Brussel, 14.1.2020

COM(2020) 23 final

2018/0196(COD)

Gewijzigd voorstel voor een

VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds Plus, het Cohesiefonds en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en de financiële regels voor die fondsen en voor het Fonds voor asiel en migratie, het Fonds voor interne veiligheid en het Instrument voor grensbeheer en visa


TOELICHTING

1.    ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Op 28 november 2018 heeft de Commissie haar strategische langetermijnvisie voor een bloeiende, moderne, concurrerende en klimaatneutrale economie tegen 2050 gepresenteerd 1 . Met deze strategie laat de Commissie zien hoe Europa een leidende rol kan spelen bij het streven naar klimaatneutraliteit, door te investeren in realistische technologische oplossingen, burgers mondiger te maken en maatregelen op belangrijke gebieden zoals industriebeleid, financiën of onderzoek op elkaar af te stemmen zonder de sociale rechtvaardigheid uit het oog te verliezen, en zo te zorgen voor een rechtvaardige transitie.

Zoals uiteengezet in de mededeling over de Europese Green Deal 2 , stelt de Commissie een mechanisme voor een rechtvaardige transitie voor ter aanvulling van de budgettaire en wetgevingsvoorstellen die al zijn ingediend voor 2021-2027. Het mechanisme voor een rechtvaardige transitie omvat een Fonds voor een rechtvaardige transitie, dat wordt uitgevoerd onder de vlag van het cohesiebeleid. Het Fonds voor een rechtvaardige transitie wordt opgericht door middel van een speciale verordening, waarin de specifieke doelstelling, de geografische reikwijdte, de methode voor de toewijzing van financiële middelen en de inhoud van de voor de programmering vereiste territoriale plannen voor een rechtvaardige transitie worden vastgesteld.

Het Fonds voor een rechtvaardige transitie zal een aanvulling zijn op de voorgestelde fondsen voor het cohesiebeleid, waaronder het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (“EFRO”), het Europees Sociaal Fonds Plus (“ESF+”) en het Cohesiefonds, en zal dus worden uitgevoerd als onderdeel van het cohesiebeleid. Het algehele beheer zal onder de bepalingen vallen van het voorstel voor een Verordening houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds Plus, het Cohesiefonds en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en de financiële regels voor die fondsen en voor het Fonds voor asiel en migratie, het Fonds voor interne veiligheid en het Instrument voor grensbeheer en visa (“GB-verordening”). Dit voorstel moet derhalve worden gewijzigd om het Fonds voor een rechtvaardige transitie als nieuw fonds onder te brengen bij het cohesiebeleid.

2.    RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

   Rechtsgrondslag

EU-optreden is gerechtvaardigd op grond van artikel 174, lid 1, VWEU: “[...] [De Unie] ontwikkelt en vervolgt [...] haar optreden gericht op de versterking van de economische, sociale en territoriale samenhang. De Unie stelt zich in het bijzonder ten doel, de verschillen tussen de ontwikkelingsniveaus van de onderscheiden regio’s en de achterstand van de minst begunstigde regio’s te verkleinen.”

   Subsidiariteit en evenredigheid

Overeenkomstig artikel 4, lid 2, VWEU heeft de Unie een met de lidstaten gedeelde bevoegdheid op het gebied van economische, sociale en territoriale samenhang en bepaalde aspecten van het sociaal beleid. Zij is ook bevoegd om het optreden van de lidstaten op het gebied van onderwijs, beroepsopleiding en industrie (artikel 6 VWEU) te ondersteunen, te coördineren of aan te vullen.

Gedeeld beheer is bedoeld om ervoor te zorgen dat besluiten zo dicht mogelijk bij de burger worden genomen en dat optreden op EU-niveau gerechtvaardigd is gezien de mogelijkheden en specifieke omstandigheden op nationaal, regionaal of lokaal niveau. Gedeeld beheer brengt Europa dichter bij de burger en zorgt ervoor dat de Europese doelstellingen aansluiten op de lokale behoeften. Daarnaast verhoogt het de betrokkenheid bij de EU-doelstellingen doordat de lidstaten en de Commissie de beslissingsbevoegdheid en de verantwoordelijkheid delen en de programma’s gezamenlijk medefinancieren.

   Keuze van het instrument

Bij deze verordening wordt het voorstel voor de GB-verordening 3 gewijzigd.

3.    EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

   Raadpleging van belanghebbenden

De toelichting bij het oorspronkelijke voorstel voor de GB-verordening bevat de resultaten van de openbare raadpleging en de raadpleging van de belanghebbenden en de wijze waarop deze resultaten zijn verwerkt. Voor deze wijziging is geen aanvullende raadpleging vereist.

   Evaluaties en effectbeoordelingen

De toelichting bij het oorspronkelijke voorstel voor de GB-verordening bevat de resultaten van de evaluaties achteraf en de tussentijdse evaluaties die ter ondersteuning van het voorstel zijn uitgevoerd.

Daarin wordt ook bevestigd dat voor deze verordening geen effectbeoordeling hoeft te worden uitgevoerd, aangezien zij gemeenschappelijke regels en een uitvoeringsmechanisme voor verschillende beleidsgebieden en fondsen onder gedeeld beheer bevat. De specifieke verordeningen voor elk fonds dat steun verleent, gaan daarentegen vergezeld van hun eigen effectbeoordelingen.

4.    GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

De Commissie streeft haar prioriteiten uit de politieke richtsnoeren na in de context van een bredere ambitie voor de EU-begroting. In die context is een ambitieus Fonds voor een rechtvaardige transitie een prioriteit. Om deze reden heeft de Commissie het wetgevingsvoorstel voor het Fonds voor een rechtvaardige transitie – dat complementair is met en een aanvulling vormt op de bestaande voorstellen voor het volgende meerjarig financieel kader (MFK) – zeer vroeg in haar ambtstermijn ingediend. Het voorstel, evenals deze wijziging van het voorstel voor de GB-verordening van de Commissie, zullen als input dienen voor de onderhandelingen over het volgende MFK en naar verwachting worden geïntegreerd in het kader van een algemeen akkoord over het volgende MFK.

5.    OVERIGE ELEMENTEN

   Artikelsgewijze toelichting

Het rechtskader bestaat uit een specifiek voorstel voor een verordening betreffende een Fonds voor een rechtvaardige transitie en gerichte wijzigingen van het voorstel voor de GB-verordening van de Commissie.

De totstandkoming en uitvoering van het Fonds voor een rechtvaardige transitie worden geregeld in de GB-verordening, die moet worden gewijzigd.

De belangrijkste wijzigingen hebben betrekking op:

·Aanpassingen aan de inhoudelijke vereisten voor de partnerschapsovereenkomst en de programma’s die steun ontvangen uit het Fonds voor een rechtvaardige transitie. Dit betreft met name de verplichting om territoriale plannen voor een rechtvaardige transitie, zoals gedefinieerd in het voorstel voor een Fonds voor een rechtvaardige transitie, in te dienen als bijlage bij de programma’s die steun ontvangen uit het Fonds voor een rechtvaardige transitie.

