19.12.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 481/8


Bekendmaking van een aanvraag tot registratie van een naam overeenkomstig artikel 50, lid 2, punt a), van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen

(2022/C 481/05)

Deze bekendmaking verleent het recht om op grond van artikel 51 van Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad (1) binnen drie maanden na de datum van deze bekendmaking bezwaar aan te tekenen tegen de aanvraag.

ENIG DOCUMENT

“Rökt Vättersik”

EU-nr.: PDO-SE-02591 – 7.11.2019

BOB (x) BGA ( )

1.   Naam/Namen [van de BOB of de BGA]

“Rökt Vättersik”

2.   Lidstaat of derde land

Zweden

3.   Beschrijving van het landbouwproduct of levensmiddel

3.1.    Productcategorie

Categorie 1.7. Verse vis en schaal-, schelp- en weekdieren en producten op basis van verse vis en schaal-, schelp- en weekdieren

3.2.    Beschrijving van het product waarvoor de in punt 1 vermelde naam van toepassing is

“Rökt Vättersik” is een houting (Coregonus ssp.) uit het Zweedse Vättermeer waarvan het vlees is gerookt in een rokerij.

“Rökt Vättersik” wordt hetzij onverpakt verkocht, hetzij in vacuümverpakking voor een betere houdbaarheid.

Het product heeft de onderstaande kenmerken:

Grootte: gewoonlijk tussen 0,3 en 0,6 kg, maar grotere exemplaren zijn mogelijk.

Vet: 0,5-2,5 %. Het vetgehalte varieert naargelang van de vangstlocatie.

Kleur aan de buitenzijde: van donker nougat met violette ondertonen en een donkere tint van koffie verkeerd met koperachtige (buik) tot licht koperachtige schakeringen.

Vleeskleur: Afwisselend lichte en donkerder tinten van paarse dodekop met een zweempje nougat.

Consistentie: het visvlees heeft een uitgesproken gare consistentie en een aangename, stevige beet.

Smaak: diepe zoute smaak en een uitgesproken rokerigheid, met een licht-zoetzure hint van teer.

Aroma: een diep, kenmerkend rookaroma.

3.3.    Diervoeders (alleen voor producten van dierlijke oorsprong) en grondstoffen (alleen voor verwerkte producten)

Houtingen voeden zich voornamelijk met kleine, uit de ijstijd daterende schaaldieren (Mysis sp., Pallasea sp. en Pontoporeia sp.), viskuit, zeeslakken, mosselen, en andere schaaldieren en kleine vissen die van nature aanwezig zijn in het Vättermeer.

Houtingen (Coregonus ssp.) uit het Vättermeer, die “Vättersik” worden genoemd.

3.4.    Specifieke onderdelen van het productieproces die in het afgebakende geografische gebied moeten plaatsvinden

Alle stappen in het productieproces, van het vangen van de vis, die van nature aanwezig is in het Vättermeer, tot het roken van de vis voor de productie van “Rökt Vättersik”, moeten plaatsvinden in het in punt 4 omschreven geografische gebied.

3.5.    Specifieke voorschriften betreffende het in plakken snijden, het raspen, het verpakken enz. van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

3.6.    Specifieke voorschriften betreffende de etikettering van het product waarnaar de geregistreerde naam verwijst

4.   Beknopte beschrijving van het afgebakende geografische gebied

Het productiegebied van “Rökt Vättersik” bestrijkt het Vättermeer en het omliggende gebied binnen een straal van 10 km rond de waterlijn bij het normale waterpeil.

5.   Verband met het geografische gebied

Het verband tussen het geografische gebied en de kenmerken van “Rökt Vättersik” berust zowel op de natuurlijke omstandigheden in het geografische gebied als op menselijke factoren.

Beschrijving van de natuurlijke factoren die bijdragen tot het verband

Het Vättermeer, het op vier na grootste meer van Europa, raakte zo’n 8 000 jaar geleden afgescheiden van de Oostzee. Vandaag de dag bevindt het wateroppervlak van het meer zich 88,5 m boven het niveau van de Oostzee.

Dat het meer geïsoleerd is geraakt van andere watermassa’s, leidde ertoe dat de populatie houtingen (Coregonus ssp.) van het Vättermeer zich los van andere populaties van houtingen ontwikkelde en nu genetisch van die andere populaties verschilt.

Het Vättermeer is een typisch nutriëntenarm koudwatermeer (de gemiddelde watertemperatuur bedraagt ongeveer 10 °C) met helder water (de zichtdiepte bedraagt ongeveer 15 m) en een trage waterwisseling (ongeveer 60 jaar).

