Brussel, 28.11.2023

COM(2023) 754 final

2023/0438(COD)

Voorstel voor een

VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

betreffende de versterking van de politiële samenwerking met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van migrantensmokkel en mensenhandel, en betreffende de versterking van de ondersteuning door Europol van de voorkoming en bestrijding van die strafbare feiten, en tot wijziging van Verordening (EU) 2016/794


TOELICHTING

1.    ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

   Motivering en doel van het voorstel

Migrantensmokkel is een criminele activiteit waarbij het menselijk leven wordt miskend en mensen hun waardigheid wordt ontnomen bij het nastreven van winst, de grondrechten worden geschonden en de doelstellingen van de EU op het gebied van migratiebeheer worden ondermijnd.

Het bestrijden en voorkomen van migrantensmokkel en mensenhandel is een van de prioriteiten van de Europese Unie en is cruciaal om irreguliere migratie op een alomvattende manier aan te pakken. Criminele netwerken profiteren van de wanhoop van mensen en maken gebruik van land-, zee- en luchtroutes om irreguliere migratie te vergemakkelijken, het leven van mensen in gevaar te brengen en op alle manieren hun winsten te maximaliseren.

In haar toespraak over de Staat van de Unie van 13 september 2023 riep voorzitter Von der Leyen op tot versterking van alle instrumenten waarover de Unie beschikt om migrantensmokkel doeltreffend tegen te gaan, door het huidige, meer dan 20-jarige wetgevingskader te actualiseren, de beheersstructuur inzake smokkel en de rol van EU-agentschappen, met name Europol, te versterken, en de samenwerking tussen agentschappen op het gebied van justitie en binnenlandse zaken en de lidstaten, en met partnerlanden te intensiveren om dit probleem wereldwijd aan te pakken. Zij benadrukte ook dat er met partners moet worden samengewerkt om deze mondiale uitdaging aan te pakken, en daarom organiseert de Commissie een internationale conferentie, waarbij een wereldwijde alliantie wordt opgericht met een oproep tot actie ter bestrijding van mensensmokkel.

Migrantensmokkel naar en binnen de EU bereikt nieuwe pieken, aangewakkerd door de toenemende vraag als gevolg van opkomende en steeds ernstigere crises, met name economische recessies, milieucrises als gevolg van klimaatverandering, conflicten en demografische druk in veel derde landen. Migrantensmokkel is een drijvende kracht achter de toename van irreguliere binnenkomsten in de EU: in 2022 werden ongeveer 331 000 irreguliere binnenkomsten aan de buitengrenzen van de EU vastgesteld, het hoogste niveau sinds 2016, wat neerkomt op een stijging van 66 % ten opzichte van het voorgaande jaar 1 . In 2023, in de periode tot eind september, werden aan de buitengrenzen van de EU ongeveer 281 000 irreguliere grensoverschrijdingen vastgesteld, hetgeen neerkomt op een stijging van 18 % ten opzichte van dezelfde periode in 2022. Dit valt samen met een toename van de smokkelactiviteiten, zoals blijkt uit een nieuw recordniveau met meer dan 15 000 migrantensmokkelaars die in 2022 aan het Europees Grens- en kustwachtagentschap zijn gemeld 2 . Rekening houdend met de toename van het aantal irreguliere binnenkomsten en de diverse wereldwijde crises in een aantal landen van herkomst en doorreis, kunnen aanhoudend hoge en mogelijk toegenomen migratiestromen naar Europa en daarmee verband houdende criminele smokkelactiviteiten worden verwacht.

Naar schatting maakt meer dan 90 % van de irreguliere migranten die de EU bereiken, gebruik van mensensmokkelaars, meestal georganiseerd in criminele groepen. Voorts maken smokkelnetwerken aanzienlijke winsten met hun criminele activiteiten, die wereldwijd tussen 4,7 en 6 miljard EUR per jaar bedragen 3 . Een krachtig en standvastig antwoord op de activiteiten van mensensmokkelaars is daarom van het allergrootste belang om irreguliere migratie terug te dringen. Geschat wordt dat de activiteiten van meedogenloze migrantensmokkelaars, met name op zee, sinds 2014 hebben geleid tot een schrikbarend dodental van meer dan 28 000 mensen 4 .

Ongeveer de helft van de migrantensmokkelnetwerken is ook betrokken bij andere vormen van criminaliteit 5 , zoals mensenhandel, drugshandel en vuurwapensmokkel, en faciliteert ook niet-toegestane verplaatsingen binnen de EU. De rechtshandhavings- en justitiële autoriteiten worden geconfronteerd met talrijke en voortdurend evoluerende uitdagingen: de snelle verandering en aanpassing van de werkwijzen van smokkelaars; het toegenomen gebruik van bedreigingen en geweld jegens migranten en rechtshandhavingsinstanties 6 ; de moeilijkheden bij het opsporen en arresteren van smokkelaars die zich in landen buiten de EU schuilhouden; het gebruik van een brede waaier aan vervoermiddelen, waaronder niet-zeewaardige, minder detecteerbare vaartuigen (zoals vissersboten en geïmproviseerde metalen boten), wegvoertuigen waarin migranten gevaarlijk worden verborgen, alsook commerciële en chartervluchten die steeds vaker worden gebruikt om migranten naar landen in de buurt van of aan de grens van de EU te brengen, van waaruit migranten de EU op irreguliere wijze proberen binnen te komen 7 ; het gebruik van digitale instrumenten in alle stadia van het proces, met onlinereclame voor smokkeldiensten, -routes en -prijzen en voor het vervalsen van documenten; het gebruik van cryptovaluta, digitaal geld of andere niet-officiële vormen van betaling (bv. hawala) 8 .

Het aanpakken van migrantensmokkel is essentieel voor het ontmantelen van georganiseerde criminele netwerken die mensenrechtenschendingen en de dood van migranten veroorzaken, en voor het tegengaan van de toename van irreguliere migratie naar de EU. Een alomvattende en duurzame aanpak van migratie vereist een combinatie van robuuste en efficiënte acties in aanvulling op wederzijds voordelige partnerschappen met landen van herkomst en doorreis, waarbij de onderliggende oorzaken van migratie, en met name irreguliere migratie, worden aangepakt en tegelijkertijd de georganiseerde misdaad, met inbegrip van migrantensmokkel en mensenhandel, worden bestreden. In het nieuwe migratie- en asielpact 1 is de preventie en bestrijding van migrantensmokkel een centraal onderdeel van haar alomvattende aanpak van migratie.

Dit voorstel voor een verordening maakt deel uit van een pakket maatregelen die tot doel hebben het bestaande rechtskader te moderniseren en te versterken en de Unie te voorzien van regels die geschikt zijn voor het beoogde doel. Het gaat vergezeld van een voorstel voor een richtlijn inzake de voorkoming en bestrijding van hulpverlening bij illegale binnenkomst, illegale doortocht en illegaal verblijf. Met dat voorstel wordt een modern strafrechtelijk EU-instrument ingevoerd dat de georganiseerde criminele netwerken die verantwoordelijk zijn voor migrantensmokkel duidelijk definieert en doeltreffend bestraft, de straffen harmoniseert die rekening houden met de ernst van het strafbare feit, de reikwijdte van de rechtsmacht verbetert, de middelen van de lidstaten versterkt om migrantensmokkel aan te pakken en te voorkomen, en het verzamelen en rapporteren van gegevens verbetert.

Dit pakket wordt gepresenteerd op de dag van de internationale conferentie “a Global Alliance to counter migrant smuggling” (een wereldwijde alliantie ter bestrijding van migrantensmokkel). Met deze conferentie creëert de Commissie een kader voor sterke politieke samenwerking met internationale partners door op te roepen tot gezamenlijke toezeggingen en acties om migrantensmokkel wereldwijd gezamenlijk tegen te gaan.

Deze drie initiatieven vormen een aanvulling op bestaande initiatieven op het gebied van de bestrijding van migrantensmokkel en voeren het vernieuwde EU-actieplan tegen mensensmokkel (2021-2025) uit door het bestaande rechtskader van de EU te actualiseren om migrantensmokkelaars die actief zijn op de migratieroutes te bestraffen en een nieuw modern, juridisch, operationeel en internationaal samenwerkingskader voor de bestrijding van migrantensmokkel voor de komende jaren vast te stellen.

Dit voorstel voor een verordening maakt deel uit van een samenhangend pakket dat ook het bovengenoemd voorstel voor een richtlijn inzake de voorkoming en bestrijding van hulpverlening bij illegale binnenkomst, illegale doortocht en illegaal verblijf bevat. Samen beogen deze voorstellen het rechtskader voor de bestrijding van migrantensmokkel te moderniseren en ervoor te zorgen dat we over de nodige juridische en operationele instrumenten beschikken om te reageren op de nieuwe modus operandi van mensensmokkelaars, zoals uiteengezet in het op 17 oktober 2023 aangekondigde werkprogramma van de Commissie voor 2024.

Doel van het voorstel

De algemene doelstelling van dit voorstel is het versterken van de rol van Europol in de strijd tegen migrantensmokkel en mensenhandel, en met name van de rol van het Europees Centrum tegen migrantensmokkel.

Om het voorkomen, opsporen en onderzoeken van migrantensmokkel en mensenhandel te intensiveren, worden met dit voorstel de volgende specifieke doelstellingen nagestreefd.

(1)Versterking van de samenwerking tussen agentschappen op het gebied van migrantensmokkel en mensenhandel

Om een meer effectieve, tijdige en systematische coördinatie en uitwisseling van informatie over de bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel tussen de agentschappen van de Unie te vergemakkelijken, zal het Europees Centrum tegen migrantensmokkel bij Europol bestaan uit personeelsleden van Europol en gedetacheerde nationale deskundigen, en zullen daarbij verbindingsofficieren van de lidstaten bij Eurojust en het Europees Grens- en kustwachtagentschap worden betrokken, die permanent bij Europol moeten worden gedetacheerd om te zorgen voor regelmatige uitwisseling van informatie en operationele samenwerking en coördinatie. Tegelijkertijd hebben de agentschappen voor justitie en binnenlandse zaken de mogelijkheid om hun samenwerking op basis van hun respectieve mandaten te versterken en de uitwisseling van informatie te optimaliseren om migrantensmokkel en mensenhandel tegen te gaan. Eurojust speelt een belangrijke rol bij de versterking van de justitiële respons op migrantensmokkel en ondersteunt complexe zaken die grensoverschrijdende justitiële coördinatie en gemeenschappelijke onderzoeksteams met betrekking tot strafrechtelijke onderzoeken naar migrantensmokkel met zich meebrengen.

(2)Versterking van de sturing en coördinatie bij de bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel op EU-niveau

Om de ontoereikende strategische analyse, coördinatie en sturing op EU-niveau aan te pakken, bevat het voorstel specifieke strategische taken van het Europees Centrum tegen migrantensmokkel, met als doel een kader te bieden voor de uitvoering van strategische en operationele prioriteiten van de Unie door toezicht te houden op trends op het gebied van migrantensmokkel en mensenhandel, door jaarlijkse verslagen, strategische analyses, dreigingsevaluaties en situatieupdates over migratieroutes te verstrekken, en onderzoeks- en operationele maatregelen te treffen. Wat zijn strategische taken betreft, komt het Europees Centrum tegen migrantensmokkel ten minste tweemaal per jaar bijeen met vertegenwoordigers van elke lidstaat, Eurojust, het Europees Grens- en kustwachtagentschap, het Europees multidisciplinair platform tegen criminaliteitsdreiging (Empact) en de Commissie om te zorgen voor doeltreffende sturing en coördinatie. Daarnaast zal het Europees Centrum tegen migrantensmokkel de uitvoerend directeur van Europol ondersteunen bij het instellen van strafrechtelijke onderzoeken.

(3)Verbetering van de informatie-uitwisseling op het gebied van migrantensmokkel en mensenhandel

De voorgestelde verordening versterkt de verplichtingen van de lidstaten om informatie, met inbegrip van biometrische gegevens, over migrantensmokkel en mensenhandel met Europol uit te wisselen, onder meer door te eisen dat hun bevoegde autoriteiten en immigratieverbindingsofficieren rechtstreekse verbindingen tot stand brengen met de applicatie voor veilige informatie-uitwisseling (Siena) van Europol. De Commissie stelt ook voor het Europees Centrum tegen migrantensmokkel op te dragen gevallen van migrantensmokkel of mensenhandel op te sporen waarbij mogelijk samenwerking met derde landen is vereist, onder meer door de uitwisseling van persoonsgegevens; dit is bedoeld om de uitvoerend directeur te ondersteunen bij het in individuele gevallen besluiten over de overdracht van persoonsgegevens overeenkomstig artikel 25, lid 5, van de Europol-verordening.

(4)Versterking van de middelen van de lidstaten om migrantensmokkel en mensenhandel te voorkomen en te bestrijden

Om de lidstaten te helpen migrantensmokkel doeltreffend te bestrijden en relevante informatie uit te wisselen met Europol, wordt voorgesteld dat zij gespecialiseerde diensten voor de bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel aanwijzen, voorzien in voldoende middelen voor deze diensten, deze diensten verbinden met Siena en het Europees Centrum tegen migrantensmokkel belasten om als netwerk van gespecialiseerde diensten op te treden.

(5)Versterking van de steun van Europol voor de voorkoming en bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel door middel van operationele taskforces en de inzet van Europol voor operationele ondersteuning

Voorgesteld wordt het concept van operationele taskforces te codificeren en verder te ontwikkelen en een nieuw instrument op te zetten in de vorm van de inzet van Europol voor operationele ondersteuning, als geavanceerde instrumenten voor coördinatie en analytische, operationele, technische en forensische ondersteuning, op verzoek van de lidstaten of op voorstel van de uitvoerend directeur van Europol. Het voorstel omvat de oprichting van een pool van deskundigen die in hun lidstaten werkzaam zijn en die onmiddellijk ter beschikking kunnen worden gesteld om door Europol te worden ingezet, en legt de lidstaten verplichtingen op om de doeltreffende uitvoering van deze instrumenten te waarborgen. Derde landen kunnen ook deelnemen aan operationele taskforces, en Europol kan worden ingezet voor operationele ondersteuning in derde landen.

Om deze doelstellingen te verwezenlijken, stelt de Commissie ook voor de financiële en personele middelen van Europol uit te breiden om in te spelen op de operationele behoeften en de vastgestelde lacunes aan te pakken.

   Verenigbaarheid met bestaande bepalingen op het beleidsterrein

Dit voorstel is in overeenstemming met bestaande en toekomstige beleidsbepalingen inzake samenwerking op het gebied van rechtshandhaving, met inbegrip van Europol. Samenwerking op het gebied van rechtshandhaving is een gedeelde bevoegdheid van de EU en de lidstaten. De afgelopen jaren is er al een en ander gedaan om de samenwerking op het gebied van informatie-uitwisseling tussen de lidstaten te verbeteren en de armslag van terroristen en criminelen zoveel mogelijk te beperken. Na de migratiecrisis van 2015 is de algemene architectuur van de informatiesystemen en databanken op het gebied van justitie en binnenlandse zaken (JBZ) herzien, waarbij de nadruk lag op interoperabiliteit. Het regelgevingskader inzake terrorismebestrijding en informatie-uitwisseling werd in 2017 versterkt, in de nasleep van de terroristische aanslagen in Europa. Als reactie op de dringende operationele behoeften om het hoofd te bieden aan het veranderende veiligheidslandschap en de verzoeken van de medewetgevers om meer steun van Europol, werd de verordening betreffende Europol in 2022 versterkt. Het nieuwe mandaat van Europol is in juni 2022 in werking getreden en geeft Europol de toelating zijn deskundigheid en operationele vermogens op te voeren om de lidstaten beter te ondersteunen bij de bestrijding van zware en georganiseerde misdaad en terrorisme. Het mandaat versterkt tevens het gegevensbeschermingskader van Europol en het toezicht van de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming.

Het voorstel is ook in overeenstemming met het bestaande wetgevingskader van de EU voor de bestrijding van migrantensmokkel, ook bekend als het hulpverleningspakket, dat bestaat uit Richtlijn 2002/90/EG tot omschrijving van hulpverlening bij illegale binnenkomst, illegale doortocht en illegaal verblijf2, en Kaderbesluit 2002/946/JBZ tot versterking van het strafrechtelijk kader voor de bestrijding van hulpverlening bij illegale binnenkomst, illegale doortocht en illegaal verblijf3. Het is ook in overeenstemming met het vernieuwde EU-actieplan tegen mensensmokkel (2021-2025), waarin wordt opgeroepen tot versterking van de operationele samenwerking tussen de rechtshandhavingsinstanties van de EU-lidstaten, relevante EU-agentschappen, met name Europol, en partnerlanden, bij de ontmanteling van criminele netwerken voor migrantensmokkel, alsook met de toolbox voor het aanpakken van het gebruik van commerciële vervoermiddelen ter facilitering van irreguliere migratie naar de EU. De operationele partnerschappen ter bestrijding van mensensmokkel met belangrijke landen van herkomst en doorreis maken integraal deel uit van de alomvattende migratiepartnerschappen die de EU met partnerlanden ontwikkelt. Het opvoeren van de strijd tegen migrantensmokkel is een gemeenschappelijk belang, aangezien landen van herkomst, doorreis en bestemming het gemeenschappelijke doel hebben criminele netwerken te bestrijden en mensen te beschermen tegen mogelijke misbruiken en uitbuiting. Migrantensmokkel blijft een ernstig probleem dat voortdurend, eensgezind en collectief moet worden aangepakt.

Het voorkomen en bestrijden van migrantensmokkel is een belangrijke doelstelling van de EU-strategie voor de veiligheidsunie, de EU-strategie voor de aanpak van georganiseerde criminaliteit en het nieuwe migratie- en asielpact.

   Verenigbaarheid met andere beleidsterreinen van de Unie

Wat de steun van Europol aan de lidstaten betreft, houdt dit wetgevingsinitiatief rekening met het beleid van de Unie op het gebied van justitiële samenwerking in strafzaken, met name de rol van Eurojust 9 bij het ondersteunen en versterken van de coördinatie en samenwerking tussen nationale onderzoeks- en vervolgingsautoriteiten in verband met zware criminaliteit, en justitiële samenwerking via gemeenschappelijke onderzoeksteams 10 . Het wetgevingsinitiatief houdt ook rekening met het externe beleid van de Unie, met name de werkzaamheden van EU-delegaties en veiligheidsdeskundigen in derde landen, en met missies en operaties in het kader van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid.

In dit wetgevingsinitiatief wordt ten volle rekening gehouden met de relevante EU-wetgeving inzake gegevensbescherming (zie punt 3 hieronder over de grondrechten).

2.    RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

   Rechtsgrondslag

De rechtsgrondslagen van dit wetgevingsinitiatief zijn de artikelen 85, 87 en 88 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU). Artikel 85, lid 1, VWEU bepaalt dat de opdracht van Eurojust bestaat in het ondersteunen en versterken van de coördinatie en de samenwerking tussen de nationale autoriteiten die belast zijn met het onderzoek en de vervolging van zware criminaliteit welke twee of meer lidstaten schaadt of een vervolging op gemeenschappelijke basis vereist, op basis van de door de autoriteiten van de lidstaten en Europol uitgevoerde operaties en verstrekte informatie. Artikel 87, lid 1, bepaalt dat de Unie een vorm van politiële samenwerking ontwikkelt waarbij alle bevoegde autoriteiten van de lidstaten betrokken zijn, met inbegrip van de politie, de douane en andere gespecialiseerde wetshandhavingsdiensten die belast zijn met het voorkomen, opsporen en onderzoeken van strafbare feiten. Krachtens artikel 88, lid 2, VWEU stellen het Europees Parlement en de Raad volgens de gewone wetgevingsprocedure bij verordeningen de structuur, de werking, het werkterrein en de taken van Eurojust vast. Deze taken kunnen het volgende omvatten: a) de verzameling, opslag, verwerking, analyse en uitwisseling van informatie die met name door de autoriteiten van de lidstaten of van derde landen of instanties worden verstrekt; en b) de coördinatie, organisatie en uitvoering van onderzoeken en operationele acties, die gezamenlijk met de bevoegde autoriteiten van de lidstaten of in gezamenlijke onderzoeksteams worden uitgevoerd, in voorkomend geval in samenwerking met Eurojust.

   Subsidiariteit (bij niet-exclusieve bevoegdheid)

Volgens het subsidiariteitsbeginsel, zoals vastgelegd in artikel 5, lid 3, VEU, treedt de EU slechts op indien en voor zover de doelstellingen van het overwogen optreden niet voldoende door de lidstaten alleen kunnen worden verwezenlijkt, maar vanwege de omvang of de gevolgen van het overwogen optreden beter door de EU kunnen worden bereikt.

