61989J0384

ARREST VAN HET HOF (TWEEDE KAMER) VAN 24 JANUARI 1991. - STRAFZAAK TEGEN GERARD TOMATIS EN CHRISTIAN FULCHIRON. - VERZOEK OM EEN PREJUDICIELE BESLISSING: TRIBUNAL DE GRANDE INSTANCE DE NICE - FRANKRIJK. - GDT - POST 87.02 - AUTOMOBIELEN VOOR PERSONENOF VOOR GOEDERENVERVOER. - ZAAK C-384/89.

Jurisprudentie 1991 bladzijde I-00127
Pub.RJ bladzijde Pub somm


Samenvatting
Partijen
Dictum

Trefwoorden


++++

1 . Prejudiciële vragen - Bevoegdheid van Hof - Uitlegging gevraagd wegens toepasselijkheid van bepaling van gemeenschapsrecht als gevolg van verwijzing in nationaal recht - Bevoegdheid om deze uitlegging te verstrekken

( EEG-Verdrag, art . 177 )

2 . Gemeenschappelijk douanetarief - Tariefposten - Indeling van goederen - Criteria - Objectieve kenmerken en eigenschappen van produkt

3 . Gemeenschappelijk douanetarief - Tariefposten - "Automobielen voor personenvervoer, die voor gemengd gebruik daaronder begrepen" in de zin van postonderverdeling 87.02 A - Automobielen met achterin plaatsen voor vaste stoelen, ramen en een portier of laadklep - Daaronder begrepen

4 . Gemeenschappelijk douanetarief - Tariefindeling - Afwijking, door autoriteiten van Lid-Staat, van bij inklaring in andere Lid-Staat toegepaste tariefindeling - Afwijking met het oog op toepassing van aanvullende invoerrechten - Ontoelaatbaarheid - Afwijking met andere oogmerken - Toelaatbaarheid

Samenvatting


1 . Noch uit de bewoordingen van artikel 177 EEG-Verdrag noch uit het doel van de bij dit artikel gecreëerde procedure blijkt, dat volgens de bedoeling van de opstellers van het Verdrag het Hof van Justitie niet bevoegd is ter zake van prejudiciële verwijzingen betreffende een bepaling van gemeenschapsrecht in het bijzondere geval dat het nationale recht van een Lid-Staat naar die bepaling verwijst ter vaststelling van de regels die op een louter interne situatie van die Lid-Staat van toepassing zijn ( zie arrest van 8 november 1990, zaak C-231/89, Gmurzynska-Bscher, Jurispr . 1990, blz . I-4003 ).

2 . Volgens vaste rechtspraak moet het beslissende criterium voor de tariefindeling van goederen als regel worden gezocht in hun objectieve kenmerken en eigenschappen, zoals omschreven in de tekst van de posten van het gemeenschappelijk douanetarief en in de aantekeningen bij de afdelingen en hoofdstukken .

3 . Postonderverdeling 87.02 A van het gemeenschappelijk douanetarief - automobielen voor personenvervoer, die voor gemengd gebruik daaronder begrepen - moet aldus worden uitgelegd, dat zij voertuigen omvat die achter de bestuurdersstoel of -bank speciaal ingerichte plaatsen hebben waar vaste, neerklapbare of uitneembare stoelen kunnen worden aangebracht, die zijn voorzien van zijramen, een achter - of zijportier of een laadklep, en waarvan het interieur op gelijke wijze is afgewerkt als bij automobielen voor personenvervoer .

4 . Wanneer een goed uit een derde land in een Lid-Staat is ingevoerd en in het vrije verkeer gebracht na betaling van de invoerrechten overeenkomend met de door de autoriteiten van die Lid-Staat toegepaste tariefindeling, mogen de autoriteiten van de andere Lid-Staten dat goed niet meer onder een andere post van het gemeenschappelijk douanetarief indelen noch aanvullende invoerrechten innen . Van de door de autoriteiten van een Lid-Staat vastgestelde tariefindeling van een produkt mogen de autoriteiten van een andere Lid-Staat echter afwijken zowel bij de indeling van andere exemplaren van hetzelfde produkt als met het oog op de toepassing van hun nationale recht .

Partijen


in zaak C-384/89,

betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het tribunal de grande instance de Nice, in de aldaar dienende strafzaak tegen

G . Tomatis en C . Fulchiron,

om een prejudiciële beslissing over de uitlegging van post 87.02 - "automobielen, ongeacht de soort van de motor, voor personenvervoer ( sportauto' s en trolleybussen daaronder begrepen ) of voor goederenvervoer" - van het gemeenschappelijk douanetarief .

HET HOF VAN JUSTITIE ( Tweede kamer ),

samengesteld als volgt : T . F . O' Higgins, kamerpresident, G . F . Mancini en F . A . Schockweiler, rechters,

advocaat-generaal : F . G . Jacobs,

griffier : D . Louterman, hoofdadministrateur,

( rechtsoverwegingen niet opgenomen )

uitspraak doende op de door het tribunal de grande instance de Nice bij vonnis van 13 januari 1989 gestelde vragen, verklaart voor recht :

Dictum


1 ) Postonderverdeling 87.02 A van het gemeenschappelijk douanetarief moet aldus worden uitgelegd, dat zij voertuigen omvat die achter de bestuurdersstoel of -bank speciaal ingerichte plaatsen hebben waar vaste, neerklapbare of uitneembare stoelen kunnen worden aangebracht, die zijn voorzien van zijramen, een achter - of zijportier of een laadklep en waarvan het interieur op dezelfde wijze is afgewerkt als bij automobielen voor personenvervoer .

2 ) Van de door de autoriteiten van een Lid-Staat vastgestelde tariefindeling van een produkt kan door de autoriteiten van een andere Lid-Staat worden afgeweken zowel bij de indeling van andere exemplaren van hetzelfde produkt als met het oog op de toepassing van hun nationale recht .