Trefwoorden
Samenvatting

Trefwoorden

1. Harmonisatie van wetgevingen - Merken - Richtlijn 89/104 - Recht van merkhouder om zich te verzetten tegen gebruik door derde van gelijk teken voor zelfde waren - Doel - Grenzen

(Richtlijn 89/104 van de Raad, art. 5, lid 1, sub a)

2. Harmonisatie van wetgevingen - Merken - Richtlijn 89/104 - Recht van merkhouder om zich te verzetten tegen gebruik door derde van gelijk teken voor zelfde waren - Draagwijdte - Gebruik opgevat als blijk van steun, trouw of gehechtheid aan merkhouder - Geen invloed

(Richtlijn 89/104 van de Raad, art. 5, lid 1, sub a, en 6, lid 1)

Samenvatting

$$1. Het in artikel 5, lid 1, sub a, van de Eerste merkenrichtlijn (89/104) bedoelde exclusieve recht is verleend om de merkhouder de mogelijkheid te bieden zijn specifieke belangen als merkhouder te beschermen, dat wil zeggen om te verzekeren dat het merk zijn wezenlijke functies kan vervullen. De uitoefening van dit recht moet dus beperkt blijven tot gevallen waarin het gebruik van het merk door een derde afbreuk doet of kan doen aan de functies van het merk en met name aan de essentiƫle functie ervan, namelijk de consumenten de herkomst van de waar te garanderen.

Het exclusieve karakter van het volgens artikel 5, lid 1, sub a, van de richtlijn door het ingeschreven merk aan de houder verleende recht kan immers slechts gerechtvaardigd zijn binnen de grenzen van de werkingssfeer van deze bepaling.

( cf. punten 51-52 )

2. In een situatie die niet onder artikel 6, lid 1, van de Eerste merkenrichtlijn (89/104) valt en waarin een derde in het economisch verkeer een teken dat gelijk is aan een geldig ingeschreven merk gebruikt voor dezelfde waren als die waarvoor het merk is ingeschreven, kan de merkhouder zich tegen dit gebruik verzetten wanneer dit, gelet op de omstandigheden van de zaak, overeenkomstig artikel 5, lid 1, sub a, van de richtlijn de indruk kan doen ontstaan dat er in het economisch leven een materieel verband bestaat tussen deze waren en de merkhouder, en dit gebruik aldus de herkomstgarantie - die de wezenlijke functie van het merk uitmaakt - in gevaar kan brengen. Aan deze conclusie wordt niet afgedaan door de omstandigheid dat het gebruik van bovenbedoeld teken wordt opgevat als een blijk van steun, trouw of gehechtheid aan de merkhouder.

( cf. punten 56, 60, 62 en dictum )