13.12.2022   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 473/19


Bekendmaking van een mededeling van de goedkeuring van een standaardwijziging van een productdossier voor een naam in de wijnsector als bedoeld in artikel 17, leden 2 en 3, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/33 van de Commissie

(2022/C 473/08)

Deze mededeling wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 17, lid 5, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/33 van de Commissie (1).

MEDEDELING VAN DE GOEDKEURING VAN EEN STANDAARDWIJZIGING

“Beaujolais”

PDO-FR-A0934-AM02

Datum van mededeling: 28.9.2022

BESCHRIJVING VAN EN REDENEN VOOR DE GOEDGEKEURDE WIJZIGING

1.   Geografische namen en aanvullende vermeldingen

In hoofdstuk I, punt II, 4°, van het productdossier zijn de woorden “of de naam van de gemeente van herkomst van de druiven” geschrapt. Deze wijziging, die de mogelijkheid schrapt om wijnen te produceren met zowel de vermelding “primeur” of “nouveau” (nieuw) als de naam van de gemeente van herkomst van de druiven, heeft tot doel de “Beaujolais”-wijnen gevolgd door de naam van de gemeente van herkomst van de druiven te identificeren als bewaarwijnen.

Deze wijziging heeft geen gevolgen voor het enig document.

2.   Geografisch gebied

In hoofdstuk I, punt IV, 1°, a), b) en c), van het productdossier zijn de woorden “worden verzorgd” vervangen door de woorden “vinden plaats” en zijn de woorden “op basis van de officiële geografische code van 2021” toegevoegd na “gemeenten”.

Deze redactionele wijziging zorgt ervoor dat het geografische gebied wordt omschreven aan de hand van de door het Insee gepubliceerde versie van 2021 van de officiële geografische code en dat de afbakening van het geografische gebied zodoende juridisch wordt vastgelegd.

De lijst van gemeenten die het geografische gebied vormen en hun namen zijn bijgewerkt, zonder dat de perimeter van het geografische gebied is gewijzigd, om rekening te houden met de administratieve wijzigingen die in de officiële geografische code zijn opgenomen.

Punt 6 van het enig document is gewijzigd.

In punt IV, 1°, is bovendien een zin toegevoegd om erop te wijzen dat de cartografische documenten voor het geografische gebied te vinden zijn op de website van het INAO (Institut national de l’origine et de la qualité).

3.   Gebied in de onmiddellijke nabijheid

In hoofdstuk I, punt IV, 3°, a), van het productdossier zijn de woorden “op basis van de officiële geografische code van 2021” toegevoegd na “gemeenten”.

Deze redactionele wijziging zorgt ervoor dat het gebied in de onmiddellijke nabijheid wordt omschreven aan de hand van de door het Insee gepubliceerde versie van 2021 van de officiële geografische code.

De toevoeging van deze verwijzing legt de afbakening van het gebied in de onmiddellijke nabijheid juridisch vast.

De lijst van gemeenten die het gebied in de onmiddellijke nabijheid vormen en hun namen zijn bijgewerkt zonder dat de perimeter is gewijzigd, om rekening te houden met de doorgevoerde administratieve wijzigingen.

De rubriek “Andere essentiële voorwaarden” van het enig document is gewijzigd.

4.   Regels voor het opbinden en de hoogte van het opgebonden gebladerte

In hoofdstuk I, punt VI, 1°, c), van het productdossier zijn de woorden “minstens is ook” geschrapt uit de bepaling inzake de hoogte van het opgebonden gebladerte van de niet-gespalierde wijnstokken voor de productie van rode en roséwijnen. Het betreft een correctie van een redactionele fout in het geldende productdossier.

Deze wijzigingen hebben geen gevolgen voor het enig document.

5.   Specifieke bepalingen inzake het vervoer van de geoogste druiven

In hoofdstuk I, punt VII, 1°, b), van het productdossier is de bepaling geschrapt betreffende de hoogte van de geoogste druiven in de recipiënten voor het vervoer van het perceel naar de wijnmakerij in het kader van de mechanische oogst van de druiven voor rode en roséwijnen.

Deze werkwijze is zozeer ingeburgerd geraakt bij de producenten dat zij niet meer als productievoorschrift hoeft te worden beschouwd.

Het enig document is gewijzigd in de rubriek “Specifieke oenologische procedés”.

6.   Wijnen die in aanmerking komen voor de vermelding “primeur” of “nouveau”

In hoofdstuk I, punt VIII, 1°, van het productdossier is de bepaling betreffende de hoeveelheid van de wijnproductie die in aanmerking komt voor de vermelding “primeur” of “nouveau”, welke bepaling voorheen was opgenomen in hoofdstuk I, punt IX, 2°, toegevoegd. Aangezien deze bepaling betrekking heeft op een productiehoeveelheid, moet zij worden opgenomen in het punt over de opbrengsten.

Om beter aan te sluiten bij de bewaarwijnidentiteit van de wijnen met de vermelding “Villages”, is een specifieke coëfficiënt voor deze wijnen toegevoegd om deze hoeveelheid te berekenen, die lager is dan voor wijnen met de benaming “Beaujolais” zonder enige vermelding.

Ook wordt aangegeven op welk areaal van het bedrijf deze coëfficiënten mogen worden toegepast.

Deze wijzigingen hebben geen gevolgen voor het enig document.

7.   Temperatuurbeheersing

In hoofdstuk I, punt IX, 1°, f), van het productdossier is de specifieke bepaling betreffende de wijntanks voor de vinificatie van de druiven die mechanisch zijn geoogst, geschrapt. De wijnmakerijen beschikken vandaag de dag over de juiste uitrusting en de algemene bepaling wordt door de producenten van de benaming voldoende geacht.

Deze wijziging heeft geen gevolgen voor het enig document.

8.   Bepalingen per soort product

In hoofdstuk I, punt IX, 2°, a), van het productdossier is de bepaling betreffende de productiehoeveelheid van wijn met de vermelding “primeur” of “nouveau” geschrapt.

Ook is een punt c) toegevoegd voor de datum met ingang waarvan het verkeer van wijnen met de vermelding “primeur” of “nouveau” tussen erkende entrepothouders is toegestaan. Het strikt aanhouden van deze datum (de 38e dag vóór de derde donderdag van november van het oogstjaar) is noodzakelijk voor het kwaliteitsbehoud van de wijnen. Wanneer wijnen die nog niet het stadium van eindproduct hebben bereikt te vroeg worden vervoerd, bestaat het risico dat de kwaliteit ervan tijdens het vervoer achteruitgaat.

Deze wijziging heeft geen gevolgen voor het enig document.

9.   Bepalingen inzake verpakking

In hoofdstuk I, punt IX, 3°, a), van het productdossier is de bewaartermijn van de analyseverslagen die vóór het verpakken van de wijnen worden opgesteld, verlengd van zes maanden tot één jaar, met name om de controle op de marktdeelnemers te vergemakkelijken.

