Trefwoorden
Samenvatting

Trefwoorden

1. Vrij verkeer van kapitaal — Vrijmaking van kapitaalbewegingen — Richtlijn 88/361 — Werkingssfeer — (Richtlijn 88/361 van de Raad, art. 1, lid 1)

2. Vrij verkeer van kapitaal — Beperkingen — Nationale regeling inzake berekening van successierechten op onroerend goed waarbij op niet-ingezeten eigenaars vóór hun overlijden rustende verplichting om zakelijk recht over te dragen aan degene die economische eigendom heeft, van berekening van waarde van onroerend goed wordt uitgesloten — Ontoelaatbaarheid

Samenvatting

1. Het loutere feit dat een nationale bepaling ertoe leidt dat het kapitaalverkeer van een investeerder die onderdaan is van een lidstaat, op grond van zijn woonplaats wordt beperkt, is voldoende om artikel 1, lid 1, van richtlijn 88/361 toepasselijk te maken voor de uitvoering van het (bij het Verdrag van Amsterdam) opgeheven artikel 67 van het Verdrag, dat de lidstaten de verplichting oplegt, alle beperkingen met betrekking tot het kapitaalverkeer op te heffen, zonder dat de toegang tot de door deze richtlijn toegekende rechten afhankelijk is van het bestaan van andere grensoverschrijdende elementen. Dienaangaande is evenmin relevant dat de betrokken bepaling door de lidstaat van oorsprong van de belanghebbende is vastgesteld.

cf. punten 59, 61

2. Het gemeenschapsrecht verzet zich tegen een nationale regeling inzake de berekening van de belasting die moet worden geheven bij erfrechtelijke verkrijging van een in de betrokken lidstaat gelegen onroerende zaak, volgens welke voor de bepaling van de waarde van deze zaak de onvoorwaardelijke verplichting van de juridische eigenaar om de zaak te leveren aan een andere persoon, die de economische eigendom van genoemde zaak heeft, in aanmerking kan worden genomen indien deze juridische eigenaar op de datum van zijn overlijden in deze staat woonde, terwijl dit niet mogelijk is indien hij in een andere lidstaat woonde.

cf. punt 76 en dictum