·Beschrijving van het mechanisme en de regels voor de verplichte overdracht van middelen uit het EFRO en het ESF+ naar het Fonds voor een rechtvaardige transitie, op basis van het te ondersteunen interventietype.

·Toepassing van de bepalingen van de GB-verordening en van het voorstel voor een verordening betreffende een Fonds voor een rechtvaardige transitie op de aanvullende middelen uit het EFRO/ESF+, om ervoor te zorgen dat op alle middelen uit het Fonds voor een rechtvaardige transitie één geheel van regels van toepassing is (één enkele pool van middelen onderworpen aan één enkel geheel van regels).

·Verklaring dat de grondslagen voor de berekening van de vereisten inzake thematische concentratie voor het EFRO en het ESF+ niet de bedragen omvatten die uit het EFRO en het ESF+ als aanvullende middelen worden overgedragen naar het Fonds voor een rechtvaardige transitie.

2018/0196 (COD)

Gewijzigd voorstel voor een

VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds Plus, het Cohesiefonds en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en de financiële regels voor die fondsen en voor het Fonds voor asiel en migratie, het Fonds voor interne veiligheid en het Instrument voor grensbeheer en visa

Voorstel COM(2018) 375 van de Commissie wordt als volgt gewijzigd:

1)    De titel van het voorstel wordt vervangen door:

“Voorstel voor een

VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds Plus, het Cohesiefonds, het Fonds voor een rechtvaardige transitie en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en de financiële regels voor die fondsen en voor het Fonds voor asiel en migratie, het Fonds voor interne veiligheid en het Instrument voor grensbeheer en visa”.

2)    Overweging 2 wordt vervangen door:

“(2) Met het oog op een verdere ontwikkeling van de coördinatie en harmonisatie van de uitvoering van de EU-Fondsen onder gedeeld beheer, namelijk het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (“EFRO”), het Europees Sociaal Fonds Plus (“ESF+”), het Cohesiefonds, het Fonds voor een rechtvaardige transitie (“JTF”), maatregelen gefinancierd onder gedeeld beheer in het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij (“EFMZV”), het Fonds voor asiel en migratie (“AMIF”), het Fonds voor interne veiligheid (“ISF”) en het Instrument voor grensbeheer en visa (“BMVI”) moeten financiële regels op basis van artikel 322 VWEU worden vastgesteld voor al deze Fondsen (“de Fondsen”), waarbij het toepassingsgebied van de verschillende bepalingen duidelijk wordt gespecificeerd. Voorts moeten gemeenschappelijke bepalingen op basis van artikel 177 VWEU worden vastgesteld met het oog op beleidsspecifieke regels voor het EFRO, het ESF+, het Cohesiefonds, het JTF en het EFMZV.”.

3)    Overweging 8 wordt vervangen door:

“(8) Om bij te dragen tot de prioriteiten van de Unie moeten de Fondsen hun steun toespitsen op een beperkt aantal beleidsdoelstellingen die in overeenstemming zijn met hun fondsspecifieke taken overeenkomstig hun in het Verdrag vastgelegde doelstellingen. De beleidsdoelstellingen voor het AMIF, het ISF en het BMVI moeten worden opgenomen in de desbetreffende fondsspecifieke verordeningen. Het JTF en de middelen van het EFRO en het ESF+ die als aanvullende steun worden overgedragen naar het JTF, moeten bijdragen tot één specifieke doelstelling.”.

4)    In overweging 19 wordt de eerste zin vervangen door:

“De lidstaat moet een tussentijdse evaluatie uitvoeren van elk programma dat door het EFRO, het ESF+, het Cohesiefonds en het JTF wordt ondersteund.”.

5)    De volgende overweging 22 bis wordt ingevoegd:

“(22 bis) Voor een grotere doeltreffendheid van het JTF moeten aanvullende middelen uit het EFRO en het ESF+ aan het JTF ter beschikking worden gesteld. Deze aanvullende middelen moeten worden verstrekt via een specifieke verplichte overdracht van die fondsen naar het JTF, rekening houdend met de in de territoriale plannen voor een rechtvaardige transitie genoemde transitieproblemen, die moeten worden aangepakt. De over te dragen bedragen moeten worden verstrekt uit de middelen van de categorieën regio’s waarin zich de in de territoriale plannen voor een rechtvaardige transitie genoemde gebieden bevinden. Gezien deze specifieke regelingen voor het gebruik van de JTF-middelen moet alleen het specifieke overdrachtsmechanisme van toepassing zijn op het bijeenbrengen van de middelen van het JTF. Verder moet worden verduidelijkt dat alleen de bepalingen van deze verordening en van Verordening (EU) [JTF-verordening] van toepassing moeten zijn op het JTF en op de uit het EFRO en het ESF+ naar het JTF overgedragen middelen, die eveneens JTF-steun worden. Noch Verordening (EU) [EFRO/CF-verordening], noch Verordening (EU) [ESF+-verordening] moet van toepassing zijn op de aanvullende steun. Daarom moeten de als aanvullende steun naar het JTF overgedragen EFRO-middelen worden uitgesloten van de grondslag voor de berekening van de vereisten inzake thematische concentratie als bedoeld in artikel 3 van Verordening (EU) [EFRO/CF-verordening] en van de grondslag voor de berekening van de minimale toewijzingen voor duurzame stadsontwikkeling als bedoeld in artikel 9 van Verordening (EU) [EFRO/CF-verordening]. Hetzelfde geldt voor de ESF+-middelen die naar het JTF worden overgedragen als aanvullende steun met betrekking tot de vereisten inzake thematische concentratie als bedoeld in artikel 7 van Verordening (EU) [ESF+-verordening].”.

6)    Overweging 27 wordt vervangen door:

“(27) Om de prestaties van de programma’s te onderzoeken, moet de lidstaat toezichtcomités oprichten. Voor het EFRO, het ESF+ en het Cohesiefonds moeten de jaarlijkse uitvoeringsverslagen worden vervangen door een jaarlijkse gestructureerde beleidsdialoog op basis van de meest recente informatie en gegevens over de uitvoering van het programma die de lidstaat ter beschikking heeft gesteld. De jaarlijkse evaluatievergadering moet ook worden georganiseerd voor programma’s die betrekking hebben op het JTF.”.

7)    Overweging 39 wordt vervangen door:

“(39) Ter verbetering van de complementariteit en ter vereenvoudiging van de implementatie moet het mogelijk zijn de steun uit het Cohesiefonds, het JTF en het EFRO met steun uit het ESF+ te combineren in gemeenschappelijke programma’s in het kader van de doelstelling “investeren in werkgelegenheid en groei”.”.