De lidstaten zijn verantwoordelijk voor de handhaving van de openbare orde en de bescherming van de binnenlandse veiligheid 11 , en de Unie eerbiedigt de essentiële staatsfuncties van de lidstaten, met inbegrip van de handhaving van de openbare orde en de bescherming van de nationale veiligheid 12 . Aangezien zware criminaliteit en terrorisme vaak grensoverschrijdend van aard zijn, volstaan maatregelen op nationaal niveau niet om deze doeltreffend te bestrijden. Met name criminele netwerken die betrokken zijn bij migrantensmokkel worden gekenmerkt door hun mondiale, coöperatieve en flexibele aard 13 . Daarom kiezen de lidstaten ervoor om nauw samen te werken in het kader van de EU. Zij streven ernaar hun rechtshandhavingsmaatregelen te coördineren en samen te werken bij het aanpakken van gemeenschappelijke veiligheidsproblemen. Zij besluiten middelen op EU-niveau te bundelen en deskundigheid uit te wisselen. Europol, het EU-agentschap voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving, is een krachtige uiting van dit streven van de lidstaten om in samenwerking de veiligheid van hun burgers te waarborgen.

Europol biedt een robuust kader en een geavanceerd instrumentarium voor criminaliteitsbestrijding waarmee de lidstaten hun rechtshandhavingsacties kunnen coördineren. Europol fungeert met name als het EU-knooppunt voor criminele informatie dat lacunes op het gebied van criminele inlichtingen tot een minimum beperkt en gericht is op gegevens uit actuele, complexe onderzoeken. Europol biedt flexibele en realtime operationele ondersteuning, variërend van operationele analyse tot operationele coördinatie, en brengt betrokken partners bijeen voor gezamenlijk optreden. Om informatie uit te wisselen en samen te werken bij hun strafrechtelijke onderzoeken maken de lidstaten gebruik van hun verbindingsofficieren bij Europol en van het kanaal voor informatie-uitwisseling dat het agentschap biedt. De lidstaten bundelen hun middelen door Europol te belasten met het verwerken van hun informatie in zijn databanken en het verstrekken van gezamenlijke analyses. Dit maakt dat Europol centraal is komen te staan in de Europese veiligheidsarchitectuur.

De veranderende veiligheidsdreigingen, met name migrantensmokkel, vragen om doeltreffende steun op EU-niveau voor het werk van de nationale rechtshandhavingsinstanties. Hoewel er verschillen zijn in de manier waarop de lidstaten specifieke soorten criminaliteit bestrijden, kunnen hun rechtshandhavingsinstanties kiezen waar zij op EU-niveau steun van Europol zoeken en aan welke gezamenlijke initiatieven zij willen deelnemen. Bovendien worden rechtshandhavingsinstanties in alle lidstaten geconfronteerd met dezelfde evoluerende veiligheidsdreigingen. Daarom is het nodig dat de EU optreedt om de steun aan de lidstaten bij de bestrijding van zware criminaliteit en terrorisme op doeltreffende wijze op te voeren teneinde gelijke tred te houden met deze dreigingen.

Bijgevolg zouden de lidstaten alleen niet in staat zijn om alle problemen waarop dit voorstel betrekking heeft, doeltreffend aan te pakken.

   Evenredigheid

Overeenkomstig het evenredigheidsbeginsel dat is vervat in artikel 5, lid 4, VEU, moeten de aard en de zwaarte van een bepaalde maatregel worden afgestemd op het geconstateerde probleem. Alle problemen waarop dit wetgevingsinitiatief betrekking heeft, vereisen op een of andere manier ondersteuning op EU-niveau voor de lidstaten om deze problemen op doeltreffende wijze te kunnen aanpakken.

De samenwerking en coördinatie tussen agentschappen bij de bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel op EU-niveau moet worden versterkt en geïntensiveerd. Door de versterking van de samenwerking en coördinatie tussen Europol, het Europees Grens- en kustwachtagentschap en Eurojust, de oprichting van het Europees Centrum tegen migrantensmokkel en de regeling van de taken en de samenstelling ervan, zullen de EU-agentschappen beter in staat zijn ervoor te zorgen dat migrantensmokkel en mensenhandel doeltreffender en efficiënter op EU-niveau dan op nationaal niveau kunnen worden aangepakt.

De strategische aansturing en coördinatie van de bestrijding van deze misdrijven op EU-niveau moeten worden geïntensiveerd om gerichte strategische analyse, sturing en coördinatie van onderzoeks- en operationele acties op EU-niveau en tussen de lidstaten mogelijk te maken. De oprichting van het Europees Centrum tegen migrantensmokkel en de vaststelling van de taken en de samenstelling ervan zullen er ook toe bijdragen dat migrantensmokkel en mensenhandel doeltreffender en efficiënter worden bestreden op EU-niveau dan op nationaal niveau.

Informatie over migrantensmokkel en mensenhandel moet beter en systematischer worden gedeeld tussen de lidstaten onderling en met Europol, maar ook met derde landen, om ervoor te zorgen dat migrantensmokkel doeltreffender en efficiënter op EU-niveau kan worden aangepakt, met name door uitdrukkelijk te verwijzen naar de twee strafbare feiten wat betreft de algemene verplichting van de lidstaten inzake informatie-uitwisseling, door Europol de opdracht te geven biometrische gegevens doeltreffend en efficiënt te verwerken ter ondersteuning van de lidstaten, overeenkomstig de bestaande waarborgen voor de verwerking van biometrische gegevens, en door de applicatie voor veilige informatie-uitwisseling (Siena) op te zetten.

Wat de nationale structuren voor de bestrijding van migrantensmokkel betreft, beschikken, zoals reeds werd benadrukt in het vernieuwde EU-actieplan tegen mensensmokkel (2021-2025), niet alle lidstaten over de nodige structuren op nationaal niveau om migrantensmokkel te bestrijden en doeltreffend samen te werken met Europol. Deze lacune kan op EU-niveau doeltreffender en efficiënter worden aangepakt dan op nationaal niveau, door te bepalen dat de lidstaten gespecialiseerde diensten voor de bestrijding van migrantensmokkel moeten aanwijzen, deze gespecialiseerde diensten moeten verbinden met Siena en het Europees Centrum tegen migrantensmokkel moeten opdragen als netwerk van gespecialiseerde diensten op te treden.

De steun ter plaatse van Europol aan de lidstaten om migrantensmokkel tegen te gaan, moet worden versterkt. Deze behoefte kan op EU-niveau doeltreffender en efficiënter worden aangepakt dan op nationaal niveau, door de oprichting van operationele taskforces en de inzet van Europol voor operationele ondersteuning.

Als EU-agentschap voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving bevindt Europol zich in een goede positie om deze steun op EU-niveau te verlenen. Europol is immers zeer doeltreffend gebleken bij het ondersteunen van de nationale rechtshandhavingsinstanties bij de bestrijding van zware criminaliteit en terrorisme, en met name migrantensmokkel. Er zijn duidelijke synergieën en schaalvoordelen voor de lidstaten, die bijvoorbeeld voortvloeien uit het gebruik van de reservepool en de gespecialiseerde ondersteuning van Europol, of uit de deskundigheid die een gespecialiseerd centrum zoals het Europees Centrum tegen migrantensmokkel aan de lidstaten kan bieden. De lidstaten verwachten, en hebben operationeel behoefte aan, dezelfde mate van steun van Europol als het gaat om veranderende veiligheidsdreigingen, zoals migrantensmokkel.

Samenwerking op het gebied van rechtshandhaving op EU-niveau via Europol komt niet in de plaats van verschillende nationale beleidsmaatregelen op het gebied van binnenlandse veiligheid en vervangt evenmin het werk van de nationale rechtshandhavingsinstanties. Deze ondersteuning op EU-niveau doet geen afbreuk aan de verschillen tussen de rechtsstelsels en -tradities van de lidstaten, zoals erkend in de Verdragen 14 .

   Keuze van het instrument

Overeenkomstig artikel 88, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en gezien het feit dat het mandaat van Europol is vastgelegd in Verordening (EU) 2016/794, moet de versterking van het mandaat van Europol – die deel uitmaakt van dit voorstel – de vorm aannemen van een verordening. 

3.    EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

   Raadpleging van belanghebbenden

Migrantensmokkel veroorzaakt problemen voor de rechtshandhaving, met name vanwege de flexibiliteit en complexiteit van de betrokken criminele netwerken en hun aanpassingsvermogen aan veranderingen in de dynamiek van irreguliere migratie en aan de rechtshandhavingsrespons. Deze problemen zijn door Europol en de lidstaten duidelijk in kaart gebracht en besproken in de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken en de bijeenkomsten van de Europese Raad. De rol van Europol bij de bestrijding van migrantensmokkel is zowel in de Raad als in Europol besproken, onder meer in de raad van bestuur van Europol. Voorts werd in het speciaal verslag van de Europese Rekenkamer van 2021 over de ondersteuning van Europol in de strijd tegen migrantensmokkel gewezen op de noodzaak om de rol van Europol bij de bestrijding van migrantensmokkel te versterken, met name om Europol in staat te stellen alle relevante externe bronnen van informatie, waaronder biometrische gegevens, te benutten en de uitwisseling van gegevens met zijn partners te verbeteren 15 .

Voorts hebben de diensten van de Commissie de nodige input en standpunten verzameld over de relevantie, doeltreffendheid, efficiëntie, samenhang en EU-meerwaarde van dit wetgevingsinitiatief door middel van een vragenlijst die onder de lidstaten werd verspreid om de operationele behoeften en lacunes in kaart te brengen wat betreft de ondersteuning van Europol op het gebied van migrantensmokkel, alsook andere behoeften en kansen bij de versterking van het mandaat van Europol. Daarnaast hebben de diensten van de Commissie naar aanleiding van de besprekingen in de Groep rechtshandhaving de lidstaten op deskundigenniveau op 14 november 2023 geraadpleegd via een specifieke virtuele workshop. De lidstaten waren over het algemeen voorstander van het versterken van het wettelijke mandaat van Europol voor het voorkomen en bestrijden van migrantensmokkel en mensenhandel.

Uit de raadpleging van belanghebbenden is gebleken dat er vijf gebieden zijn waarop actie op EU-niveau nodig is, namelijk: a) samenwerking tussen agentschappen op het gebied van migrantensmokkel, b) strategische sturing en coördinatie bij de bestrijding van migrantensmokkel, c) informatie-uitwisseling, d) nationale structuren die gespecialiseerd zijn in de bestrijding van migrantensmokkel, en e) operationele ondersteuning van Europol ter plaatse.

Tijdens de voorbereiding van het wetgevingsinitiatief is rekening gehouden met de resultaten van de raadpleging.

   Effectbeoordeling

Dit wetgevingsvoorstel wordt niet ondersteund door een effectbeoordeling, aangezien de Commissie weinig of geen keuze had, met name vanwege de dringende operationele behoeften om de steun van Europol aan de lidstaten bij de bestrijding van migrantensmokkel te verbeteren. Dit voorstel bouwt niettemin voort op de input die de Europese Rekenkamer in haar speciaal verslag van 2021 heeft verzameld over de ondersteuning van Europol voor de bestrijding van migrantensmokkel en de feedback die tijdens de raadplegingen van belanghebbenden is ontvangen.

   Grondrechten

De verwerking van persoonsgegevens voor rechtshandhavingsdoeleinden in het algemeen, en met het oog op de ondersteuning door Europol in het bijzonder, vereist volledige naleving van de in het Handvest van de grondrechten verankerde grondrechten, en met name het recht op bescherming van persoonsgegevens 16 en het recht op eerbiediging van het privé-leven 17 . Dit voorstel houdt ten volle rekening met deze wettelijke vereisten.

4.    GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

Dit wetgevingsinitiatief leidt tot gevolgen voor de begroting en de personeelsbehoeften van Europol. Geraamd wordt 18 dat voor de gehele periode van het huidige meerjarig financieel kader 2021-27 een extra begroting van ongeveer 50 miljoen EUR en ongeveer 50 extra posten nodig zijn. Dit zal ervoor zorgen dat Europol over de nodige middelen beschikt om de in de artikelen 5 en 6 van deze verordening beschreven nieuwe taken en zijn herziene mandaat volledig en efficiënt uit te voeren. Voor de nieuwe taken van Europol in dit wetgevingsvoorstel zouden dan ook extra financiële en personele middelen nodig zijn ten opzichte van de middelen die in het meerjarig financieel kader 2021-2027 waren uitgetrokken Daarin werd voorzien in een verhoging met 160 tijdelijke functionarissen met de daaraan verbonden kosten van 114 miljoen EUR en een totale aanvullende EU-bijdrage van 178 miljoen EUR aan de begroting van Europol. Dit wetgevingsinitiatief biedt de lidstaten ook de mogelijkheid om rechtstreeks bij te dragen aan de begroting van Europol, indien noodzakelijk en vereist voor bestaande of nieuwe taken.

5.    OVERIGE ELEMENTEN

   Uitvoeringsplanning en regelingen betreffende controle, evaluatie en rapportage

De controle en de evaluatie van het versterkte mandaat van Europol zouden grotendeels plaatsvinden door de mechanismen die van toepassing zijn uit hoofde van de bestaande Europolverordening. Artikel 68 voorziet in een evaluatie waarbij met name de resultaten, effectiviteit en doelmatigheid van Europol en zijn werkwijzen worden beoordeeld, en waarbij ook kan worden nagegaan of de structuur, de werking, het actiegebied en de taken van Europol moeten worden gewijzigd en wat de financiële gevolgen van dergelijke wijzigingen zijn. Naar aanleiding van deze evaluatie zal de Commissie via haar vertegenwoordiging op de vergaderingen van de raad van bestuur van Europol en in het kader van haar toezicht, samen met de lidstaten gegevens verzamelen over de werkzaamheden van Europol (artikel 11).    

   Artikelsgewijze toelichting

In dit wetgevingsinitiatief wordt het volgende voorgesteld:

·Oprichting de jure van het Europees Centrum tegen migrantensmokkel binnen Europol en vaststelling van een governancekader voor de regulering en ondersteuning van zijn activiteiten: bij dit wetgevingsinitiatief wordt het Europees Centrum tegen migrantensmokkel opgericht als een gespecialiseerd kenniscentrum van de Unie voor de bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel. Het Europees Centrum tegen migrantensmokkel moet centraal staan bij de ondersteuning van de lidstaten bij de voorkoming en bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel en moet in dit verband specifieke strategische en operationele taken uitvoeren. [Artikel 3]

·Samenstelling van het Europees Centrum tegen migrantensmokkel: het wetgevingsinitiatief voorziet in de samenstelling van het Europees Centrum tegen migrantensmokkel en de specifieke entiteiten die bij de uitvoering van zijn taken moeten worden betrokken, zowel met het oog op strategische analyse als met het oog op operationele en technische ondersteuning bij de voorkoming en bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel. Het Europees Centrum tegen migrantensmokkel moet worden ondersteund door alle andere relevante interne structuren van Europol. [Artikel 4]

·Omschrijving van de strategische en operationele taken van het Europees Centrum tegen migrantensmokkel: het wetgevingsinitiatief omschrijft de gedetailleerde taken van het centrum met het oog op strategische analyse en operationele en technische ondersteuning bij de voorkoming en bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel. Op strategisch niveau omvatten deze taken het verstrekken van strategische analyses en dreigingsevaluaties, het ondersteunen van de operationele uitvoering van de strategische en operationele prioriteiten, het ondersteunen van de coördinatie, samenwerking en uitwisseling van informatie, het monitoren van migrantensmokkel en mensenhandel, en het opstellen van een jaarverslag. In dit verband zal het Europees Centrum tegen migrantensmokkel ook ten minste tweemaal per jaar een vergadering houden van de in het centrum vertegenwoordigde entiteiten om doeltreffende sturing en coördinatie op het niveau van de Unie te waarborgen. Op operationeel niveau omvatten de taken van het Europees Centrum tegen migrantensmokkel het coördineren, organiseren en uitvoeren van onderzoeks- en operationele acties ter ondersteuning en versterking van acties van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten, het ondersteunen van grensoverschrijdende informatie-uitwisselingsactiviteiten, operaties en onderzoeken van de lidstaten, alsook van gemeenschappelijke onderzoeksteams en operationele taskforces, en het identificeren van gevallen van migrantensmokkel en mensenhandel die geavanceerde operationele ondersteuning kunnen vereisen. [Artikelen 5 en 6]

·Aanwijzing van gespecialiseerde diensten binnen de bevoegde autoriteiten van de lidstaten ter voorkoming en bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel: het wetgevingsinitiatief bepaalt dat elke lidstaat een of meer gespecialiseerde diensten moet aanwijzen om migrantensmokkel en mensenhandel te voorkomen en te bestrijden, onder meer door middel van strafrechtelijke onderzoeken, en ervoor moet zorgen dat deze diensten alle relevante informatie zo spoedig mogelijk via Siena verzamelen en delen met Europol en andere lidstaten. [Artikel 8]

·Europol voorzien van de nodige geavanceerde instrumenten om de lidstaten te ondersteunen bij het voorkomen en bestrijden van migrantensmokkel en andere strafbare feiten die onder de doelstellingen van Europol vallen: het wetgevingsinitiatief voorziet in de oprichting van operationele taskforces als coördinatiemechanismen die door de lidstaten met steun van Europol worden opgezet om gezamenlijke, gecoördineerde en prioritaire criminele inlichtingenactiviteiten en onderzoeken uit te voeren, met name met betrekking tot criminele netwerken en groepen en individuele criminele actoren. Het wetgevingsinitiatief bevat minimumvereisten voor de actieve en tijdige betrokkenheid van de lidstaten, zoals het verstrekken van alle relevante informatie aan Europol, en bepaalt dat Europol zijn geavanceerde analytische, operationele, technische, forensische en financiële steun aan deze lidstaten beschikbaar moet stellen. Derde landen kunnen ook deelnemen aan operationele taskforces. [Artikel 9]

·Europol de mogelijkheid bieden op verzoek van een lidstaat functionarissen op het grondgebied van die lidstaat in te zetten om analytische, operationele, technische en forensische ondersteuning te bieden in samenwerking en overeenstemming met de bevoegde autoriteiten van die lidstaat: de gastlidstaat moet kunnen voldoen aan een reeks minimumvereisten, zoals het verstrekken van alle relevante informatie aan Europol. Europol moet snel personeel kunnen inzetten, met name in uitzonderlijke spoedeisende gevallen. Door Europol ingezette personeelsleden en deskundigen moeten niet-dwingende onderzoeksmaatregelen kunnen uitvoeren in verband met gegevensverwerking in samenwerking en overeenstemming met de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaat, overeenkomstig de Europolverordening en het nationale recht van die lidstaat. Bovendien moet Europol een reservepool opzetten van hooggekwalificeerde rechtshandhavingsdeskundigen van de lidstaten met gespecialiseerde profielen die onmiddellijk ter beschikking van Europol kunnen worden gesteld voor operationele inzet teneinde gespecialiseerde ondersteuning te bieden. Europol moet ook personeel en gedetacheerde nationale deskundigen kunnen inzetten in derde landen waarmee het samenwerkt op basis van een adequaatheidsbesluit en een internationale overeenkomst tussen de Unie en dat derde land op grond van artikel 218 VWEU, of een vóór 1 mei 2017 gesloten samenwerkingsovereenkomst tussen Europol en dat derde land. [Artikel 9]

·Verduidelijking van de aard van de operationele ondersteuning die personeelsleden van Europol ter plaatse kunnen verlenen aan de rechtshandhavingsinstanties van de lidstaten bij operaties en onderzoeken: in het wetgevingsinitiatief wordt verduidelijkt dat personeelsleden van Europol tijdens de uitvoering van onderzoeksmaatregelen operationele ondersteuning kunnen bieden aan de bevoegde autoriteiten van de lidstaten, op hun verzoek en in overeenstemming met hun nationale recht, onder meer in het kader van de uitvoering van operationele taskforces en de inzet van Europol voor operationele ondersteuning. Personeelsleden van Europol moet niet-dwingende onderzoeksmaatregelen kunnen uitvoeren in samenwerking en overeenstemming met de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaat, en in overeenstemming met de Europolverordening en het nationale recht van die lidstaat, indien een lidstaat daarom verzoekt overeenkomstig zijn nationale recht en met toestemming van de uitvoerend directeur van Europol. [Artikel 9]

·Versterking van de samenwerking tussen Europol en derde landen: het wetgevingsinitiatief bevat regels om de in derde landen ingezette migratieverbindingsofficieren van de lidstaten beter te betrekken bij het verbeteren van de uitwisseling van informatie door derde landen om migrantensmokkel tegen te gaan en deze informatie rechtstreeks of via de nationale Europol-eenheid aan Europol te verstrekken met behulp van Siena. [Artikel 8]

·Identificering van gevallen van migrantensmokkel die samenwerking met derde landen vereisen waarvoor in individuele gevallen overdracht van persoonsgegevens kan vereist zijn met het oog op het voorkomen, onderzoeken, opsporen of vervolgen van strafbare feiten of het ten uitvoer leggen van strafrechtelijke sancties: het wetgevingsinitiatief draagt het Europees Centrum tegen migrantensmokkel op om dergelijke gevallen te identificeren. De overdracht van persoonsgegevens door Europol aan derde landen in deze gevallen kan, bij ontstentenis van een adequaatheidsbesluit of van adequate of passende waarborgen inzake gegevensbescherming, worden uitgevoerd overeenkomstig artikel 25, lid 5, van Verordening (EU) 2016/794. [Artikel 6]

·Versterking van de rol van Europol in de strijd tegen strafbare feiten in verband met de schending van beperkende maatregelen van de Unie: het wetgevingsinitiatief heeft betrekking op de strafbare feiten die onder de in bijlage I bij Verordening (EU) 2016/794 genoemde vormen van criminaliteit vallen. Zonder dat er een verband is met migrantensmokkel en mensenhandel, breidt de voorgestelde verordening de lijst van strafbare feiten die onder de bevoegdheid van Europol vallen uit, door in bijlage I bij de Europolverordening de “schending van beperkende maatregelen van de Unie” op te nemen. Hiermee wordt tegemoet gekomen aan verzoeken van de lidstaten om Europol in staat te stellen ze te ondersteunen bij de bestrijding van schendingen van beperkende maatregelen van de Unie, wat momenteel alleen mogelijk is wanneer een dergelijke schending ook een andere vorm van criminaliteit vormt die is vermeld in bijlage I bij de Europolverordening, bijvoorbeeld witwasactiviteiten. Niet alle schendingen van beperkende maatregelen van de Unie zouden echter onder de thans in bijlage I bij de Europol-verordening genoemde vormen van criminaliteit vallen. De opname van de schending van beperkende maatregelen van de Unie in bijlage I bij de Europolverordening zou een aanvulling vormen op de voorgestelde richtlijn betreffende de definitie van strafbare feiten en sancties voor de schending van beperkende maatregelen van de Unie 19 . [Artikel 9]




2023/0438 (COD)

Voorstel voor een

VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

betreffende de versterking van de politiële samenwerking met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van migrantensmokkel en mensenhandel, en betreffende de versterking van de ondersteuning door Europol van de voorkoming en bestrijding van die strafbare feiten, en tot wijziging van Verordening (EU) 2016/794

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 85, lid 1, artikel 87, lid 2, en artikel 88, lid 2,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)Het Agentschap van de Europese Unie voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving (Europol) is opgericht bij Verordening (EU) 2016/794 van het Europees Parlement en de Raad 20 ter ondersteuning en versterking van het optreden van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten en hun wederzijdse samenwerking bij de voorkoming en bestrijding van zware criminaliteit waardoor twee of meer lidstaten worden getroffen, van terrorisme en van vormen van criminaliteit die een schending inhouden van een gemeenschappelijk belang dat tot het beleid van de Unie behoort.

