Zaak C-310/11

Grattan plc

tegen

The Commissioners of Her Majesty’s Revenue & Customs

[verzoek van het First-Tier Tribunal (Tax Chamber) om een prejudiciële beslissing]

„Fiscale bepalingen — Btw — Tweede richtlijn (67/228/EEG) — Artikel 8, sub a — Zesde richtlijn (77/388/EEG) — Goederenleveringen — Belastinggrondslag — Commissie door postorderbedrijf aan agent betaald — Aankopen door derden — Prijsverlaging na belastbaar feit — Rechtstreekse werking”

Samenvatting – Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 19 december 2012

  1. Harmonisatie van de belastingwetgeving – Gemeenschappelijk stelsel van belasting over toegevoegde waarde – Richtlijnen 67/228 en 77/388 – Niet-vergelijkbare harmonisatiegraad

    (Richtlijnen 67/228 en 77/388 van de Raad)

  2. Harmonisatie van de belastingwetgeving – Gemeenschappelijk stelsel van belasting over toegevoegde waarde – Belastinggrondslag – Goederenleveringen – Commissie door postorderbedrijf aan agent betaald voor reeds geleverde goederen – Mogelijkheid om belastinggrondslag krachtens richtlijn 67/228 a posteriori te verlagen – Geen

    (Richtlijn 67/228 van de Raad, art. 8, sub a)

  1.  Zie de tekst van de beslissing.

    (cf. punt 33)

  2.  Artikel 8, sub a, van de Tweede richtlijn (67/228) betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting moet aldus worden uitgelegd dat een belastingplichtige geen recht heeft op reductie, met terugwerkende kracht, van de belastinggrondslag voor een levering van goederen, indien aan een agent na levering van de goederen door de leverancier een tegoed werd toegekend dat hij naar eigen keuze in geld kon opnemen of kon verrekenen met aan de leverancier verschuldigde bedragen voor reeds geleverde goederen.

    (cf. punt 37 en dictum)


Zaak C-310/11

Grattan plc

tegen

The Commissioners of Her Majesty’s Revenue & Customs

[verzoek van het First-Tier Tribunal (Tax Chamber) om een prejudiciële beslissing]

„Fiscale bepalingen — Btw — Tweede richtlijn (67/228/EEG) — Artikel 8, sub a — Zesde richtlijn (77/388/EEG) — Goederenleveringen — Belastinggrondslag — Commissie door postorderbedrijf aan agent betaald — Aankopen door derden — Prijsverlaging na belastbaar feit — Rechtstreekse werking”

Samenvatting – Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 19 december 2012

  1. Harmonisatie van de belastingwetgeving — Gemeenschappelijk stelsel van belasting over toegevoegde waarde — Richtlijnen 67/228 en 77/388 — Niet-vergelijkbare harmonisatiegraad

    (Richtlijnen 67/228 en 77/388 van de Raad)

  2. Harmonisatie van de belastingwetgeving — Gemeenschappelijk stelsel van belasting over toegevoegde waarde — Belastinggrondslag — Goederenleveringen — Commissie door postorderbedrijf aan agent betaald voor reeds geleverde goederen — Mogelijkheid om belastinggrondslag krachtens richtlijn 67/228 a posteriori te verlagen — Geen

    (Richtlijn 67/228 van de Raad, art. 8, sub a)

  1.  Zie de tekst van de beslissing.

    (cf. punt 33)

  2.  Artikel 8, sub a, van de Tweede richtlijn (67/228) betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting moet aldus worden uitgelegd dat een belastingplichtige geen recht heeft op reductie, met terugwerkende kracht, van de belastinggrondslag voor een levering van goederen, indien aan een agent na levering van de goederen door de leverancier een tegoed werd toegekend dat hij naar eigen keuze in geld kon opnemen of kon verrekenen met aan de leverancier verschuldigde bedragen voor reeds geleverde goederen.

    (cf. punt 37 en dictum)