8)    Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

a)lid 1 wordt vervangen door:

“1. Bij deze verordening worden vastgesteld:

a)de financiële regels voor het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling (“EFRO”), het Europees Sociaal Fonds Plus (“ESF+”), het Cohesiefonds, het Fonds voor een rechtvaardige transitie (“JTF”), het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij (“EFMZV”), het Fonds voor asiel en migratie (“AMIF”), het Fonds voor interne veiligheid (“ISF”) en het Instrument voor grensbeheer en visa (“BMVI”) (hierna “de Fondsen” genoemd);

b)gemeenschappelijke bepalingen die van toepassing zijn op het EFRO, het ESF+, het Cohesiefonds, het JTF en het EFMZV.”;

b)in lid 6 wordt het volgende punt h) ingevoegd:

“h) Verordening (EU) [JTF-verordening] (de “JTF-verordening”)(*).

(*) PB L ..., blz. ...”.

9)    Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

a)aan lid 1 worden de volgende alinea’s toegevoegd:

“Het JTF ondersteunt de specifieke doelstelling om regio’s en mensen in staat te stellen de sociale, economische en ecologische gevolgen van de transitie naar een klimaatneutrale economie aan te pakken.

De eerste alinea is niet van toepassing op de middelen van het EFRO en het ESF+ die overeenkomstig artikel 21 bis worden overgedragen naar het JTF.”;

b)lid 2 wordt vervangen door:

“2. Het EFRO, het ESF+, het Cohesiefonds en het JTF dragen bij tot het optreden van de Unie gericht op de versterking van de economische, sociale en territoriale samenhang overeenkomstig artikel 174 VWEU door de volgende doelstellingen na te streven:

a)investeren in groei en werkgelegenheid in lidstaten en regio’s, te ondersteunen door het EFRO, het ESF+, het Cohesiefonds en het JTF; en

b)Europese territoriale samenwerking (Interreg), te ondersteunen door het EFRO.”;

c)in paragraaf 3 wordt de laatste zin vervangen door:

“In het geval van het EFRO, het ESF+, het Cohesiefonds en het JTF worden de gewichten gekoppeld aan de dimensies en codes voor de interventiecategorieën van bijlage I.”.

10)    Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

a)punt a) wordt vervangen door:

“a) de geselecteerde beleidsdoelstellingen en de specifieke doelstelling van het JTF, waarbij wordt aangegeven met welke Fondsen en programma’s zij zullen worden nagestreefd en een motivering daarvan, en in voorkomend geval, een motivering voor het gebruik van het uitvoeringsmodel van InvestEU, waarbij rekening wordt gehouden met de relevante landspecifieke aanbevelingen;”;

b)onder b) wordt de inleidende zin vervangen door:

“b) voor elk van de onder a) bedoelde geselecteerde beleidsdoelstellingen en de specifieke doelstelling van het JTF;”;

c)punt c) wordt vervangen door:

“c) de voorlopige financiële toewijzing uit elk van de Fondsen per beleidsdoelstelling op nationaal niveau, met inachtneming van de fondsspecifieke regels voor thematische concentratie en de voorlopige financiële toewijzing voor de specifieke doelstelling van het JTF, met inbegrip van alle middelen uit het EFRO of het ESF+ die overeenkomstig artikel 21 bis aan het JTF moeten worden overgedragen.

11)    Artikel 10 wordt als volgt gewijzigd:

a)de titel van het artikel wordt vervangen door:

Artikel 10    
Inzet van het EFRO, het ESF+, het Cohesiefonds, het JTF en het EFMZV door middel van InvestEU”;

b)in lid 1 wordt de eerste zin vervangen door:

“1. Lidstaten kunnen in de partnerschapsovereenkomst of in het verzoek tot wijziging van een programma het bedrag van EFRO, het ESF+, het Cohesiefonds, het JTF en het EFMZV toewijzen dat aan InvestEU moet worden bijgedragen en door middel van begrotingsgaranties moet worden verstrekt.”.

12)    In artikel 11 wordt lid 7 vervangen door:

“7. Bijlage IV is niet van toepassing op programma’s die worden gefinancierd in het kader van het EFMZV.

Bijlage IV is evenmin van toepassing op prioriteiten die worden ondersteund door het JTF en op de middelen uit het EFRO en het ESF+ die overeenkomstig artikel 21 bis aan het JTF zijn overgedragen.”.

13)    In artikel 14 wordt lid 1 als volgt gewijzigd:

a)de inleidende formule wordt vervangen door:

“1. Voor de door het EFRO, het ESF+, het Cohesiefonds en het JTF ondersteunde programma’s verricht de lidstaat een evaluatie van elk programma, rekening houdend met de volgende punten:”;

b)het volgende punt e) wordt toegevoegd:

“e) voor de door het JTF ondersteunde programma’s de door de Commissie overeenkomstig artikel 29, lid 1, onder b), van Verordening (EU) 2018/1999(*) uitgevoerde beoordeling.

(*) Verordening (EU) 2018/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 inzake de governance van de energie-unie en van de klimaatactie, tot wijziging van Richtlijn 94/22/EG, Richtlijn 98/70/EG, Richtlijn 2009/31/EG, Verordening (EG) nr. 663/2009, Verordening (EG) nr. 715/2009, Richtlijn 2009/73/EG, Richtlijn 2009/119/EG van de Raad, Richtlijn 2010/31/EU, Richtlijn 2012/27/EU, Richtlijn 2013/30/EU en Richtlijn (EU) 2015/652 van de Raad, en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 525/2013.”.

14)    Artikel 17 wordt als volgt gewijzigd:

a)lid 1 wordt vervangen door:

“1. Elk programma bevat een strategie voor de bijdrage van het programma aan de verwezenlijking van de beleidsdoelstellingen of van de specifieke doelstelling van het JTF en de mededeling van de resultaten.”;

b)in lid 2 wordt de eerste alinea vervangen door:

“2. Een programma bestaat uit prioriteiten. Elke prioriteit stemt overeen met één beleidsdoelstelling of met de specifieke doelstelling van het JTF of met technische bijstand. Een prioriteit die overeenstemt met een beleidsdoelstelling, bestaat uit een of meerdere specifieke doelstellingen. Meer dan één prioriteit kan overeenstemmen met dezelfde beleidsdoelstelling of met de specifieke doelstelling van het JTF.”;

c)lid 3 wordt als volgt gewijzigd:

i)aan punt a) wordt het volgende punt viii) toegevoegd:

“viii)“voor door het JTF ondersteunde programma’s bovendien transitieproblemen die zijn vermeld in de territoriale plannen voor een rechtvaardige transitie als bedoeld in artikel [7] van Verordening (EU) [JTF-verordening];”;

ii)punt d) wordt als volgt gewijzigd:

-punt i) wordt vervangen door:

