Trefwoorden
Samenvatting

Trefwoorden

Vrij verkeer van goederen - Kwantitatieve beperkingen - Maatregelen van gelijke werking - Nationale regeling die verhandeling van kaas zonder korst onder benaming emmentaler" verbiedt - Toepassing op uit andere lidstaat ingevoerde producten - Ontoelaatbaarheid - Rechtvaardiging - Geen

[EG-Verdrag, art. 30 (thans, na wijziging, art. 28 EG)]

Samenvatting

$$Artikel 30 van het Verdrag (thans, na wijziging, artikel 28 EG) verzet zich ertegen dat een lidstaat op producten die worden ingevoerd uit een andere lidstaat waar zij rechtmatig zijn geproduceerd en in het verkeer gebracht, een nationale regeling toepast die de verhandeling van een kaas zonder korst onder de benaming emmentaler" in die lidstaat verbiedt.

Een dergelijke regeling kan immers, voor zover zij wordt toegepast op ingevoerde producten, de verkoop van die producten bemoeilijken en bijgevolg de handel tussen de lidstaten belemmeren. De lidstaten kunnen weliswaar, teneinde de eerlijkheid van de handelstransacties te waarborgen en de behartiging van de belangen van de consument te verzekeren, van de belanghebbenden verlangen dat zij de benaming van een levensmiddel wijzigen, wanneer een onder een bepaalde benaming aangeboden product qua samenstelling of vervaardiging zozeer verschilt van de in de Gemeenschap onder die benaming algemeen bekend staande goederen, dat het niet kan worden geacht tot dezelfde categorie te behoren, doch wanneer het verschil minder groot is, moet een adequate etikettering voldoende worden geacht om de koper of de verbruiker de nodige inlichtingen te verschaffen. Ook al zou het verschil in rijpingsmethode tussen emmentaler met korst en emmentaler zonder korst een element van misleiding van de consument kunnen vormen, dan nog zou vermelding van een adequate informatie omtrent dit verschil naast de benaming emmentaler" voldoende zijn. In die omstandigheden kan het ontbreken van een korst niet worden beschouwd als een eigenschap die het verbod op het gebruik van de benaming emmentaler" rechtvaardigt.

( cf. punten 25-26, 30-31, 33-35 en dictum )