11.6.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 173/4 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Bundespatentgericht (Duitsland) op 25 februari 2011 — Securvita — Gesellschaft zur Entwicklung alternativer Versicherungskonzepte mbH/Öko-Invest Verlagsgesellschaft mbH; andere partij in de procedure: Deutsches Patent- und Markenamt
(Zaak C-91/11)
2011/C 173/06
Procestaal: Duits
Verwijzende rechter
Bundespatentgericht
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Securvita — Gesellschaft zur Entwicklung alternativer Versicherungskonzepte mbH
Verwerende partij: Öko-Invest Verlagsgesellschaft mbH
Andere partij in de procedure: Deutsches Patent- und Markenamt
Prejudiciële vraag
Geldt de weigeringsgrond van artikel 3, lid 1, sub b en/of sub c, van richtlijn 2008/95/EG (1) ook voor een woordteken dat wordt gevormd door nevenschikking van een lettercombinatie die afzonderlijk beschouwd niet-beschrijvend is, en een beschrijvende woordcombinatie, wanneer de lettercombinatie door het relevante publiek wordt waargenomen als de afkorting van de beschrijvende woorden daar deze afkorting uit de beginletters van deze woorden bestaat en het merk in zijn geheel daardoor kan worden opgevat als de combinatie van beschrijvende benamingen of afkortingen die elkaars betekenis verduidelijken?
(1) Richtlijn 2008/95/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2008 betreffende de aanpassing van het merkenrecht der lidstaten (Gecodificeerde versie) (PB L 299, blz. 25).