Advies van het Europees Comité van de Regio’s over het herstelplan voor Europa in het licht van de COVID-19-pandemie: faciliteit voor herstel en veerkracht en instrument voor technische ondersteuning

(2020/C 440/24)

Algemeen rapporteur:

Christophe ROUILLON (FR/PSE), burgemeester van Coulaines

Referentiedocumenten:

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot instelling van een faciliteit voor herstel en veerkracht

COM(2020) 408 final

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een instrument voor technische ondersteuning

COM(2020) 409 final

I. AANBEVELINGEN VOOR WIJZIGINGEN

Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot instelling van een faciliteit voor herstel en veerkracht

Wijzigingsvoorstel 1

COM(2020) 408 final — overweging 3

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Op het niveau van de Unie is het Europees Semester voor coördinatie van het economisch beleid (“Europees Semester”), met inbegrip van de beginselen van de Europese pijler van sociale rechten, het kader om nationale hervormingsprioriteiten te bepalen en de uitvoering ervan te monitoren. De lidstaten ontwikkelen hun eigen nationale meerjarige investeringsstrategie om deze hervormingen te ondersteunen. Die strategieën moeten in aansluiting met de jaarlijkse nationale hervormingsprogramma’s worden gepresenteerd als een manier om de prioritaire investeringsprojecten die nationale of Uniefinanciering moeten krijgen, vast te stellen en te coördineren.

Op het niveau van de Unie is het Europees Semester voor coördinatie van het economisch beleid (“Europees Semester”), met inbegrip van de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling en de beginselen van de Europese pijler van sociale rechten, het kader om nationale en regionale hervormingsprioriteiten te bepalen en de uitvoering ervan te monitoren door middel van duidelijke nationale en regionale indicatoren. De lidstaten ontwikkelen hun eigen nationale meerjarige investeringsstrategie om deze hervormingen te ondersteunen , in samenwerking met de lokale en regionale overheden volgens hun bevoegdheden en rekening houdend met de bijzonderheden van de verschillende territoria die zij vertegenwoordigen . Die strategieën , die in samenwerking met de lokale en regionale overheden worden ontwikkeld op basis van een gedragscode met richtsnoeren inzake goed bestuur inzake de programmering van herstelplannen en -projecten, moeten in aansluiting met de jaarlijkse nationale hervormingsprogramma’s worden gepresenteerd als een manier om de prioritaire investeringsprojecten die nationale of Uniefinanciering moeten krijgen, vast te stellen en te coördineren. Voorts moeten deze strategieën op meer coherente wijze gebruikmaken van de EU-financiering en de toegevoegde waarde maximaliseren van de financiële steun die met name uit hoofde van de Europese structuur- en investeringsfondsen, het herstelfonds en het InvestEU-programma wordt verleend.

Motivering

De inhoud van deze paragraaf dient gelijkgeschakeld te worden met die in het voorstel voor een verordening en het interinstitutioneel akkoord inzake het InvestEU-programma, met name wat betreft de erkenning van de rol van de lokale en regionale overheden in het Europees Semester en een coherent gebruik van de EU-fondsen en -instrumenten. Ook dient eraan te worden herinnerd dat de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling in het Europees Semester moeten worden geïntegreerd.

Wijzigingsvoorstel 2

COM(2020) 408 final — overweging 4

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

De uitbraak van de pandemie COVID-19 in het begin van 2020 heeft de economische vooruitzichten voor de komende jaren in de Unie en in de rest van de wereld veranderd, en vraagt om een snelle en gecoördineerde reactie van de Unie om het hoofd te bieden aan de enorme economische en sociale gevolgen voor alle lidstaten. […] Daarom zullen hervormingen en investeringen om de structurele zwakke punten van de economieën aan te pakken en hun veerkracht te versterken, van essentieel belang zijn om de economieën weer op een pad van duurzaam herstel te brengen en te voorkomen dat de verschillen in de Unie verder toenemen.