(2)Migrantensmokkel is een criminele activiteit waarbij het menselijk leven en de menselijke waardigheid worden miskend bij het nastreven van winst, en waarbij de grondrechten van de betrokkenen en de doelstellingen van de Unie op het gebied van migratiebeheer worden ondermijnd. De Europese Raad heeft in zijn conclusies van 9 februari 2023 het belang van de strijd tegen mensensmokkelaars bevestigd en zich bereid verklaard de maatregelen om irregulier vertrek en verlies van mensenlevens te voorkomen, op te voeren, onder meer door de samenwerking met landen van herkomst en doorreis te intensiveren. Daartoe is het ook belangrijk de respons van de rechtshandhavingsinstanties op migrantensmokkel en mensenhandel te versterken door de capaciteiten van Europol, en met name zijn gespecialiseerd kenniscentrum van de Unie voor de bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel te versterken.

(3)In 2016 heeft de raad van bestuur van Europol overeenkomstig artikel 11, lid 1, punt s), van Verordening (EU) 2016/794 een “Europees Centrum tegen migrantensmokkel” opgericht als een dergelijk gespecialiseerd kenniscentrum van de Unie. Het heeft zich sinds zijn oprichting voortdurend ontwikkeld en heeft zijn reeks activiteiten uitgebreid om de lidstaten de beste ondersteuning te bieden als dynamisch platform voor operationele samenwerking, informatie-uitwisseling en coördinatie tussen de lidstaten en partners die betrokken zijn bij de bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel. De toename van irreguliere aankomsten in de Unie en van niet-toegestane verplaatsingen binnen de Unie, het snelle aanpassingsvermogen van criminele georganiseerde groepen, de ontwikkeling van nieuwe werkwijzen en geavanceerde methoden vereisen dringend een aanzienlijke versterking van de rol van het gespecialiseerde kenniscentrum van de Unie van Europol voor de bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel, door het tot een permanente structuur binnen Europol om te vormen en zijn betrokkenheid bij de ondersteuning van de lidstaten bij de voorkoming en bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel te versterken. Die structuur moet de naam “Europees Centrum tegen migrantensmokkel” dragen.

(4)Het Europees Centrum tegen migrantensmokkel moet de lidstaten strategische, operationele en technische ondersteuning bieden om migrantensmokkel en mensenhandel te voorkomen en te bestrijden. Als onderdeel van zijn strategische taken moet het een kader bieden voor de uitvoering van strategische en operationele prioriteiten van de Unie door toezicht te houden op trends op het gebied van migrantensmokkel en mensenhandel. Daartoe moet het jaarverslagen, strategische analyses, dreigingsevaluaties en situatieupdates over migratieroutes en werkwijzen verstrekken, met inbegrip van aanwijzingen dat mogelijk particuliere partijen worden gebruikt voor migrantensmokkel en mensenhandel. In het kader van de uitvoering van zijn strategische en operationele taken moet het Europees Centrum tegen migrantensmokkel samenwerken met de Europese Dienst voor extern optreden en missies en operaties in het kader van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid, waar passend en relevant, in overeenstemming met hun respectieve mandaten en bevoegdheden en overeenkomstig het mandaat van Europol.

(5)Om de samenwerking tussen agentschappen op het gebied van migrantensmokkel en mensenhandel te versterken, moet het Europees Centrum tegen migrantensmokkel voorzien in een middel om de samenwerking en coördinatie tussen Europol en andere agentschappen van de Unie, met name Eurojust en het Europees Grens- en kustwachtagentschap, te verbeteren, in overeenstemming met hun respectieve rechtskaders, onder meer door middel van werkafspraken tussen de agentschappen van de Unie.

(6)Ter ondersteuning van zijn strategische analyse bij de voorkoming en bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel moet het Europees Centrum tegen migrantensmokkel voor strategische taken worden ondersteund door een samenwerkingskader dat bestaat uit personeelsleden van Europol en moet het daarbij vertegenwoordigers van de Commissie, de gespecialiseerde diensten van de lidstaten, het Agentschap van de Europese Unie voor justitiële samenwerking in strafzaken (Eurojust) en het Europees Grens- en kustwachtagentschap betrekken. Het Europees Centrum tegen migrantensmokkel moet ten minste tweemaal per jaar een vergadering houden van de in het centrum vertegenwoordigde entiteiten om doeltreffende sturing en coördinatie op het niveau van de Unie te waarborgen. Om het centrum in staat te stellen zijn taken te vervullen, moeten andere relevante interne structuren van Europol het alle nodige ondersteuning bieden. Om de doeltreffendheid van het Europees Centrum tegen migrantensmokkel te maximaliseren, moet Europol met name de belangrijkste actoren van het Europees multidisciplinair platform tegen criminaliteitsdreiging (Empact) en, indien nodig, andere relevante organen of agentschappen van de Unie kunnen uitnodigen.

(7)Als onderdeel van de operationele en technische ondersteuning van de lidstaten moet het Europees Centrum tegen migrantensmokkel zorgen voor de coördinatie van de onderzoeks- en operationele acties van de lidstaten, met inbegrip van het ondersteunen van grensoverschrijdende informatie-uitwisseling, operaties en onderzoeken van de lidstaten, met name in het kader van Empact, onder meer door operationele, technische, forensische en financiële steun te verlenen. Voorts moet Europol de lidstaten ondersteunen bij het identificeren van gevallen van migrantensmokkel en mensenhandel waarbij onderzoeken moeten worden ingesteld, indien nodig in samenwerking met Eurojust, in gevallen waarin operationele taskforces of de inzet van Europol voor operationele ondersteuning nodig zijn, en in gevallen waarin samenwerking met derde landen nodig kan zijn, onder meer door de uitwisseling van persoonsgegevens.

(8)De overdracht van persoonsgegevens door Europol aan derde landen kan, bij ontstentenis van een adequaatheidsbesluit of van adequate of passende waarborgen inzake gegevensbescherming, worden uitgevoerd overeenkomstig artikel 25, lid 5, van Verordening (EU) 2016/794. Met name kan het bij door het Centrum tegen migrantensmokkel geïdentificeerde gevallen van migrantensmokkel die samenwerking met derde landen vereisen in individuele gevallen nodig zijn persoonsgegevens over te dragen met het oog op het voorkomen, onderzoeken, opsporen of vervolgen van strafbare feiten of het ten uitvoer leggen van strafrechtelijke sancties.

(9)Ter versterking van de operationele en technische ondersteuning bij het voorkomen en bestrijden van migrantensmokkel en mensenhandel moet het Europees Centrum tegen migrantensmokkel voor operationele taken verbindingsofficieren van de lidstaten, Eurojust en het Europees Grens- en kustwachtagentschap betrekken om te zorgen voor een doeltreffende, tijdige en systematische coördinatie en uitwisseling van informatie over de bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel op het niveau van de Unie, en te zorgen voor een sterkere samenwerking tussen agentschappen binnen hun respectieve bevoegdheden en met de lidstaten. Andere relevante interne structuren van Europol moeten ook alle nodige ondersteuning bieden. Daartoe moeten verbindingsofficieren van Eurojust en verbindingsofficieren van het Europees Grens- en kustwachtagentschap als permanente vertegenwoordigers bij Europol worden gedetacheerd. Europol moet in voorkomend geval andere relevante organen of agentschappen van de Unie kunnen betrekken om gebruik te maken van de deskundigheid die binnen hun bevoegdheden valt.

(10)Empact brengt een breed scala aan bevoegde autoriteiten samen in het kader van een partnerschapsaanpak en vormt zowel het kader voor een gecoördineerde aanpak van georganiseerde en zware internationale criminaliteit als een katalysator voor de operationalisering van het veiligheidsbeleid en de veiligheidsstrategieën van de Unie. Om een multidisciplinaire, holistische en consistente respons te bevorderen ter voorkoming en bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel, alsook daarmee verband houdende strafbare feiten en faciliterende factoren, moeten Europol en alle belangrijke belanghebbenden hun banden binnen Empact en de operationele ondersteuning van de door dat platform ontwikkelde activiteiten versterken.

(11)Om ervoor te zorgen dat de justitiële autoriteiten op passende wijze worden betrokken bij strafrechtelijke onderzoeken naar strafbare feiten in verband met migrantensmokkel en mensenhandel, moet de noodzaak om het mandaat van Eurojust te versterken met betrekking tot migrantensmokkel en met betrekking tot de wijzigingen in het mandaat van Europol, worden geëvalueerd in het kader van de evaluatie overeenkomstig artikel 69, lid 1, van Verordening (EU) 2018/1727.

(12)Europol moet het EU-informatiecentrum over criminaliteit zijn en optreden als dienstverlener, met name als aanbieder van een beveiligd netwerk voor informatie-uitwisseling, zoals de applicatie voor veilige informatie-uitwisseling (Siena), dat informatie-uitwisseling tussen de lidstaten, Europol, andere organen van de Unie, derde landen en internationale organisaties faciliteert. Siena moet snelle, veilige en gebruikersvriendelijke communicatie en uitwisseling van operationele en strategische informatie en inlichtingen over criminaliteit mogelijk maken en sterk gericht zijn op interoperabiliteit met andere systemen bij Europol en andere samenwerkende staten en organisaties.

(13)Actieve betrokkenheid van de lidstaten en uitwisseling van informatie met Europol zijn van cruciaal belang voor een alomvattende en gecoördineerde aanpak van de Unie ter bestrijding van migrantensmokkel. Met het oog op de versterking van de capaciteiten van de lidstaten moeten de lidstaten gespecialiseerde diensten voor de bestrijding van migrantensmokkel aanwijzen en ervoor zorgen dat zij over voldoende middelen beschikken om migrantensmokkel te voorkomen en te bestrijden, en informatie over strafrechtelijke onderzoeken efficiënt en doeltreffend kunnen uitwisselen met Europol. Om de uitwisseling van informatie over migrantensmokkel tussen de lidstaten en Europol te harmoniseren, moeten de lidstaten ervoor zorgen dat hun aangewezen diensten voor de bestrijding van migrantensmokkel rechtstreeks verbonden zijn met Siena teneinde de informatie-uitwisseling te vergemakkelijken. Dit is in overeenstemming met Richtlijn (EU) 2023/977 van het Europees Parlement en de Raad van 10 mei 2023 betreffende de uitwisseling van informatie tussen de rechtshandhavingsinstanties van de lidstaten en tot intrekking van Kaderbesluit 2006/960/JBZ van de Raad. De immigratieverbindingsofficieren van de lidstaten die in derde landen zijn gedetacheerd, moeten ook informatie uitwisselen met Europol; daartoe moeten zij ook worden aangesloten op Siena om ervoor te zorgen dat zij de in het eerste lid bedoelde uitwisseling van informatie op efficiënte en doeltreffende wijze kunnen uitvoeren.

(14)Om te zorgen voor een efficiënte uitwisseling van informatie over migrantensmokkel tussen de lidstaten en met Europol, met name in het geval van grote criminele netwerken waarbij talrijke verdachten betrokken zijn, moeten de lidstaten gebruikmaken van de meest geschikte ondersteunende instrumenten van Europol, zoals specifieke gegevensladers. Om daarentegen toegang te krijgen tot en optimaal gebruik te maken van alle informatie en inlichtingen die op het niveau van de Unie over de desbetreffende zaken beschikbaar zijn, en met volledige inachtneming van de passende waarborgen inzake gegevensbescherming, moeten de lidstaten en de agentschappen van de Unie de Europol-informatie systematisch raadplegen in het kader van lopende onderzoeken in verband met migrantensmokkel, onder meer door gebruik te maken van de door Europol verstrekte “hit/no hit” -instrumenten, zoals de technische systeeminterface “Querying Europol Systems” (QUEST +).

(15)Om grensoverschrijdende zware georganiseerde criminaliteit en terrorisme te voorkomen, op te sporen en te onderzoeken, zijn coördinatie en gecoördineerde actie noodzakelijk. Naast de mogelijkheid voor de lidstaat om overeenkomstig het kaderbesluit van de Raad van 13 juni 2002 een gemeenschappelijk onderzoeksteam in te stellen, moeten de lidstaten met steun van Europol een operationele taskforce kunnen oprichten om de samenwerking op het gebied van rechtshandhaving te versterken. Dit coördinatiemechanisme tussen de politieautoriteiten en andere rechtshandhavingsdiensten van de lidstaten moet deze autoriteiten en diensten, met de steun van Europol, in staat stellen gezamenlijke, gecoördineerde en geprioriteerde criminele inlichtingenactiviteiten en onderzoeken uit te voeren, met name met betrekking tot criminele netwerken en groepen en individuele criminele actoren, met inbegrip van personen van wie de criminele activiteiten behoren tot de vormen van criminaliteit waarvoor Europol bevoegd is en die een hoog veiligheidsrisico vormen. Om de goede werking en doeltreffendheid van dat mechanisme te waarborgen, moeten de lidstaten die een operationele taskforce oprichten, eraan deelnemen of ondersteunen, kunnen zorgen voor een reeks minimumvereisten met betrekking tot hun actieve en tijdige betrokkenheid, zoals het verstrekken van alle relevante informatie aan Europol, en moet Europol zijn geavanceerde analytische, operationele, technische, forensische en financiële steun ter beschikking van die lidstaten kunnen stellen. Derde landen moeten kunnen deelnemen aan of steun verlenen aan een operationele taskforce.

(16)Indien de criminele inlichtingenactiviteiten die in een operationele taskforce worden uitgevoerd, leiden tot de opening van strafrechtelijke onderzoeken in een of meer lidstaten die baat kunnen hebben bij het opzetten van een gemeenschappelijk onderzoeksteam, of wanneer de door een operationele taskforce ondersteunde strafrechtelijke onderzoeken baat kunnen hebben bij het opzetten van een gemeenschappelijk onderzoeksteam, moet Europol de betrokken lidstaten voorstellen een gemeenschappelijk onderzoeksteam op te richten en maatregelen nemen om ze bij te staan overeenkomstig artikel 5 van Verordening (EU) 2016/794. In die gevallen dient Europol in voorkomend geval nauw contact te onderhouden met Eurojust.

(17)Europol moet de mogelijkheid hebben om personeelsleden, met inbegrip van overeenkomstig Verordening (EU) 2016/794 gedetacheerde nationale deskundigen, op verzoek van een lidstaat in te zetten op het grondgebied van die lidstaat om analytische, operationele, technische en forensische ondersteuning te bieden in samenwerking en overeenstemming met de bevoegde autoriteiten van die lidstaat. Het inzetten van Europol-personeel moet met name plaatsvinden in het kader van complexe, grootschalige en prominente onderzoeken, onder meer in het kader van gemeenschappelijke onderzoeksteams, in voorkomend geval in samenwerking met Eurojust, of operationele taskforces. Het moet ook ondersteuning bieden voor verdere veiligheidscontroles aan de hand van Europol of nationale databanken om snelle informatie-uitwisseling ter versterking van de controles aan de buitengrenzen van de Unie (secundaire veiligheidscontroles) of ondersteuningsteams voor migratiebeheer overeenkomstig Verordening (EU) 2019/1896 van het Europees Parlement en de Raad 21 te vergemakkelijken. Europol dient ook gebruik te maken van het inzetten van zijn personeel om de lidstaten te ondersteunen bij grote internationale evenementen. Europol moet ook personeel en gedetacheerde nationale deskundigen kunnen inzetten in derde landen waarmee het samenwerkt op basis van een adequaatheidsbesluit, een internationale overeenkomst tussen de Unie en dat derde land op grond van artikel 218 VWEU, of een vóór 1 mei 2017 gesloten samenwerkingsovereenkomst tussen Europol en dat derde land.

(18)Om te waarborgen dat Europol doeltreffende ondersteuning kan bieden door het inzetten van personeel, moet de gastlidstaat kunnen voldoen aan een reeks minimumvereisten, zoals het verstrekken van alle relevante informatie aan Europol. Europol moet snel personeelsleden en gedetacheerde nationale deskundigen kunnen inzetten, zelfs in uitzonderlijke spoedeisende gevallen. De door Europol ingezette personeelsleden en gedetacheerde nationale deskundigen moeten niet-dwingende onderzoeksmaatregelen kunnen uitvoeren in verband met gegevensverwerking in samenwerking en overeenstemming met de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaat, en in overeenstemming met Verordening (EU) 2016/794 en het nationale recht van de betrokken lidstaat.

(19)Bovendien moet Europol, in het kader van het inzetten van personeel voor operationele ondersteuning, een reservepool opzetten van hooggekwalificeerde rechtshandhavingsdeskundigen van de lidstaten met gespecialiseerde profielen die onmiddellijk ter beschikking van Europol kunnen worden gesteld voor operationele inzet teneinde gespecialiseerde ondersteuning te bieden. De reservepool van deskundigen moet specialisten omvatten op het gebied van onderzoek, criminaliteitsanalyse, forensisch onderzoek, talen en coördinatie. De lidstaten moeten ervoor zorgen dat hun deskundigen beschikbaar zijn om op verzoek van Europol als gedetacheerde nationale deskundigen door Europol te worden ingezet voor operationele ondersteuning. Die verplichting mag niet gelden voor derde landen waar Europol personeel en gedetacheerde nationale deskundigen inzet voor operationele ondersteuning.

(20)De versterking van het rechtskader van Europol biedt de gelegenheid om te verduidelijken dat de doelstellingen van Europol ook uitdrukkelijk betrekking moeten hebben op schendingen van beperkende maatregelen van de Unie. Beperkende maatregelen van de Unie zijn een essentieel instrument voor het beschermen van de waarden, de veiligheid, onafhankelijkheid en integriteit van de Unie, het consolideren en ondersteunen van de democratie, de rechtsstaat, de mensenrechten en de beginselen van het internationaal recht, het handhaven van de internationale vrede, het voorkomen van conflicten en het versterken van de internationale veiligheid overeenkomstig de doelstellingen en beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties. Schendingen van beperkende maatregelen van de Unie vormen derhalve een vorm van criminaliteit die afbreuk doet aan een gemeenschappelijk belang dat onder het beleid van de Unie valt en ten aanzien waarvan Europol de bevoegdheid moet hebben om op te treden ter ondersteuning en versterking van het optreden van de lidstaten.