“i)de gerelateerde soorten acties, met inbegrip van een lijst met geplande concrete acties die van strategisch belang zijn, en hun verwachte bijdrage aan die specifieke doelstellingen, aan macroregionale strategieën en zeebekkenstrategieën en aan territoriale plannen voor een rechtvaardige transitie als bedoeld in artikel [7] van Verordening (EU) [GB-verordening], ondersteund door het JTF, indien van toepassing;”;

-het volgende punt viii) wordt toegevoegd:

“viii) voor de specifieke doelstelling van het JTF bovendien de rechtvaardiging van de bedragen die overeenkomstig artikel 21 bis respectievelijk uit het EFRO en het ESF+ zijn overgedragen, alsmede de uitsplitsing naar regiocategorie, waarin de geplande interventietypes worden weergegeven in overeenstemming met de territoriale plannen voor een rechtvaardige transitie als bedoeld in artikel [7] van Verordening (EU) [GB-verordening];”;

iii)punt f), onder i), wordt vervangen door:

“i) een tabel met de totale financiële toewijzingen voor elk van de fondsen en voor elke regiocategorie voor de hele programmeringsperiode en per jaar, met inbegrip van op grond van artikel 21 of artikel 21 bis overgedragen bedragen;”.

d)lid 6 wordt vervangen door:

“6. Voor overeenkomstig artikel 16 ingediende EFRO-, ESF+-, Cohesiefonds- en JTF-programma’s bevat de in lid 3, onder f), ii), bedoelde tabel uitsluitend de bedragen voor de jaren 2021 tot en met 2025.”;

e)het volgende lid 8 wordt toegevoegd:

“8. Voor door het JTF ondersteunde programma’s dienen de lidstaten bij de Commissie de in artikel [7] van Verordening (EU) [GB-verordening] bedoelde territoriale plannen voor een rechtvaardige transitie in als onderdeel van het programma of van een verzoek tot wijziging ervan.”.

15)    In artikel 19, lid 5, wordt de eerste alinea vervangen door:

“5. De lidstaat kan tijdens de programmeringsperiode een bedrag van maximaal 5 % van de initiële toewijzing van een prioriteit en niet meer dan 3 % van de programmabegroting overdragen naar een andere prioriteit van hetzelfde fonds van hetzelfde programma. Voor de door het EFRO, het ESF+ en het JTF ondersteunde programma’s heeft de overdracht enkel betrekking op toewijzingen uit dezelfde regiocategorie.”.

16)    Artikel 20 wordt vervangen door:

Artikel 20
Gezamenlijke steun uit het EFRO, het ESF+, het JTF en het Cohesiefonds

1.    Het EFRO, het ESF+, het JTF en het Cohesiefonds kunnen gezamenlijk steun bieden voor programma’s in het kader van de doelstelling “investeren in werkgelegenheid en groei.

2.    Het EFRO en het ESF+ kunnen op complementaire wijze en met inachtneming van een maximum van 10 % aan steun van deze fondsen voor elke prioriteit van een programma, financiering verlenen voor een gehele of een deel van een concrete actie waarvan de kosten volgens de desbetreffende subsidiabiliteitsregels in aanmerking komen voor steun uit een ander fonds, op voorwaarde dat deze kosten noodzakelijk zijn om de concrete actie uit te voeren. Die optie is niet van toepassing op de middelen van het EFRO en het ESF+ die overeenkomstig artikel 21 bis worden overgedragen naar het JTF.”.

17)    In artikel 21 wordt het volgende lid 6 toegevoegd:

“6. De JTF-middelen, met inbegrip van de middelen die overeenkomstig artikel 21 bis uit het EFRO en het ESF+ worden overgedragen, zijn niet overdraagbaar naar andere fondsen of instrumenten overeenkomstig de leden 1 tot en met 5.

Het JTF ontvangt geen overdrachten uit hoofde van de leden 1 tot en met 5.

De overdracht van de middelen uit het EFRO en het ESF+ naar het JTF overeenkomstig artikel 21 bis wordt uitgesloten van de berekeningsgrondslag voor het in lid 1 vastgestelde plafond van 5 %.”.

18)    Het volgende artikel 21 bis wordt ingevoegd:

Artikel 21 bis    
Overdracht van middelen uit het EFRO en het ESF+ naar het JTF

1.De middelen die beschikbaar zijn voor het JTF in het kader van de doelstelling “investeren in werkgelegenheid en groei” in overeenstemming met artikel [3] van Verordening (EU) [JTF-verordening], worden aangevuld met middelen uit het EFRO, het ESF+ of een combinatie daarvan, van de categorie regio’s waarin het betrokken gebied zich bevindt. Het totaal van de aan het JTF overgedragen middelen uit het EFRO en het ESF+ bedraagt ten minste anderhalf keer het bedrag van de JTF-steun, maar niet meer dan drie keer het bedrag van die steun. In geen geval bedragen de uit het EFRO of het ESF+ overgedragen middelen meer dan 20 % van de respectieve toewijzingen uit het EFRO en het ESF+ aan de betrokken lidstaat.

De respectieve overdrachten uit de EFRO- en de ESF+-middelen naar de door het JTF ondersteunde prioriteit(en) weerspiegelen de interventietypes overeenkomstig de informatie in het programma overeenkomstig punt viii) van artikel 17, lid 3, onder d). Deze overdrachten worden als definitief beschouwd.

2.De JTF-middelen, met inbegrip van de middelen die uit het EFRO en het ESF+ zijn overgedragen, worden uitgevoerd overeenkomstig de voorschriften van deze verordening en van Verordening (EU) [JTF-verordening]. De voorschriften van Verordening (EU) [EFRO/CF-verordening] en van Verordening (EU) [ESF+-verordening] zijn niet van toepassing op de overeenkomstig lid 1 overgedragen middelen uit het EFRO en het ESF+.”.

19)    In artikel 25 wordt lid 1 vervangen door:

“1. Vanuit de gemeenschap aangestuurde lokale ontwikkeling kan steun krijgen uit het EFRO, het ESF+, het JTF en het EFMZV.”.

20)    In artikel 31, lid 2, wordt het volgende punt e) ingevoegd:

“e) voor de JTF-steun: 3,25 %”.

21)    In artikel 35, lid 2, wordt punt b) vervangen door:

“b) de jaarlijkse prestatieverslagen van de door het EFMZV, het AMIF, het ISF en het BMVI ondersteunde programma’s, en het eindverslag over de prestaties voor door het EFRO, het ESF+, het Cohesiefonds en het JTF ondersteunde programma’s;”.

22)    In artikel 36, lid 3, wordt de eerste alinea vervangen door:

“3. Voor door het EFRO, het ESF+, het Cohesiefonds en het JTF ondersteunde programma’s verstrekt de lidstaat de Commissie uiterlijk één maand voor de jaarlijkse evaluatievergadering de informatie over de in artikel 35, lid 1, opgesomde elementen.”.

