61977J0035

ARREST VAN HET HOF VAN 29 NOVEMBER 1977. - ELISABETH BEERENS TEGEN RIJKSDIENST VOOR ARBEIDSVOORZIENING. - (VERZOEK OM EEN PREJUDICIELE BESLISSING, INGEDIEND DOOR DE ARBEIDSRECHTBANK TE HASSELT). - ZAAK NO. 35/77.

Jurisprudentie 1977 bladzijde 02249
Griekse bijz. uitgave bladzijde 00733
Portugese bijz. uitgave bladzijde 00835


Samenvatting
Partijen
Onderwerp
Overwegingen van het arrest
Beslissing inzake de kosten
Dictum

Trefwoorden


SOCIALE ZEKERHEID MIGRERENDE WERKNEMERS - GEMEENSCHAPSREGELING - TOEPASSINGSGEBIED - AL DAN NIET VERMELDING VAN EEN NATIONALE WET OF REGELING DOOR EEN LID-STAAT IN DE VERKLARINGEN BEDOELD IN ARTIKEL 5 VAN VERORDENING NR . 1408/71 - GEVOLGEN

Samenvatting


ZO DE OMSTANDIGHEID DAT EEN NATIONALE WET OF REGELING NIET IS VERMELD IN DE IN ARTIKEL 5 VAN VERORDENING NR . 1408/71 BEDOELDE VERKLARINGEN , OP ZICHZELF NIET VERMAG TE DOEN VASTSTAAN DAT DEZE WET OF REGELING NIET ONDER HET TOEPASSINGSGEBIED DER VERORDENING VALT , ZO MOET OMGEKEERD DE OMSTANDIGHEID DAT EEN LID-STAAT EEN WET WEL IN ZIJN VERKLARING HEEFT VERMELD , WORDEN GEACHT TE DOEN VASTSTAAN DAT DE OP GROND DEZER WET TOEGEKENDE UITKERINGEN SOCIALE ZEKERHEIDSUITKERINGEN IN DE ZIN VAN VERORDENING NR . 1408/71 ZIJN .

Partijen


IN DE ZAAK 35/77 ,

BETREFFENDE EEN VERZOEK AAN HET HOF KRACHTENS ARTIKEL 177 EEG-VERDRAG VAN DE ARBEIDSRECHTBANK TE HASSELT , IN HET ALDAAR AANHANGIG GEDING TUSSEN

ELISABETH BEERENS

EN

RIJKSDIENST VOOR ARBEIDSVOORZIENING

Onderwerp


OM EEN PREJUDICIELE BESLISSING INZAKE DE UITLEGGING VAN ARTIKEL 69 VAN VERORDENING ( EEG ) NR . 1408/71 VAN DE RAAD VAN 14 JUNI 1971 BETREFFENDE DE TOEPASSING VAN DE SOCIALE ZEKERHEIDSREGELINGEN OP LOONTREKKENDEN EN HUN GEZINNEN , DIE ZICH BINNEN DE GEMEENSCHAP VERPLAATSEN ( PB NR . L 149 VAN 1971 , BLZ . 2 ),

Overwegingen van het arrest


1 OVERWEGENDE DAT DE ARBEIDSRECHTBANK TE HASSELT BIJ VONNIS VAN 16 MAART 1977 , INGEKOMEN TEN HOVE OP 25 MAART 1977 , KRACHTENS ARTIKEL 177 VAN HET EEG-VERDRAG EEN PREJUDICIELE VRAAG HEEFT GESTELD OVER DE UITLEGGING VAN VERORDENING NR . 1408/71 VAN DE RAAD ( PB NR . L 149 VAN 1971 , BLZ . 2 );

2 DAT DE VRAAG IS GEREZEN IN EEN GEDING TUSSEN MEVROUW ERMIN , GEBOREN BEERENS , EN DE BELGISCHE RIJKSDIENST VOOR ARBEIDSVOORZIENING OVER VERZOEKSTERS RECHT OP WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN ;

3 DAT VERZOEKSTER BIJ HAAR HUWELIJK IN 1976 HAAR WOONSTEDE UIT NEDERLAND NAAR BELGIE HEEFT VERPLAATST EN ALDAAR WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN HEEFT AANGEVRAAGD , ZICH BEROEPEND OP ARTIKEL 69 VAN VERORDENING NR . 1408/71 EN OP DE OMSTANDIGHEID DAT ZIJ IN NEDERLAND WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN GENOOT KRACHTENS DE ' ' WET WERKLOOSHEIDSVOORZIENING ' ' ;

4 DAT WAAR DE NEDERLANDSE WERKLOOSHEIDSREGELING WELKE DRIE WETTEN OMVAT , DE ' ' WERKLOOSHEIDSWET ' ' TOT VERPLICHTE VERZEKERING VAN WERKNEMERS TEGEN GELDELIJKE GEVOLGEN VAN ONVRIJWILLIGE WERKLOOSHEID , DE ' ' WET WERKLOOSHEIDSVOORZIENING ' ' HOUDENDE REGELEN INZAKE OVERHEIDSUITKERINGEN AAN WERKLOZE WERKNEMERS , EN DE ' ' RIJKSGROEPSREGELING WERKLOZE WERKNEMERS ' ' VASTGESTELD KRACHTENS DE ' ' ALGEMENE BIJSTANDSWET ' ' , DE NATIONALE RECHTER DE TWEE LAATSTE NIET BESCHOUWT ALS SOCIALE ZEKERHEIDSWETTEN MAAR ALS SOCIALE BIJSTANDSWETTEN WAARVAN DE UITVOERING IS OPGEDRAGEN AAN DE GEMEENTEN EN NIET AAN BEDRIJFSVERENIGINGEN ;

