Trefwoorden
Samenvatting

Trefwoorden

++++

1. Ambtenaren ° Bevordering ° Vergelijking van verdiensten ° Inaanmerkingneming van beoordelingsrapporten ° Onvolledig persoonsdossier ° Onregelmatigheid die kan worden gedekt door andere gegevens omtrent verdiensten van kandidaat ° Voorwaarde ° Bijzondere omstandigheden

(Ambtenarenstatuut, art. 43 en 45)

2. Hogere voorziening ° Middelen ° Ontoereikende motivering ° Motivering van arrest waaruit niet blijkt van bijzondere omstandigheden die onwettigheid van bevorderingsbesluit ondanks onregelmatigheden bij vergelijking van verdiensten van kandidaten uitsluiten ° Hogere voorziening gegrond

3. Hogere voorziening ° Middelen ° Schending van verplichting te antwoorden op middelen en vorderingen van partijen ° Arrest waarbij vordering wordt afgewezen op grond van identiteit met vordering die is afgewezen bij ander arrest tussen zelfde partijen ° Geen identiteit ° Hogere voorziening gegrond

Samenvatting

1. Het beoordelingsrapport vormt een onontbeerlijk beoordelingscriterium telkens wanneer het hiërarchiek gezag een besluit moet nemen dat de loopbaan van een ambtenaar raakt, en een bevorderingsprocedure is onregelmatig wanneer het tot aanstelling bevoegd gezag de verdiensten van de kandidaten niet heeft kunnen vergelijken doordat de beoordelingsrapporten van een of meer van hen door een fout van de administratie veel te laat waren opgesteld. Dat betekent niet, dat alle kandidaten zich ten aanzien van de stand van hun beoordelingsrapporten op het tijdstip van het benoemingsbesluit in precies dezelfde positie moeten bevinden, of dat het tot aanstelling bevoegd gezag zijn beslissing zou moeten uitstellen indien het laatste rapport van deze of gene kandidaat nog niet definitief is, omdat het werd voorgelegd aan de beoordelaar in beroep of aan het paritair beoordelingscomité.

In bijzondere omstandigheden kan het ontbreken van een beoordelingsrapport worden gecompenseerd door andere gegevens omtrent de verdiensten van de ambtenaar.

2. Wanneer het Gerecht, voor de afwijzing van het middel dat een ambtenaar die de regelmatigheid van een bevorderingsprocedure betwist, ontleent aan het feit dat het tot aanstelling bevoegd gezag zijn verdiensten heeft beoordeeld zonder dat zijn beoordelingsrapport beschikbaar was en op grond van het niet op tegenspraak horen van zijn directeur-generaal, zich beperkt tot de vaststelling dat dit horen de regelmatigheid van de procedure niet had aangetast, zonder aan te geven welke redenen het gebruik van andere informatie dan het beoordelingsrapport rechtvaardigden en waarom het horen van de directeur-generaal had volstaan om het ontbreken van bedoeld rapport te dekken, heeft het zijn arrest niet voldoende gemotiveerd.

3. Het staat aan het Gerecht, te antwoorden op de middelen en vorderingen zoals zij door de partijen in het geding voor het Gerecht worden aangevoerd.

Het Gerecht komt deze verplichting niet na, wanneer het een vordering tot schadevergoeding afwijst op grond dat een op dezelfde beweerdelijk schuldige gedraging van de administratie gebaseerde vordering bij een in een andere zaak tussen dezelfde partijen gewezen arrest is afgewezen, terwijl de twee vorderingen niet identiek zijn, in die zin dat zij op verschillende schadeoorzaken berusten, namelijk de fout die zou hebben bestaan in de aanstelling van een kandidaat na een onregelmatige bevorderingsprocedure, waarbij het tot aanstelling bevoegd gezag de respectieve verdiensten van de kandidaten heeft beoordeeld zonder over het beoordelingsrapport van verzoeker te beschikken, en de fout welke zou hebben bestaan in de te late vaststelling van dit beoordelingsrapport door het tot aanstelling bevoegd gezag in de andere zaak.