In 3°, b), is de uiterste datum voor het verpakken van wijnen met de vermelding “primeur” of “nouveau” verlengd van 1 tot 31 december van het oogstjaar om ervoor te zorgen dat er minder vaak wordt afgezien van het gebruik van de vermelding “primeur” of “nouveau”. Het gevolg van dit afzien is namelijk dat wijnen op de markt worden gebracht die qua bereiding de kenmerken van een primeurwijn vertonen, maar vervolgens zonder deze vermelding op het etiket in de handel worden gebracht.

Deze wijzigingen hebben geen gevolgen voor het enig document.

10.   Verkeer tussen erkende entrepothouders

In hoofdstuk I, punt IX, 5°, van het productdossier is b), met betrekking tot de datum van het in verkeer brengen van de wijnen tussen erkende entrepothouders, geschrapt.

Deze schrapping sluit aan bij de toevoeging van c) aan het punt “Bepalingen per soort product” voor primeurwijnen of nieuwe wijnen.

De titel van punt IX, 5°, is gewijzigd door het schrappen van “het verkeer van de producten en”.

De titel van punt IX, 5°, a), is geschrapt.

Deze wijzigingen van het productdossier hebben geen gevolgen voor het enig document.

11.   Beschrijving van de natuurlijke factoren die bijdragen tot het verband

In hoofdstuk I, punt X, 1°, a), van het productdossier is het aantal gemeenten die het geografische gebied vormen, gewijzigd om rekening te houden met de doorgevoerde administratieve wijzigingen.

Het enig document is gewijzigd in de rubriek “Beschrijving van het (de) verbanden”.

12.   Beschrijving van de menselijke factoren die bijdragen tot het verband

In hoofdstuk I, punt X, 1°, b), van het productdossier zijn de gegevens voor de sector uit 2008 geschrapt en vervangen door gegevens uit 2018.

Het enig document is gewijzigd in de rubriek “Beschrijving van het (de) verbanden”.

13.   Informatie over de kwaliteit en de kenmerken van de producten

In hoofdstuk I, punt X, 2°, van het productdossier zijn de organoleptische beschrijvingen van de producten met name gewijzigd om aan te sluiten bij hetgeen in dit verband is bepaald in Verordening (EG) nr. 1308/2013.

Het enig document is gewijzigd in de rubriek “Beschrijving van de wijn(en)”.

14.   Overgangsmaatregelen

In hoofdstuk I, punt XI, van het productdossier zijn 1° en 2°, b), geschrapt. De overgangsmaatregelen in kwestie zijn inmiddels achterhaald. De nummering van de paragrafen van punt XI is gewijzigd om rekening te houden met deze schrappingen.

2° (voorheen 3°) betreffende de overgangsmaatregel inzake de minimale beplantingsdichtheid is gewijzigd. De vergunning voor het gedeeltelijk rooien van wijnstokken die op 28 november 2004 waren geplant, is verlengd van 2015 tot 2031. Deze afwijking geldt nu voor alle rode en roséwijnen en niet langer enkel voor wijnen met de BOB “Beaujolais” zonder enige vermelding. Er is een specifieke kortingscoëfficiënt van toepassing op de wijnstokken die nieuw zullen worden gerooid, teneinde de herstructurering van wijngaarden te versnellen in een moeilijke economische situatie waarin grootschalige herbeplanting onmogelijk is, de mechanisering van wijngaarden te vergemakkelijken en zo het gebruik van glyfosaat te verminderen.

Er is ook een nieuwe overgangsmaatregel toegevoegd voor wijnen met de benaming “Beaujolais”, gevolgd door de naam van de gemeente van herkomst van de druiven en aangevuld met de vermelding “primeur” of “nouveau”. Aangezien deze laatste vermelding op grond van het productdossier niet langer is toegestaan voor deze wijnen, wordt voor het in de handel brengen van deze wijnen een overgangsperiode toegestaan tot en met de oogst van 2025, zodat de marktdeelnemers die ten minste sinds de oogst van 2018 aanspraak op de vermelding hebben gemaakt, hun aanbod kunnen aanpassen.

Deze wijzigingen hebben geen gevolgen voor het enig document.

15.   Aangifteverplichtingen

In hoofdstuk II, punt I, van het productdossier is het woord “inspectie” vervangen door “controle”, aangezien de organisatie voor de bescherming en het beheer van de benaming heeft besloten de controlemethode te wijzigen.

In hoofdstuk II, punt I, van het productdossier is een verklaring van het voornemen om te produceren toegevoegd. Deze verklaring is enkel van toepassing op de wijnen met de vermelding “primeur” of “nouveau” en heeft betrekking op de arealen, het soort product (kleuren enz.) en de hoeveelheden van deze wijnen. Het doel is om vóór de oogst een idee te hebben van de hoeveelheden wijn die naar verwachting de vermelding “primeur” zullen dragen, om de berekening van de coëfficiënt voor het bepalen van de hoeveelheden wijn die als primeurwijn kunnen worden bereid, te verfijnen en zo de hoeveelheden van deze wijnen die wegens een gebrek aan vraag niet met deze vermelding in de handel kunnen worden gebracht, te beperken.

Deze verklaring kan worden gewijzigd tot en met 15 augustus voorafgaand aan de oogst.

De nummering in punt XI is gewijzigd om rekening te houden met deze toevoeging.

Punt a) van punt 2 (voorheen punt 1) is gewijzigd om te verduidelijken welke informatie in de aanspraakverklaring moet worden opgenomen.

In de punten 3, 4, 6, 7 en 8 zijn de bepalingen inzake de termijnen voor de aangifteverplichtingen gewijzigd om de controles te vergemakkelijken.

In 3. wordt verduidelijkt dat producten pas uit de markt mogen worden genomen, nadat kennis is genomen van het gevolg dat de erkende controle-instantie aan die verklaring heeft gegeven.

In 4. is toegevoegd dat het door de marktdeelnemer aan de erkende controle-instantie verstrekken van het in artikel D.645-18-II van het wetboek landbouw en zeevisserij bedoelde register gelijkstaat aan een verklaring van vrijgave voor consumptie.

Op basis van 5. is het systeem van samenvattende kwartaaloverzichten voor de in 4. en 7. bedoelde verklaringen voortaan beschikbaar ongeacht de hoeveelheden of het aantal door de marktdeelnemers verrichte transacties. Er is ook een verwijzing naar de intrekkingsverklaring (8.) toegevoegd. Deze samenvattende overzichten moeten ten minste tien dagen vóór het einde van het kwartaal aan de controle-instantie worden toegezonden.

In 6. is bepaald dat partijen onverpakte wijn die bestemd zijn om buiten het nationale grondgebied te worden verzonden, pas uit de markt mogen worden genomen, nadat kennis is genomen van het gevolg dat de erkende controle-instantie heeft gegeven aan de verklaring betreffende de verzending buiten het nationale grondgebied.

In 8. worden de bepalingen rond de intrekkingsverklaring verduidelijkt.

Deze wijzigingen hebben geen gevolgen voor het enig document.

