28.8.2010   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 234/9


Arrest van het Hof (Derde kamer) van 1 juli 2010 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Helsingin käräjäoikeus — Finland) — Sanna Maria Parviainen/Finnair Oyj

(Zaak C-471/08) (1)

(Sociale politiek - Richtlijn 92/85/EEG - Bescherming van veiligheid en gezondheid op werk van werkneemsters tijdens zwangerschap, na bevalling en tijdens lactatie - Artikelen 5, lid 2, en 11, punt 1 - Tijdens zwangerschap tijdelijk naar andere arbeidsplaats overgeplaatste werkneemster - Verplichte overplaatsing wegens risico voor haar veiligheid en gezondheid en die van haar kind - Lagere bezoldiging dan gemiddelde bezoldiging vóór die overplaatsing - Vroegere bezoldiging bestaande uit maandsalaris en diverse toelagen - Berekening van salaris waarop zwangere werkneemster recht heeft gedurende tijdelijke overplaatsing)

2010/C 234/13

Procestaal: Fins

Verwijzende rechter

Helsingin käräjäoikeus

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Sanna Maria Parviainen

Verwerende partij: Finnair Oyj

Voorwerp

Verzoek om een prejudiciële beslissing — Helsingin käräjäoikeus — Uitlegging van artikel 11, lid 1, van richtlijn 92/85/EEG van de Raad van 19 oktober 1992 inzake de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid op het werk van werkneemsters tijdens de zwangerschap, na de bevalling en tijdens de lactatie (PB L 348, blz. 1) — Stewardess die de functie van hoofd van het cabinepersoneel had uitgeoefend en wegens haar zwangerschap werd overgeplaatst naar een minder bezoldigde post op de grond — Behoud van een bezoldiging die overeenkomt met die welke zij vóór haar overplaatsing ontving

Dictum

Artikel 11, punt 1, van richtlijn 92/85/EEG van de Raad van 19 oktober 1992 inzake de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid op het werk van werkneemsters tijdens de zwangerschap, na de bevalling en tijdens de lactatie (tiende bijzondere richtlijn in de zin van artikel 16, lid 1, van richtlijn 89/391/EEG) moet aldus worden uitgelegd dat een zwangere werkneemster die overeenkomstig artikel 5, lid 2, van richtlijn 92/85 wegens haar zwangerschap tijdelijk is overgeplaatst naar een arbeidsplaats waar zij andere werkzaamheden verricht dan voor die overplaatsing, geen recht heeft op de gemiddelde bezoldiging die zij vóór de overplaatsing ontving. Behalve op het behoud van haar basissalaris heeft een dergelijke werkneemster krachtens artikel 11, punt 1, recht op de bestanddelen van de bezoldiging en op de toelagen op grond van haar beroepsstatuut, zoals de toelagen in verband met haar leidinggevende functie, haar anciënniteit en haar beroepskwalificaties. Hoewel artikel 11, punt 1, van richtlijn 92/85 zich niet verzet tegen het gebruik van een methode voor de berekening van de aan een dergelijke werkneemster te betalen bezoldiging die is gebaseerd op de gemiddelde waarde van de toelagen die verband houden met de arbeidsvoorwaarden van al het cabinepersoneel dat gedurende een bepaalde referentieperiode in dezelfde salarisschaal is ingedeeld, moet de niet-inachtneming van deze bestanddelen van de bezoldiging of deze toelagen worden geacht met die bepaling in strijd te zijn.


(1)  PB C 19 van 24.1.2009.