«Niet-nakoming – Arrest van Hof waarbij niet-nakoming wordt vastgesteld – Niet-uitvoering – Artikel 228 EG – Geldstraffen – Dwangsom – Kwaliteit van zwemwater – Richtlijn 76/160/EEG»
|
||||
|
||||
(Art. 228 EG)
(Art. 228, lid 2, EG)
(Art. 228, lid 2, EG)
ARREST VAN HET HOF (Voltallige zitting)
25 november 2003 (1)
„Niet-nakoming – Arrest van het Hof waarbij niet-nakoming wordt vastgesteld – Niet-uitvoering – Artikel 228 EG – Geldstraffen – Dwangsom – Kwaliteit van zwemwater – Richtlijn 76/160/EEG”
In zaak C-278/01,
Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door G. Valero Jordana als gemachtigde, domicilie gekozen hebbende te Luxemburg,verzoekster,
tegen
Koninkrijk Spanje, vertegenwoordigd door S. Ortiz Vaamonde als gemachtigde, domicilie gekozen hebbende te Luxemburg,verweerder,
betreffende een verzoek aan het Hof om vast te stellen dat het Koninkrijk Spanje, door in strijd met de verplichtingen die op hem rusten krachtens artikel 4 van richtlijn 76/160/EEG van de Raad van 8 december 1975 betreffende de kwaliteit van het zwemwater (PB 1976, L 31, blz. 1), niet de nodige maatregelen te treffen om de kwaliteit van de zwem-binnenwateren op het Spaanse grondgebied in overeenstemming te brengen met de ingevolge artikel 3 van deze richtlijn vastgestelde grenswaarden, het arrest van het Hof van 12 februari 1998, Commissie/Spanje (C-92/96, Jurispr. blz. I-505), niet heeft uitgevoerd en daardoor de krachtens artikel 228 EG op hem rustende verplichtingen niet is nagekomen, alsmede om het Koninkrijk Spanje te gelasten, de Commissie op de rekening eigen middelen van de Europese Gemeenschap een dwangsom van 45 600 euro te betalen per dag die het in gebreke blijft met het treffen van de maatregelen die noodzakelijk zijn ter uitvoering van voormeld arrest Commissie/Spanje, vanaf de dag waarop het arrest in de onderhavige zaak zal worden gewezen tot de dag waarop het arrest Commissie/Spanje zal zijn uitgevoerd, wijstHET HOF VAN JUSTITIE (Voltallige zitting),,
gezien het rapport ter terechtzitting,
gehoord de pleidooien van partijen ter terechtzitting van 6 mei 2003,gehoord de conclusie van de advocaat-generaal ter terechtzitting van 12 juni 2003,
het navolgende
HET HOF VAN JUSTITIE (Voltallige zitting),
rechtdoende, verstaat:
Skouris |
Timmermans |
Gulmann |
Cunha Rodrigues |
Edward |
La Pergola |
Puissochet |
Schintgen |
Macken |
Colneric |
von Bahr |
|
De griffier |
De president |
R. Grass |
V. Skouris |