(21)[Overeenkomstig artikel 3 van Protocol nr. 21 betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland ten aanzien van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, heeft Ierland te kennen gegeven dat het aan de vaststelling en toepassing van deze verordening wenst deel te nemen.] OF

(22)[Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van Protocol nr. 21 betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland ten aanzien van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en onverminderd artikel 4 van dat protocol, neemt Ierland niet deel aan de vaststelling van deze verordening en is deze niet bindend voor, noch van toepassing op Ierland.]

(23)Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van Protocol nr. 22 betreffende de positie van Denemarken, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, neemt Denemarken niet deel aan de vaststelling van deze verordening en is deze niet bindend voor, noch van toepassing op Denemarken.

(24)[De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming is geraadpleegd overeenkomstig artikel 42, lid 1, van Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad 22 en heeft op [...] advies uitgebracht 23 .

(25)Daar de doelstellingen van deze verordening, namelijk het voorkomen, opsporen en onderzoeken van migrantensmokkel en mensenhandel te versterken, gezien het grensoverschrijdende karakter van deze misdrijven niet voldoende door de lidstaten alleen kunnen worden verwezenlijkt, maar vanwege de gevolgen van samenwerking en informatie-uitwisseling beter door de Unie kunnen worden verwezenlijkt, kan de Unie overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze verordening niet verder dan nodig is om deze doelstellingen te verwezenlijken.

(26)Deze verordening eerbiedigt de grondrechten en waarborgen ten volle en neemt de beginselen in acht die met name in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (“het Handvest”) zijn neergelegd, met name het recht op eerbiediging van het privéleven en het familie- en gezinsleven, en het recht op de bescherming van persoonsgegevens zoals neergelegd in de artikelen 7 en 8 van het Handvest, alsook in artikel 16 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

(27)Verordening (EU) 2016/794 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Hoofdstuk I

ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1

Onderwerp en toepassingsgebied

Bij deze verordening worden regels vastgesteld om de politiële samenwerking en de ondersteuning van het Agentschap van de Europese Unie voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving (Europol) bij de voorkoming en bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel te versterken, door:

a)    binnen Europol het Europees Centrum tegen migrantensmokkel op te richten en een governancekader vast te stellen voor de regulering en ondersteuning van zijn activiteiten;

b)    de samenwerking en coördinatie tussen de lidstaten, Europol en andere agentschappen van de Unie te verbeteren;

c)    de uitwisseling van informatie tussen de lidstaten onderling en met Europol te versterken;

d)    Europol te voorzien van de nodige instrumenten om het optreden van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten en hun wederzijdse samenwerking bij het voorkomen en bestrijden van strafbare feiten die onder de doelstellingen van Europol vallen, te ondersteunen en te versterken;

e)    de samenwerking tussen Europol en derde landen te verbeteren.

Artikel 2

Definities

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

(1)    “migrantensmokkel”: alle activiteiten als bedoeld in de artikelen 3, 4 en 5 van Richtlijn [XXX] [tot vaststelling van minimumvoorschriften ter voorkoming en bestrijding van hulpverlening bij illegale binnenkomst, illegale doortocht en illegaal verblijf in de Unie, en ter vervanging van Richtlijn 2002/90/EG van de Raad en Kaderbesluit 2002/946 van de Raad] 24 ;

(2)    “mensenhandel”: alle activiteiten als bedoeld in de artikelen 2 en 3 van Richtlijn 2011/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 5 april 2011 25 ;    

(4)    “bevoegde autoriteiten”: de bevoegde autoriteiten van de lidstaten zoals gedefinieerd in artikel 2, punt a), van Verordening (EU) 2016/794;

(5)    “immigratieverbindingsofficier”: een verbindingsofficier die door de bevoegde autoriteiten van een lidstaat overeenkomstig zijn nationale recht in een derde land wordt ingezet om immigratiegerelateerde kwesties te behandelen, ook wanneer dit slechts een deel van zijn taken is.    

Hoofdstuk II

GOVERNANCEKADER VAN HET EUROPEES CENTRUM TEGEN MIGRANTENSMOKKEL

Artikel 3

Europees Centrum tegen migrantensmokkel

Binnen Europol wordt het Europees Centrum tegen migrantensmokkel opgericht als een gespecialiseerd kenniscentrum van de Unie als bedoeld in artikel 4, lid 1, punt l), van Verordening (EU) 2016/794. Het ondersteunt de lidstaten bij de voorkoming en bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel en voert de in de artikelen 5 en 6 omschreven taken uit.

 

Artikel 4

Samenstelling van het Europees Centrum tegen migrantensmokkel

1.    Het Europees Centrum tegen migrantensmokkel bestaat uit personeelsleden van Europol en betrekt vertegenwoordigers van de volgende entiteiten bij de uitvoering van de in artikel 5 bedoelde strategische taken:

a)een vertegenwoordiger van elke lidstaat, afkomstig van een in artikel 7 bedoelde nationale gespecialiseerde dienst;

b)een vertegenwoordiger van Eurojust;

c)een vertegenwoordiger het Europees Grens- en kustwachtagentschap;

d)naar goeddunken van Europol, en na raadpleging van de lidstaten, een of meer vertegenwoordigers die betrokken zijn bij de operationele uitvoering van de strategische en operationele prioriteiten van de Unie op het gebied van de bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel, met name in het kader van het Europees multidisciplinair platform tegen criminaliteitsdreiging (Empact).

Het Europees Centrum tegen migrantensmokkel houdt ten minste tweemaal per jaar een vergadering van de onder a) tot en met d) bedoelde entiteiten en de Commissie neemt daaraan deel.

Europol kan andere entiteiten uitnodigen om te worden betrokken bij de uitvoering van de in artikel 5 bedoelde activiteiten, met inbegrip van andere relevante organen of agentschappen van de Unie.

2.    Het Europees Centrum tegen migrantensmokkel bestaat uit personeelsleden van Europol en betrekt vertegenwoordigers van de volgende entiteiten bij de uitvoering van de in artikel 6 bedoelde operationele taken:

a)    voor elke lidstaat een in artikel 8 van Verordening (EU) 2016/794 bedoelde verbindingsofficier die specifiek is aangewezen om migrantensmokkel aan te pakken;

b)    een verbindingsofficier van Eurojust als permanente vertegenwoordiger bij Europol;

c)    een verbindingsofficier van het Europees Grens- en kustwachtagentschap als permanente vertegenwoordiger bij Europol.

   Europol kan andere entiteiten uitnodigen om te worden betrokken bij de uitvoering van de in artikel 6 bedoelde activiteiten, met inbegrip van andere relevante organen of agentschappen van de Unie.

3.    Voor de toepassing van lid 2 van dit artikel en overeenkomstig artikel 4, lid 1, punt g), van Verordening (EU) 2018/1727 van het Europees Parlement en de Raad 26 zet Eurojust een overeenkomstig die verordening handelende verbindingsofficier in bij het Europees Centrum tegen migrantensmokkel.

4.    Voor de toepassing van lid 2 van dit artikel en van artikel 68, lid 1, punt b), artikel 87, lid 1, punt d), en artikel 90 van Verordening (EU) 2019/1896, en overeenkomstig artikel 68, leden 2 en 5, van die verordening zet het Europees Grens- en kustwachtagentschap een overeenkomstig die verordening handelende verbindingsofficier in bij het Europees Centrum tegen migrantensmokkel.

5.    Voor de toepassing van de leden 1 en 2, en om de uitvoering van de in de artikelen 5 en 6 van deze verordening vastgestelde strategische en operationele taken te vergemakkelijken, krijgt het Europees Centrum tegen migrantensmokkel de noodzakelijke ondersteuning van alle andere relevante onderdelen van de interne structuren van Europol.

Artikel 5

Strategische taken van het Europees Centrum tegen migrantensmokkel

De strategische taken van het Europees Centrum tegen migrantensmokkel zijn:

a)strategische analyses en dreigingsevaluaties verstrekken om de Raad en de Commissie bij te staan bij de vaststelling van de strategische en operationele prioriteiten van de Unie op het gebied van de voorkoming en bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel, overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Verordening (EU) 2016/794;

b)een kader bieden ter ondersteuning van de operationele toepassing van de strategische en operationele prioriteiten van de Unie op het gebied van de voorkoming en bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel, met name in het kader van Empact, overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Verordening (EU) 2016/794;

c)de coördinatie, samenwerking en uitwisseling van informatie over migrantensmokkel en mensenhandel tussen de agentschappen van de Unie, met name met het Europees Grens- en kustwachtagentschap, Eurojust en, in voorkomend geval, andere relevante organen of agentschappen van de Unie ondersteunen, in overeenstemming met hun respectieve rechtskaders, onder meer door middel van onderlinge werkafspraken, overeenkomstig artikel 4, lid 1, punt j), van Verordening (EU) 2016/794;

d)migrantensmokkel en mensenhandel in de Unie en in derde landen monitoren, in samenwerking met de lidstaten, relevante organen of agentschappen van de Unie en, in voorkomend geval, derde landen, overeenkomstig artikel 4, lid 1, punt f), van Verordening (EU) 2016/794, en regelmatig informatie verstrekken aan de lidstaten en de Commissie, met inbegrip van geaggregeerde statistische gegevens en situatieupdates die zijn afgeleid van door de lidstaten gedeelde informatie;

e)strategische analyses en dreigingsevaluaties verstrekken ter ondersteuning van de uitvoering van in artikel 5 bis van Verordening (EU) 2016/794 bedoelde operationele taskforces en van de inzet van Europol voor operationele ondersteuning als bedoeld in artikel 5 ter van Verordening (EU) 2016/794, overeenkomstig artikel 4, lid 1, punt f), van Verordening (EU) 2016/794;

f)strategische analyses en dreigingsevaluaties verstrekken ter ondersteuning van de uitvoering van artikel 6, lid 1, van Verordening (EU) 2016/794 betreffende verzoeken om een strafrechtelijk onderzoek in te stellen naar migrantensmokkel en mensenhandel, overeenkomstig artikel 4, lid 1, punt f), van Verordening (EU) 2016/794;

g)strategische analyses en dreigingsevaluaties verstrekken aan de lidstaten en de Commissie en, in voorkomend geval, aan relevante agentschappen of organen van de Unie, met betrekking tot routes en werkwijzen die bij migrantensmokkel en mensenhandel worden gebruikt, met inbegrip van aanwijzingen dat mogelijk particuliere partijen worden gebruikt voor migrantensmokkel en mensenhandel, overeenkomstig artikel 4, lid 1, punt f), van Verordening (EU) 2016/794;

h)strategische analyses en dreigingsevaluaties verstrekken aan de lidstaten en de Commissie en, in voorkomend geval, aan relevante agentschappen of organen van de Unie, met betrekking tot de voorkoming en bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel, overeenkomstig artikel 4, lid 1, punt f), van Verordening (EU) 2016/794;

i)een jaarverslag opstellen over migrantensmokkel en mensenhandel, waarin de belangrijkste operationele prioriteiten en mogelijke daarmee verband houdende acties op het niveau van de Unie in kaart worden gebracht, overeenkomstig artikel 4, lid 1, punt f), van Verordening (EU) 2016/794.

Artikel 6

Operationele taken van het Europees Centrum tegen migrantensmokkel

De operationele taken van het Europees Centrum tegen migrantensmokkel zijn:

a)    onderzoeks- en operationele acties coördineren, organiseren en uitvoeren ter ondersteuning en versterking van acties van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten ter voorkoming en bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel, ook wanneer deze strafbare feiten worden gefaciliteerd, bevorderd of gepleegd via internet, met inbegrip van sociale media, en ook in het kader van het inzetten van Europol voor operationele ondersteuning, overeenkomstig artikel 4, lid 1, punten c) en m), van Verordening (EU) 2016/794;

b)    grensoverschrijdende informatie-uitwisselingsactiviteiten, operaties en onderzoeken van de lidstaten ondersteunen, alsook gemeenschappelijke onderzoeksteams en operationele taskforces op het gebied van migrantensmokkel en mensenhandel, onder meer door analytische, operationele, technische, forensische en financiële ondersteuning te bieden, overeenkomstig artikel 4, lid 1, punt h), van Verordening (EU) 2016/794;

c)    administratieve, logistieke, financiële en operationele ondersteuning verlenen aan door lidstaten geleide operationele activiteiten, overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Verordening (EU) 2016/794;

d)    de uitvoerend directeur van Europol ondersteunen bij het evalueren, overeenkomstig artikel 5 ter, lid 3, van Verordening (EU) 2016/794, van verzoeken van de lidstaten om Europol in te zetten voor operationele steun in verband met migrantensmokkel en mensenhandel, onder meer bij het prioriteren van dergelijke verzoeken op basis van operationele behoeften;

e)    gevallen van migrantensmokkel en mensenhandel identificeren waarvoor mogelijk een operationele taskforce moet worden opgericht overeenkomstig artikel 5 bis van Verordening (EU) 2016/794, en de uitvoerend directeur van Europol informeren over dergelijke gevallen;

f)    gevallen van migrantensmokkel en mensenhandel identificeren waarvoor mogelijk Europol moet worden ingezet voor operationele ondersteuning overeenkomstig artikel 5 ter van Verordening (EU) 2016/794, en de uitvoerend directeur van Europol informeren over dergelijke gevallen;

g)    gevallen van migrantensmokkel en mensenhandel identificeren die mogelijk de toepassing vereisen van artikel 6 van Verordening (EU) 2016/794 op verzoeken van Europol om een strafrechtelijk onderzoek in te stellen, en de uitvoerend directeur van Europol informeren over dergelijke gevallen;

h)    gevallen van migrantensmokkel en mensenhandel identificeren waarvoor mogelijk samenwerking met derde landen nodig is, onder meer door de uitwisseling van persoonsgegevens.

Hoofdstuk III

SAMENWERKING TUSSEN DE LIDSTATEN EN EUROPOL OP HET GEBIED VAN VOORKOMING EN BESTRIJDING VAN MIGRANTENSMOKKEL EN MENSENHANDEL

Artikel 7

Nationale gespecialiseerde diensten ter voorkoming en bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel

1.    Elke lidstaat wijst uiterlijk één jaar na de inwerkingtreding van deze verordening binnen zijn bevoegde autoriteiten overeenkomstig het nationale recht een of meer gespecialiseerde diensten aan om migrantensmokkel en mensenhandel te voorkomen en te bestrijden, onder meer door middel van strafrechtelijke onderzoeken. Onmiddellijk na die aanwijzing stelt de betrokken lidstaat de Commissie daarvan in kennis.

2.    Elke lidstaat zorgt ervoor dat zijn overeenkomstig lid 1 van dit artikel aangewezen gespecialiseerde diensten alle relevante informatie over strafrechtelijke onderzoeken naar migrantensmokkel en mensenhandel en alle uit die onderzoeken voortvloeiende informatie verzamelen, en deze informatie zo spoedig mogelijk delen met Europol en andere lidstaten overeenkomstig artikel 8.

3.    Elke lidstaat verbindt uiterlijk één jaar na de inwerkingtreding van deze verordening zijn overeenkomstig lid 1 van dit artikel aangewezen gespecialiseerde diensten rechtstreeks met op de in artikel 2, punt w), van Verordening (EU) 2016/794 bedoelde applicatie voor veilige informatie-uitwisseling (Siena) van Europol. Onmiddellijk nadat die verbinding is gemaakt, stelt de betrokken lidstaat de Commissie daarvan in kennis.

4.    Elke lidstaat stelt zijn overeenkomstig lid 1 aangewezen gespecialiseerde diensten voldoende middelen ter beschikking om ervoor te zorgen dat die gespecialiseerde diensten uitgerust zijn om migrantensmokkel en mensenhandel te voorkomen en doeltreffend te bestrijden, en om informatie overeenkomstig lid 2 op doeltreffende en efficiënte wijze te verzamelen en uit te wisselen.

5.    Elke lidstaat stelt een passend aantal personeelsleden van de overeenkomstig lid 1 van dit artikel aangewezen gespecialiseerde diensten beschikbaar voor de in artikel 5 ter, lid 6, van Verordening (EU) 2016/794 bedoelde reservepool, zodat die personeelsleden als gedetacheerde nationale deskundigen door Europol kunnen worden ingezet voor operationele ondersteuning.

Artikel 8

Verstrekking van informatie over strafbare feiten op het gebied van migrantensmokkel en mensenhandel aan Europol en de lidstaten

1.    Elke lidstaat verstrekt Europol, overeenkomstig Verordening (EU) 2016/794, informatie die in het bezit is van zijn bevoegde autoriteiten en die betrekking heeft op strafbare feiten op het gebied van migrantensmokkel en mensenhandel.

2.    Elke lidstaat verstrekt de in lid 1 van dit artikel bedoelde informatie tijdig aan Europol.

3.    Elke lidstaat verstrekt de andere lidstaten en tegelijkertijd ook Europol informatie die in het bezit is van zijn bevoegde autoriteiten en die betrekking heeft op strafbare feiten op het gebied van migrantensmokkel en mensenhandel, indien er objectieve redenen zijn om aan te nemen dat die informatie relevant kan zijn voor die andere lidstaten met het oog op het voorkomen, opsporen of onderzoeken van dergelijke strafbare feiten in die lidstaten.

4.    Elke lidstaat gebruikt Siena om de in lid 3 van dit artikel bedoelde informatie aan andere lidstaten en Europol te verstrekken, overeenkomstig artikel 8, lid 4, en artikel 18, lid 2, punt d), van Verordening (EU) 2016/794.

5.    Elke lidstaat brengt zijn immigratieverbindingsofficieren in verbinding met Siena. Indien het om dwingende technische redenen in verband met de situatie in het derde land van inzet niet mogelijk is een immigratieverbindingsofficier in verbinding te brengen met Siena, verstrekt die immigratieverbindingsofficier de in lid 1 bedoelde informatie via andere beveiligde kanalen aan een nationale bevoegde autoriteit. Die bevoegde autoriteit verstrekt de informatie rechtstreeks of via de nationale Europol-eenheid aan Europol met behulp van Siena.

Hoofdstuk IV

VERSTERKING VAN DE ONDERSTEUNING DOOR EUROPOL VAN DE BESTRIJDING VAN MIGRANTENSMOKKEL EN MENSENHANDEL

Artikel 9

Wijzigingen van Verordening (EU) 2016/794

Verordening (EU) 2016/794 wordt als volgt gewijzigd:

(1)    Aan artikel 2 worden de volgende punten w), x) en y) toegevoegd:

“w)    “Siena”: de beveiligde netwerkapplicatie voor informatie-uitwisseling, beheerd door Europol, die tot doel heeft de uitwisseling van informatie tussen de lidstaten en Europol te faciliteren;

x)    “operationele taskforce”: een door de lidstaten met de steun van Europol opgezet coördinatiemechanisme tussen hun bevoegde autoriteiten om gezamenlijke, gecoördineerde en geprioriteerde criminele inlichtingenactiviteiten en onderzoeken uit te voeren naar een strafbaar feit dat onder de doelstellingen van Europol valt en dat een gecoördineerd en onderling afgestemd optreden vereist;

y)    “inzet van Europol voor operationele ondersteuning”: het op verzoek van een lidstaat inzetten van personeelsleden van Europol of gedetacheerde nationale deskundigen op het grondgebied van die lidstaat om analytische, operationele, technische en forensische ondersteuning te bieden in samenwerking en overeenstemming met de bevoegde autoriteiten van die lidstaat.”;

(2)    Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

   a) lid 1 wordt als volgt gewijzigd:

   i) punt c) wordt vervangen door:

“c)    coördineren, organiseren en uitvoeren van onderzoeks- en operationele activiteiten ter ondersteuning en versterking van het optreden van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten:

i) die gezamenlijk met de bevoegde autoriteiten van de lidstaten worden uitgevoerd;

ii) die overeenkomstig artikel 5 worden uitgevoerd in het kader van gemeenschappelijke onderzoeksteams, waar nodig in samenwerking met Eurojust;

iii) die overeenkomstig artikel 5 bis worden uitgevoerd in het kader van operationele taskforces;

iv) die overeenkomstig artikel 5 ter worden uitgevoerd in het kader van de inzet van Europol voor operationele ondersteuning;”;

   ii) punt h) wordt vervangen door:

“h)    steun bieden aan grensoverschrijdende informatie-uitwisselingsactiviteiten, operaties en onderzoeken van de lidstaten, evenals aan gemeenschappelijke onderzoeksteams en operationele taskforces, onder meer met analytische, operationele, technische, forensische en financiële steun;”;

   iii) punt l) wordt vervangen door:

“l)    gespecialiseerde kenniscentra van de Unie ontwikkelen voor de bestrijding van bepaalde soorten criminaliteit die binnen de doelstellingen van Europol vallen, met inbegrip van het Europees Centrum voor de bestrijding van cybercriminaliteit en, overeenkomstig Verordening (EU) .../... van het Europees Parlement en de Raad* [verordening betreffende de bestrijding van migrantensmokkel], het Europees Centrum tegen migrantensmokkel;

_________

* Verordening (EU) .../... van het Europees Parlement en de Raad van ... betreffende de versterking van de politiële samenwerking met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van migrantensmokkel en mensenhandel, en betreffende de versterking van de ondersteuning door Europol van de voorkoming en bestrijding van dergelijke strafbare feiten, en tot wijziging van Verordening (EU) 2016/794 (PB L …, ELI: …)”;

   iv) punt s) wordt vervangen door:

“s) faciliteren van gezamenlijke, gecoördineerde en geprioriteerde criminele inlichtingenactiviteiten en onderzoeken, onder meer ten aanzien van de in punt r) vermelde personen, en onder meer door middel van operationele taskforces en de inzet van Europol voor operationele ondersteuning;”;

   v) het volgende punt z bis) wordt toegevoegd:

“z bis)    de lidstaten ondersteunen bij de doeltreffende en efficiënte verwerking van biometrische gegevens.”;

   b) lid 5 wordt vervangen door:

“5. Europol past bij de uitoefening van zijn taken geen dwangmaatregelen toe.

