Beschikking van de kortgedingrechter van 18 oktober 2007 – Ristic e.a. / Commissie
(Zaak T‑238/07 R)
„Kort geding – Verzoek tot opschorting van tenuitvoerlegging – Richtlijn 96/23/EG – Geen spoedeisendheid – Belangenafweging”
1. Kort geding – Opschorting van tenuitvoerlegging – Voorlopige maatregelen – Voorwaarden voor toekenning – „Fumus boni juris” – Spoedeisendheid – Afweging van alle betrokken belangen (Art. 242 EG en 243 EG; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punten 42‑43)
2. Kort geding – Opschorting van tenuitvoerlegging – Voorlopige maatregelen – Voorwaarden voor toekenning – Spoedeisendheid – Ernstige en onherstelbare schade (Art. 242 EG en 243 EG; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punten 48‑50)
3. Kort geding – Opschorting van tenuitvoerlegging – Voorlopige maatregelen – Voorwaarden voor toekenning – Afweging van alle betrokken belangen – Begrip (Art. 242 EG en 243 EG) (cf. punten 72‑74)
Voorwerp
Verzoek tot opschorting van de tenuitvoerlegging van beschikking 2007/362/EG van de Commissie van 16 mei 2007 tot wijziging van beschikking 2004/432/EG tot goedkeuring van door derde landen ingediende residubewakingsplannen overeenkomstig richtlijn 96/23/EG van de Raad (PB L 138, blz. 18) |
Dictum
1) |
Het verzoek wordt afgewezen. |
2) |
De beslissing omtrent de kosten wordt aangehouden. |