16.   Verwijzingen naar de controlestructuur

In hoofdstuk III, punt II, van het productdossier is het adres van de controlestructuur bijgewerkt.

Onder het adres is de eerste alinea gewijzigd en de tweede geschrapt in verband met de nieuwe redactionele regels.

Deze wijziging heeft geen gevolgen voor het enig document.

17.   Wijndruivenrassen

De in het productdossier vermelde rassen zijn in het oorspronkelijke enig document (2011) in de volgende categorie ingedeeld: wijndruivenrassen die zijn opgenomen in de door de OIV opgestelde lijst.

Het productdossier vermeldde al in de eerste versie de voornaamste wijndruivenrassen en aanvullende rassen.

In het enig document zijn zij respectievelijk ingedeeld als “Wijndruivenrassen” en “Secundaire wijndruivenrassen” (in de rubriek “Andere essentiële voorwaarden”).

Punt 7 van het enig document is gewijzigd.

ENIG DOCUMENT

1.   Naam van het product

Beaujolais

2.   Type geografische aanduiding

BOB – beschermde oorsprongsbenaming

3.   Categorieën wijnbouwproducten

1.

Wijn

4.   Beschrijving van de wijn(en)

1.   Witte wijnen, witte wijnen met de vermelding “Villages” of de naam van de gemeente van herkomst van de druiven

KORTE BESCHRIJVING

De witte wijnen hebben een mooie glanzende kleur, een volle neus met aroma’s van fruit met wit vruchtvlees en citrusvruchten, met een aangename en evenwichtige afdronk in de mond. Net als bij de witte Villages hebben ze soms een vanilleachtige toets als ze in het vat hebben gezeten. De witte Villages hebben een goudkleurige kleur met een rijke schakering, een neus met florale en minerale toetsen en een volle en evenwichtige smaak. De witte wijnen hebben een minimaal natuurlijk alcoholvolumegehalte van 10,5 % en, na verrijking, een totaal alcoholvolumegehalte van ten hoogste 13 %. Witte wijnen met de vermelding “Villages” of de naam van de gemeente van herkomst van de druiven hebben een minimaal natuurlijk alcoholvolumegehalte van 11 % en, na verrijking, een totaal alcoholgehalte van ten hoogste 13,5 %.

Het gehalte aan fermenteerbare suikers van de wijnen (bij het in de handel brengen als eindproduct) bedraagt ten hoogste 3 g/l, of ten hoogste 4 g/l, indien de totale zuurgraad (H2SO4) ten minste 2,7 g/l bedraagt.

Het gehalte aan vluchtige zuren van de wijnen (bij het in de handel brengen als eindproduct) bedraagt ten hoogste 14,17 milli-equivalent/l.

De andere analytische kenmerken zijn die welke in de Europese regelgeving zijn vastgesteld.

Algemene analytische kenmerken

Maximaal totaal alcoholgehalte (in volumeprocent)

 

Minimaal effectief alcoholgehalte (in volumeprocent)

 

Minimale totale zuurgraad

 

Maximaal gehalte aan vluchtige zuren (in milli-equivalent per liter)

 

Maximaal totaalgehalte aan zwaveldioxide (in milligram per liter)

 

2.   Rode of roséwijnen

KORTE BESCHRIJVING

De rode wijnen met hun lichte kleur en fruitige neus zijn lichte, fruitige en florale wijnen die prima heel jong kunnen worden gedronken. De roséwijnen hebben over het algemeen een heldere kleur, een frisse neus, aroma’s in de mond van rode vruchten en een fijne en verfrissende smaak; ze zijn soepel in de mond en kunnen het best jong worden gedronken. De wijnen met de vermelding “primeur” of “nouveau”, die voorbehouden is aan de rode en roséwijnen, hebben een glanzende kleur die minder diep is dan die van een bewaarwijn; het zijn frisse en aangename wijnen die in de mond aromatisch, fruitig en zurig zijn. Ze worden bij voorkeur snel geconsumeerd, d.w.z. binnen zes tot twaalf maanden na de bereiding. De rode en roséwijnen hebben een minimaal natuurlijk alcoholvolumegehalte van 10 % en, na verrijking, een totaal alcoholvolumegehalte van ten hoogste 12,5 %. Het gehalte aan fermenteerbare suikers van de wijnen (bij het in de handel brengen als eindproduct) bedraagt ten hoogste 3 g/l. Het gehalte aan vluchtige zuren van de wijnen (bij het in de handel brengen als eindproduct) bedraagt ten hoogste 14,17 milli-equivalent/l, of ten hoogste 10,2 milli-equivalent per liter (onverpakte partij) voor de wijnen met de vermelding “primeur” of “nouveau”. Voor laatstgenoemde wijnen bedraagt het totale SO2-gehalte voor de rode wijnen ten hoogste 100 milligram per liter en voor de roséwijnen ten hoogste 150 milligram per liter (bij het in de handel brengen als eindproduct in de zin van artikel D.645-18-I van het wetboek landbouw en zeevisserij).

De andere analytische kenmerken zijn die welke in de Europese regelgeving zijn vastgesteld.

Algemene analytische kenmerken

Maximaal totaal alcoholgehalte (in volumeprocent)

 

Minimaal effectief alcoholgehalte (in volumeprocent)

 

Minimale totale zuurgraad

 

Maximaal gehalte aan vluchtige zuren (in milli-equivalent per liter)

 

Maximaal totaalgehalte aan zwaveldioxide (in milligram per liter)

 

3.   Rode of roséwijnen met de vermelding “Villages” of “supérieur” of de naam van de gemeente van herkomst van de druiven

KORTE BESCHRIJVING

De rode wijnen met de vermelding “Villages” hebben een diepere kleur en zuivere aroma’s en zijn krachtig, gestructureerd en harmonieus in de mond. Ze kunnen meerdere jaren worden bewaard. De roséwijnen met de vermelding “Villages”, die op kleinere schaal worden geproduceerd en gewilder zijn, hebben een kleur die tussen die van grapefruit en perzik in ligt, en aroma’s van zurige rode vruchten; ze zijn vol en krokant, soepel en verfrissend in de mond.

De rode en roséwijnen met de vermelding “Villages”, “supérieur” of de naam van de gemeente van herkomst van de druiven hebben een minimaal natuurlijk alcoholvolumegehalte van 10,5 % en, na verrijking, een totaal alcoholgehalte van 13 %.

Het gehalte aan fermenteerbare suikers van de wijnen (bij het in de handel brengen als eindproduct) bedraagt ten hoogste 3 g/l.

Het gehalte aan vluchtige zuren van de wijnen (bij het in de handel brengen als eindproduct) bedraagt ten hoogste 14,17 milli-equivalent/l.

De andere analytische kenmerken zijn die welke in de Europese regelgeving zijn vastgesteld.

