Trefwoorden
Samenvatting

Trefwoorden

1. Vrij verkeer van goederen - Kwantitatieve beperkingen - Maatregelen van gelijke werking - Begrip - Reclame voor nationale producten, uitgaande van orgaan opgericht in vorm van privaatrechtelijke vennootschap, maar door lidstaat ingesteld en gefinancierd uit bijdrage van producenten - Daaronder begrepen

[EG-Verdrag, art. 30 (thans, na wijziging, art. 28 EG)]

2. Vrij verkeer van goederen - Kwantitatieve beperkingen - Maatregelen van gelijke werking - Reclame voor in lidstaat vervaardigde landbouwproducten en voedingsmiddelen - Kwaliteitskeurmerk dat nationale herkomst van producten noemt - Ontoelaatbaarheid - Rechtvaardiging - Bescherming van industriële en commerciële eigendom - Geen

[EG-Verdrag, art. 30 en 36 (thans, na wijziging, art. 28 EG en 30 EG)]

Samenvatting

$$1. Als een aan de staat toe te rekenen overheidsmaatregel in de zin van artikel 30 van het Verdrag (thans, na wijziging, artikel 28 EG) moet worden beschouwd de verlening van een kwaliteitskeurmerk waarmee de nationale herkomst van de betrokken producten wordt beklemtoond, door een orgaan dat weliswaar in de vorm van een privaatrechtelijke vennootschap is opgericht, maar door een nationale wet van een lidstaat is ingesteld en wordt gefinancierd uit een aan de producenten opgelegde bijdrage. Een dergelijk orgaan kan in het kader van het gemeenschapsrecht niet dezelfde vrijheid inzake de bevordering van de nationale productie genieten als de producenten zelf of als producentenverenigingen op vrijwillige basis. Het moet dan ook de grondregels van het Verdrag inzake het vrij verkeer van goederen in acht nemen wanneer het een regeling in het leven roept die openstaat voor alle ondernemingen in de betrokken branches en die voor de handel tussen de lidstaten gevolgen kan hebben welke vergelijkbaar zijn met die van een regeling die door de overheid in het leven wordt geroepen.

( cf. punten 17-18, 21 )

2. Een regeling die is ingevoerd om de verkoop van in een lidstaat gefabriceerde landbouwproducten en voedingsmiddelen te bevorderen, en waarvan de reclameboodschap, die wordt overgebracht door en kwaliteits- en herkomstkeurmerk, beklemtoont dat de producten uit die lidstaat afkomstig zijn, kan de consument ertoe overhalen producten met dit keurmerk in plaats van geïmporteerde producten te kopen en heeft dus, althans potentieel, restrictieve gevolgen voor het vrije verkeer van goederen tussen de lidstaten als bedoeld in artikel 30 van het Verdrag (thans, na wijziging, artikel 28 EG).

Weliswaar kan de bescherming van geografische benamingen onder bepaalde voorwaarden onder de bescherming van de industriële en commerciële eigendom in de zin van artikel 36 van het Verdrag (thans, na wijziging, artikel 30 EG) vallen, maar een regeling die de streek van herkomst laat samenvallen met het grondgebied van de betrokken lidstaat en die geldt voor alle landbouwproducten en voedingsmiddelen die aan bepaalde kwaliteitseisen voldoen, is hoe dan ook niet te beschouwen als een geografische aanduiding die kan worden gerechtvaardigd door artikel 36 van het Verdrag.

( cf. punten 23, 27 )