Trefwoorden
Samenvatting

Trefwoorden

Recht van Unie – Rechten toegekend aan particulieren – Schending door lidstaat – Verplichting om aan particulieren berokkende schade te vergoeden – Wijze van vergoeding

Samenvatting

Het recht van de Unie moet aldus worden uitgelegd dat het zich niet ertegen verzet dat een lidstaat zich op het verstrijken van een redelijke verjaringstermijn beroept tot afwijzing van een rechtsvordering die een particulier heeft ingesteld tot vrijwaring van de door een richtlijn verleende rechten ofschoon deze lidstaat deze richtlijn niet correct in nationaal recht heeft omgezet, op voorwaarde dat het gedrag van deze lidstaat niet de oorzaak ervan is dat het beroep te laat is ingesteld. Vaststelling door het Hof van Justitie van schending van het recht van de Unie heeft geen invloed op het aanvangspunt van de verjaringstermijn wanneer deze schending buiten twijfel staat. In een dergelijk geval is vaststelling door het Hof van deze schending niet vereist opdat de rechthebbenden in staat zijn de volle omvang van hun rechten te kennen. Dat het aanvangspunt van de verjaringstermijn vóór de uitspraak van het Hof ligt, maakt vrijwaring van de aan het recht van de Unie ontleende rechten dus niet in de praktijk onmogelijk of uiterst moeilijk.

(cf. punten 23‑24 en dictum)