Algemene analytische kenmerken

Maximaal totaal alcoholgehalte (in volumeprocent)

 

Minimaal effectief alcoholgehalte (in volumeprocent)

 

Minimale totale zuurgraad

 

Maximaal gehalte aan vluchtige zuren (in milli-equivalent per liter)

 

Maximaal totaalgehalte aan zwaveldioxide (in milligram per liter)

 

5.   Wijnbereidingsprocedés

5.1.    Specifieke oenologische procedés

1.   

 

Specifiek oenologisch procedé

Voor de rode wijnen zijn subtractieve verrijkingstechnieken toegestaan binnen de grenzen van een maximale concentratie van 10 %.

Bij de bereiding van de roséwijnen is het gebruik van houtskool voor oenologische doeleinden, als afzonderlijk product en in mengsels, verboden.

Met het oog op het behoud van het “primeur”-karakter, dat het specifieke kenmerk vormt van de rode en roséwijnen die in aanmerking komen voor de vermelding “primeur” of “nouveau”:

worden de wijnen uitsluitend bereid uit druiven die in hetzelfde jaar zijn geoogst;

is de gistingstijd van de wijnen ten hoogste tien dagen;

hebben de rode en roséwijnen na verrijking een totaal alcoholvolumegehalte van ten hoogste 12,50 %;

hebben de witte wijnen na verrijking een totaal alcoholvolumegehalte van ten hoogste 13 %.

Naast de bovengenoemde bepalingen moeten de wijnen, wat oenologische procedés betreft, voldoen aan de verplichtingen die zijn vastgesteld op EU-niveau en in het wetboek landbouw en zeevisserij.

2.   

 

Teeltwijze

Beplantingsdichtheid

De wijngaarden hebben een minimale beplantingsdichtheid van 5 000 wijnstokken per hectare.

De afstand tussen de rijen in deze wijngaarden bedraagt ten hoogste 2,50 meter en de afstand tussen de wijnstokken binnen eenzelfde rij bedraagt ten minste 0,80 meter.

Mits de minimale dichtheid van 5 000 wijnstokken per hectare wordt aangehouden, mag de afstand tussen de rijen ten hoogste 3 meter bedragen, zodat mechanische middelen gemakkelijker kunnen worden ingezet.

3.   

 

Teeltwijze

Regels voor het snoeien

Er wordt gesnoeid tot uiterlijk 15 mei.

De wijnen worden verkregen van wijnstokken die worden gesnoeid volgens de volgende voorschriften:

Witte wijnen

hetzij in enkele Guyot-snoei met maximaal acht ogen op de langgesnoeide legger en één vruchttak met maximaal twee ogen;

hetzij de snoei met de naam “taille à queue du Mâconnais”: elke wijnstok heeft een langgesnoeide legger met maximaal twaalf ogen en één vruchttak met maximaal twee ogen.

Rode en roséwijnen

Met maximaal tien ogen per wijnstok:

hetzij in korte snoei (gobeletsnoei, palmetsnoei of Royat-snoei, enkel, dubbel of “charmet”) met drie tot vijf vruchttakken met maximaal twee ogen. Met het oog op de verjonging mag elke wijnstok ook één vruchttak met maximaal twee ogen hebben die op een waterloot van het oude hout wordt gesnoeid;

hetzij in enkele Guyot-snoei met maximaal zes ogen op de langgesnoeide legger en één vruchttak met maximaal twee ogen;

hetzij met twee verkorte leggers met maximaal drie ogen.

Bij de vormingssnoei of in geval van verandering van de snoeiwijze worden de wijnstokken gesnoeid met maximaal twaalf ogen per stok.

Bepalingen inzake de mechanische oogst van percelen die bestemd zijn voor de productie van rode of roséwijnen

De recipiënten zijn van een inert, voor levensmiddelen geschikt materiaal;

De werktuigen voor de oogst en het vervoer van de druiven moeten zijn uitgerust met een geschikte waterafvoer- of beschermingsinrichting.

5.2.    Maximumopbrengsten

1.

Witte wijnen

75 hectoliter per hectare

2.

Rode en roséwijnen

65 hectoliter per hectare

3.

Rode wijnen met de vermelding “supérieur”

63 hectoliter per hectare

4.

Rode en roséwijnen met de vermelding “Villages” of de naam van de gemeente van herkomst van de druiven

63 hectoliter per hectare

5.

Witte wijnen met de vermelding “Villages” of de naam van de gemeente van herkomst van de druiven

73 hectoliter per hectare

6.   Afgebakend geografisch gebied

a)

De druivenoogst, de vinificatie, de bereiding en de opvoeding van de wijnen vinden plaats op het grondgebied van de volgende gemeenten, op basis van de officiële geografische code van 2021:

departement Rhône: Alix, Anse, L’Arbresle, Les Ardillats, Arnas, Bagnols, Beaujeu, Belleville-en-Beaujolais, Belmont-d’Azergues, Blacé, Le Breuil, Bully, Cercié, Chambost-Allières, Chamelet, Charentay, Charnay, Châtillon, Chazay-d’Azergues, Chénas, Chessy, Chiroubles, Cogny, Corcelles-en-Beaujolais, Denicé, Emeringes, Fleurie, Frontenas, Gleizé, Juliénas, Jullié, Lacenas, Lachassagne, Lancié, Lantignié, Légny, Létra, Limas, Lozanne, Lucenay, Marchampt, Marcy, Moiré, Montmelas-Saint-Sorlin, Morancé, Odenas, Le Perréon, Pommiers, Porte des Pierres Dorées, Quincié-en-Beaujolais, Régnié-Durette, Rivolet, Saint-Clément-sur-Valsonne, Saint-Cyr-le-Chatoux, Saint-Didier-sur-Beaujeu, Saint-Etienne-des-Oullières, Saint-Etienne-la-Varenne, Saint-Georges-de-Reneins, Saint-Germain-Nuelles, Saint-Jean-des-Vignes, Saint-Julien, Saint-Just-d’Avray, Saint-Lager, Saint-Romain-de-Popey, Saint-Vérand, Sainte-Paule, Salles-Arbuissonnas-en-Beaujolais, Sarcey, Ternand, Theizé, Val d’Oingt, Vaux-en-Beaujolais, Vauxrenard, Vernay, Ville-sur-Jarnioux, Villié-Morgon, Vindry-sur-Turdine (enkel het deel dat samenvalt met het grondgebied van de voormalige gemeenten Dareizé, Les Olmes en Saint-Loup);

departement Saône-et-Loire: Chaintré, Chânes, La Chapelle-de-Guinchay, Chasselas, Crêches-sur-Saône, Leynes, Pruzilly, Romanèche-Thorins, Saint-Amour-Bellevue, Saint-Symphorien-d’Ancelles, Saint-Vérand.

b)

