21.3.2009 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 69/21 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Rechtbank Assen (Nederland) op 22 december 2008 — 1. Combinatie Spijker Infrabouw/de Jonge Konstruktie 2. van Spijker Infrabouw BV 3. de Jonge Konstruktie BV tegen Provincie Drenthe
(Zaak C-568/08)
(2009/C 69/39)
Procestaal: Nederlands
Verwijzende rechter
Rechtbank Assen
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekers:
1. |
Combinatie Spijker Infrabouw/de Jonge Konstruktie |
2. |
van Spijker Infrabouw BV |
3. |
de Jonge Konstruktie BV |
Verweerder: Provincie Drenthe
Prejudiciële vragen
1) |
|
2) |
|
3) |
Is het verenigbaar met de richtlijn 89/665 EEG dat een rechter in kort geding de aanbestedende overheidsdienst opdraagt om een aanbestedingsbesluit te nemen dat later in een bodemprocedure als strijdig met het Europeesrechtelijke aanbestedingsrecht wordt aangemerkt? |
4) |
|
5) |
Als het naar nationaal recht en/of aan de hand van de antwoorden op de voorgaande vragen feitelijk onmogelijk of uiterst moeilijk blijkt om tot effectuering van aansprakelijkheid te komen, wat moet de nationale rechter dan doen? |
(1) Richtlijn van de Raad van 21 december 1989 houdende de coördinatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen betreffende de toepassing van de beroepsprocedures inzake het plaatsen van overheidsopdrachten voor leveringen en voor de uitvoering van werken (89/665/EEG) (PB L 395, blz. 33).