De uitbraak van de pandemie COVID-19 in het begin van 2020 heeft de economische en sociale vooruitzichten voor de komende jaren in de Unie en in de rest van de wereld veranderd, en vraagt om een snelle en gecoördineerde reactie van de Unie om het hoofd te bieden aan de enorme economische en sociale gevolgen voor alle lidstaten , waarvan de impact sterk varieert van regio tot regio . […] Ondersteuning van de Europese Unie bij het uitvoeren van hervormingen en investeringen in de lidstaten die erop gericht zijn de doelstellingen van de Europese Unie ten uitvoer te leggen, de structurele zwakke punten van de economieën aan te pakken, hun veerkracht te versterken en bij te dragen aan een economisch model dat strookt met de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling en de Europese Green Deal, zal daarom van essentieel belang zijn om de economieën weer op een pad van duurzaam en inclusief herstel te brengen, de economische, sociale en territoriale cohesie te versterken en te voorkomen dat de verschillen in de Unie verder toenemen.

Motivering

Het voorstel voor een verordening heeft als rechtsgrondslag artikel 175, lid 3, VWEU. Cohesie moet daarom duidelijk worden erkend in de doelstellingen.

Wijzigingsvoorstel 3

COM(2020) 408 final — overweging 5

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

De uitvoering van hervormingen die bijdragen tot een hoge mate van veerkracht van de binnenlandse economieën, het versterken van de aanpassingscapaciteit en het ontsluiten van het groeipotentieel, behoren tot de beleidsprioriteiten van de Unie. Zij zijn daarom van cruciaal belang om het herstel op een houdbaar pad vast te stellen en het proces van opwaartse economische en sociale convergentie te ondersteunen. Dit is des te noodzakelijker in de nasleep van de pandemie, om de weg vrij te maken voor een snel herstel.

Motivering

Overbodig, gelet op overweging 4.

Wijzigingsvoorstel 4

COM(2020) 408 final — overweging 6

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Uit eerdere ervaringen is gebleken dat investeringen tijdens crises vaak drastisch worden verminderd. Het is echter van essentieel belang dat investeringen in deze specifieke situatie worden ondersteund om het herstel te versnellen en het groeipotentieel op de lange termijn te versterken. Investeren in groene en digitale technologieën, capaciteiten en processen die gericht zijn op het ondersteunen van de overgang naar schone energie, het stimuleren van de energie-efficiëntie van woningen en andere belangrijke economische sectoren, zijn van belang om duurzame groei te realiseren en banen te helpen scheppen . Dit zal de Unie ook veerkrachtiger en minder afhankelijk maken door diversificatie van de belangrijkste toeleveringsketens.

Uit eerdere ervaringen is gebleken dat investeringen tijdens crises vaak drastisch worden verminderd , ook die van de lokale en regionale overheden, die het merendeel van de overheidsinvesteringen vertegenwoordigen. Dit verscherpt de negatieve gevolgen voor de economische ontwikkeling en de economische, sociale en territoriale cohesie. Om de doelstellingen van de Europese Green Deal, duurzame en inclusieve groei te bevorderen, de infrastructuur voor essentiële dienstverlening aan de burger te versterken en bij te dragen tot het scheppen van banen is het echter van essentieel belang om de investeringen in projecten die gebaseerd zijn op duurzame ontwikkeling, de verbetering van de levenskwaliteit, de kenniseconomie , het ondersteunen van de digitale transitie en de overgang naar schone energie weer op gang te brengen, met name door de energie-efficiëntie van woningen te stimuleren. Dit soort investeringen zal de Unie ook veerkrachtiger en minder afhankelijk maken door diversificatie van de belangrijkste toeleveringsketens.

Motivering

De lokale en regionale overheden zijn verantwoordelijk voor meer dan de helft van de overheidsinvesteringen in de EU en worden in tijden van crisis bijzonder zwaar getroffen door teruglopende investeringen. Het is ook zaak om te herinneren aan de schadelijke gevolgen van deze onderinvestering.