Voor de vermelding “Villages” vinden de druivenoogst, de vinificatie, de bereiding en de opvoeding van de wijnen plaats op het grondgebied van de volgende gemeenten, op basis van de officiële geografische code van 2021:

in het departement Rhône: Les Ardillats, Beaujeu, Blacé, Cercié, Charentay, Chénas, Chiroubles, Denicé, Emeringes, Fleurie, Juliénas, Jullié, Lancié, Lantignié, Marchampt, Montmelas-Saint-Sorlin, Odenas, Le Perréon, Quincié-en-Beaujolais, Régnié-Durette, Rivolet, Saint-Didier-sur-Beaujeu, Saint-Etienne-des-Oullières, Saint-Etienne-la-Varenne, Saint-Julien, Saint-Lager, Salles-Arbuissonnas-en-Beaujolais, Vaux-en-Beaujolais, Vauxrenard, Villié-Morgon;

in het departement Saône-et-Loire: Chânes, La Chapelle-de-Guinchay, Leynes, Pruzilly, Romanèche-Thorins, Saint-Amour-Bellevue, Saint-Symphorien-d’Ancelles, Saint-Vérand.

c)

De druivenoogst, de vinificatie, de bereiding en de opvoeding van de wijnen die in aanmerking komen voor de gecontroleerde oorsprongsbenaming “Beaujolais” gevolgd door de naam van de gemeente van herkomst van de druiven, vinden plaats op het grondgebied van de volgende gemeenten, op basis van de officiële geografische code van 2021:

in het departement Rhône: Les Ardillats, Beaujeu, Blacé, Cercié, Charentay, Denicé, Emeringes, Jullié, Lancié, Lantignié, Marchampt, Montmelas-Saint-Sorlin, Odenas, Le Perréon, Quincié-en-Beaujolais, Rivolet, Saint-Didier-sur-Beaujeu, Saint-Etienne-des-Oullières, Saint-Etienne-la-Varenne, Saint-Julien, Saint-Lager, Salles-Arbuissonnas-en-Beaujolais, Vaux-en-Beaujolais, Vauxrenard;

in het departement Saône-et-Loire: Chânes, La Chapelle-de-Guinchay, Leynes, Pruzilly, Romanèche-Thorins, Saint-Symphorien-d’Ancelles.

De cartografische documenten voor het geografische gebied kunnen worden geraadpleegd op de website van het INAO.

7.   Wijndruivenrassen

Chardonnay B

Gamay N

8.   Beschrijving van het (de) verband(en)

8.1.    Beschrijving van de natuurlijke factoren die bijdragen tot het verband

Het geografische gebied strekt zich uit over de oostrand van het Centraal Massief, boven het dal van de Saône, in het hart van de regio waar het gebied zijn naam aan ontleent. De wijngaarden liggen tussen de steden Lyon en Mâcon over een afstand van 55 km van noord naar zuid en van 15 tot 20 km van oost naar west, tussen de vlakte van de Saône, een zijrivier van de Rhône, en de “Monts du Beaujolais”, op een hoogte van 180 tot 550 meter.

Het geografische gebied bestrijkt het grondgebied van 77 gemeenten in het departement Rhône en 11 gemeenten in het departement Saône-et-Loire.

Het voor de wijnen met de vermelding “Villages” afgebakende productiegebied ligt in de noordelijke helft van het geografische gebied op het grondgebied van 30 gemeenten in het departement Rhône en 8 gemeenten in het departement Saône-et-Loire.

In het landschap van het wijnbouwgebied van Beaujolais zijn er twee grote families van geologische formaties te onderscheiden.

In het noorden vormen oude paleozoïsche formaties een reliëf met ronde bergtoppen, bestaande uit gesteente dat is gevormd tijdens de Hercynische opheffing, graniet, porfier, schist en veelal metamorf vulkaan-sedimentair gesteente. Door verwering van deze gesteenten zijn zuur reagerende zand- of kleibodems ontstaan.

In het zuiden treden recentere sedimentaire formaties (trias en jura, uit het tweede geologische tijdvak) aan de oppervlakte. Deze bestaan voornamelijk uit kalkgesteente, dat een reliëf met langgerekte hellingen vormt dat woester is dan in het noorden. De bodems zijn over het algemeen meer kleiachtig en dieper.

Aan de voeten van de hellingen bedekken formaties uit het quartair, bestaand uit oude rivierterrassen, colluvium en sedimentwaaiers, het oude substraat.

Ongeacht de formaties van de ondergrond zijn de hellingen voornamelijk naar het oosten en het zuiden gericht.

De regio heeft een gematigd zeeklimaat met continentale invloeden (onweersbuien in de zomer, rijpvormende mist in de winter) en zuidelijke invloeden (warme zomers, neerslagmaxima in voor- en najaar).

De “Monts du Beaujolais” houden de westenwinden behoorlijk tegen en temperen daarmee de invloed vanuit zee. Het door deze heuvels veroorzaakte föhneffect droogt de lucht vanuit zee, waardoor de bewolking en neerslag afnemen.

Het brede Saônedal speelt ook een voorname rol in het lokale klimaat door de zuidelijke luchtmassa’s te kanaliseren, waardoor de helderheid en de hoeveelheid zonlicht toenemen en de temperatuurschommelingen worden beperkt.

8.2.    Beschrijving van de menselijke factoren die bijdragen tot het verband

“Al in de derde eeuw van ons tijdperk had de wijnbouw een definitieve plek veroverd in de streek Lyonnais.” [Viala P. en Vermorel V., 1902]. In 280 na Christus stond keizer Probus de Galliërs toe om wijngaarden aan te leggen, met name in de “Monts d’Or” in de buurt van Lyon.

In de achttiende eeuw nam de handel in Beaujolais-wijnen een hoge vlucht, waardoor de wijngaarden een sterke gedaanteverandering ondergingen. In die tijd begon het landschap al de vormen aan te nemen zoals we die kennen in 2009. Met de uitbreiding van steden, de industrialisering en de ontwikkeling van de vervoersinfrastructuur was de negentiende eeuw een cruciale periode voor de wijngaarden. Het zuiden richtte zich op de productie van lichte en fruitige, verfrissende wijnen om de naburige markt van de Lyonnais te bedienen. Het noorden, meer gericht op Mâcon en de markten in het noorden van Frankrijk, wijdde zich vooral aan de productie van meer geconcentreerde, voor bewaring en vervoer geschikte wijnen.

Aan het einde van de jaren 1920 werden de eerste coöperatieve wijnkelders opgericht, in de jaren 1950 gevolgd door een tweede generatie kelders, die bijdroegen tot de algehele verbetering van de kwaliteit van de wijnen en de ontwikkeling en stroomlijning van de wijnbereiding in de wijnstreek Beaujolais mogelijk maakten.

De gecontroleerde oorsprongsbenaming “Beaujolais” werd erkend bij decreet van 12 september 1937. De producenten in de noordelijke gemeenten, wier krachtige bewaarwijnen contrasteren met de lichtere en fruitige wijnen uit het zuiden, wensten zichzelf te onderscheiden en verzochten om de erkenning van een aparte gecontroleerde oorsprongsbenaming. In 1943 leidden hun inspanningen tot de publicatie van een lijst van 31 gemeenten, die hun naam mochten toevoegen aan “Beaujolais”. Op 21 april 1950 bundelden die 31 gemeenten zich in één eenheid, wat tot uitdrukking kwam in de toevoeging van de vermelding “Villages”.

Beaujolais is de enige wijnbouwstreek waar het aandeel nieuwe wijn even belangrijk is als dat van andere wijnen, met name dankzij het feit dat het druivenras gamay N zich goed leent voor de productie van primeurwijn. Al in de negentiende eeuw kochten enkele zeer professionele handelaren wijn aan die net de pers heeft verlaten, namen zij de bestanddelen mee voor de verdere bereiding en boden zij de “Beaujolais nouveau” al direct in de weken daarop aan de distributeurs, caféhouders en restaurateurs in Parijs en Lyon aan. De gisting van de wijnen voltrok zich vaak tijdens het vervoer, waardoor ze optimaal werden beschermd tegen achteruitgang.

De geschiedenis van de “Beaujolais nouveau” wordt gemarkeerd door ontwikkelingen in de regelgeving. Zo verzocht de Union Viticole du Beaujolais (een verbond van plaatselijke wijnbouwers) in 1951 om de mogelijkheid zijn wijnen “in primeur” te verkopen vóór 15 december. Dit verzoek werd op 13 november 1951 ingewilligd met de publicatie van een ambtelijk bericht over indirecte bijdragen waarin de voorwaarden werden uiteengezet waaronder bepaalde wijnen met een gecontroleerde benaming meteen in de handel mochten worden gebracht zonder op de algemene vrijgave van 15 december te wachten. Daarmee was het fenomeen “Beaujolais nouveau” officieel geboren, maar het duurde tot 1985 eer de “Beaujolais nouveau” op de derde donderdag van november voor consumptie in de handel mocht worden gebracht.

De op de markt gebrachte hoeveelheden namen vanaf de jaren 1960 explosief toe tot ongeveer 500 000 hectoliter halverwege de jaren 1980, maar beliepen nooit meer dan de helft van de totale Beaujolais-productie. Om ervoor te zorgen dat de primeurwijnen snel gereed zijn met een voltooide melkzuurgisting en een fris en licht, aromatisch en fruitig karakter hebben, maken de producenten afhankelijk van het oogstjaar bij voorkeur gebruik van de percelen die de vroegste oogst opleveren, verkorten zij de maceratietijd en selecteren zij de cuvees waarin het krokante karakter van de druiven en de bijzondere gistingsaroma’s tot uiting komen. Door deze technische beperkingen is op elk bedrijf de productie van “primeur” beperkt tot een deel van de oogst.

De wijngaarden zijn bestemd voor de productie van rode, rosé- en witte wijnen. Het belangrijkste druivenras voor de rode en roséwijnen is gamay N. Om de vruchtbaarheid van dit ras te beheersen, worden de wijnstokken kort gesnoeid, hoofdzakelijk met een geleiding in gobeletvorm en een snoei met korte vruchttakken.

De witte wijnen worden uitsluitend van het druivenras chardonnay B gemaakt.

Om de fruitige kenmerken zo goed mogelijk te behouden, hanteren de producenten gewoonlijk een wijnbereidingsmethode die is afgeleid van de “semi-carbonische maceratie” en die typisch is voor de wijnstreek Beaujolais.

De wijngaarden van de Beaujolais worden gekenmerkt door de geringe omvang van de percelen (gemiddeld 0,3 hectare), waardoor een mozaïeklandschap is ontstaan. In 2018 besloegen de percelen voor de wijnen van de gecontroleerde oorsprongsbenaming “Beaujolais” ongeveer 4 500 hectare met een productie van 240 000 hectoliter, terwijl dit voor de wijnen met de vermelding “Villages” of de naam van de gemeente van herkomst van de druiven ongeveer 3 700 hectare was, met een jaarlijkse productie van bijna 200 000 hectoliter door 1 900 exploitanten, 9 coöperatieve wijnkelders en enkele oogstschuren (handelaar-wijnmakers).

8.3.    Causale interacties

De wijngaarden van de originele wijnstreek Beaujolais liggen tussen Mâcon en Lyon over een afstand van zo’n vijftig kilometer. Het achterland van de streek ligt tot op 1 000 meter hoogte, maar de wijngaarden liggen niet hoger dan 550 meter. Zij bevinden zich hoofdzakelijk op de naar het oosten gerichte hellingen, die profiteren van een gematigd klimaat met regelmatige neerslag en baden in het licht, wat al meteen associaties wekt met het zuiden en Rhônedal. Dankzij het scherm dat in het westen wordt opgetrokken door de “Monts du Beaujolais”, zijn de omstandigheden qua helderheid en neerslag in het geografische gebied bijzonder gunstig voor de rijping, de concentratie en de goede gezondheid van de druiven.

Het geografisch gebied, dat op het oog eenvormig lijkt, biedt in werkelijkheid zowel in geologisch als landschapsopzicht een zekere verscheidenheid. Deze verscheidenheid komt tot uiting in het scala aan wijnen. In het noorden, met zijn zure bodems, zijn ze vooral krachtig en hebben ze een diepere kleur, terwijl ze in het zuiden, met zijn voornamelijk kalkhoudende substraten, over het algemeen fruitiger en lichter zijn.

De voor de druivenoogst afgebakende percelen bevinden zich op de arme en goed afwaterende bodems van de granietachtige en kleiige, kalkhoudende hellingen. Het reliëf en de weidse opening naar het oosten beschermen de druiven tegen de ochtenddauw, terwijl de wijngaarden door de hoge ligging op de hellingen zijn gevrijwaard van de winternevel die vaak als een deken boven het Saônedal hangt.

De voor de productie van wijnen met de vermelding “Villages” bestemde wijnstokken worden alleen aangeplant op percelen met zure bodems, in het noordelijke deel van het geografische gebied, op de paleozoïsche substraten of de afzettingen uit het quartair die daaruit zijn ontstaan.

Van generatie op generatie hebben de wijnbouwers de kenmerken van hun grondgebied optimaal leren benutten en hebben zij de technieken voor de vinificatie van het ras gamay N aangepast. Dankzij de bijzondere expressie van dit ras zijn de wijngaarden van de Beaujolais zich gaan onderscheiden door een zeer sterke gerichtheid op de productie van wijnen die zich er uitstekend voor lenen om jong te worden gedronken. Deze nieuwe wijnen zijn naar hun aard jonge wijnen, waarin de aromatische rijkdom van het jaar tot uiting komt en die een voorproefje geven van de krachtige en evenwichtige eigenschappen die zullen ontstaan door een mogelijk langere maceratie, maar vooral door een bepaalde opvoedingsperiode. Voor de wijnen met de vermelding “primeur” of “nouveau” is de vinificatie vooral gericht op fruitigheid, soepelheid en frisheid. De gisting van de voor opvoeding bestemde wijnen wordt over het algemeen verder doorgevoerd om de aromatische complexiteit en de tanninestructuur te ontwikkelen, hetgeen bevorderlijk is voor een goede veroudering.

