++++
1 . BEROEP TOT SCHADEVERGOEDING - ZELFSTANDIG KARAKTER - UITPUTTING VAN NATIONALE RECHTSMIDDELEN - UITZONDERING - ONMOGELIJKHEID OM VAN NATIONALE RECHTER VERGOEDING VAN SCHADE TE VERKRIJGEN
( EEG-VERDRAG, ARTIKELEN*178 EN 215, TWEEDE ALINEA )
2 . GEMEENSCHAPPELIJKE HANDELSPOLITIEK - UITVOERBEPERKINGEN - REGELING TUSSEN GEMEENSCHAP EN VERENIGDE STATEN INZAKE HANDEL IN STALEN BUIZEN EN PIJPEN - STELSEL VAN UITVOERVERGUNNINGEN - AFGIFTE VAN VERGUNNINGEN UITSLUITEND AAN PRODUCENTEN - GEEN DISCRIMINATIE VAN DISTRIBUTIEONDERNEMINGEN
( VERORDENING NR.*60/85 VAN DE RAAD, ARTIKEL*5; VERORDENING NR.*61/85 VAN DE COMMISSIE )
3 . GEMEENSCHAPPELIJKE HANDELSPOLITIEK - UITVOERBEPERKINGEN - REGELING TUSSEN GEMEENSCHAP EN VERENIGDE STATEN INZAKE HANDEL IN STALEN BUIZEN EN PIJPEN - VERDELING VAN COMMUNAUTAIRE MAXIMUM TUSSEN LID-STATEN - BEOORDELINGSMARGE VAN RAAD
( VERORDENING NR.*60/85 VAN DE RAAD, BIJLAGE*III )
1 . HET BEROEP TOT SCHADEVERGOEDING KRACHTENS DE ARTIKELEN*178 EN*215, TWEEDE ALINEA, IS EEN ZELFSTANDIG RECHTSMIDDEL MET EEN EIGEN FUNCTIE IN HET STELSEL DER BEROEPSMOGELIJKHEDEN, WAARVAN DE AANWENDING AFHANKELIJK IS VAN VOORWAARDEN DIE AAN HET BIJZONDERE DOEL ERVAN BEANTWOORDEN . AL IS HET JUIST, DAT HET BEROEP TOT SCHADEVERGOEDING MOET WORDEN BEOORDEELD IN HET LICHT VAN HET GEHELE STELSEL VAN RECHTSBESCHERMING VAN DE PARTICULIEREN EN DAT DE ONTVANKELIJKHEID ERVAN IN BEPAALDE GEVALLEN DUS AFHANKELIJK KAN ZIJN VAN DE VRAAG, OF DE NATIONALE RECHTSMIDDELEN WAARMEE NIETIGVERKLARING VAN EEN BESLUIT VAN DE NATIONALE INSTANTIES KAN WORDEN VERKREGEN, UITGEPUT ZIJN, DAARVOOR IS ECHTER WEL NODIG DAT DIE NATIONALE RECHTSMIDDELEN DE BESCHERMING VAN DE BELANGHEBBENDE PARTICULIEREN DOELTREFFEND WAARBORGEN EN TOT VERGOEDING VAN DE GESTELDE SCHADE KUNNEN LEIDEN . DIT IS ECHTER NIET HET GEVAL WANNEER DE NATIONALE INSTANTIES KRACHTENS EEN GEMEENSCHAPSVERORDENING WEIGEREN EEN UITVOERVERGUNNING AF TE GEVEN . ZOU DE NATIONALE RECHTER EEN DERGELIJKE WEIGERING NIETIG VERKLAREN OF, NA TOEPASSING VAN DE PROCEDURE VAN ARTIKEL*177 VAN HET VERDRAG, DE ONGELDIGHEID VAN DE BEPALINGEN VAN DIE VERORDENING VASTSTELLEN, DAN VERKRIJGT DE BETROKKEN ONDERNEMING DAARMEE IMMERS NOG GEEN RECHT OP AFGIFTE VAN EEN VERGUNNING OF OP VERGOEDING VAN HAAR EVENTUELE SCHADE .
2 . DOOR DE AFGIFTE VAN UITVOERVERGUNNINGEN UITSLUITEND AAN PRODUCENTEN TOE TE STAAN, LEIDT HET DOOR DE GEMEENSCHAPSINSTELLINGEN VASTGESTELDE STELSEL VOOR DE UITVOERING VAN DE REGELING TUSSEN DE GEMEENSCHAP EN DE VERENIGDE STATEN INZAKE DE HANDEL IN STALEN BUIZEN EN PIJPEN NIET TOT DISCRIMINATIE VAN DE DISTRIBUTEURS VAN DIE PRODUKTEN . DIE REGELING, DIE ENKEL PRODUKTEN VAN OORSPRONG UIT DE GEMEENSCHAP BETREFT, RAAKT DE COMMUNAUTAIRE PRODUCENTEN IMMERS NIET OP DEZELFDE WIJZE ALS DE DISTRIBUTIEONDERNEMINGEN; DEZE KUNNEN IMMERS EEN VERGUNNING VAN EEN PRODUCENT OVERNEMEN EN BOVENDIEN HUN UITVOER VAN PRODUKTEN VAN OORSPRONG UIT DERDE LANDEN GEWOON VOORTZETTEN . ZOU EVENWEL BLIJKEN DAT DIE ONDERNEMINGEN, ALS GROEP, EEN ONEVENREDIG DEEL VAN DE UIT DE REGELING VOORTVLOEIENDE LASTEN HEBBEN TE DRAGEN, DAN ZOUDEN DE GEMEENSCHAPSINSTELLINGEN DAT DOOR PASSENDE MAATREGELEN MOETEN VERHELPEN .
3 . VOOR DE VERDELING TUSSEN DE LID-STATEN VAN HET COMMUNAUTAIRE MAXIMUM DAT BIJ DE REGELING TUSSEN DE GEMEENSCHAP EN DE VERENIGDE STATEN INZAKE DE HANDEL IN STALEN BUIZEN EN PIJPEN WAS BEPAALD, BESCHIKT DE RAAD OVER EEN BEOORDELINGSMARGE; HET BEWIJS DAT DEZE MARGE IS OVERSCHREDEN, MOET WORDEN GELEVERD DOOR DEGENE DIE DIE VERDELING BETWIST .