Trefwoorden
Samenvatting

Trefwoorden

++++

Beroep tot schadevergoeding - Voorwerp - Schadevordering op grond van artikel 215, tweede alinea, EEG-Verdrag ingesteld tegen Gemeenschap - Uitsluitende bevoegdheid

van Hof - Vordering tot vergoeding van door nationale autoriteiten bij toepassing van gemeenschapsrecht veroorzaakte schade - Bevoegdheid van nationale rechterlijke instanties

( EEG-Verdrag, artikelen 178 en 215, tweede alinea )

Beroep tot schadevergoeding - Arrest van Hof waarbij schadevordering, tegen Gemeenschap ingesteld wegens gebleken onwettigheid van verordening, wordt afgewezen - Gevolgen - Aansprakelijkheidsvordering tegen nationale autoriteiten die onwettige verordening hebben uitgevoerd - Toelaatbaarheid - Voorwaarde - Vordering gebaseerd op andere grondslag dan onwettigheid van verordening

( EEG-Verdrag, artikelen 178 en 215, tweede alinea )

Steunmaatregelen van de staten - Begrip - Vergoeding van door Staat veroorzaakte en hem toegerekende schade - Daarvan uitgesloten

( EEG-Verdrag, artikelen 92 en 93 )

Beroep tot schadevergoeding - Voorwerp - Betaling van krachtens gemeenschapsregeling verschuldigde bedragen - Niet-ontvankelijkheid

( EEG-Verdrag, artikelen 178 en 215, tweede alinea )

Landbouw - Gemeenschappelijke ordening der markten - Op basis van groenten en fruit verwerkte produkten - Steun aan producenten van tomatenconcentraat - Verordening nr . 381/86 waarbij aan Griekse producenten aanvullende steun werd toegekend wegens onwettigheid van eerdere verordening - Instelling van rechtsvordering tegen Griekse Staat tot vergoeding van alle schade die niet door achteraf betaalde bedragen wordt gedekt - Toelaatbaarheid - Grenzen

( Verordeningen nrs . 1615/83 en 381/86 van de Commissie )

Samenvatting

Het Hof is ingevolge artikel 178 EEG-Verdrag bij uitsluiting bevoegd om kennis te nemen van op grond van artikel 215, tweede alinea, van het Verdrag ingestelde schadevorderingen tegen de Gemeenschap . De nationale rechterlijke instanties blijven echter bevoegd om kennis te nemen van vorderingen tot vergoeding van schade die nationale instanties bij de toepassing van het gemeenschapsrecht aan particulieren hebben veroorzaakt .

Een arrest van het Hof, waarbij een door ondernemingen van een Lid-Staat tegen de Gemeenschap ingestelde vordering tot vergoeding van de schade die is ontstaan ten gevolge van de onwettigheid van een gemeenschapsregeling, wordt afgewezen op grond dat die onwettigheid niet een gekwalificeerde schending van een hogere rechtsregel, noch een klaarblijkelijke en ernstige miskenning door een instelling van de grenzen van haar bevoegdheden opleverde, waarvoor de Gemeenschap aansprakelijk zou kunnen worden gesteld, belet niet dat dezelfde ondernemingen een schadevordering instellen tegen hun eigen Staat, gebaseerd op een andere grondslag dan vorenbedoelde onwettigheid, bestaande in een eigen fout of gedraging die aan de nationale autoriteiten kan worden toegeschreven, zelfs wanneer deze handelen in het kader van het gemeenschapsrecht .

De vergoeding die de nationale autoriteiten op grond van een rechterlijke uitspraak zouden moeten betalen aan particulieren ter zake van door die autoriteiten veroorzaakte schade, is geen steunmaatregel in de zin van de artikelen 92 en 93 EEG-Verdrag .

Een vordering tot betaling van krachtens een gemeenschapsregeling verschuldigde bedragen, kan niet krachtens de artikelen 178 en 215, tweede alinea, EEG-Verdrag worden ingesteld .

Verordening nr . 381/86, waarbij aan de Griekse ondernemingen een aanvullende steun werd toegekend die hun was onthouden als gevolg van een technische fout in verordening nr . 1615/83, nietig verklaard bij 's Hofs arrest van 19 september 1985 ( zaak 192/83 ), belet niet dat de betrokken ondernemingen tegen de Griekse Staat een rechtsvordering instellen tot vergoeding van alle schade die niet door de krachtens die verordening achteraf betaalde bedragen wordt gedekt . Een dergelijke rechtsvordering kan enkel berusten op een andere grondslag dan die waarop de bij 's Hofs arrest van 19 september 1985 ( gevoegde zaken 194 tot en met 206/83 ) verworpen beroepen waren gebaseerd .