|
9.5.2008 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 116/14 |
Beroep ingesteld op 29 februari 2008 — Commissie van de Europese Gemeenschappen/Groothertogdom Luxemburg
(Zaak C-95/08)
(2008/C 116/24)
Procestaal: Frans
Partijen
Verzoekende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen (vertegenwoordigers: G. Rozet en P. Oliver, gemachtigden)
Verwerende partij: Groothertogdom Luxemburg
Conclusies
|
— |
vast te stellen dat het Groothertogdom Luxemburg, door geen overheidsinstanties op te richten die in staat zijn toe te zien op de toepassing van de beginselen van goede laboratoriumpraktijken (GLP), de verplichtingen niet is nagekomen die op hem rusten krachtens artikel 3 van richtlijn 2004/9/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 betreffende de toepassing van de goede laboratoriumpraktijken (GLP) (1); |
|
— |
het Groothertogdom Luxemburg te verwijzen in de kosten. |
Middelen en voornaamste argumenten
De termijn voor omzetting van richtlijn 2004/9/EG in nationaal recht is op 12 maart 2004 verstreken. De verwerende partij heeft nog steeds geen overheidsinstanties opgericht die over de vereiste deskundigheid beschikken voor de inspectie van de laboratoria en de verificatie van het door deze laboratoria verrichte onderzoek, dit met het oog op de beoordeling van de naleving van de goede laboratoriumpraktijken.
(1) Richtlijn 2004/9/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 inzake de inspectie en de verificatie van de goede laboratoriumpraktijken (GLP) (PB L 50, blz. 28).