9.2.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 37/20


Beroep ingesteld op 13 december 2007 — Commissie van de Europese Gemeenschappen/Franse Republiek

(Zaak C-556/07)

(2008/C 37/30)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen (vertegenwoordigers: M. Nolin en M. van Heezik, gemachtigden)

Verwerende partij: Franse Republiek

Conclusies

vast te stellen dat de Franse Republiek, door onvoldoende controles en inspecties te verrichten en onvoldoende toezicht te houden op de uitoefening van de visserij, met name op de naleving van het verbod op het gebruik van drijfnetten voor de vangst van bepaalde soorten, en er niet op toe te zien dat passende maatregelen worden getroffen tegen de personen die verantwoordelijk zijn voor inbreuken op de communautaire regeling inzake het gebruik van drijfnetten, de krachtens de artikelen 2 en 31, leden 1 en 2, van verordening nr. 2847/1993 (1) en de artikelen 23, leden 1 en 2, 24 en 25, leden 1 en 2, van verordening nr. 2371/2002 (2) op haar rustende verplichtingen niet is nagekomen;

de Franse Republiek te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

De Commissie verwijt verweerster de communautaire visserijregeling verkeerd toe te passen. Om te beginnen beschouwen de Franse autoriteiten de thonaille niet als een drijfnet, hoewel zij gelet op de technische kenmerken ervan wel degelijk een dergelijk, door de communautaire regelgeving verboden net is. Het feit dat de thonaille door middel van een drijfanker kan worden gestabiliseerd, is in dit verband irrelevant, aangezien deze stabilisatie niet impliceert dat de thonaille niet met de zeestromingen of de wind kan meedrijven, maar enkel dat drijvers en zinkers het net vasthouden om de doeltreffendheid ervan te optimaliseren en te vermijden dat het horizontaal onder het wateroppervlak komt te liggen.

Verder is geen doeltreffend controlesysteem opgezet om het verbod op het gebruik van drijfnetten voor de vangst van bepaalde soorten te doen naleven en wordt geen follow-up verricht van de vervolging van de vastgestelde inbreuken. De controles hebben enkel betrekking op de naleving van de nationale wetgeving, die soepeler is dan de communautaire regelgeving, en de sancties die in geval van schending van deze wetgeving worden opgelegd, zijn licht en weinig afschrikkend.


(1)  Verordening (EEG) nr. 2847/93 van de Raad van 12 oktober 1993 tot invoering van een controleregeling voor het gemeenschappelijk visserijbeleid (PB L 261, blz.1).

(2)  Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad van 20 december 2002 inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid.