30.8.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 223/9


Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 10 juli 2008 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Hoge Raad der Nederlanden) — Fiscale eenheid Koninklijke Ahold NV/Staatssecretaris van Financiën

(Zaak C-484/06) (1)

(Verzoek om prejudiciële beslissing - Eerste en Zesde btw-richtlijn - Beginsel van fiscale neutraliteit en evenredigheidsbeginsel - Regels inzake afronding van btw-bedragen - Afronding per artikel naar beneden)

(2008/C 223/12)

Procestaal: Nederlands

Verwijzende rechter

Hoge Raad der Nederlanden

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Fiscale eenheid Koninklijke Ahold NV

Verwerende partij: Staatssecretaris van Financiën

Voorwerp

Verzoek om een prejudiciële beslissing — Hoge Raad der Nederlanden — Uitlegging van artikelen 11, A, lid 1, sub a, en 22, leden 3, sub b, eerste volzin, en 5 van de Zesde richtlijn 77/388/EEG van de Raad van 17 mei 1977 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting — Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde: uniforme grondslag (PB L 145, blz. 1) en van artikel 2, eerste en tweede alinea, van de Eerste richtlijn 67/227/EEG van de Raad van 11 april 1967 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting (PB 71, blz. 1301) — Regels inzake afronding van bedragen van belasting over toegevoegde waarde

Dictum

1)

Bij gebreke van een specifieke communautaire regeling staat het aan de lidstaten om de regels en methoden vast te stellen voor de afronding van de bedragen van de belasting over de toegevoegde waarde. De lidstaten zijn daarbij gehouden om de beginselen waarop het gemeenschappelijke stelsel van deze belasting is gebaseerd, met name het beginsel van fiscale neutraliteit en het evenredigheidsbeginsel, te eerbiedigen.

2)

Het gemeenschapsrecht bevat, bij de huidige stand ervan, geen enkele specifieke verplichting op grond waarvan de lidstaten gehouden zijn om toe te staan dat belastingplichtigen het bedrag van de belasting over de toegevoegde waarde per artikel naar beneden afronden.


(1)  PB C 20 van 27.1.2007.