23)    In artikel 38 wordt lid 1 vervangen door:

“1. Voor door het EFRO, het ESF+, het Cohesiefonds en het JTF ondersteunde programma’s dient elke beheersautoriteit bij de Commissie uiterlijk op 15 februari 2031 een eindverslag over de prestaties van het programma in.”.

24)    In artikel 45, lid 1, onder c), wordt punt ii) vervangen door:

“ii) concrete acties met steun uit het ESF+, het JTF, het EFMZV, het ISF, het AMIF en het BMVI waarvoor de totale kosten meer bedragen dan 100 000 EUR;”.

25)    In artikel 48, lid 1, wordt de tweede alinea vervangen door:

“Wanneer de totale kostprijs van een concrete actie niet meer bedraagt dan 200 000 EUR, bestaat de bijdrage aan de begunstigde uit het EFRO, het ESF+, het JTF, het AMIF, het ISF en het BMVI uit eenheidskosten of vaste bedragen of bevat deze vaste percentages, behalve voor concrete acties waarvoor de steun staatssteun vormt. Indien gebruik wordt gemaakt van financiering volgens een vast percentage, kunnen alleen de kostencategorieën waarop een vast percentage van toepassing is, worden terugbetaald in overeenstemming met lid 1, onder a).”.

26)    In artikel 51 wordt lid 2 vervangen door:

“2. Voor concrete acties die door het AMIF, het ISF, het BMVI, het ESF+, het JTF en het EFRO worden ondersteund, worden lonen en aan deelnemers betaalde vergoedingen beschouwd als extra subsidiabele kosten, bovenop het vaste percentage.”.

27)    Artikel 57 wordt als volgt gewijzigd:

a)aan lid 3 wordt de volgende alinea toegevoegd:

“Voor het JTF dragen uitgaven die betrekking hebben op concrete acties bij aan de uitvoering van het overeenkomstig artikel [7] van Verordening (EU) [JTF-verordening] bepaalde territoriale plan voor een rechtvaardige transitie.”;

b)in lid 7 wordt de tweede alinea vervangen door:

“Voor het EFRO, het Cohesiefonds en het JTF is dat het geval als een nieuw interventietype als bedoeld in bijlage I, tabel 1, wordt toegevoegd aan het programma, en voor het AMIF, het ISF en het BMVI als een nieuw interventietype als bedoeld in de fondsspecifieke verordeningen wordt toegevoegd aan het programma.”.

28)    In artikel 59 wordt lid 2 vervangen door:

“2. Voor concrete acties die overeenkomstig [artikel [4, lid 2]], onder h), i) en j), van Verordening (EU) [JTF-verordening] door het ESF+ of het JTF worden ondersteund, wordt de bijdrage terugbetaald als de acties onderworpen zijn aan een verplichting tot behoud van de investering krachtens de voorschriften betreffende staatssteun.”.

29)    In artikel 73, lid 2, wordt de tweede alinea vervangen door:

“De statistische steekproef kan betrekking hebben op een of meer door het EFRO, het Cohesiefonds, het JTF en het ESF+ ondersteunde programma’s en, met in voorkomend geval de stratificatie, op een of meerdere programmeringsperioden, op basis van het professionele oordeel van de auditautoriteit.”.

30)    In artikel 74, lid 3, wordt de eerste alinea vervangen door:

“3. Concrete acties waarvan de totale subsidiabele uitgaven niet meer dan 400 000 EUR voor het EFRO en het Cohesiefonds, 300 000 EUR voor het ESF+ en het JTF, of 200 000 EUR voor het EFMZV, het AMIF, het ISF en het BMVI bedragen, worden voorafgaand aan de indiening van de rekeningen voor het boekjaar waarin de concrete actie is voltooid, onderworpen aan niet meer dan één audit, verricht door hetzij de auditautoriteit, hetzij de Commissie.”.

31)    In artikel 96 wordt lid 5 vervangen door:

“5. Uiterlijk twee maanden na de datum van aanvaarding van het in artikel 38 bedoelde eindverslag over de prestaties wordt, wat het laatste boekjaar betreft, het jaarlijkse saldo van de rekeningen voor de programma’s die steun ontvangen uit het EFRO, het ESF+, het JTF en het Cohesiefonds betaald of teruggevorderd door de Commissie.”.

32)    In artikel 98 wordt het volgende lid 6 toegevoegd:

“6. In de fondsspecifieke voorschriften voor het JTF kunnen specifieke gronden voor financiële correcties door de Commissie worden vastgesteld in verband met de niet-verwezenlijking van voor het JTF vastgestelde doelstellingen.”.

33)    In artikel 99 wordt lid 3 vervangen door:

“3. Het deel van de vastleggingen dat op 31 december 2029 nog openstaat, wordt vrijgemaakt indien het zekerheidspakket en het eindverslag over de prestaties voor programma’s die steun ontvangen uit het ESF+, het EFRO, het Cohesiefonds en het JTF niet binnen de in artikel 38, lid 1, vastgestelde termijn zijn ingediend bij de Commissie.”.

34)    In artikel 106, lid 3, wordt de volgende alinea ingevoegd:

“Het medefinancieringspercentage voor de door het JTF ondersteunde prioriteit ligt niet hoger dan de in de eerste alinea, onder a), b) en c), vermelde medefinancieringspercentages die van toepassing zijn op de regio waarin het gebied/de gebieden vermeld in de territoriale plannen voor een rechtvaardige transitie overeenkomstig artikel [7] van Verordening (EU) [JTF-verordening] is/zijn gelegen.”.

35) De bijlagen I, II, V en VII worden gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij dit besluit.

Gedaan te Brussel,

Voor het Europees Parlement    Voor de Raad

De voorzitter    De voorzitter

(1)    Een schone planeet voor iedereen – Een Europese strategische langetermijnvisie voor een bloeiende, moderne, concurrerende en klimaatneutrale economie”, Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Europese Raad, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité, het Comité van de Regio’s en de Europese Investeringsbank – COM(2018) 773 final.
(2)    Zie COM(2019) 640 final.
(3)    COM(2018) 375 final.

Brussel, 14.1.2020

COM(2020) 23 final

BIJLAGE

bij

Gewijzigd voorstel voor een

VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds Plus, het Cohesiefonds en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en de financiële regels voor die fondsen en voor het Fonds voor asiel en migratie, het Fonds voor interne veiligheid en het Instrument voor grensbeheer en visa


BIJLAGE

De bijlagen I, II, V en VII bij voorstel COM(2018) 375 van de Commissie worden als volgt gewijzigd:

BIJLAGE I

1) De titel wordt vervangen door:

“Dimensies en codes voor de types steunverlening voor het EFRO, het ESF+, het Cohesiefonds en het JTF – artikel 17, lid 5”.