Op verzoek van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten en in overeenstemming met hun nationale recht kunnen personeelsleden van Europol tijdens de uitvoering van onderzoeksmaatregelen door die autoriteiten operationele ondersteuning bieden aan die autoriteiten, onder meer in het kader van de uitvoering van operationele taskforces en de inzet van Europol voor operationele ondersteuning, met name door grensoverschrijdende informatie-uitwisseling te faciliteren, door analytische, operationele, technische en forensische ondersteuning te bieden en door aanwezig te zijn tijdens de uitvoering van die maatregelen.

Personeelsleden van Europol hebben de bevoegdheid om zelf niet-dwingende onderzoeksmaatregelen uit te voeren, mits Europol daartoe door een lidstaat overeenkomstig zijn nationale recht is verzocht en de uitvoerend directeur Europol-personeelsleden heeft gemachtigd de gevraagde niet-dwingende onderzoeksmaatregelen uit te voeren.

Personeelsleden van Europol voeren dergelijke niet-dwingende onderzoeksmaatregelen uit in samenwerking en overeenstemming met de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaat en overeenkomstig deze verordening en het nationale recht van die lidstaat.”;

(3)    de volgende artikelen 5 bis en 5 ter worden ingevoegd:

Artikel 5 bis

Operationele taskforces

1.    De lidstaten kunnen een operationele taskforce opzetten voor de duur van bepaalde specifieke criminele inlichtingenactiviteiten of onderzoeken. Europol faciliteert het opzetten en ondersteunt de uitvoering van een operationele taskforce.

2.    De lidstaten die een operationele taskforce opzetten, bereiken overeenstemming met Europol over de planning, coördinatie en uitvoering van de criminele inlichtingenactiviteiten en onderzoeken van de operationele taskforce.

3.    De lidstaten die een operationele taskforce opzetten, zorgen voor samenhang en synergieën met het kader van het Europees multidisciplinair platform tegen criminaliteitsdreiging (Empact).

4.    De lidstaten die een operationele taskforce opzetten, kunnen besluiten andere lidstaten, derde landen en andere partners als bedoeld in artikel 23 uit te nodigen om deel te nemen aan de operationele taskforce of deze te ondersteunen. De deelname van derde landen en andere partners aan de operationele taskforce vindt plaats overeenkomstig deze verordening.

5.    Ter ondersteuning van de uitvoering van een operationele taskforce stelt Europol de analytische, operationele, technische, forensische en financiële steun waarin deze verordening voorziet, beschikbaar overeenkomstig lid 2.

6.    Elke lidstaat die een operationele taskforce opzet, eraan deelneemt of ondersteunt, doet, overeenkomstig de in lid 2 bedoelde planning, coördinatie en uitvoering het volgende:

a)    onverwijld alle relevante informatie verstrekken aan Europol en aan de andere lidstaten die de operationele taskforce opzetten, eraan deelnemen of ondersteunen, met gebruikmaking van Siena, en, in voorkomend geval, informatie rechtstreeks toegankelijk maken overeenkomstig artikel 20, lid 2 bis;

b)    gebruikmaken van de analytische, operationele, technische, forensische en financiële steun van Europol;

c)    specifieke criminele inlichtingenactiviteiten en onderzoeken instellen overeenkomstig het nationale recht, indien dat nodig is om het strafbare feit waarop de operationele taskforce betrekking heeft, aan te pakken;

d)    parallelle financiële onderzoeken instellen overeenkomstig het nationale recht en het Unierecht om criminele vermogensbestanddelen te identificeren en in beslag te nemen;

e)    zijn verbindingsofficieren die zijn ingezet in derde landen waar criminele activiteiten worden onderzocht in het kader van de operationele taskforce, betrekken teneinde de samenwerking en informatie-uitwisseling te verbeteren, en Europol de verkregen informatie verstrekken, overeenkomstig het Unierecht en het nationale recht.

7.    De uitvoerend directeur kan de bevoegde autoriteiten van de betrokken lidstaten via hun nationale eenheden voorstellen een operationele taskforce op te zetten wanneer de uitvoerend directeur van oordeel is dat dit een meerwaarde zou bieden voor de bestrijding van een strafbaar feit dat onder de doelstellingen van Europol valt.

8.    De raad van bestuur stelt uitvoeringsvoorschriften vast voor het opzetten en uitvoeren van operationele taskforces.

Artikel 5 ter

Inzet van Europol voor operationele ondersteuning

1.    Een lidstaat kan, overeenkomstig zijn nationale recht, verzoeken om Europol in te zetten voor operationele ondersteuning op zijn grondgebied teneinde gebruik te maken van de analytische, operationele, technische, forensische en financiële steun van Europol ter voorkoming en bestrijding van strafbare feiten die onder de doelstellingen van Europol vallen.

2.    De inzet van Europol voor operationele ondersteuning vindt plaats in het kader van complexe en grootschalige onderzoeken die de steun van Europol vereisen, onder meer in het kader van gemeenschappelijke onderzoeksteams of operationele taskforces, of ter ondersteuning van controles aan de hand van relevante databanken ter versterking van de controles aan de buitengrenzen van de Unie, of van ondersteuningsteams voor migratiebeheer overeenkomstig Verordening (EU) 2019/1896 van het Europees Parlement en de Raad, of ter ondersteuning van de lidstaten bij grote internationale gebeurtenissen.

3.    De uitvoerend directeur evalueert het verzoek van een lidstaat als bedoeld in lid 1 en kan de inzet van Europol voor operationele ondersteuning goedkeuren voor een beperkte periode die kan worden verlengd, rekening houdend met de operationele behoeften en de beschikbare middelen. Het besluit van de uitvoerend directeur is gebaseerd op een risicobeoordeling.

4.    Zodra de uitvoerend directeur het verzoek van een lidstaat als bedoeld in lid 1 heeft goedgekeurd, komen die lidstaat en Europol gezamenlijk de modaliteiten overeen voor de inzet van Europol met het oog op operationele ondersteuning. De personeelsleden van Europol en de gedetacheerde nationale deskundigen die in de lidstaat worden ingezet, handelen overeenkomstig deze verordening, met name artikel 4, lid 5, en overeenkomstig het nationale recht van de lidstaat op het grondgebied waarvan zij worden ingezet.

5.    In uitzonderlijke dringende gevallen die de onmiddellijke inzet van Europol vereisen met het oog op operationele ondersteuning op het grondgebied van een lidstaat, zorgen die lidstaat en de uitvoerend directeur ervoor dat de in de leden 1, 3 en 4 bedoelde stappen binnen een periode van 72 uur plaatsvinden.

6.    Europol zet een reservepool van deskundigen van de lidstaten op die door Europol kunnen worden ingezet voor operationele ondersteuning. De reservepool vormt een reserve van deskundigen die in hun lidstaat werkzaam zijn en met dat doel onmiddellijk ter beschikking van Europol kunnen worden gesteld. De lidstaten zorgen ervoor dat hun deskundigen beschikbaar zijn om op verzoek van Europol als gedetacheerde nationale deskundigen door Europol te worden ingezet voor operationele ondersteuning.

7.    De lidstaat op het grondgebied waarvan Europol wordt ingezet voor operationele ondersteuning, doet, overeenkomstig de in lid 4 bedoelde overeengekomen modaliteiten, het volgende:

a)    Europol onverwijld alle relevante informatie verstrekken, waar mogelijk door informatie in nationale databanken rechtstreeks toegankelijk te maken voor het Europol-personeel en de gedetacheerde nationale deskundigen die op zijn grondgebied worden ingezet overeenkomstig zijn nationale recht;

b)    gebruik maken van de analytische, operationele, technische en forensische steun die wordt geboden door het personeel van Europol dat op zijn grondgebied wordt ingezet;

c)    het Europol-personeel en de gedetacheerde nationale deskundigen die op zijn grondgebied worden ingezet, in staat stellen aanwezig te zijn bij de uitvoering van onderzoeksmaatregelen.

8.    De uitvoerend directeur kan de inzet van Europol voor operationele ondersteuning op het grondgebied van een lidstaat voorstellen aan de bevoegde autoriteiten van die lidstaat via zijn nationale eenheid wanneer de uitvoerend directeur van oordeel is dat dit een meerwaarde zou bieden voor de voorkoming of bestrijding van een strafbaar feit dat onder de doelstellingen van Europol valt.

9.    De raad van bestuur stelt uitvoeringsregels vast voor de voorbereiding en uitvoering van de inzet van Europol voor operationele ondersteuning, met inbegrip van het aantal en het profiel van de in de reservepool op te nemen deskundigen en eventuele latere wijzigingen daarvan.

10.    Dit artikel is van overeenkomstige toepassing wanneer de inzet van Europol voor operationele ondersteuning plaatsvindt in een derde land als bedoeld in artikel 25, lid 1, punt a), b) of c).”;

___________

* Verordening (EU) 2019/1896 van het Europees Parlement en de Raad van 13 november 2019 betreffende de Europese grens- en kustwacht en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1052/2013 en Verordening (EU) 2016/1624 (PB L 295 van 14.11.2019, blz. 1, ELI:  https://eur-lex.europa.eu/eli/reg/2019/1896/oj )”.

(5)    in artikel 18, lid 2, wordt punt d) vervangen door:

“d)    het faciliteren, onder meer door middel van Siena, van de uitwisseling van informatie tussen lidstaten, Europol, andere organen van de Unie, derde landen, internationale organisaties en particuliere partijen;”;

(6)    Bijlage I wordt als volgt gewijzigd:

   a) het zesde streepje “migrantensmokkel” wordt vervangen door:

“– migrantensmokkel”;

   b) het volgende streepje wordt toegevoegd:

“– schending van beperkende maatregelen van de Unie”.

Hoofdstuk V

SLOTBEPALINGEN

Artikel 10

Inwerkingtreding en toepasselijkheid

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in de lidstaten overeenkomstig de Verdragen.

Gedaan te Brussel,

Voor het Europees Parlement    Voor de Raad

De voorzitter    De voorzitter

FINANCIEEL MEMORANDUM “AGENTSCHAPPEN”

1.KADER VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF

1.1.Benaming van het voorstel/initiatief

1.2.Betrokken beleidsterrein(en)

1.3.Het voorstel betreft:

1.4.Doelstelling(en)

1.4.1.Algemene doelstelling(en)

1.4.2.Specifieke doelstelling(en)

1.4.3.Verwachte resulta(a)t(en) en effect(en)

1.4.4.Prestatie-indicatoren

1.5.Motivering van het voorstel/initiatief

1.5.1.Behoefte(n) waarin op korte of lange termijn moet worden voorzien, met een gedetailleerd tijdschema voor de uitrol van het initiatief

1.5.2.Toegevoegde waarde van de deelname van de Unie (deze kan het resultaat zijn van verschillende factoren, bijvoorbeeld coördinatiewinst, rechtszekerheid, grotere doeltreffendheid of complementariteit). Voor de toepassing van dit punt wordt onder “toegevoegde waarde van de deelname van de Unie” verstaan de waarde die een optreden van de Unie oplevert bovenop de waarde die door een optreden van alleen de lidstaat zou zijn gecreëerd.

1.5.3.Nuttige ervaring die bij soortgelijke activiteiten in het verleden is opgedaan

1.5.4.Verenigbaarheid met het meerjarige financiële kader en eventuele synergie met andere passende instrumenten

1.5.5.Beoordeling van de verschillende beschikbare financieringsopties, waaronder mogelijkheden voor herschikking

1.6.Duur en financiële gevolgen van het voorstel/initiatief

1.7.Wijze(n) van uitvoering van de begroting

2.BEHEERSMAATREGELEN

2.1.Regels inzake het toezicht en de verslagen

2.2.Beheers- en controlesyste(e)m(en)

2.2.1.Rechtvaardiging van de voorgestelde beheersvorm(en), uitvoeringsmechanisme(n) voor financiering, betalingsvoorwaarden en controlestrategie

2.2.2.Informatie over de geïdentificeerde risico’s en het (de) systeem (systemen) voor interne controle dat is (die zijn) opgezet om die risico’s te beperken

2.2.3.Raming en motivering van de kosteneffectiviteit van de controles (verhouding van de controlekosten tot de waarde van de desbetreffende financiële middelen) en evaluatie van het verwachte foutenrisico (bij betaling en bij afsluiting).

2.3.Maatregelen ter voorkoming van fraude en onregelmatigheden

3.GERAAMDE FINANCIËLE GEVOLGEN VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF

3.1.Rubriek(en) van het meerjarig financieel kader en betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven

3.2.Geraamde gevolgen voor de uitgaven

3.2.1.Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de uitgaven

3.2.2.Geraamde gevolgen voor de kredieten van Europol

3.2.3.Geraamde gevolgen voor de personele middelen van Europol

3.2.4.Verenigbaarheid met het huidige meerjarige financiële kader

3.2.5.Bijdragen van derden

3.3.Geraamde gevolgen voor de ontvangsten




FINANCIEEL MEMORANDUM “AGENTSCHAPPEN”

1.KADER VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF 

1.1.Benaming van het voorstel/initiatief

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de versterking van de politiële samenwerking met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van migrantensmokkel en mensenhandel, en betreffende de versterking van de ondersteuning door Europol van de voorkoming en bestrijding van dergelijke strafbare feiten, en tot wijziging van Verordening (EU) 2016/794

Dit voorstel voor een verordening betreffende de bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel maakt deel uit van een samenhangend pakket dat ook het voorstel voor een richtlijn inzake de voorkoming en bestrijding van hulpverlening bij illegale binnenkomst, illegale doortocht en illegaal verblijf bevat. Samen beogen deze voorstellen “het rechtskader voor de bestrijding van migrantensmokkel te moderniseren, opdat we over de nodige wettelijke en operationele instrumenten beschikken om te kunnen reageren op de nieuwe modus operandi van smokkelaars”, zoals uiteengezet in het op 17 oktober laatsleden aangekondigde werkprogramma van de Commissie voor 2024.

 

1.2.Betrokken beleidsterrein(en)

Beleidsterrein: Binnenlandse Zaken

Activiteit: Veiligheid

12 10 01 : Europol

1.3.Het voorstel betreft: 

 een nieuwe actie

 een nieuwe actie na een proefproject / voorbereidende actie 27  

de verlenging van een bestaande actie 

 de samenvoeging van een of meer acties tot een andere/een nieuwe actie 

1.4.Doelstelling(en)

1.4.1.Algemene doelstelling(en) 

In reactie op dringende operationele behoeften en het vaststellen van lacunes in de bestrijding van migrantensmokkel, kondigde de Commissie in haar werkprogramma voor 2024 aan dat zij “zal voorstellen om het rechtskader voor de bestrijding van migrantensmokkel te moderniseren, opdat we over de nodige wettelijke en operationele instrumenten beschikken om te kunnen reageren op de nieuwe modus operandi van smokkelaars ” (zie COM(2023) 638 final). Dit was een vervolg op de desbetreffende aankondigingen van voorzitter Von der Leyen in de Staat van de Unie 2023. Het wetgevingsinitiatief zal naar verwachting de strijd tegen migrantensmokkel en mensenhandel bevorderen, met name door de ondersteuning van Europol te versterken om de lidstaten te helpen bij de bestrijding van migrantensmokkel, mensenhandel en andere gerelateerde vormen van criminaliteit die onder het mandaat van Europol vallen.

De algemene doelstellingen van dit wetgevingsinitiatief vloeien voort uit twee op het Verdrag gebaseerde doelen:

1. dat Europol het optreden van de wetshandhavingsdiensten van de lidstaten, alsmede hun wederzijdse samenwerking bij de voorkoming en bestrijding van zware criminaliteit waardoor twee of meer lidstaten worden getroffen, van terrorisme en van vormen van criminaliteit die een schending inhouden van een gemeenschappelijk belang dat tot het beleid van de Unie behoort, ondersteunt en versterkt 28 ;

2. dat de Unie een vorm van politiële samenwerking ontwikkelt waarbij alle bevoegde autoriteiten van de lidstaten betrokken zijn, met inbegrip van de politie, de douane en andere gespecialiseerde wetshandhavingsdiensten die belast zijn met het voorkomen, opsporen en onderzoeken van strafbare feiten 29 .

1.4.2.Specifieke doelstelling(en) 

De specifieke doelstellingen vloeien voort uit de hierboven geschetste algemene doelstellingen en weerspiegelen het onderwerp en het toepassingsgebied zoals beschreven in artikel 1 van deze verordening:

Specifieke doelstelling nr. 1: Europol en zijn Europees Centrum tegen migrantensmokkel versterken als het zwaartepunt voor onderzoeks- en operationele actie op EU-niveau en voor strategische analyse;

Specifieke doelstelling nr. 2: de samenwerking en coördinatie tussen de lidstaten, Europol en andere agentschappen van de Unie verbeteren;

Specifieke doelstelling nr. 3: Europol versterken als EU-knooppunt voor criminele informatie over migrantensmokkel en mensenhandel en de uitwisseling van informatie tussen de lidstaten, Europol, andere EU-agentschappen en derde landen ten volle ontwikkelen;

Specifieke doelstelling nr. 4: Europol voorzien van de nodige instrumenten ter voorkoming en bestrijding van migrantensmokkel en andere strafbare feiten die onder de doelstellingen van Europol vallen.

Specifieke doelstelling nr. 1: Europol en zijn Europees Centrum tegen migrantensmokkel (EMSC) versterken als het zwaartepunt voor onderzoeks- en operationele actie op EU-niveau en voor strategische analyse

Het doel is Europol en zijn EMSC te versterken als het zwaartepunt voor het vaststellen van strategische en operationele acties op EU-niveau in de strijd tegen migrantensmokkel. Strategische analyses en dreigingsevaluaties in de hele EU, met deelname van andere EU-agentschappen, waaronder Frontex en Eurojust, zullen bijdragen tot een efficiëntere ondersteuning van de prioriteiten van de Raad en de agentschappen op dat gebied, met name in het kader van het Europees multidisciplinair platform tegen criminaliteitsdreiging (Empact), terwijl onderzoeks- en operationele acties onder leiding van de lidstaten baat zullen hebben bij regionale, gerichte analyses op basis van meer informatie en inlichtingen uit bijdragen van de lidstaten en agentschappen.

In het kader van deze doelstelling zijn extra middelen nodig om de nieuwe strategische en operationele taken als bedoeld in respectievelijk artikel 5 en artikel 6 van deze verordening te vervullen:

Verhoging van het aantal onderzoeksspecialisten en gegevensanalisten, met name in het Europees Centrum tegen migrantensmokkel, met het oog op de verhoging van het aantal door Europol ondersteunde operationele taskforces (OTF’s) 30 en andere onderzoeken naar georganiseerde migrantensmokkel en mensenhandel en de daaraan gerelateerde accessoire en basisdelicten, en operationele ondersteunende diensten ter plaatse in de landen van herkomst, doorreis en bestemming. Complexe onderzoeken tegen netwerken voor migrantensmokkel en mensenhandel moeten betrekking hebben op alle aspecten van de criminele activiteiten: de logistieke, financiële en de digitale. Europol moet ook zijn operationele diensten dichter bij de nationale onderzoeksteams brengen en ervoor zorgen dat het over de capaciteiten beschikt om de autoriteiten van de lidstaten ter plaatse te ondersteunen bij de uitvoering van onderzoeksmaatregelen.