De kleibodems van het geografische gebied van de gecontroleerde oorsprongsbenaming “Beaujolais” maken het mogelijk cuvées te produceren die rijk zijn aan kleur en soepel zijn. De voor de productie van wijnen met de vermelding “Villages” bestemde percelen, gelegen op zandgronden die zijn ontstaan uit kristallijn gesteente, bieden de mogelijkheid om evenwichtige en harmonieuze wijnen met een lange afdronk te bereiden.

Ondanks het feit dat de agglomeratie Lyon een gemakkelijke en grote afzetmarkt voor de wijnen vormde, hadden deze wijngaarden al ruim voordat het spoor er was, Parijs als bestemming voor een aanzienlijk deel van de productie. Al in de negentiende, en ook de twintigste eeuw wisten de “Beaujolais”-wijnen dankzij de dynamiek van hun positionering in Parijs en Lyon hun weg te vinden naar de rest van Frankrijk en naar de hele wereld. De populariteit van deze wijnen blijkt wel uit het feit dat de “Beaujolais” soms werd gepresenteerd als “de derde rivier van Lyon”, na de Saône en de Rhône. Al in de negentiende eeuw brachten de producenten en handelaren hun oogst gewoonlijk zeer vroeg op de markt. In de jaren 1950 organiseerde en bevorderde de lokale handel de afzet van primeurwijnen.

De talrijke proefwijnkelders en de geheel nieuwe wijnroute oefenden hun aantrekkingskracht uit op de consument, die zo de rijkdom van de “Beaujolais” ging ontdekken.

9.   Andere essentiële voorwaarden (verpakking, etikettering, andere vereisten)

Gebied in de onmiddellijke nabijheid

Rechtskader:

Nationale wetgeving

Soort aanvullende voorwaarde:

Afwijking betreffende de productie in het afgebakende geografische gebied

Beschrijving van de voorwaarde:

Het gebied in de onmiddellijke nabijheid waar de vinificatie, de bereiding en de opvoeding van de wijnen bij wijze van uitzondering mogen plaatsvinden, bestaat uit het grondgebied van de volgende gemeenten op basis van de officiële geografische code van 2021:

departement Côte d’Or: Agencourt, Aloxe-Corton, Ancey, Arcenant, Argilly, Autricourt, Auxey-Duresses, Baubigny, Beaune, Belan-sur-Ource, Bévy, Bissey-la-Côte, Bligny-lès-Beaune, Boncourt-le-Bois, Bouix, Bouze-lès-Beaune, Brion-sur-Ource, Brochon, Cérilly, Chamboeuf, Chambolle-Musigny, Channay, Charrey-sur-Seine, Chassagne-Montrachet, Châtillon-sur-Seine, Chaumont-le-Bois, Chaux, Chenôve, Chevannes, Chorey-lès-Beaune, Collonges-lès-Bévy, Combertault, Comblanchien, Corcelles-les-Arts, Corcelles-les-Monts, Corgoloin, Cormot-Vauchignon, Corpeau, Couchey, Curley, Curtil-Vergy, Daix, Dijon, Ebaty, Echevronne, Epernay-sous-Gevrey, L’Etang-Vergy, Etrochey, Fixin, Flagey-Echézeaux, Flavignerot, Fleurey-sur-Ouche, Fussey, Gerland, Gevrey-Chambertin, Gilly-lès-Cîteaux, Gomméville, Grancey-sur-Ource, Griselles, Ladoix-Serrigny, Lantenay, Larrey, Levernois, Magny-lès-Villers, Mâlain, Marcenay, Marey-lès-Fussey, Marsannay-la-Côte, Massingy, Mavilly-Mandelot, Meloisey, Merceuil, Messanges, Meuilley, Meursanges, Meursault, Molesme, Montagny-lès-Beaune, Monthelie, Montliot-et-Courcelles, Morey-Saint-Denis, Mosson, Nantoux, Nicey, Noiron-sur-Seine, Nolay, Nuits-Saint-Georges, Obtrée, Pernand-Vergelesses, Perrigny-lès-Dijon, Plombières-lès-Dijon, Poinçon-lès-Larrey, Pommard, Pothières, Premeaux-Prissey, Prusly-sur-Ource, Puligny-Montrachet, Quincey, Reulle-Vergy, La Rochepot, Ruffey-lès-Beaune, Saint-Aubin, Saint-Bernard, Saint-Philibert, Saint-Romain, Sainte-Colombe-sur-Seine, Sainte-Marie-la-Blanche, Santenay, Savigny-lès-Beaune, Segrois, Tailly, Talant, Thoires, Valforêt (enkel het deel dat samenvalt met het grondgebied van de voormalige gemeente Clémencey), Vannaire, Velars-sur-Ouche, Vertault, Vignoles, Villars-Fontaine, Villebichot, Villedieu, Villers-la-Faye, Villers-Patras, Villy-le-Moutier, Vix, Volnay, Vosne-Romanée, Vougeot.

Gebied in de onmiddellijke nabijheid

Rechtskader:

Nationale wetgeving

Soort aanvullende voorwaarde:

Afwijking betreffende de productie in het afgebakende geografische gebied

Beschrijving van de voorwaarde:

Het gebied in de onmiddellijke nabijheid waar de vinificatie, de bereiding en de opvoeding van de wijnen bij wijze van uitzondering mogen plaatsvinden, bestaat uit het grondgebied van de volgende gemeenten op basis van de officiële geografische code van 2021:

departement Rhône: Chasselay, Dardilly, Deux-Grosnes (enkel het deel dat samenvalt met het grondgebied van de voormalige gemeente Avenas), Dracé, Fleurieux-sur-l’Arbresle, Sain-Bel, Taponas, Villefranche-sur-Saône;

