14.5.2011   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 145/7


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Oberlandesgericht Düsseldorf (Duitsland) op 8 februari 2011 — Raiffeisen-Waren-Zentrale Rhein-Main e.G./Saatgut-Treuhandverwaltungs GmbH

(Zaak C-56/11)

2011/C 145/08

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Oberlandesgericht Düsseldorf

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Raiffeisen-Waren-Zentrale Rhein-Main e.G.

Verwerende partij: Saatgut-Treuhandverwaltungs GmbH

Prejudiciële vragen

1)

Geldt de in artikel 14, lid 3, zesde streepje, van verordening nr. 2100/94 (1) en artikel 9, leden 2 en 3, van verordening nr. 1768/95 (2) geregelde informatieplicht van de loonwerker alleen wanneer de houder van het kwekersrecht zijn informatieverzoek aan de loonwerker richt vóór afloop van het verkoopseizoen waarop het verzoek betrekking heeft (bij verschillende jaren: van het laatste seizoen)?

2)

Indien de eerste vraag bevestigend wordt beantwoord:

Is er sprake van een „tijdig” informatieverzoek, wanneer de houder van het kwekersrecht in zijn verzoek stelt over aanwijzingen te beschikken dat de loonwerker oogstmateriaal, die een in het verzoek bij naam genoemde landbouwer door aanplanting van teeltmateriaal van het beschermde ras heeft verkregen, met het doel van aanplanting heeft verwerkt of voornemens is te verwerken, of moet aan de loonwerker bovendien het bewijs van de gestelde aanwijzingen (bijvoorbeeld door toezending van een kopie van de aanplantverklaring van de landbouwer) worden geleverd?

3)

Kunnen de aanwijzingen aan de grondslag van de informatieplicht van de loonwerker volgen uit het feit dat de loonwerker als lasthebber van de houder van het kwekersrecht een vermeerderingsovereenkomst voor de productie van eetbaar zaad van het beschermde ras uitvoert, die de houder van het kwekersrecht heeft gesloten met een landbouwer die voor de vermeerdering zorgt, wanneer de landbouwer in het kader van de uitvoering van de vermeerderingsovereenkomst in feite de mogelijkheid heeft een deel van het teeltmateriaal te gebruiken voor aanplantingen?


(1)  Verordening (EG) nr. 2100/94 van de Raad van 27 juli 1994 inzake het communautaire kwekersrecht (PB L 227, blz. 1).

(2)  Verordening (EG) nr. 1768/95 van de Commissie van 24 juli 1995 houdende vaststelling, overeenkomstig artikel 14, lid 3, van Verordening (EG) nr. 2100/94 van de Raad inzake het communautaire kwekersrecht, van uitvoeringsbepalingen betreffende de afwijking ten gunste van landbouwers (PB L 173, blz. 14).