2) Aan de titel van tabel 1 wordt de volgende voetnoot toegevoegd:

* Voor de door het JTF ondersteunde specifieke doelstelling “regio’s en mensen in staat te stellen de sociale, economische en milieueffecten van de transitie naar een klimaatneutrale economie aan te pakken”, mogen interventiegebieden in het kader van alle beleidsdoelstellingen worden gebruikt, op voorwaarde dat zij in overeenstemming zijn met de artikelen [4] en [5] van Verordening (EU) [nieuwe JTF-verordening] en in overeenstemming zijn met het desbetreffende territoriale plan voor een rechtvaardige transitie. Voor deze specifieke doelstelling wordt de coëfficiënt voor de berekening van de steun voor de klimaatveranderingsdoelstellingen voor alle gebruikte steunverleningsgebieden op 100 % vastgesteld.”

BIJLAGE II

1)    Punt 1 wordt vervangen door:

“1. Selectie van beleidsdoelstellingen en de specifieke doelstelling van het JTF, indien van toepassing

Referentie: Artikel 8, onder a), van de GB-verordening, artikel 3 van de AMIF-, ISF- en BMVI-verordeningen

Tabel 1: Selectie van beleidsdoelstelling (en specifieke doelstelling van het JTF) met motivering

Geselecteerde doelstelling

Programma

Fonds

Motivering voor de selectie van een beleidsdoelstelling (of specifieke doelstelling van het JTF)

[3 500 per doelstelling]



2)    Punt 5 wordt vervangen door:

“5. Voorlopige financiële toewijzing per beleidsdoelstelling en specifieke doelstelling van het JTF

Referentie: Artikel 8, onder c), van de GB-verordening

Tabel 4: Voorlopige financiële toewijzing uit het EFRO, het ESF+, het JTF, het CF en het EFMZV per beleidsdoelstelling*

Specifieke beleids-/JTF-doelstelling

EFRO

ESF+

JTF

Cohesiefonds

EFMZV

Totaal

Beleidsdoelstelling 1

Beleidsdoelstelling 2

Beleidsdoelstelling 3

Beleidsdoelstelling 4

Beleidsdoelstelling 5

Specifieke JTF-doelstelling**

Technische bijstand

Toewijzing voor 2026-2027

Totaal

*Beleidsdoelstellingen en de specifieke JTF-doelstelling overeenkomstig artikel 4, lid 1, van de GB-verordening. Voor het EFRO, ESF+, CF en JTF de periode 2021-2025; voor het EFMZV de periode 2021-2027.

**Vermeld in deze rij de voorgenomen aanvullende steun uit het EFRO en het ESF+ die aan het JTF moet worden overgedragen.”.



3)    Onder punt 6 wordt tabel 6 vervangen door:

Tabel 6. Lijst van programma’s met voorlopige financiële toewijzingen*

Titel [255]

Fonds

Regiocategorie

EU-bijdrage

Nationale bijdrage**

Totaal

Programma 1

EFRO

Meer ontwikkeld

Overgang

Minder ontwikkeld

Ultraperifeer en noordelijk dunbevolkt

Programma 1

CF

Programma 1

ESF+

Meer ontwikkeld

Overgang

Minder ontwikkeld

Ultraperifeer en noordelijk dunbevolkt

Programma 1

JTF – toewijzing***

Meer ontwikkeld

Overgang

Minder ontwikkeld

Programma 1

JTF – naar het JTF over te dragen aanvullende steun uit het ESF+

Meer ontwikkeld

Overgang

Minder ontwikkeld

Programma 1

JTF – naar het JTF over te dragen aanvullende steun uit het EFRO

Meer ontwikkeld

Overgang

Minder ontwikkeld

Totaal

EFRO, CF, ESF+, JTF

Programma 2

EFMZV

Programma 3

AMIF

Programma 4

ISF

Programma 5

BMVI

Totaal

Alle fondsen

*Beleidsdoelstellingen en de specifieke JTF-doelstelling overeenkomstig artikel 4, lid 1, van de GB-verordening. Voor het EFRO, ESF+, CF en JTF de periode 2021-2025; voor het EFMZV de periode 2021-2027.

**In overeenstemming met artikel 106, lid 2, over de bepaling van de medefinancieringspercentages.

*** De voorgenomen voorlopige JTF-toewijzing – waarbij de initiële JTF-toewijzing en de aanvullende steun uit het ESF+ en het EFRO voor de betrokken regiocategorie afzonderlijk worden vermeld, indien reeds bekend..



BIJLAGE V

1)    De titel en de eerste tabel worden vervangen door:

Model voor programma’s die steun krijgen van het EFRO (doelstelling “investeren in werkgelegenheid en groei”), het ESF+, het JTF, het Cohesiefonds en het EFMZV – artikel 16, lid 3

CCI

Titel in het Engels

[255 tekens*]

Titel in nationale taal (talen)

[255]

Versie

Eerste jaar

[4]

Laatste jaar

[4]

Subsidiabel vanaf

Subsidiabel tot

Nummer van het besluit van de Commissie

Datum van het besluit van de Commissie

Nummer wijzigingsbesluit lidstaat

Datum inwerkingtreding wijzigingsbesluit lidstaat

Niet-substantiële overdracht (artikel 19, lid 5)

Ja/Nee

Onder het programma vallende NUTS-regio’s (niet van toepassing op het EFMZV)

Betrokken fonds

EFRO

Cohesiefonds

ESF+

JTF

EFMZV

* De cijfers tussen vierkante haken geven het aantal tekens aan..



2)    Onder punt 2 wordt tabel 1 T vervangen door:

ID

Titel [300]

TA

Grondslag voor de berekening

Fonds

Categorie ondersteunde regio

Geselecteerde specifieke doelstelling

1

Prioriteit 1

Nee

EFRO

Meer ontwikkeld

SD 1

Overgang

Minder ontwikkeld

SD 2

Ultraperifeer en noordelijk dunbevolkt

Meer ontwikkeld

SD 3

2

Prioriteit 2

Nee

ESF+

Meer ontwikkeld

SD 4

Overgang

Minder ontwikkeld

SD 5

Ultraperifeer en noordelijk dunbevolkt

3

Prioriteit 3

Nee

CF

n.v.t.

SD 6

4

Prioriteit 4

Nee

JTF*

Meer ontwikkeld

SD JTF

Overgang

Minder ontwikkeld

5

Prioriteit technische bijstand

Ja

n.v.t.

..

Specifieke prioriteit jeugdwerkgelegenheid

Nee

ESF+

..

Specifieke prioriteit landspecifieke aanbevelingen

Nee

ESF+

..

Specifieke prioriteit innovatieve acties

Nee

ESF+

SD 8

Specifieke prioriteit materiële deprivatie

Nee

ESF+

SD 9

* Dit is inclusief de JTF-toewijzing en de uit het EFRO en het ESF+ overgedragen aanvullende steun.”.



