voor zover daarbij terugvordering van de steun wordt gelast voor de periode tussen 5 december 2008 en 5 juni 2009;

verwijzing van de Commissie in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voeren de verzoekende partijen de volgende middelen aan.

1)

Eerste middel: ontoereikende motivering

De Commissie heeft niet gemotiveerd in welk opzicht het verstrekken van de garantie het handelsverkeer tussen de lidstaten ongunstig kan beïnvloeden en bijgevolg de mededinging kan vervalsen. Evenmin is gemotiveerd hoe het bedrag van de vermeende staatssteun is berekend. De Commissie heeft niet, of althans op onduidelijke wijze en/of met een onherstelbare tegenstrijdigheid, gemotiveerd gedurende welke periode volgens haar staatssteun is verleend en bijgevolg hoe het bedrag is berekend.

2)

Tweede middel: schending van artikel 107, lid 3, sub b, VWEU

De Commissie heeft geen rekening gehouden met het feit dat de aan BPP verstrekte staatsgarantie gerechtvaardigd is op grond van artikel 107, lid 3, sub b, VWEU, betreffende staatssteun om „een ernstige verstoring in de economie van de lidstaat op te heffen”.

3)

Derde middel: kennelijk onjuiste beoordeling van de feiten en bijgevolg schending van artikel 107, lid 1, VWEU

De Commissie heeft blijk van een onjuiste juridische kwalificatie van de feiten gegeven en met name geen rekening gehouden met het feit dat BPP niet langer actief is en dat het doel van de garantie uitsluitend erin bestaat een financiering te verstrekken teneinde de uit het passief ontstane verplichtingen te dekken, die dateren van vóór de verstrekte garantie. De garantie verleent BPP geen voordeel, beïnvloedt het handelsverkeer tussen de lidstaten niet ongunstig, vervalst de mededinging niet en kan evenmin deze gevolgen hebben, zodat de garantie niet als onverenigbaar met de interne markt kan worden beschouwd.

4)

Vierde middel: schending van artikel 108, lid 2, VWEU

Bij het bestreden besluit wordt om louter procedurele redenen de terugvordering bevolen van de vermeende staatssteun die onverenigbaar met de interne markt is bevonden. Bij de berekening van het terug te vorderen bedrag is voorbijgegaan aan de beginselen die zijn neergelegd in de richtsnoeren van de Commissie.

5)

Vijfde middel: schending van het recht op behoorlijk bestuur

De Commissie legt een buitensporig zware voorwaarde op die geen rechtsgrondslag heeft, doordat wordt verwezen naar de verplichting van Portugal om de verlenging van de garantie aan te melden op dezelfde wijze als een formele aanmelding van nieuwe staatssteun.

6)

Zesde middel: schending van het rechtszekerheidsbeginsel en van het vertrouwensbeginsel

Het bestreden besluit schendt het rechtszekerheidsbeginsel en het vertrouwensbeginsel voor zover daarbij terugvordering van de vermeende steun wordt bevolen.

7)

Zevende middel: schending van het recht op gelijke behandeling

Het bestreden besluit schendt het recht op gelijke behandeling doordat in het onderhavige geval gelijke situaties verschillend worden behandeld.


(1)  PB L 159, 17.6.2011, blz. 95.