Verhoging van het aantal deskundigen op het gebied van Osint-/socialemediamonitoring om opensource- en socialemediamonitoring, socialenetwerkanalyse en aanverwante operationele diensten van deskundigen aan te bieden ter ondersteuning van de onderzoeken en preventieve maatregelen van de lidstaten met betrekking tot georganiseerde migrantensmokkel en mensenhandel die gevolgen hebben voor de landen van herkomst, doorreis en/of bestemming. Europol moet de capaciteit hebben om de realtime en hoogwaardige verwerking van de verzamelde online-informatie tijdens de uitvoering van de onderzoeksmaatregelen van de lidstaten te bevorderen.

Verhoging van het aantal forensische, ontsleutelings- en gegevensspecialisten om te zorgen voor de extractie en verwerking van grote en complexe gegevensreeksen die zijn verzameld in de landen van herkomst, doorreis en bestemming, met inbegrip van zowel lidstaten als derde landen. Er moet worden gezorgd voor realtime en hoogwaardige toegang tot en verwerking van gegevens en de bijbehorende wetenschappelijke expertise op het gebied van gegevens om het gebruik van rechtmatig verzamelde biometrische gegevens te waarborgen en om nieuwe modellen te creëren voor de analyse van complexe gegevens, die vaker dan voorheen van buiten de EU afkomstig zijn. Europol moet ook deze operationele diensten dichter bij de nationale onderzoeksteams brengen en ervoor zorgen dat het over de capaciteiten beschikt om de autoriteiten van de lidstaten ter plaatse te ondersteunen met forensische, ontsleutelings- en gegevensspecialisten bij de uitvoering van onderzoeksmaatregelen.

 Specifieke doelstelling nr. 2: de samenwerking en coördinatie tussen de lidstaten, Europol en andere agentschappen van de Unie verbeteren

Om de vastgestelde lacunes aan te pakken met betrekking tot de ontoereikende samenwerking tussen instanties en de ontoereikende sturing en coördinatie bij de bestrijding van migrantensmokkel op EU-niveau, is het de bedoeling een governancestructuur op te zetten voor doeltreffende samenwerking tussen instanties, sturing en coördinatie, zowel op strategisch als op operationeel niveau. Gevallen van migrantensmokkel en mensenhandel zijn meestal grensoverschrijdend van aard en worden met name ondersteund door andere soorten ernstige strafbare feiten, zoals het witwassen van geld of het namaken van documenten. Daarom zal het unieke vermogen van Europol om het criminele beeld te verrijken door bestaande informatie en inlichtingen van lidstaten, derde landen en relevante internationale organisaties of andere EU-agentschappen namens de lidstaten te vergelijken, worden versterkt om de inspanningen van de lidstaten tegen migrantensmokkel beter te ondersteunen.

In het kader van deze doelstelling zijn extra middelen nodig om de nieuwe strategische en operationele taken als bedoeld in respectievelijk artikel 5 en artikel 6 van deze verordening te vervullen:

Specialisten en analisten voor het opsporen van vermogensbestanddelen en het voeren van financiële onderzoeken: Het verstrekken van diensten voor de opsporing van vermogensbestanddelen, financiële expertise en daarmee verband houdende analyse ter ondersteuning van de onderzoeken van de lidstaten naar georganiseerde migrantensmokkel, mensenhandel en daarmee verband houdende strafbare feiten, en het bevorderen van de inbeslagneming en confiscatie van opbrengsten van strafbare feiten in de landen van herkomst, doorreis en bestemming, zowel in de lidstaten als in derde partijen 31 .

Strategische analisten en gegevensspecialisten: het ondersteunen van onderzoeken van de lidstaten, strategische en operationele prioritering, misdaadpreventie en het monitoren van misdaadtrends met betrekking tot georganiseerde migrantensmokkel en daarmee verband houdende strafbare feiten, door strategische analysediensten te verlenen in de landen van herkomst, doorreis en bestemming, met inbegrip van zowel de lidstaten als derde landen. Europol moet over de capaciteit beschikken om de autoriteiten van de lidstaten te ondersteunen bij dreigingsevaluaties, vroegtijdige waarschuwing en signaal- en detectieanalyse, risicobeoordelingen en andere strategische analyseverslagen.

Specifieke doelstelling nr. 3: Europol versterken als EU-knooppunt voor criminele informatie over migrantensmokkel en mensenhandel en de uitwisseling van informatie tussen de lidstaten, Europol, andere EU-agentschappen en derde landen ten volle ontwikkelen

Om de vastgestelde lacune aan te pakken met betrekking tot de ontoereikende uitwisseling van informatie over migrantensmokkel tussen de lidstaten en Europol, is het de bedoeling Europol te versterken als EU-knooppunt voor criminele informatie over migrantensmokkel. Op die manier, en in overeenstemming met Richtlijn (EU) 2023/977 van het Europees Parlement en de Raad van 10 mei 2023 betreffende de uitwisseling van informatie tussen de rechtshandhavingsinstanties van de lidstaten en tot intrekking van Kaderbesluit 2006/960/JBZ van de Raad, zal Europol de lidstaten doeltreffende technische ondersteuning bieden om Siena als standaardcommunicatiekanaal te gebruiken. Binnen zijn mandaat en in overeenstemming met de bestaande waarborgen en in de context van het interoperabiliteitskader van de EU zal Europol consistenter en vollediger informatie raadplegen die zowel intern als in externe databanken wordt bewaard, zoals grootschalige IT-systemen op JBZ-gebied. De coördinatie van Europol en zijn bijdrage aan het optreden van de lidstaten zullen efficiënter en doelgerichter worden gemaakt door gebruik te maken van de biometrische informatie.

Om deze doelstelling te ondersteunen, moet Europol:

wat Siena betreft,

de uitvoering van Siena-webdiensten in de lidstaten en andere relevante operationele samenwerkingspartners van derden ondersteunen; zorgen voor een hoge beschikbaarheid (99,9 %) van Siena-diensten; 

ondersteunen van het gebruik van en het effect op upstreamdiensten (bv. vertaling, extractie van entiteiten, diensten voor Universal Messaging Format (UMF)) en downstreamdiensten (bv. platform voor gegevensanalyse, gezamenlijk operationeel analyseconcept);

 Siena verder benutten door integratie in een holistische informatiearchitectuur (bv. gebruik maken van Siena-gegevens in het EIS (Europol-informatiesysteem) en het ondersteunende biometrische instrumentarium en specifieke steun creëren voor de behoeften van de uitgebreide gebruikersgemeenschap (nationale eenheden die verantwoordelijk zijn voor migrantensmokkel) en passende ondersteuning bieden aan de lidstaten en relevante operationele derde partijen.

Daartoe zou extra personeel (waaronder een beperkt aantal contractanten) nodig zijn, met name om te werken aan de vereisten, architectuur, beveiliging, gegevensbescherming, ontwikkeling, projectbeheer en onderhoud van de nieuwe capaciteiten.

Met betrekking tot biometrie:

aanzienlijke upgrade/aankoop van een nieuw geautomatiseerd vingerafdrukidentificatiesysteem (AFIS) (prestaties, functionaliteiten, schaalbaarheid) ter ondersteuning van het initiatief inzake migrantensmokkel en mensenhandel (naast interoperabiliteit in de EU);

verbetering van de prestaties en functionaliteit van de nieuwe gezichtsherkenningsoplossing (FACE), de volledige integratie van AFIS en nieuwe FACE in de workflows voor gegevensbeheer van Europol;

verbetering van de bestaande biometrische workflows om ten volle gebruik te maken van de biometrische gegevens en manueel werk te verminderen;

ontwikkelen van de capaciteit voor de verwerking van DNA-profielen;

 herzien van het EIS, Siena en de functies inzake gegevensinvoering met betrekking tot biometrische gegevens;

de functies ontwikkelen voor het doorzoeken van biometrische gegevens in het EIS en via Querying Europol systems (QUEST);

bijwerken van het portaal voor gegevensanalyse (DAP) voor biometrische gegevens; herzien/opnemen van vereisten voor de evaluatie en bewaring van biometrische gegevens voor alle oplossingen.

Om deze redenen.

is er extra personeel nodig, met name om te werken aan de vereisten, architectuur, beveiliging, gegevensbescherming, ontwikkeling, projectbeheer en onderhoud (zowel functioneel als infrastructureel) van de nieuwe capaciteiten.

Financiële middelen (begrotingskredieten) zijn nodig voor de financiering van de aanschaf van hardware en software en de aanwerving van een beperkt aantal contractanten in verband met de upgrade van Siena en de ontwikkeling van biometrische capaciteiten; na de ontwikkeling is een onderhoudsbudget nodig voor het onderhoud van infrastructuur en software (bv. licenties) en voor de ondersteuning van deskundige contractanten, met name op het gebied van biometrische prestaties, die in de loop der tijd moeten worden onderhouden.

Financiële middelen (begrotingskredieten) voor het verlenen van financiële steun aan de lidstaten voor de aansluiting/integratie van Siena-webdiensten.

Specifieke doelstelling nr. 4: de lidstaten voorzien van de nodige instrumenten ter voorkoming en bestrijding van migrantensmokkel, mensenhandel en andere strafbare feiten die onder de doelstellingen van Europol vallen.

Het doel is het versterken van de capaciteit van Europol om de lidstaten onmiddellijke en operationele, waaronder technische, ondersteuning te bieden bij de bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel. Op die manier zullen de lidstaten ten volle gebruik maken van de nieuwe concepten van operationele taskforces, de inzet van Europol voor operationele ondersteuning en technische, forensische en financiële steun van Europol.

Om deze doelstelling te ondersteunen, zijn extra middelen nodig om:

de aanwerving mogelijk te maken van op korte termijn gedetacheerde nationale deskundigen 32 ter ondersteuning van onderzoeken van de lidstaten in het kader van de OTF’s betreffende georganiseerde migrantensmokkel en daarmee verband houdende strafbare feiten vanuit het hoofdkwartier van Europol en in de landen van herkomst, doorreis en bestemming, waaronder zowel de lidstaten als derde landen.

het budget te verhogen voor de inzet van Europol-personeel en gastfunctionarissen voor operationele ondersteuning.

het budget voor OTF-subsidies te verhogen 33 .

het Empact-budget te verhogen, binnen de begroting van Europol, om meer steun mogelijk te maken die beschikbaar wordt gesteld via subsidies met hoge waarde (HVG) en geringe waarde (LVG) 34 en de financiering van strategische en operationele vergaderingen in verband met activiteiten die worden uitgevoerd in het kader van de operationele actieplannen (OAP’s) van Empact die door de Raad zijn aangenomen ter bestrijding en ontwrichting van (risicovolle) criminele netwerken die betrokken zijn bij migrantensmokkel en mensenhandel, en andere relevante vormen van criminaliteit en faciliterende strafbare feiten.

1.4.3.Verwachte resulta(a)t(en) en effect(en)

Vermeld de gevolgen die het voorstel/initiatief zou moeten hebben op de begunstigden/doelgroepen.

Door bij te dragen aan de ontwrichting van criminele ondernemingen en georganiseerde criminele structuren zal dit voorstel het verlies van mensenlevens van migranten voorkomen, onveilige en irreguliere migratie verminderen en de totstandkoming van een duurzaam migratiebeleid van de EU vergemakkelijken en de uitbuiting van mensen voorkomen.

Het voorstel zal ook ten goede komen aan personen en de samenleving in het algemeen, doordat Europol beter in staat zal zijn de lidstaten te ondersteunen bij de bestrijding van criminaliteit en de bescherming van EU-burgers.

Het voorstel zal schaalvoordelen opleveren voor overheidsdiensten, aangezien het de kosten van de activiteiten waarop het gericht is, zal verschuiven van het nationale naar het EU-niveau. Overheden in de lidstaten zullen rechtstreeks van het voorstel profiteren dankzij schaalvoordelen die leiden tot besparingen op de administratieve kosten.

1.4.4.Prestatie-indicatoren 

Vermeld de indicatoren voor de monitoring van de voortgang en de beoordeling van de resultaten

Specifieke doelstelling nr. 1: Europol en zijn Europees Centrum tegen migrantensmokkel versterken als het zwaartepunt voor onderzoeks- en operationele actie op EU-niveau en voor strategische analyse:

Aantal/aandeel gezamenlijke strategische verslagen over migrantensmokkel met andere EU-agentschappen [streefcijfer 90 %]

Aantal/aandeel gezamenlijke operationele verslagen over migrantensmokkel met andere EU-agentschappen [streefcijfer 70 %]

Aantal door het EMSC opgestelde operationele verslagen

Aantal door het EMSC ondersteunde operaties

Specifieke doelstelling nr. 2: de samenwerking en coördinatie tussen de lidstaten, Europol en andere agentschappen van de Unie verbeteren

Aantal onderzoeken naar migrantensmokkel waarvoor Europol een parallel financieel onderzoek heeft ondersteund

Aantal vroegtijdige waarschuwingen in verband met migrantensmokkel

Aantal door Eurojust gecoördineerde onderzoeken naar migrantensmokkel waarbij Eurojust informatie van Europol heeft doorzocht voor zover wettelijk mogelijk [baseline 0, streefcijfer 100 %]

Aandeel door Europol gecoördineerde onderzoeken naar migrantensmokkel waarbij Europol informatie van Eurojust heeft doorzocht voor zover wettelijk mogelijk [baseline 0, streefcijfer 100 %]

Aantal tussen Europol en Frontex uitgewisselde Siena-berichten in verband met migrantensmokkel

Aantal tussen Europol en Eurojust uitgewisselde Siena-berichten in verband met migrantensmokkel

Aantal door Europol ondersteunde nieuwe gemeenschappelijke onderzoeksteams inzake migrantensmokkel    

Specifieke doelstelling nr. 3: Europol versterken als EU-knooppunt voor criminele informatie over migrantensmokkel en de uitwisseling van informatie tussen de lidstaten, Europol, andere EU-agentschappen en derde landen ten volle ontwikkelen

Aantal met Siena verbonden nationale gespecialiseerde diensten [streefdoel 27]

Aandeel immigratieverbindingsofficieren in derde landen dat met Siena is verbonden [streefcijfer 100 %]

Aandeel Siena-berichten ontvangen van immigratieverbindingsofficieren in derde landen [streefcijfer 100 %]

Aandeel Siena-berichten die verband houden met migrantensmokkel en met persoonlijke entiteiten waarvoor biometrische gegevens zijn gekoppeld [geen streefcijfer]

Aandeel Siena-berichten tussen de lidstaten die verband houden met migrantensmokkel, waarbij Europol een kopie heeft ontvangen [baseline 2019: 48 %, streefcijfer: 90 %]

Aandeel Siena-berichten tussen de lidstaten in verband met migrantensmokkel die door Europol zijn ontvangen en aan een kruiscontrole onderworpen [streefcijfer 100 %]

Aandeel Siena-berichten tussen de lidstaten in verband met migrantensmokkel die door Europol zijn ontvangen en aan een kruiscontrole onderworpen, en tot een link hebben geleid. [geen streefcijfer]

Aandeel Siena-berichten tussen de lidstaten in verband met migrantensmokkel die door Europol zijn ontvangen en die biometrische informatie bevatten die door Europol is gebruikt voor kruiscontroles [streefcijfer 100 %]

Aandeel Siena-berichten tussen de lidstaten in verband met migrantensmokkel die door Europol zijn ontvangen en die biometrische informatie bevatten die door Europol is gebruikt voor kruiscontroles, en tot een link hebben geleid [geen streefcijfer]

Aantal nieuwe persoonlijke entiteiten in verband met migrantensmokkel die door de lidstaten in het Europol-informatiesysteem zijn geladen. Aandeel van die persoonlijke entiteiten dat is geladen met biometrische informatie.

Aantal nieuwe gevallen van migrantensmokkel [baseline 2022: 4889; geen streefcijfer]

Aantal nieuwe verdachten van migrantensmokkel [baseline 2019: 10989; geen streefcijfer]

Aantal verzoeken van Europol om een onderzoek naar migrantensmokkel in te stellen [geen streefcijfer]

Specifieke doelstelling nr. 4: de lidstaten voorzien van de nodige instrumenten ter voorkoming en bestrijding van migrantensmokkel en andere strafbare feiten die onder de doelstellingen van Europol vallen.

Aantal door het EMSC gecoördineerde/ondersteunde (gezamenlijke) actiedagen

Aantal operationele taskforces die zijn opgezet in verband met migrantensmokkel

Aantal operationele taskforces die zijn opgezet in verband met mensenhandel

Aantal geïdentificeerde actieve HVT [baseline 2022: 24; geen streefcijfer]/ Aantal gearresteerde of uitgeschakelde HVT voor migrantensmokkel en mensenhandel

Aantal lidstaten dat deelneemt aan een taskforce voor migrantensmokkel of mensenhandel

Aantal ingezette gastfunctionarissen (aantal maanden van inzet)

Aantal geselecteerde gedetacheerde nationale deskundigen voor korte termijn

Aantal verzoeken en gevallen waarin operationele ondersteuning is ingezet in verband met migrantensmokkel en mensenhandel

Volume van de door de EU IRU beoordeelde inhoud met betrekking tot migrantensmokkel, mensenhandel en andere daarmee verband houdende strafbare feiten

Aantal ontvangen aanvragen voor OTF-subsidies voor migrantensmokkel en mensenhandel

Aantal operationele acties (OA’s) ontwikkeld en ondersteund in het kader van de relevante operationele actieplannen (OAP’s) van Empact

Aantal ingediende, behandelde en toegekende aanvragen voor Empact-subsidies (HVG en LVG), met vermelding van het bedrag dat is toegezegd op het gebied van migrantensmokkel en mensenhandel

In overeenstemming met artikel 28 van de financiële kaderregeling en om goed financieel beheer te verzekeren, houdt Europol al toezicht op de vorderingen bij de verwezenlijking van zijn doelstellingen aan de hand van prestatie-indicatoren. Het agentschap hanteert momenteel 18 kernprestatie-indicatoren, aangevuld met 56 bedrijfsprestatie-indicatoren. Deze indicatoren worden vermeld in het geconsolideerde jaarlijkse activiteitenverslag van Europol, dat onder meer een duidelijke monitoring van de doelstellingen aan het einde van het jaar en een vergelijking met het voorgaande jaar omvat. Deze indicatoren zullen zo nodig na de goedkeuring van het voorstel worden aangepast.

1.5.Motivering van het voorstel/initiatief 

1.5.1.Behoefte(n) waarin op korte of lange termijn moet worden voorzien, met een gedetailleerd tijdschema voor de uitrol van het initiatief

De uitvoering van het wetgevingsinitiatief, met name wat specifieke doelstelling nr. 3 betreft, vereist technische en procedurele maatregelen op EU- en nationaal niveau, die van start moeten gaan wanneer de herziene wetgeving in werking treedt:

 
i) De lidstaten moeten uiterlijk op
12 december 2024 hebben voldaan aan de verplichtingen uit hoofde van de richtlijn betreffende de uitwisseling van informatie over de volledige interoperabiliteit van hun platforms voor de uitwisseling van criminele informatie rond hun nationale centrale contactpunt (SPOC) en de goede werking van hun casemanagementsystemen (CMS).

ii) In de periode 2025-2027 zullen de lidstaten hun interne operationele processen geleidelijk actualiseren en dienovereenkomstig communicatiemiddelen (Siena-verbindingen) en -instrumenten (gegevensladers en QUEST-instrument) inzetten, zowel op centraal niveau (SPOC, gespecialiseerde nationale eenheden) als op het terrein (immigratieofficieren in derde landen), teneinde de informatie-uitwisseling over migrantensmokkel efficiënter te maken en Europol zowel in bulk als tijdens het lopende onderzoek informatie te verstrekken, en om de informatie van Europol ter zake te raadplegen. Dergelijke actualiseringen en verbeteringen zouden meer specifiek gericht zijn op biometrische gegevens.

Europol verbetert zijn technische capaciteiten op het gebied van biometrische gegevens en informatie-uitwisseling (zie specifieke acties in het kader van specifieke doelstelling nr. 3).

iii) tegen 2026: verbetering van de capaciteiten van AFIS, FACE en DNA

(iv) tegen 2027: automatisering van biometrische workflows, opname van biometrische gegevens, onder meer via Siena, DAP en QUEST

De relevante (met name personele) middelen moeten mettertijd worden verhoogd in overeenstemming met de toenemende vraag naar de diensten van Europol.

Na de inwerkingtreding worden de activiteiten stapsgewijs uitgevoerd in overeenstemming met de verwachte geleidelijke toename van de vraag naar de diensten en activiteiten van Europol en de benodigde tijd voor de absorptie van nieuwe middelen.

