61988J0015

ARREST VAN HET HOF (TWEEDE KAMER) VAN 25 MEI 1989. - SPA MAXI DI TEGEN BELASTINGKANTOOR BOLZANO. - VERZOEK OM EEN PREJUDICIELE BESLISSING, INGEDIEND DOOR DE COMMISSIONE TRIBUTARIA DI II GRADO TE BOLZANO. - INDIRECTE BELASTINGEN OP HET BIJEENBRENGEN VAN KAPITAAL. - ZAAK 15/88.

Jurisprudentie 1989 bladzijde 01391
Pub.RJ bladzijde Pub somm


Samenvatting
Partijen
Dictum

Trefwoorden


++++

Fiscale bepalingen - Harmonisatie van wetgevingen - Indirecte belastingen op bijeenbrengen van kapitaal - Uitgifte van obligatieleningen - Heffing van belastingen buiten afwijkingen voorzien in richtlijn 69/335 - Ontoelaatbaarheid

( Richtlijn 39/335 van de Raad, artikelen 11 en 12 )

Samenvatting


Artikel 11 van richtlijn 69/335 betreffende de indirecte belastingen op het bijeenbrengen van kapitaal moet aldus worden uitgelegd dat een Lid-Staat de in artikel 3 van de richtlijn omschreven kapitaalvennootschappen ter zake van een obligatielening, als bedoeld in artikel 11 van de richtlijn, niet mag onderwerpen aan een andere belasting dan de belastingen en rechten, vermeld in artikel 12 van de richtlijn, waarin een uitputtende lijst is neergelegd van andere belastingen en rechten dan het kapitaalrecht, die van deze vennootschappen mogen worden geheven ter zake van de in de artikelen 10 en 11 bedoelde verrichtingen ( zie het arrest van 2 februari 1988, zaak 36/86, Dansk Sparinvest, Jurispr . 1988, blz . 409 ).

Partijen


in zaak 15/88,

betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de commissione tributaria di II grado te Bolzano, in het aldaar aanhangig geding tussen

SpA Maxi Di

en

Ufficio del Registro di Bolzano,

om een prejudiciƫle beslissing over de uitlegging van artikel 11 van richtlijn 69/335 van de Raad van 17 juli 1969 betreffende de indirecte belastingen op het bijeenbrengen van kapitaal ( PB 1969, L 249, blz . 25 ).

HET HOF VAN JUSTITIE ( Tweede kamer ),

samengesteld als volgt : O' Higgins, kamerpresident, G . F . Mancini en F . A . Schockweiler, rechters,

( rechtsoverwegingen niet opgenomen )

uitspraak doende op de door de commissione tributaria di II grado te Bolzano bij beschikking van 4 december 1987 gestelde vraag,

verklaart voor recht :

Dictum


Artikel 11 van richtlijn 69/335 moet aldus worden uitgelegd, dat een Lid-Staat de in artikel 3 van de richtlijn omschreven kapitaalvennootschappen ter zake van een obligatielening, als bedoeld in artikel 11 van de richtlijn, niet mag onderwerpen aan een andere belasting dan de belastingen en rechten vermeld in artikel 12 van de richtlijn .