departement Saône-et-Loire: Aluze, Ameugny, Azé, Barizey, Beaumont-sur-Grosne, Berzé-la-Ville, Berzé-le-Châtel, Bissey-sous-Cruchaud, Bissy-la-Mâconnaise, Bissy-sous-Uxelles, Bissy-sur-Fley, Blanot, Bonnay, Bouzeron, Boyer, Bray, Bresse-sur-Grosne, Burgy, Burnand, Bussières, Buxy, Cersot, Chagny, Chalon-sur-Saône, Chamilly, Champagny-sous-Uxelles, Champforgeuil, Change, Chapaize, La Chapelle-de-Bragny, La Chapelle-sous-Brancion, Charbonnières, Chardonnay, La Charmée, Charnay-lès-Mâcon, Charrecey, Chassey-le-Camp, Château, Châtenoy-le-Royal, Chaudenay, Cheilly-lès-Maranges, Chenôves, Chevagny-les-Chevrières, Chissey-lès-Mâcon, Clessé, Cluny, Cormatin, Cortambert, Cortevaix, Couches, Créot, Cruzille, Culles-les-Roches, Curtil-sous-Burnand, Davayé, Demigny, Dennevy, Dezize-lès-Maranges, Donzy-le-Pertuis, Dracy-le-Fort, Dracy-lès-Couches, Epertully, Etrigny, Farges-lès-Chalon, Farges-lès-Mâcon, Flagy, Fleurville, Fley, Fontaines, Fragnes-La Loyère (enkel het deel dat samenvalt met het grondgebied van de voormalige gemeente La Loyère), Fuissé, Genouilly, Germagny, Givry, Granges, Grevilly, Hurigny, Igé, Jalogny, Jambles, Jugy, Jully-lès-Buxy, Lacrost, Laives, Laizé, Lalheue, Lournand, Lugny, Mâcon, Malay, Mancey, Martailly-lès-Brancion, Massilly, Mellecey, Mercurey, Messey-sur-Grosne, Milly-Lamartine, Montagny-lès-Buxy, Montbellet, Montceaux-Ragny, Moroges, Nanton, Ozenay, Paris-l’Hôpital, Péronne, Pierreclos, Plottes, Préty, Prissé, Remigny, La Roche-Vineuse, Rosey, Royer, Rully, Saint-Albain, Saint-Ambreuil, Saint-Boil, Saint-Clément-sur-Guye, Saint-Denis-de-Vaux, Saint-Désert, Saint-Gengoux-de-Scissé, Saint-Gengoux-le-National, Saint-Germain-lès-Buxy, Saint-Gervais-sur-Couches, Saint-Gilles, Saint-Jean-de-Trézy, Saint-Jean-de-Vaux, Saint-Léger-sur-Dheune, Saint-Mard-de-Vaux, Saint-Martin-Belle-Roche, Saint-Martin-du-Tartre, Saint-Martin-sous-Montaigu, Saint-Maurice-de-Satonnay, Saint-Maurice-des-Champs, Saint-Maurice-lès-Couches, Saint-Pierre-de-Varennes, Saint-Rémy, Saint-Sernin-du-Plain, Saint-Vallerin, Saint-Ythaire, Saisy, La Salle, Salornay-sur-Guye, Sampigny-lès-Maranges, Sancé, Santilly, Sassangy, Saules, Savigny-sur-Grosne, Sennecey-le-Grand, Senozan, Sercy, Serrières, Sigy-le-Châtel, Sologny, Solutré-Pouilly, Taizé, Tournus, Uchizy, Varennes-lès-Mâcon, Vaux-en-Pré, Vergisson, Vers, Verzé, Le Villars, La Vineuse sur Fregande (enkel het deel dat samenvalt met het grondgebied van de voormalige gemeenten Donzy-le-National, Massy en La Vineuse), Vinzelles, Viré.

Gebied in de onmiddellijke nabijheid

Rechtskader:

Nationale wetgeving

Soort aanvullende voorwaarde:

Afwijking betreffende de productie in het afgebakende geografische gebied

Beschrijving van de voorwaarde:

Het gebied in de onmiddellijke nabijheid waar de vinificatie, de bereiding en de opvoeding van de wijnen bij wijze van uitzondering mogen plaatsvinden, bestaat uit het grondgebied van de volgende gemeenten op basis van de officiële geografische code van 2021:

departement Yonne: Aigremont, Annay-sur-Serein, Arcy-sur-Cure, Asquins, Augy, Auxerre, Avallon, Bazarnes, Beine, Bernouil, Béru, Bessy-sur-Cure, Bleigny-le-Carreau, Censy, Chablis, Champlay, Champs-sur-Yonne, Chamvres, La Chapelle-Vaupelteigne, Charentenay, Châtel-Gérard, Chemilly-sur-Serein, Cheney, Chevannes, Chichée, Chitry, Collan, Coulangeron, Coulanges-la-Vineuse, Courgis, Cruzy-le-Châtel, Dannemoine, Deux-Rivières, Dyé, Epineuil, Escamps, Escolives-Sainte-Camille, Fleys, Fontenay-près-Chablis, Gy-l’Evêque, Héry, Irancy, Island, Joigny, Jouancy, Junay, Jussy, Lichères-près-Aigremont, Lignorelles, Ligny-le-Châtel, Lucy-sur-Cure, Maligny, Mélisey, Merry-Sec, Migé, Molay, Molosmes, Montholon (enkel het deel dat samenvalt met het grondgebied van de voormalige gemeenten Champvallon, Villiers-sur-Tholon en Volgré), Montigny-la-Resle, Mouffy, Moulins-en-Tonnerrois, Nitry, Noyers, Ouanne, Paroy-sur-Tholon, Pasilly, Pierre-Perthuis, Poilly-sur-Serein, Pontigny, Préhy, Quenne, Roffey, Rouvray, Saint-Bris-le-Vineux, Saint-Cyr-les-Colons, Saint-Père, Sainte-Pallaye, Sainte-Vertu, Sarry, Senan, Serrigny, Tharoiseau, Tissey , Tonnerre, Tronchoy, Val-de-Mercy, Vallan, Venouse, Venoy, Vermenton, Vézannes, Vézelay, Vézinnes, Villeneuve-Saint-Salves, Villy, Vincelles, Vincelottes, Viviers, Yrouerre.

Rechtskader:

Nationale wetgeving

Soort aanvullende voorwaarde:

Aanvullende bepalingen betreffende de etikettering

Beschrijving van de voorwaarde:

De naam van de gecontroleerde oorsprongsbenaming mag worden gevolgd door de vermelding “supérieur”.

De naam van de gecontroleerde oorsprongsbenaming mag worden gevolgd door de vermelding “Villages”.

De naam van de gecontroleerde oorsprongsbenaming mag worden gevolgd door de naam van de gemeente van herkomst van de druiven.

De naam van de gecontroleerde oorsprongsbenaming, al dan niet gevolgd door de vermelding “Villages”, mag worden aangevuld met de vermelding “primeur” of “nouveau”.

De wijnen met de vermelding “primeur” of “nouveau” moeten worden aangeboden met vermelding van het oogstjaar.

De naam van de gemeente van herkomst van de druiven volgt de naam van de gecontroleerde oorsprongsbenaming en wordt vermeld in lettertekens die zowel qua hoogte als breedte identiek zijn aan de lettertekens van de naam van de gecontroleerde oorsprongsbenaming.

Op het etiket van de wijnen met de gecontroleerde oorsprongsbenaming mag de naam van een kleinere geografische eenheid worden vermeld op voorwaarde dat:

het gaat om een plaatsnaam die is opgenomen in het kadaster;

die naam vermeld staat op de oogstaangifte.

De in het kadaster opgenomen plaatsnaam wordt onmiddellijk na de naam van de gecontroleerde oorsprongsbenaming vermeld in lettertekens die niet hoger noch breder zijn dan de helft van de lettertekens van de naam van de gecontroleerde oorsprongsbenaming.

Op het etiket van de wijnen met de gecontroleerde oorsprongsbenaming mag de grotere geografische eenheid “Vin du Beaujolais” worden vermeld.

Link naar het productdossier

https://info.agriculture.gouv.fr/gedei/site/bo-agri/document_administratif-fc518a15-dce5-4d62-b5f6-18cdbc38c8f2


(1)  PB L 9 van 11.1.2019, blz. 2.