1.5.2.Toegevoegde waarde van de deelname van de Unie (deze kan het resultaat zijn van verschillende factoren, bijvoorbeeld coördinatiewinst, rechtszekerheid, grotere doeltreffendheid of complementariteit). Voor de toepassing van dit punt wordt onder “toegevoegde waarde van de deelname van de Unie” verstaan de waarde die een optreden van de Unie oplevert bovenop de waarde die door een optreden van alleen de lidstaat zou zijn gecreëerd.

Georganiseerde criminele structuren die geavanceerde operaties kunnen uitvoeren die het volledige scala van diensten op het gebied van migrantensmokkel en mensenhandel bestrijken, vormen een groot risico voor de veiligheid van Europa. Volgens de EU-dreigingsevaluatie van de zware en georganiseerde criminaliteit (EU-Socta) zijn ongeveer 50 % van de netwerken die betrokken zijn bij migrantensmokkel polycrimineel en zijn zij ook betrokken bij mensenhandel, drugshandel, accijnsfraude, vuurwapenhandel en het witwassen van geld. En deze criminele activiteiten zijn transnationaal van aard. Maatregelen op nationaal niveau alleen zijn derhalve onvoldoende om deze doeltreffend te bestrijden. Daarom kiezen de lidstaten ervoor om in het kader van de EU samen te werken, met name via het Europees multidisciplinair platform tegen criminaliteitsdreiging (Empact) 35 , om de dreigingen van deze vormen van zware criminaliteit aan te pakken.

De steeds veranderende veiligheidsdreigingen, die worden aangewakkerd door de manier waarop criminelen gebruik maken van de mogelijkheden die de digitale transformatie, globalisering en mobiliteit bieden, vragen ook om doeltreffende steun op EU-niveau voor het werk van de nationale rechtshandhavingsautoriteiten. Het optreden van de EU voorziet in een doeltreffende en efficiënte manier om de lidstaten meer ondersteuning te bieden bij de bestrijding van migrantensmokkel, wat een ernstig probleem blijft dat voortdurend, in onderling overleg en collectief verder moet worden aangepakt.

Het voorstel levert aanzienlijke schaalvoordelen op EU-niveau op, aangezien werkzaamheden en dienstverlening die efficiënter op EU-niveau kunnen worden uitgevoerd, verschuiven van het nationale niveau naar Europol. Het voorstel voorziet daarom in efficiënte oplossingen voor problemen die vanwege hun transnationale aard in het geheel niet op nationaal niveau kunnen worden aangepakt.

 

1.5.3.Nuttige ervaring die bij soortgelijke activiteiten in het verleden is opgedaan

Het voorstel bouwt voort op de noodzaak om migrantensmokkel aan te pakken als een dynamische, flexibele en steeds complexere criminele activiteit die gevolgen heeft voor de interne veiligheid van de EU.

De markt voor diensten op het gebied van migrantensmokkel naar en binnen de EU bereikt nieuwe pieken, aangewakkerd door opkomende en steeds ernstigere crises, met name economische recessies, milieucrises als gevolg van klimaatverandering, conflicten en demografische druk in veel landen van herkomst.

Migrantensmokkel is een wereldwijd strafbaar feit waarbij het leven van migranten op het spel wordt gezet en de onschendbaarheid van de internationale grenzen wordt aangetast. Dit is een winstgevende vorm van criminaliteit voor georganiseerde criminele groepen en heeft de EU de afgelopen jaren met een grote uitdaging op humanitair en veiligheidsgebied geconfronteerd.

Deze veranderende veiligheidsdreigingen vragen om doeltreffende steun op EU-niveau voor het werk van de nationale rechtshandhavingsautoriteiten.

Dit voorstel bouwt ook voort op de lessen die zijn getrokken en de vooruitgang die is geboekt sinds het vernieuwde EU-actieplan tegen migrantensmokkel (2021-2025), dat de operationele samenwerking en informatie-uitwisseling tussen de EU-lidstaten en rechtshandhavingsinstanties van de EU verder versterkt om netwerken van migrantensmokkel te onderzoeken en te vervolgen.

Bovendien wordt in het voorstel rekening gehouden met de aanbevelingen van de Europese Rekenkamer in haar speciaal verslag van 2021 over de “Ondersteuning van Europol in de strijd tegen migrantensmokkel”.

Uit eerdere evaluaties van het mandaat van Europol, de toenemende vraag naar diensten bij de lidstaten en de centrale rol van Europol in de interne veiligheidsarchitectuur van de EU is ook duidelijk gebleken dat de taken van Europol moeten worden ondersteund met voldoende financiële en personele middelen.

1.5.4.Verenigbaarheid met het meerjarige financiële kader en eventuele synergie met andere passende instrumenten

Het voorstel is een antwoord op het snel veranderende veiligheidslandschap, aangezien het Europol zal voorzien van de nodige capaciteiten en instrumenten om de lidstaten doeltreffend te ondersteunen bij de bestrijding van migrantensmokkel, mensenhandel en andere vormen van zware criminaliteit. Het voorstel is volledig in overeenstemming met wat voorzitter Von der Leyen heeft aangekondigd in haar “toespraak over de Staat van de Unie van 2023: nieuwe wetgeving en een nieuwe beheerstructuur” ter bestrijding van migrantensmokkelaars. Het is ook volledig in overeenstemming met het werkprogramma van de Commissie voor 2024, waarin voor eind 2023 een wetgevingsinitiatief werd aangekondigd om “het rechtskader voor de bestrijding van migrantensmokkel te moderniseren, opdat we over de nodige wettelijke en operationele instrumenten beschikken om te kunnen reageren op de nieuwe modus operandi van smokkelaars”. Tenslotte is het volledig in overeenstemming met de brief aan alle staatshoofden en regeringsleiders in de aanloop naar de Europese Raad (26-27 oktober), waarin voorzitter Von der Leyen heeft aangekondigd dat “de Commissie eind volgende maand [november] met voorstellen [zou] komen om ons wetgevingskader te actualiseren om ons collectieve optreden tegen migrantensmokkel te versterken, met bijzondere aandacht voor het maximaliseren van de impact van Europol”.

Dit voorstel is ook volledig in overeenstemming met het MFK, aangezien het een aantal activiteiten ter bestrijding van mensensmokkel ondersteunt die zijn gepland in het werkprogramma van de thematische faciliteit in het kader van het Fonds voor interne veiligheid voor 2023, 2024 en 2025. In 2025 zal de Commissie een oproep doen om migrantensmokkel beter te voorkomen en te bestrijden door gemeenschappelijke operationele partnerschappen op te zetten. Deze activiteit zal de gestructureerde samenwerking tussen rechtshandhavings-, justitiële en andere betrokken diensten van de deelnemende lidstaten en derde landen versterken.

Door bij te dragen tot de ontwrichting van criminele ondernemingen, ondersteunt steunt dit voorstel ook de doelstellingen van de EU-strategie voor de veiligheidsunie, alsook de EU-strategie voor de aanpak van georganiseerde criminaliteit (2021-2025) en de EU-strategie voor de bestrijding van mensenhandel (2021-2025), die in volledige synergie zullen worden uitgevoerd.

Een krachtige Europese respons op migrantensmokkel binnen en buiten de EU is ook een essentieel onderdeel van de brede aanpak van migratie, zoals uiteengezet in het nieuwe migratie- en asielpact.

Het voorstel zal ook synergieën tot stand brengen met de activiteiten van de agentschappen van de Unie, met name met het Europees Grens- en kustwachtagentschap, Eurojust en, in voorkomend geval, andere relevante organen of agentschappen van de Unie, waardoor de algemene samenwerking met Europol wordt versterkt, in overeenstemming met hun respectieve mandaten en bevoegdheden.

1.5.5.Beoordeling van de verschillende beschikbare financieringsopties, waaronder mogelijkheden voor herschikking

Sinds 2022, en de vorige herziening van het mandaat van Europol, is er sprake van een exponentiële groei van de gegevensstromen van het agentschap en van de vraag naar zijn diensten, met name op het gebied van migrantensmokkel, wat ertoe heeft geleid dat de jaarlijkse begrotings- en personeelsuitbreidingen omvangrijker waren dan oorspronkelijk gepland. Aangezien volgens het voorstel belangrijke nieuwe taken in de Europol-verordening zullen worden opgenomen en andere taken en instrumenten zullen worden verduidelijkt, gecodificeerd en nader omschreven, waardoor de capaciteiten van Europol in het kader van de Verdragen zullen worden uitgebreid, kunnen de middelen niet op hetzelfde niveau blijven. Het voorstel moet worden ondersteund door versterking van de financiële en personele middelen.

De budgettaire gevolgen van de aanvullende financiële middelen zullen gedeeltelijk beschikbaar worden gesteld via de marge en via begrotingscompensatie met BMVI- en ISF-programma’s.

1.6.Duur en financiële gevolgen van het voorstel/initiatief

 beperkte geldigheidsduur

   Voorstel/initiatief is van kracht vanaf [DD/MM]JJJJ tot en met [DD/MM]JJJJ

   Financiële gevolgen vanaf JJJJ tot en met JJJJ

 onbeperkte geldigheidsduur

Uitvoering met een opstartperiode vanaf 2025 tot en met 2027,

gevolgd door een volledige uitvoering.

1.7.Wijze(n) van uitvoering van de begroting 36   

 Direct beheer door de Commissie via

   uitvoerende agentschappen

 Gedeeld beheer met lidstaten

Indirect beheer door begrotingsuitvoeringstaken te delegeren aan:

internationale organisaties en hun agentschappen (geef aan welke);

de EIB en het Europees Investeringsfonds;

de in de artikelen 70 en 71 bedoelde organen;

publiekrechtelijke organen;

organen met een openbare dienstverleningstaak, voor zover zij zijn voorzien van voldoende financiële garanties;

 privaatrechtelijke organen van een lidstaat, waaraan de uitvoering van een publiek-privaat partnerschap is toevertrouwd en die voldoende financiële garanties bieden;

personen aan wie de uitvoering van specifieke maatregelen op het gebied van het GBVB in het kader van titel V van het VEU is toevertrouwd en die worden genoemd in de betrokken basishandeling.

Opmerkingen

 

2.BEHEERSMAATREGELEN 

2.1.Regels inzake het toezicht en de verslagen 

Vermeld frequentie en voorwaarden.

Bij het toezicht op en de verslaglegging over het voorstel zullen de beginselen van de Europol-verordening 37 , het financieel reglement van Europol 38 en de gemeenschappelijke aanpak voor gedecentraliseerde agentschappen 39 worden gevolgd.

Met name moet Europol de Commissie, het Europees Parlement en de Raad elk jaar een enkelvoudig programmeringsdocument toezenden met een meerjarenprogramma en jaarlijkse werkprogramma’s, en een programmering van de middelen. De doelstellingen, verwachte resultaten en prestatie-indicatoren om de verwezenlijking van de doelstellingen en de resultaten te monitoren, worden in het programmeringsdocument opgenomen. Europol moet ook een geconsolideerd jaarlijks activiteitenverslag indienen bij de raad van bestuur. Dit verslag bevat met name informatie over de verwezenlijking van de doelstellingen en resultaten van het enkelvoudig programmeringsdocument. Het verslag moet ook worden toegezonden aan de Commissie, het Europees Parlement en de Raad.

Bovendien moet de Commissie, zoals bepaald in artikel 68 van de Europol-verordening, uiterlijk op 29 juni 2027 en vervolgens om de vijf jaar opdracht geven tot een evaluatie van Europol. Bij deze evaluatie worden met name het effect, de doeltreffendheid en de efficiëntie van Europol en zijn werkmethoden beoordeeld. De evaluatieverslagen moeten worden ingediend bij de gespecialiseerde gezamenlijke parlementaire controlegroep, die politiek toezicht houdt op de activiteiten van Europol bij de uitvoering van zijn opdracht, onder meer wat betreft het effect van die activiteiten op de grondrechten en fundamentele vrijheden van natuurlijke personen. De verslagen worden ook voorgelegd aan de Raad, de nationale parlementen en de raad van bestuur van Europol. In voorkomend geval worden de belangrijkste bevindingen van de evaluatieverslagen openbaar gemaakt.

Om regelmatig toezicht te houden op de informatieverstrekking door de lidstaten, brengt Europol ook jaarlijks verslag uit aan de Commissie, het Europees Parlement, de Raad en de nationale parlementen over de informatie die door elke lidstaat wordt verstrekt met betrekking tot de gegevens die Europol nodig heeft om zijn doelstellingen te verwezenlijken, met inbegrip van informatie over vormen van criminaliteit waarvan de voorkoming of bestrijding door de Unie als een prioriteit wordt beschouwd. De verslagen worden opgesteld aan de hand van de door de raad van bestuur van Europol vastgestelde kwantitatieve en kwalitatieve evaluatiecriteria.

2.2.Beheers- en controlesyste(e)m(en) 

2.2.1.Rechtvaardiging van de voorgestelde beheersvorm(en), uitvoeringsmechanisme(n) voor financiering, betalingsvoorwaarden en controlestrategie

Aangezien het voorstel gevolgen heeft voor de jaarlijkse EU-bijdrage aan Europol, zal de EU-begroting in indirect beheer worden uitgevoerd.

Op grond van het beginsel van goed financieel beheer wordt op de uitvoering van de begroting van Europol een effectieve en doeltreffende interne controle uitgeoefend. Europol is derhalve verplicht een passende controlestrategie uit te voeren, in coördinatie met de relevante actoren die bij de controleketen betrokken zijn.

Wat de controles achteraf betreft, is Europol als gedecentraliseerd agentschap met name onderworpen aan:

– interne controles door de dienst Interne Audit van de Commissie

– jaarverslagen door de Europese Rekenkamer, die een verklaring aflegt waarin de betrouwbaarheid van de jaarrekeningen en de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen worden bevestigd

– een jaarlijkse kwijting verleend door het Europees Parlement;

– mogelijke onderzoeken door OLAF om er met name voor te zorgen dat de aan de agentschappen toegewezen middelen naar behoren worden gebruikt;

Als partner van Europol zal DG HOME zijn controlestrategie voor gedecentraliseerde agentschappen uitvoeren om te zorgen voor betrouwbare verslaglegging in het kader van zijn jaarlijks activiteitenverslag. De gedecentraliseerde agentschappen zijn weliswaar volledig verantwoordelijk voor de uitvoering van hun begroting, maar DG HOME is verantwoordelijk voor de regelmatige betaling van de jaarlijkse bijdragen die door de begrotingsautoriteit worden vastgesteld.

Tot slot biedt de Europese Ombudsman ten aanzien van Europol een extra niveau van controle en verantwoording.

2.2.2.Informatie over de geïdentificeerde risico’s en het (de) systeem (systemen) voor interne controle dat is (die zijn) opgezet om die risico’s te beperken

De volgende risicofactoren zijn vastgesteld:

– beperkte operationele middelen als gevolg van toenemende operationele behoeften van de lidstaten en voortdurend evoluerende criminele activiteiten op het gebied van migrantensmokkel en mensenhandel

– versnippering van de kernactiviteiten van Europol als gevolg van een veelheid aan taken en verzoeken

– onvoldoende financiële en personele middelen om aan de operationele behoeften te voldoen

– onvoldoende ICT-middelen, leidend tot vertragingen bij noodzakelijke ontwikkelingen en updates van het kernsysteem

2.2.3.Raming en motivering van de kosteneffectiviteit van de controles (verhouding van de controlekosten tot de waarde van de desbetreffende financiële middelen) en evaluatie van het verwachte foutenrisico (bij betaling en bij afsluiting). 

De Commissie brengt verslag uit over de verhouding “tussen de controlekosten en de betaling voor entiteiten belast met indirect beheer en gedecentraliseerde agentschappen, waaronder Europol” en die bedraagt 0,12 % voor 2022.

De Europese Rekenkamer bevestigde de wettigheid en regelmatigheid van de jaarrekening van Europol voor 2022, wat betekent dat het foutenpercentage minder dan 2 % bedroeg. Er zijn geen aanwijzingen dat het foutenpercentage de komende jaren zal stijgen.

Bovendien voorziet artikel 80 van het financieel reglement van Europol in de mogelijkheid dat het agentschap internecontrolecapaciteit deelt met andere organen van de Unie die op hetzelfde beleidsterrein werkzaam zijn, indien het niet kosteneffectief is om voor één orgaan van de Unie over een afzonderlijke interne-auditcapaciteit te beschikken.


2.3.Maatregelen ter voorkoming van fraude en onregelmatigheden 

Vermeld de bestaande en geplande preventie- en beschermingsmaatregelen, bijvoorbeeld in het kader van de fraudebestrijdingsstrategie.

De maatregelen ter bestrijding van fraude, corruptie en andere onwettige activiteiten worden onder meer beschreven in artikel 66 van de Europolverordening en in titel X van het financieel reglement van Europol.

Europol neemt met name deel aan de fraudepreventieactiviteiten van het Europees Bureau voor fraudebestrijding en stelt de Commissie onverwijld in kennis van vermoede fraude en andere financiële onregelmatigheden, overeenkomstig zijn interne strategie voor fraudebestrijding.

De raad van bestuur heeft de herziene fraudebestrijdingsstrategie van Europol voor de periode 2022-2024 tijdens zijn vergadering in maart 2022 goedgekeurd.

DG HOME heeft daarnaast als partner-DG zijn eigen fraudebestrijdingsstrategie ontwikkeld en uitgevoerd op basis van de door OLAF verstrekte methodologie. Gedecentraliseerde agentschappen, waaronder Europol, vallen onder het toepassingsgebied van de strategie.

DG HOME heeft zijn eigen fraudebestrijdingsstrategie ontwikkeld en uitgevoerd op basis van de door OLAF verstrekte methodologie.

Op basis van de beschikbare informatie werd in het jaarlijks activiteitenverslag 2022 van DG HOME geconcludeerd dat de bestaande fraudebestrijdingsmaatregelen over het algemeen doeltreffend zijn.

3.GERAAMDE FINANCIËLE GEVOLGEN VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF 

3.1.Rubriek(en) van het meerjarig financieel kader en betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven 

·Bestaande begrotingsonderdelen

In volgorde van de rubrieken van het meerjarig financieel kader en de begrotingsonderdelen.

Rubriek van het meerjarig financieel kader

Begrotingsonderdeel

Soort
uitgave

Bijdrage

Nummer

GK/ NGK 40

van EVA-landen 41

van kandidaat-lidstaten en aspirant-kandidaten 42

van andere derde landen

andere bestemmingsontvangsten

5

12 10 01

GK

JA/NEE

JA/NEE

JA/NEE

JA/NEE

3.2.Geraamde gevolgen voor de uitgaven 

3.2.1.Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de uitgaven 

in miljoenen euro’s (tot op drie decimalen)

Rubriek van het meerjarig financieel kader

5

Veiligheid en defensie

Europol

 

2024

2025

2026

2027

TOTAAL

TOTAAL kredieten voor Europol

Vastleggingen

-

15,758

19,678

13,457

48,892

Betalingen

-

15,758

19,678

13,457

48,892

Rubriek van het meerjarig financieel kader

7

Administratieve uitgaven

DG HOME

 

2024

2025

2026

2027

TOTAAL

Personele middelen

-

0,132

0,435

0,606

1,173

Andere administratieve uitgaven

0,002

0,002

0,002

0,002

0,008

TOTAAL DG HOME

Kredieten

0,002

0,134

0,437

0,608

1,181

TOTAAL kredieten voor RUBRIEK 7 van het meerjarig financieel kader

(totaal vastleggingen = totaal betalingen)

0,002

0,134

0,437

0,608

1,181

 

 

2024

2025

2026

2027

TOTAAL

TOTAAL kredieten onder de RUBRIEKEN 1 tot en met 7 van het meerjarig financieel kader

Vastleggingen

0,002

15,892

20,115

14,065

50,073

Betalingen

0,002

15,892

20,115

14,065

50,073

De benodigde kredieten voor personeel en andere administratieve uitgaven zullen worden gefinancierd uit de kredieten van het DG die reeds voor het beheer van deze actie zijn toegewezen en/of binnen het DG zijn herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.

