Beschikking van de president van het Gerecht van 25 oktober 2010 – Lito Maieftiko Gynaikologiko kai Cheirourgiko Kentro/Commissie
(Zaak T‑353/10 R)
„Kort geding – Financiële bijstand – Debetnota tot terugvordering van financiële bijstand – Verzoek tot opschorting van tenuitvoerlegging – Niet-naleving van vormvoorschriften – Niet-ontvankelijkheid”
1. Kort geding – Opschorting van tenuitvoerlegging – Voorlopige maatregelen – Voorwaarden voor toekenning – Fumus boni juris – Spoedeisendheid – Ernstige en onherstelbare schade – Cumulatieve voorwaarden (Art. 278 VWEU en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punt 9)
2. Kort geding – Vormvereisten – Indiening van verzoeken – Summiere uiteenzetting van aangevoerde middelen (Art. 278 VWEU en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punten 10‑11, 19)
3. Kort geding – Opschorting van tenuitvoerlegging – Voorwaarden voor toekenning – Spoedeisendheid – Ernstige en onherstelbare schade – Bewijslast (Art. 278 VWEU en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punten 13‑19)
Voorwerp
Verzoek tot opschorting van de tenuitvoerlegging van een door de Commissie op 22 juli 2010 opgestelde debetnota tot terugvordering van het bedrag van 109 415,20 EUR dat in het kader van financiële bijstand voor een project inzake medisch onderzoek was betaald |
Dictum
1) |
Het verzoek in kort geding wordt afgewezen. |
2) |
De beslissing omtrent de kosten wordt aangehouden. |