Het koude water vormt een goede habitat voor typische koudwatersoorten, zoals de houtingen van het Vättermeer, en voor de uit de ijstijd daterende schaaldieren die de belangrijkste voedselbron van deze vis zijn.

Als gevolg van het koude, nutriëntenarme water van het Vättermeer zijn de houtingen uit dit meer magerder (vetgehalte 0,5-2,5 %, afhankelijk van de tijd van het jaar en de vangstlocatie) en kleiner (gewoonlijk 0,3-0,6 kg) dan houtingen die gevangen zijn in andere watermassa’s.

Het lage vetgehalte geeft “Rökt Vättersik” opmerkelijk steviger visvlees en een goede beet, die iets aangenamer is dan bij andere soorten gerookte vis die gewoonlijk op de markt beschikbaar zijn. Het lage vetgehalte draagt bij aan de meer subtiele en elegante smaak van “Rökt Vättersik” in vergelijking met andere gangbare soorten gerookte vis.

Beschrijving van de menselijke factoren die bijdragen tot het verband

Vanuit historisch opzicht is de productie van “Rökt Vättersik” van bijzonder groot belang geweest voor de mensen die in de buurt van het Vättermeer wonen. Van oudsher werd “Rökt Vättersik” gerookt en verkocht door de vissers zelf. Deze traditie leeft nog steeds voort, ook al is het niet noodzakelijk meer een en dezelfde persoon die zowel het vissen op als het roken van houtingen uit het Vättermeer op zich neemt.

De visserij op en het roken van houtingen is een traditioneel ambacht dat gebaseerd is op bepaalde kennis, bijvoorbeeld over het gedrag van houtingen uit het Vättermeer en de wijze waarop magere vis wordt gerookt. Die kennis is in de loop der generaties verworven en wordt vaak binnen families van generatie op generatie doorgegeven.

De houtingen zijn op verschillende locaties en op verschillende diepten in het Vättermeer aanwezig, afhankelijk van factoren als voedselaanbod en de tijd van het jaar. In de periode van augustus tot november leven de houtingen in ondiepe wateren op een diepte van niet meer dan 30 meter, in de nabijheid van paaiplaatsen. Vanaf december begeven de houtingen zich almaar meer naar dieper gelegen locaties in het meer, waardoor het bestand tegen eind februari bevist wordt op een diepte van 90-120 meter. In het voorjaar is het voedselaanbod groter in de minder diepe wateren van het Vättermeer, en daarom keren de houtingen op dat moment terug naar de minder diepe gedeelten van het meer.

Bij de visserij op de houtingen moeten vissers vertrouwd zijn met de seizoensgebonden trekpatronen van deze vis, die gelieerd zijn aan zijn zoektocht naar voedsel. De vissers selecteren in het meer visgronden waar de houtingen op een specifiek moment waarschijnlijk aanwezig zullen zijn.

Bij het roken van de houtingen moet rekening worden gehouden met een aantal factoren om de beoogde kenmerken van “Rökt Vättersik” te verkrijgen. Het rookproces moet worden aangepast aan factoren als het seizoen, het klimaat en de luchtdruk. De visgronden en de vangstperiode (het tijdstip van het jaar waarin de houting is gevangen) zijn ook van invloed op het rookproces, aangezien het vetgehalte van de vis varieert.

Kennis van de bijzondere kenmerken van elke rokerij — hoeveel rook de oven produceert en hoe die binnen de oven wordt gedistribueerd — is ook van doorslaggevend belang voor de kwaliteit van het eindproduct.

Aangezien elke rokerij haar eigen specifieke kenmerken heeft, volgen de visrokers een rookmethode die is aangepast aan hun eigen rokerij. Afhankelijk van het ontwerp van de rokerij kan het nodig zijn de houtingen tijdens het rookproces te verplaatsen in de rokerij om ervoor te zorgen dat de vis gelijkmatig wordt gerookt. De rookontwikkeling in de rokerij wordt gecontroleerd door afwisselend gedroogd, met water doordrenkt en vers gekapt hout te gebruiken.

De benodigde rooktijd is afhankelijk van de temperatuur (gewoonlijk 70-80 °C) en de rookontwikkeling in de rokerij. De visroker bepaalt wanneer de houting klaar is door de textuur ervan te controleren, aan de vis te ruiken en na te gaan hoe strak de vinnen zijn.

Verwijzing naar de bekendmaking van het productdossier

https://www.livsmedelsverket.se/globalassets/foretag-regler-kontroll/livsmedelsinformation-markning-halsopastaenden/skyddade-beteckningar/ansokan_vattersik_2022_07_07.pdf


(1)  PB L 343 van 14.12.2012, blz. 1.