3.2.2.Geraamde gevolgen voor de kredieten van Europol 

   Voor het voorstel/initiatief zijn geen beleidskredieten nodig

   Voor het voorstel/initiatief zijn beleidskredieten nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

                                   Bedragen in miljoenen EUR (tot op drie decimalen)

 

Vermeld doelstellingen en outputs

2024

2025

2026

2027

TOTAAL

Soort

Kosten

Kosten

Kosten

Kosten

Kosten

SPECIFIEKE DOELSTELLING NR. 1 Europol en zijn Europees Centrum tegen migrantensmokkel versterken als het zwaartepunt voor onderzoeks- en operationele actie op EU-niveau en voor strategische analyse

Output

Versterking van het ESMC en de andere entiteiten die verband houden met migrantensmokkel

-

1,186

2,628

2,673

6,487

Subtotaal voor specifieke doelstelling nr. 1

-

1,186

2,628

2,673

6,487

SPECIFIEKE DOELSTELLING NR. 2 de samenwerking en coördinatie tussen de lidstaten, Europol en andere agentschappen van de Unie verbeteren

Output

Opzetten van een governancestructuur voor doeltreffende samenwerking tussen instanties, sturing en coördinatie

-

0,075

0,242

0,410

0,727

Subtotaal voor specifieke doelstelling nr. 2

-

0,075

0,242

0,410

0,727

SPECIFIEKE DOELSTELLING NR. 3 Europol versterken als EU-knooppunt voor criminele informatie over migrantensmokkel en mensenhandel en de uitwisseling van informatie tussen de lidstaten, Europol, andere EU-agentschappen en derde landen ten volle ontwikkelen

- Output

Biometrie – ontwikkeling van systemen & upgrade van Siena (hardware, software, consultancy)

-

8,765

9,526

3,372

21,662

- Output

Integratie van Siena (beveiligde netwerkapplicatie voor informatie-uitwisseling).

-

1,137

1,345

0,876

3,358

Subtotaal voor specifieke doelstelling nr. 3

-

9,902

10,871

4,248

25,021

SPECIFIEKE DOELSTELLING NR. 4 Europol voorzien van de nodige instrumenten ter voorkoming en bestrijding van migrantensmokkel en andere strafbare feiten die onder de doelstellingen van Europol vallen

- Output

Empact-subsidie – migrantensmokkel en daarmee verband houdende strafbare feiten

-

2,000

2,000

2,000

6,000

- Output

OTF-subsidie

-

2,000

3,000

3,000

8,000

- Output

ondersteuning van OTF’s op het gebied van migrantensmokkel

-

0,595

0,938

1,125

2,658

Subtotaal voor specifieke doelstelling nr. 4

-

4,595

5,938

6,125

16,658

TOTAAL voor de doelstellingen 1 en 4

-

15,758

19,678

13,457

48,892

In voorkomend geval weerspiegelen de bedragen de som van de bijdrage van de Unie aan het agentschap en andere ontvangsten van het agentschap (vergoedingen en heffingen).

3.2.3.Geraamde gevolgen voor de personele middelen van Europol 

3.2.3.1.Samenvatting

   Voor het voorstel/initiatief zijn geen administratieve kredieten nodig

   Voor het voorstel/initiatief zijn administratieve kredieten nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

In miljoenen EUR (tot op drie decimalen). In voorkomend geval weerspiegelen de bedragen de som van de bijdrage van de Unie aan het agentschap en andere ontvangsten van het agentschap (vergoedingen en heffingen).

 

2025

2026

2027

TOTAAL

Tijdelijke functionarissen (AD‑rangen)

0,298

1,014

1,759

3,072

Tijdelijke functionarissen (AST‑rangen)

0

0

0

0

Arbeidscontractanten

0,265

1,026

1,872

3,162

Gedetacheerde nationale deskundigen

0,595

0,938

1,125

2,658

TOTAAL 43

1,158

2,978

4,757

8,892

Personeelsvereisten (vte): 44

 

2025

2026

2027

TOTAAL

Tijdelijke functionarissen (AD‑rangen)

3

7

10

10

Tijdelijke functionarissen (AST‑rangen)

0

0

0

0

Arbeidscontractanten

5

14

20

20

Gedetacheerde nationale deskundigen

11

17

20

20

TOTAAL

19

38

50

50

Details van de personeelsuitbreiding:

Specifieke doelstelling

Extra personeel

Toewijzing bij Europol

Specifieke doelstelling nr. 1

Extra personeel nodig om het Europees Centrum tegen migrantensmokkel te ondersteunen en het aantal door Europol ondersteunde operationele taskforces (OTF’s) en andere onderzoeken naar georganiseerde migrantensmokkel en daarmee verband houdende strafbare feiten te verhogen, de onlinedimensie van onderzoeken te bestrijken en technische en forensische ondersteuning te kunnen bieden door te zorgen voor de extractie en verwerking van grote en complexe gegevensreeksen die zijn verzameld in lidstaten en derde landen.

Geraamde benodigde vte’s – extra vte’s die per jaar moeten worden aangenomen (niet cumulatief):

Onderzoeksspecialisten en gegevensanalisten:

2025: +3; 2026: +4; 2027: +4

Specialisten Osint-/socialemediamonitoring: 2025: +1; 2026: +2; 2027: +2

forensische, ontsleutelings- en gegevensspecialisten:

2025: +1; 2026: +2; 2027: +1

Directoraat Operaties

Specifieke doelstelling nr. 2:

Extra personeel voor de opsporing van vermogensbestanddelen, financiële expertise en daarmee verband houdende analysediensten ter ondersteuning van de onderzoeken van de lidstaten naar georganiseerde migrantensmokkel, mensenhandel en daarmee verband houdende strafbare feiten. En ter ondersteuning van de lidstaten bij hun onderzoeken, strategische en operationele prioritering, criminaliteitspreventie en het monitoren van misdaadtrends met betrekking tot georganiseerde migrantensmokkel en daarmee verband houdende strafbare feiten door strategische analysediensten te verlenen.

Geraamde benodigde vte’s – extra vte’s die per jaar moeten worden aangenomen (niet cumulatief):

Specialisten en analisten voor het opsporen van vermogensbestanddelen en het voeren van financiële onderzoeken:

2025: +1; 2026: +1; 2027: +1

Strategische analyse- en gegevensspecialisten:

2025: +1; 2026: +2; 2027: +1

Directoraat Operaties

Specifieke doelstelling nr. 3:

Extra personeel om de lidstaten effectief technisch in staat te stellen Siena te gebruiken als standaardcommunicatiekanaal

Geraamde benodigde vte’s – extra vte’s die per jaar moeten worden aangenomen (niet cumulatief):

2025: 0; 2026: +1; 2027: 0

Extra personeel om te werken aan de vereisten, architectuur, beveiliging, gegevensbescherming, ontwikkeling, projectbeheer en onderhoud (zowel functioneel als infrastructureel) van de nieuwe capaciteiten.

Geraamde benodigde vte’s – extra vte’s die per jaar moeten worden aangenomen (niet cumulatief):

2025: +1; 2026: +1; 2027: 0

Directoraat Capaciteiten

Specifieke doelstelling nr. 4

Extra personeel (voor korte termijn gedetacheerde nationale deskundigen) ter ondersteuning van onderzoeken van de lidstaten in het kader van de OTF’s betreffende georganiseerde migrantensmokkel en daarmee verband houdende strafbare feiten vanuit het hoofdkwartier van Europol en in de landen van herkomst, doorreis en bestemming, waaronder zowel de lidstaten als derde landen.

Geraamde benodigde vte’s – extra vte’s die per jaar moeten worden aangenomen (niet cumulatief):

2025: +11; 2026: +6; 2027: +3

Directoraat Operaties

3.2.3.2.Geraamde personeelsbehoeften voor het verantwoordelijke DG

   Voor het voorstel/initiatief zijn geen personele middelen nodig

   Voor het voorstel/initiatief zijn personele middelen nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

Raming in een geheel getal (of met hoogstens één decimaal)

 

2024

2025

2026

2027

Posten opgenomen in de lijst van het aantal ambten (ambtenaren en tijdelijke functionarissen)

20 01 02 01 en 20 01 02 02 (centrale diensten en vertegenwoordigingen van de Commissie)

1

3

3

20 01 02 03 (delegaties)

 

 

 

 

Extern personeel (in voltijdequivalenten: vte’s)  45

20 02 01 (AC, END, INT van de “totale financiële middelen”)

1

1

1

20 02 03 (AC, AL, END, INT en JPD in de delegaties)

 

 

 

 

TOTAAL

2

4

4

Voor de benodigde personele middelen zal een beroep worden gedaan op het personeel van het DG dat reeds voor het beheer van deze actie is toegewezen en/of binnen het DG is herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.

Beschrijving van de uit te voeren taken:

Ambtenaren en tijdelijk personeel

-Uitvoeren van de nieuwe maatregelen ter voorkoming van migrantensmokkel, met inbegrip van de versterkte dialoog met juridische entiteiten waarvan wordt vermoed dat ze worden gebruikt voor migrantensmokkel, zoals bepaald in het voorstel voor een richtlijn inzake de voorkoming en bestrijding van hulpverlening bij illegale binnenkomst, illegale doortocht en illegaal verblijf in de Unie.

-Zorgen voor de werking van het nieuwe governancekader dat is vastgesteld in het Europees Centrum tegen migrantensmokkel, zoals bepaald in het voorstel voor een verordening betreffende de bestrijding van migrantensmokkel.

-Verbeteren van het toezicht op, het verzamelen, het analyseren en het delen van informatie en gegevens over de voorkoming van en de justitiële en rechtshandhavingsrespons op migrantensmokkel, input leveren voor empirisch onderbouwde beleidsvorming, zoals bepaald in het voorstel voor een richtlijn inzake de voorkoming en bestrijding van hulpverlening bij illegale binnenkomst, illegale doortocht en illegaal verblijf in de Unie en de verordening ter bestrijding van migrantensmokkel.

Extern personeel

Ondersteunen van het versterkte operationele kader van Europol ter ondersteuning van de lidstaten op het gebied van migrantensmokkel, de organisatie en het beheer van relevante operationele taskforces, de inzet van Europol voor operationele ondersteuning, activiteiten in het kader van Empact, zoals bepaald in het voorstel voor een verordening betreffende de bestrijding van migrantensmokkel.

3.2.4.Verenigbaarheid met het huidige meerjarige financiële kader 

   Het voorstel/initiatief is verenigbaar met het huidig meerjarig financieel kader.

    Het voorstel/initiatief vergt herprogrammering van de betrokken rubriek van het meerjarig financieel kader.

De budgettaire gevolgen van de aanvullende financiële middelen zullen gedeeltelijk beschikbaar worden gesteld via de marge (20 miljoen EUR) en via begrotingscompensatie met BMVI- en ISF-programma’s.

   Het voorstel/initiatief vergt toepassing van het flexibiliteitsinstrument of herziening van het meerjarig financieel kader 46 .

3.2.5.Bijdragen van derden 

Het voorstel/initiatief voorziet niet in medefinanciering door derden.

Het voorstel/initiatief voorziet in medefinanciering, zoals hieronder wordt geraamd:

3.3.Geraamde gevolgen voor de ontvangsten 

   Het voorstel/initiatief heeft geen financiële gevolgen voor de ontvangsten

   Het voorstel/initiatief heeft de hieronder beschreven financiële gevolgen:

   voor de eigen middelen

   voor overige ontvangsten

Geef aan of de ontvangsten worden toegewezen aan de begrotingsonderdelen voor uitgaven

(1)    Frontex, Risicoanalyses voor 2023/2024.
(2)    Frontex, Risicoanalyses voor 2023/2024.
(3)    Global study on smuggling of migrants (wereldwijde studie over migrantensmokkel), Bureau van de Verenigde Naties voor drugs- en misdaadbestrijding, 2018.
(4)    IOM, Missing migrants project (project over vermiste migranten), https://missingmigrants.iom.int/region/mediterranean.
(5)    Ramingen van Europol.
(6)    Europol Spotlight (2023) Criminal Networks in Migrant Smuggling.
(7)    Frontex, Risicoanalyses voor 2023/2024.
(8)    Europol Spotlight (2023) Criminal Networks in Migrant Smuggling.
(9)

   Verordening (EU) 2018/1727 van het Europees Parlement en de Raad van 14 november 2018 betreffende het Agentschap van de Europese Unie voor justitiële samenwerking in strafzaken (Eurojust), en tot vervanging en intrekking van Besluit 2002/187/JBZ van de Raad, PE/37/2018/REV/1, PB L 295 van 21.11.2018, blz. 138.

(10)    Kaderbesluit van de Raad van 13 juni 2002 inzake gemeenschappelijke onderzoeksteams, PB L 162 van 20.6.2002, blz. 1.
(11)    Artikel 72 VWEU.
(12)     Artikel 4, lid 2, VEU.
(13)

   Europol (2023), Criminal networks in migrant smuggling, Europol Spotlight Report series, Bureau voor publicaties van de Europese Unie, Luxemburg.

(14)    Artikel 67, lid 1, VWEU.
(15)    Ondersteuning van Europol in de strijd tegen migrantensmokkel: een gewaardeerde partner, maar het gebruik van de gegevensbronnen en de meting van de resultaten schieten te kort. Europese Rekenkamer, 2021.
(16)    Artikel 8 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (hierna “het Handvest” genoemd).
(17)    Artikel 8 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (hierna “het Handvest” genoemd).
(18)    Op basis van de personeelsformatie van Europol voor 2023 en de toewijzing van middelen per activiteit in het programmeringsdocument van Europol voor 2023-2025.
(19)    COM(2022) 684 final (2.12.2022).
(20)    Verordening (EU) 2016/794 van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2016 betreffende het Agentschap van de Europese Unie voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving (Europol) en tot vervanging en intrekking van de Besluiten 2009/371/JBZ, 2009/934/JBZ, 2009/935/JBZ, 2009/936/JBZ en 2009/968/JBZ van de Raad (PB L 135 van 24.5.2016, blz. 53, ELI: https://eur-lex.europa.eu/eli/reg/2016/794/oj ).
(21)         Verordening (EU) 2019/1896 van het Europees Parlement en de Raad van 13 november 2019 betreffende de Europese grens- en kustwacht en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1052/2013 en Verordening (EU) 2016/1624 (PB L 295 van 14.11.2019, blz. 1, ELI:  https://eur-lex.europa.eu/eli/reg/2019/1896/oj ).
(22)    Verordening (EU) 2018/1725 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de instellingen, organen en instanties van de Unie en betreffende het vrije verkeer van die gegevens, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 45/2001 en Besluit nr. 1247/2002/EG (PB L 295 van 21.11.2018, blz. 39, ELI:  https://eur-lex.europa.eu/eli/reg/2018/1725/oj ).
(23)    PB C …
(24)    [gelieve de titel en de publicatiereferentie in te voegen]
(25)     Richtlijn 2011/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 5 april 2011 inzake de voorkoming en bestrijding van mensenhandel en de bescherming van slachtoffers daarvan, en ter vervanging van Kaderbesluit 2002/629/JBZ van de Raad (PB L 101 van 15.4.2011, blz. 1, ELI:  http://data.europa.eu/eli/dir/2011/36/oj ).
(26)    Verordening (EU) 2018/1727 van het Europees Parlement en de Raad van 14 november 2018 betreffende het Agentschap van de Europese Unie voor justitiële samenwerking in strafzaken (Eurojust), en tot vervanging en intrekking van Besluit 2002/187/JBZ van de Raad (PB L 295 van 21.11.2018, blz. 138, ELI:  https://eur-lex.europa.eu/eli/reg/2018/1727/oj ).
(27)    In de zin van artikel 58, lid 2, punt a) of b), van het Financieel Reglement.
(28)    Artikel 88 VWEU
(29)    Artikel 87 VWEU
(30)    In 2022 heeft Europol in totaal 195 prioritaire onderzoeken naar migrantensmokkel ondersteund, waaronder 9 operationele taskforces. Aanverwante diensten werden voornamelijk verleend door 34 EMSC-personeelsleden, die voornamelijk werkten op het hoofdkantoor van het agentschap. Er zijn extra middelen nodig om het aantal ondersteunde onderzoeken naar migrantensmokkel en mensenhandel, met inbegrip van de regionale OTF’s, te kunnen verhogen. Over het geheel genomen zijn OTF’s een flexibel instrument en lopen de duur en omvang ervan aanzienlijk uiteen. OTF’s maken een langdurige en middelenintensieve verbintenis uit (variërend van 4 tot 150 betrokken personeelsleden, afhankelijk van specifieke omstandigheden en dreigingen (bv. reageren op levensbedreigende situaties).
(31)    -    Momenteel wordt minder dan 2 % van de opbrengsten van criminaliteit in de EU geconfisqueerd en wordt migrantensmokkel een van de meest lucratieve illegale activiteiten voor georganiseerde criminele groepen. Parallelle financiële onderzoeken moeten de regel worden in plaats van een uitzondering bij het onderzoek naar georganiseerde criminaliteit. Daarom moet Europol over de capaciteit beschikken om de autoriteiten van de lidstaten te ondersteunen met diensten op het gebied van opsporing van vermogensbestanddelen en financiële onderzoeken tijdens de uitvoering van onderzoeksmaatregelen.
(32)     De taken van de nationale deskundigen hangen af van de operationele behoeften en worden omschreven in de operationele plannen. Het kan echter ook gaan om deskundigheid op het gebied van relevante talen, strategische en operationele analyse, Osint-monitoring, opsporing van vermogensbestanddelen/financiële onderzoeken, cybercriminaliteit, forensisch IT-onderzoek, surveillance en undercoveroperaties, documentfraude en andere specifieke gebieden die relevant worden geacht voor de nationale onderzoeksteams en ter ondersteuning van de autoriteiten van de lidstaten bij de uitvoering van onderzoeksmaatregelen ter plaatse of op het hoofdkwartier van Europol.
(33)    Met gespecialiseerde eenheden voor de bestrijding van migrantensmokkel in elke lidstaat en directe verbindingen met Siena wordt verwacht dat het volume van de bijdragen meer dan zal verdubbelen, evenals het aantal operaties en OTF’s.
(34)    Om de flexibiliteit van de bijstand aan de lidstaten in het kader van Empact te vergroten, heeft Europol een financieringsregeling ingevoerd op basis van twee soorten subsidies. I) Subsidies van hoge waarde (High-value grants, HVG) worden toegekend na een traditionele oproep tot het indienen van voorstellen met een vaste termijn voor het indienen van aanvragen voor de financiering van gerichte activiteiten, zoals vastgelegd in de operationele actieplannen (OAP’s) en II) subsidies van geringe waarde (low-value grants, LVG) met een open procedure voor het verstrekken van kortetermijnfinanciering voor de activiteiten van OAP’s die van duidelijk operationele aard zijn. De afgelopen jaren zijn de Empact-subsidies uiterst populair geworden, en de lidstaten hebben steeds vaker hun toevlucht genomen tot deze subsidies, waarbij zij het nut ervan prezen om de strijd tegen de georganiseerde misdaad te ondersteunen en resultaten te behalen. Vorig jaar werd de LVG-enveloppe in november 2022 opgebruikt en dit jaar werd zij al in september 2023 opgebruikt, waardoor in beide gevallen een leemte is ontstaan en afbreuk werd gedaan aan de capaciteit van Europol om de lidstaten te ondersteunen en de capaciteit van de lidstaten om hun onderzoeken uit te voeren.
(35)     https://www.europol.europa.eu/crime-areas-and-statistics/empact  
(36)    Nadere gegevens over de wijze(n) van uitvoering van de begroting en verwijzingen naar het Financieel Reglement zijn beschikbaar op BUDGpedia: https://myintracomm.ec.europa.eu/corp/budget/financial-rules/budget-implementation/Pages/implementation-methods.aspx
(37)    Verordening (EU) 2016/794
(38)     https://www.europol.europa.eu/sites/default/files/documents/decision_of_the_europol_management_board_on_the_adoption_of_the_financial_regulation_applicable_to_europol_.pdf
(39)     https://europa.eu/european-union/sites/europaeu/files/docs/body/joint_statement_and_common_approach_2012_en.pdf
(40)    GK = gesplitste kredieten/NGK = niet-gesplitste kredieten.
(41)    EVA: Europese Vrijhandelsassociatie.
(42)    Kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, aspirant-kandidaten van de Westelijke Balkan.
(43)    De personeelsbezetting die is berekend op basis van de gemiddelde personeelskosten die voor het opstellen van de arbeidskrachtenenquête zijn vastgesteld, geïndexeerd volgens de correctiecoëfficiënt voor Nederland (111,8 %).
(44)    De in het voorstel genoemde personeelsuitbreiding van Europol zal worden gecompenseerd door een inkrimping van de toekomstige personeelsuitbreiding van Frontex. De twee agentschappen zullen overeenstemming bereiken over de concrete modaliteiten voor de overdracht, met inachtneming van de criteria en het tijdschema die door de medewetgevers zijn vastgesteld.
(45)    AC = Agent Contractuel (arbeidscontractant); AL = Agent Local (plaatselijk functionaris); END = expert national détaché (gedetacheerd nationaal deskundige); INT = Intérimaire (uitzendkracht); JPD = Junior Professionals in Delegations (jonge deskundige in delegaties).
(46)     Zie de artikelen 12 en 13 van Verordening (EU, Euratom) 2020/2093 van de Raad van 17 december 2020 tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2021-2027.