3)    Onder punt 3.A wordt tabel 15 vervangen door:

Regiocategorie

Venster 1

Venster 2

Venster 3

Venster 4

Venster 5

Bedrag

(a)

(b)

(c)

(d)

(e)

(f)=(a)+(b)+(c)+(d)+(e)

EFRO

Meer ontwikkeld

Minder ontwikkeld

Overgang

Ultraperifeer en noordelijk dunbevolkt

ESF+

Meer ontwikkeld

Minder ontwikkeld

Overgang

Ultraperifeer en noordelijk dunbevolkt

JTF*

Meer ontwikkeld

Minder ontwikkeld

Overgang

CF

EFMZV

Totaal

* Initiële JTF-toewijzing (zonder overdracht van aanvullende middelen) binnen de in artikel 21 vastgestelde grenzen”.



4)    Onder punt 3.A wordt een nieuwe tabel 18 ingevoegd:

“Tabel 18: Initiële JTF-toewijzing aan het programma1

Referentie: Artikel 21 bis

Initiële JTF-toewijzing voor het programma* per regiocategorie

Meer ontwikkeld

Overgang

Minder ontwikkeld

Initiële JTF-toewijzing in het programma*

* Programma met de JTF-toewijzing.

1 Wanneer het JTF het “betrokken fonds” is (basisgegevens over het programma, blz. 1 van het programmamodel).”.

5)    Onder punt 3.A wordt na tabel 18 een nieuw aankruisvakje ingevoegd:

“Verplichte overdracht van middelen uit het EFRO en het ESF+ als aanvullende steun voor het Fonds voor een rechtvaardige transitie2

Overdracht aan het JTF

betreft interne overdrachten binnen het programma met de JTF-toewijzing (tabel 18A)

betreft overdrachten uit andere programma’s naar het programma met JTF-toewijzing (tabel 18B)

n.v.t. (d.w.z. geen JTF-steun voor het programma))

2 Indien een door het JTF ondersteund programma aanvullende steun ontvangt (zie artikel 21 bis) in het kader van het programma en van andere programma’s, moeten de tabellen 18A en 18B worden ingevuld.”.



6)    Onder punt 3.A wordt een nieuwe tabel 18A ingevoegd:

“Tabel 18A: Overdracht van middelen uit het EFRO en het ESF+ naar het Fonds voor een rechtvaardige transitie (JTF)binnen het programma

JTF-toewijzing in het programma* per regiocategorie

Meer ontwikkeld

Overgang

Minder ontwikkeld

Overdracht binnen het programma* (aanvullende steun) per regiocategorie

EFRO

Meer ontwikkeld

Overgang

Minder ontwikkeld

Ultraperifeer en noordelijk dunbevolkt

ESF+

Meer ontwikkeld

Overgang

Minder ontwikkeld

Ultraperifeer en noordelijk dunbevolkt

Totaal

Meer ontwikkeld

Overgang

Minder ontwikkeld

Ultraperifeer en noordelijk dunbevolkt

* Programma met de JTF-toewijzing.”.

 



7)    Onder punt 3.A wordt een nieuwe tabel 18B ingevoegd:

“Tabel 18 B: Overdracht van EFRO- en ESF+-middelen uit een of meer andere programma’s naar het Fonds voor een rechtvaardige transitie (JTF) in het kader van dit programma

Aanvullende steun voor het JTF in dit programma (CCI-nummer)* per regiocategorie

Meer ontwikkeld

Overgang

Minder ontwikkeld

Overdracht(en) van het (de) andere programma(’s)** per regiocategorie

Programma 1 (CCI-nummer)

EFRO

Meer ontwikkeld

Overgang

Minder ontwikkeld

Ultraperifeer en noordelijk dunbevolkt

ESF+

Meer ontwikkeld

Overgang

Minder ontwikkeld

Ultraperifeer en noordelijk dunbevolkt

Programma 2 (CCI-nummer)

Programma 3 (CCI-nummer)

Totaal EFRO

Meer ontwikkeld

Overgang

Minder ontwikkeld

Ultraperifeer en noordelijk dunbevolkt

Totaal ESF+

Meer ontwikkeld

Overgang

Minder ontwikkeld

Ultraperifeer

Totaal

* programma met JTF-toewijzing, dat aanvullende steun ontvangt uit het EFRO en het ESF+.

** programma dat voorziet in de aanvullende steun uit het EFRO en het ESF+ (bron).”

Motivering voor de verplichte overdracht uit het EFRO en het ESF+ op basis van de geplande interventietypes – artikel 17, lid 3, onder d), viii)

Tekstveld [3 000]

8)    Onder punt 3,1 wordt tabel 10 vervangen door:

Tabel 10: Financiële toewijzingen per jaar

Fonds

Regiocategorie

2021

2022

2023

2024

2025

2026

2027

Totaal

EFRO*

Minder ontwikkeld

Meer ontwikkeld

Overgang

Ultraperifeer en noordelijk dunbevolkt

Totaal

ESF+*

Minder ontwikkeld

Meer ontwikkeld

Overgang

Ultraperifeer en noordelijk dunbevolkt

Totaal

JTF**

Minder ontwikkeld

Meer ontwikkeld

Overgang

Totaal

Cohesiefonds

n.v.t.

EFMZV

n.v.t.

Totaal

* Bedragen na de verplichte overdracht, d.w.z. indien de verplichte overdracht uit het EFRO en het ESF+ afkomstig is uit dit programma, omvatten de EFRO- en ESF+-bedragen niet de overgedragen bedragen.

** Vermeld de totale JTF-middelen als resultaat van tabel 18 (d.w.z. de JTF-toewijzing en de aanvullende steun die is overgedragen uit het EFRO en het ESF+)..

9)    Punt 3.2 wordt vervangen door:

3.2. Totale financiële toewijzingen per fonds en nationale medefinanciering*

Referentie: Artikel 17, lid 3, onder f), punt ii) en artikel 17, lid 6

Voor de doelstelling “investeren in werkgelegenheid en groei”:

Tabel 11: Totale financiële toewijzingen per fonds en nationale medefinanciering

Beleids-/JTF-doelstelling of TA

Prioriteit

Grondslag voor de berekening van de EU-steun (totaal of publiek)

Fonds

Regiocategorie**

EU-bijdrage

Nationale bijdrage

Indicatieve uitsplitsing van de nationale bijdrage

Totaal

Medefinancieringspercentage

publiek

particulier

(a)

(b)=(c)+(d)

(c)

(d)

(e)=(a)+(b)***

(f)=(a)/(e)***

Prioriteit 1

P/T

EFRO

Minder ontwikkeld

Meer ontwikkeld

Overgang

Speciale toewijzing voor ultraperifere en noordelijke dunbevolkte regio’s

Prioriteit 2

ESF+

Minder ontwikkeld

Meer ontwikkeld

Overgang

Ultraperifere en noordelijke dunbevolkte regio’s

Prioriteit 3

JTF****

Minder ontwikkeld

Meer ontwikkeld

Overgang

Prioriteit 4

CF

TA

TA artikel 29 van de GB-verordening

EFRO of ESF+ of CF of JTF

TA artikel 30 van de GB-verordening

EFRO of ESF+ of CF of JTF

Totaal EFRO

Meer ontwikkeld

Overgang

Minder ontwikkeld

Speciale toewijzing voor ultraperifere en noordelijke dunbevolkte regio’s

Totaal ESF+

Meer ontwikkeld

Overgang

Minder ontwikkeld

Ultraperifere en noordelijke dunbevolkte regio’s

Totaal JTF

Meer ontwikkeld

Overgang

Minder ontwikkeld

Totaal CF

n.v.t.