5 DAT HIJ DAAROP HEEFT GEVRAAGD OF DE INGEVAL VAN WERKLOOSHEID VAN WERKNEMERS TOEPASSELIJKE NEDERLANDSE BIJSTANDSWETTEN AANLEIDING GEVEN TOT INROEPING VAN ARTIKEL 69 VAN VERORDENING NR . 1408/71 EN OF PERSONEN GELIJK VERZOEKSTER ' ' VOLDOEN AAN DE IN EEN LID-STAAT ( NEDERLAND ) GESTELDE WETTELIJKE VOORWAARDEN VOOR HET RECHT OP WERKLOOSHEIDSUITKERING IN DE ZIN VAN DE INGEROEPEN VERORDENING NR . 1408/71 MET ALLE GEVOLGEN VAN DIEN OP DE OVERDRAAGBAARHEID VAN HUN AANSPRAKEN OP WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN NAAR EEN ANDERE LID-STAAT ( BELGIE ), WAAR DEZE UITKERINGEN WEL REGELINGEN VAN SOCIALE ZEKERHEID ZIJN ' ' ;

6 OVERWEGENDE DAT ARTIKEL 4 , LID 1 , VAN VERORDENING NR . 1408/71 BEPAALT DAT DE VERORDENING ' ' VAN TOEPASSING IS OP ALLE WETTELIJKE REGELINGEN BETREFFENDE DE VOLGENDE TAKKEN VAN SOCIALE ZEKERHEID . . . G ) WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN ' ' , WAARBIJ ECHTER LID 4 VAN HET ARTIKEL DE SOCIALE EN MEDISCHE BIJSTAND UITSLUIT VAN HET TOEPASSINGSGEBIED DER VERORDENING ;

7 DAT ARTIKEL 5 DER VERORDENING BEPAALT DAT ' ' DE LID-STATEN DE IN ARTIKEL 4 , LEDEN 1 EN 2 , BEDOELDE WETTELIJKE REGELINGEN EN STELSELS . . . VERMELDEN IN VERKLARINGEN , WAARVAN OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 96 KENNISGEVING EN BEKENDMAKING PLAATSVINDT ' ' ;

8 DAT IN DE VERKLARING VAN NEDERLAND ( PB NR . C 12 VAN 1973 , BLZ . 21 ) ONDER HET HOOFD ' ' D ) WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN ' ' NIET ALLEEN DE ' ' WERKLOOSHEIDSWET ' ' IS VERMELD , MAAR OOK DE ' ' WET WERKLOOSHEIDSVOORZIENING ' ' ;

9 OVERWEGENDE DAT , ZO DE OMSTANDIGHEID DAT EEN NATIONALE WET OF REGELING NIET IS VERMELD IN DE IN ARTIKEL 5 DER VERORDENING BEDOELDE VERKLARINGEN , OP ZICHZELF NIET VERMAG TE DOEN VASTSTAAN DAT DEZE WET OF REGELING NIET ONDER HET TOEPASSINGSGEBIED DER VERORDENING VALT , OMGEKEERD DE OMSTANDIGHEID DAT EEN LID-STAAT EEN WET WEL IN ZIJN VERKLARING HEEFT VERMELD , MOET WORDEN GEACHT TE DOEN VASTSTAAN DAT DE OP GROND DEZER WET TOEGEKENDE UITKERINGEN SOCIALE ZEKERHEIDSUITKERINGEN IN DE ZIN VAN VERORDENING NR . 1408/71 ZIJN ;

10 DAT DERHALVE IN DEZE ZIN OP DE GESTELDE VRAAG MOET WORDEN GEANTWOORD ;

Beslissing inzake de kosten


TEN AANZIEN VAN DE KOSTEN

11 OVERWEGENDE DAT DE KOSTEN , DOOR DE REGERING VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN EN DOOR DE COMMISSIE WEGENS INDIENING HUNNER OPMERKINGEN BIJ HET HOF GEMAAKT , NIET VOOR VERGOEDING IN AANMERKING KUNNEN KOMEN ;

12 DAT DE PROCEDURE TEN AANZIEN VAN DE PARTIJEN IN HET HOOFDGEDING ALS EEN ALDAAR GEREZEN INCIDENT IS TE BESCHOUWEN , ZODAT DE NATIONALE RECHTERLIJKE INSTANTIE OVER DE KOSTEN HEEFT TE BESLISSEN ;

Dictum


HET HOF VAN JUSTITIE ,

UITSPRAAK DOENDE OP DE DOOR DE ARBEIDSRECHTBANK TE HASSELT BIJ VONNIS VAN 15 MAART 1977 GESTELDE VRAGEN , VERKLAART VOOR RECHT :

DE OMSTANDIGHEID DAT EEN LID-STAAT EEN WET IN DE IN ARTIKEL 5 VAN VERORDENING NR . 1408/71 BEDOELDE VERKLARING HEEFT VERMELD , MOET WORDEN GEACHT TE DOEN VASTSTAAN DAT DE OP GROND DEZER WET TOEGEKENDE UITKERINGEN SOCIALE ZEKERHEIDSUITKERINGEN IN DE ZIN VAN GENOEMDE VERORDENING ZIJN .