Totaal-generaal

* Vóór de tussentijdse herziening in 2025 voor het EFRO, het ESF+, het CF en het JTF, financiële toewijzingen voor de jaren 2021 tot en met 2025 alleen.

**Voor het EFRO: minder ontwikkeld, overgang en meer ontwikkeld en, in voorkomend geval, speciale toewijzing voor ultraperifere en noordelijke dunbevolkte regio’s. Voor het ESF+: minder ontwikkeld, overgang en meer ontwikkeld en, in voorkomend geval, aanvullende toewijzing voor ultraperifere en noordelijke dunbevolkte regio’s. Voor het CF: niet van toepassing. Voor technische bijstand hangt de toepassing van regiocategorieën af van de selectie van een fonds.

*** Indien relevant voor alle regiocategorieën.

**** Vermeld de totale JTF-middelen als resultaat van tabel 18 (d.w.z. een JTF-toewijzing en de aanvullende steun die is overgedragen uit het EFRO en het ESF+)..



10)    Onder punt 8 wordt tabel 14 vervangen door:

Indicatie van het gebruik van de artikelen 88 en 89 van de GB-verordening*

Nr. van de prioriteit

Fonds

Specifieke doelstelling (werkgelegenheid en groei) of ondersteuningsgebied (EFMZV)

Gebruik van terugbetaling van subsidiabele uitgaven op basis van eenheidskosten, vaste bedragen en vaste percentages in het kader van een prioriteit, op grond van artikel 88 van de GB-verordening

Prioriteit 1

EFRO

SD 1

SD 2

Prioriteit 2

ESF+

SD 3

SD 4

Prioriteit 3

CF

SD 5

SD 6

Prioriteit 4

JTF

SD JTF

Gebruik van financiering die geen verband houdt met kosten overeenkomstig artikel 89 van de GB-verordening

Prioriteit 1

EFRO

SD 7

SD 8

Prioriteit 2

ESF+

SD 9

SD 10

Prioriteit 3

CF

SD 11

SD 12

Prioriteit 4

JTF

SD JTF

* Volledige informatie wordt verstrekt overeenkomstig de modellen die gehecht zijn aan de GB-verordening.”.



BIJLAGE VII

1)    Tabel 1 wordt vervangen door:

1.

2.

3.

4.

5.

6.

7.

8.

9.

10.

11.

12.

13.

De financiële toewijzing van de prioriteit op basis van het programma

Cumulatieve gegevens over de financiële vooruitgang van het programma

Prioriteit

Specifieke doelstelling

Fonds

Regiocategorie

Grondslag voor de berekening van de bijdrage van de Unie*

(Totale bijdrage of overheidsbijdrage)

Totale financiële toewijzing

(in EUR)

Medefinancieringspercentage

(%)

Totale subsidiabele kosten van de concrete acties die voor steun zijn geselecteerd (EUR)

Bijdrage uit de fondsen aan concrete acties die voor steun zijn geselecteerd (EUR)

Deel van de totale toewijzing besteed aan de geselecteerde concrete acties (%)

[kolom 7 / kolom 5 × 100]

Totaalbedrag van de door de begunstigden betaalde subsidiabele uitgaven voor de uitvoering van concrete acties

Deel van de totale toewijzing gedekt door de begunstigden gedane subsidiabele uitgaven voor de uitvoering van concrete acties (%)

[kolom 10 / kolom 5 × 100]

Aantal geselecteerde concrete acties

Berekening

Berekening

<type='S’ input='G'>

<type='S’ input='G'>

<type='S’ input='G'>

<type='S’ input='G'>

<type='S’ input='G'>

<type='N’ input='G'>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘M’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘M’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type='N' input='M'>

Prioriteit 1

SD 1

EFRO

Prioriteit 2

SD 2

ESF+

Prioriteit 3

SD 3

Cohesiefonds

n.v.t.

Prioriteit 4

SD JTF

JTF*

Totaal

EFRO

Minder ontwikkeld

<type=‘N’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘N’ input=‘G’>

Totaal

EFRO

Overgang

<type=‘N’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘N’ input=‘G’>

Totaal

EFRO

Meer ontwikkeld

<type=‘N’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘N’ input=‘G’>

Totaal

EFRO

Speciale toewijzing voor ultraperifere gebieden of noordelijke dunbevolkte gebieden

<type=‘N’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘N’ input=‘G’>

Totaal

ESF+

Minder ontwikkeld

<type=‘N’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘N’ input=‘G’>

Totaal

ESF+

Overgang

<type=‘N’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘N’ input=‘G’>

Totaal

ESF+

Meer ontwikkeld

<type=‘N’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘N’ input=‘G’>

Totaal

ESF+

Speciale toewijzing voor ultraperifere of noordelijke dunbevolkte regio’s

<type=‘N’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘N’ input=‘G’>

Totaal

Cohesiefonds

n.v.t.

<type=‘N’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘N’ input=‘G’>

Totaal

JTF*

Minder ontwikkeld

<type=‘N’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘N’ input=‘G’>

Totaal

JTF*

Overgang

<type=‘N’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘N’ input=‘G’>

Totaal

JTF*

Meer ontwikkeld

<type=‘N’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘Cu’ input=‘G’>

<type=‘P’ input=‘G’>

<type=‘N’ input=‘G’>

* Bedragen inclusief de uit het EFRO en het ESF+ overgedragen aanvullende steun..

2)    Tabel 7 wordt vervangen door:

Fonds

Regiocategorie

Bijdrage van de Unie

[lopend kalenderjaar]

[volgendkalenderjaar]

Januari – oktober

November – december

Januari – december

EFRO

Minder ontwikkeld

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

Overgang

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

Meer ontwikkeld

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

Ultraperifeer en noordelijk dunbevolkt *

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

ETS

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

ESF+

Minder ontwikkeld

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

Overgang

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

Meer ontwikkeld

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

Ultraperifeer en noordelijk dunbevolkt*

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

JTF**

Minder ontwikkeld

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

Overgang

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

Meer ontwikkeld

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

<type=''Cu'' input=''M''>

ISF

BMVI

       * Hier moet alleen de specifieke toewijzing voor de ultraperifere regio’s/noordelijke dunbevolkte gebieden worden vermeld.

** Bedragen inclusief de uit het EFRO en het ESF+ overgedragen aanvullende financiering, naargelang het geval.