Wijzigingsvoorstel 5

COM(2020) 408 final — overweging 7

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst	Wijzigingsvoorstel van het CvdR
Momenteel voorziet geen enkel instrument in rechtstreekse financiële steun in verband met de verwezenlijking van resultaten en de uitvoering van hervormingen en overheidsinvesteringen van de lidstaten in antwoord op de uitdagingen die in het Europees Semester zijn vastgesteld, en met als doel een blijvend effect te hebben op de productiviteit en de veerkracht van de economie van de lidstaten.

Motivering

Deze stelling kan tot controverse leiden, met name over de rol van de Europese structuur- en investeringsfondsen bij het aanpakken van de problemen die in het kader van het Europees Semester worden vastgesteld.

Wijzigingsvoorstel 6

COM(2020) 408 final — overweging 8

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Tegen deze achtergrond is het noodzakelijk het huidige kader voor de verstrekking van ondersteuning aan de lidstaten te versterken en de lidstaten directe financiële ondersteuning te bieden door middel van een innovatief instrument. Hiertoe moet op grond van deze verordening een faciliteit voor herstel en veerkracht (“ de faciliteit ”) worden vastgesteld die doeltreffende financiële en significante steun moet verstrekken om de uitvoering van hervormingen en de bijbehorende overheidsinvesteringen in de lidstaten te versterken. De faciliteit moet omvattend zijn en moet profiteren van de ervaring die de Commissie en de lidstaten hebben opgedaan met het gebruik van andere instrumenten en programma’s.

Tegen deze achtergrond is het noodzakelijk het huidige kader voor de verstrekking van ondersteuning aan de lidstaten en de lokale en regionale overheden te versterken en de lidstaten directe financiële ondersteuning te bieden door middel van een innovatief instrument. Hiertoe moet op grond van deze verordening een fonds voor herstel en veerkracht (“ het fonds ”) worden vastgesteld die doeltreffende en toereikende financiële steun moet verstrekken om de uitvoering van hervormingen en de bijbehorende overheidsinvesteringen in de lidstaten en de lokale en regionale overheden te versterken , met name met het oog op de uitvoering van de doelstellingen van de in de Europese Green Deal voorgestelde nieuwe strategie voor duurzame groei, en om ervoor te zorgen dat de lidstaten en de lokale en regionale overheden over de nodige capaciteit beschikken voor een gecoördineerde reactie door de oprichting van regionaal of lokaal toezicht te financieren .

Motivering

De term “faciliteit” komt te technocratisch over en is onvoldoende verankerd in de regionale realiteit. Bovendien zijn de lokale en regionale overheden verantwoordelijk voor meer dan de helft van de overheidsinvesteringen in de EU. Ook zijn zij belangrijk voor het vergroten van de cohesie, het bereiken van de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling en het verwezenlijken van de ecologische en de digitale transitie. Zij moeten ten volle hun voordeel kunnen doen met het mechanisme. Het mogelijk “omvattende” karakter van de “faciliteit” moet nog worden verduidelijkt.

Wijzigingsvoorstel 7

COM(2020) 408 final — overweging 11

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Gezien de Europese Green Deal als de Europese strategie voor duurzame groei en de vertaling van de toezeggingen van de Unie tot uitvoering van de Overeenkomst van Parijs en de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling van de Verenigde Naties zal het door deze verordening vastgestelde fonds een bijdrage leveren om klimaatacties en milieuduurzaamheid te mainstreamen en het globale streefdoel te bereiken dat minstens 30 % van uitgaven uit de EU-begroting de klimaatdoelstellingen ondersteunen. Aangezien de potentiële bijdrage van bepaalde EU-maatregelen aan deze doelstelling wordt overschat (1), dient het fonds dit tekort te compenseren door het percentage klimaatgerelateerde uitgaven in het kader van het fonds op te trekken tot minstens 40 %.

Motivering

Doel is te herinneren aan het standpunt dat het CvdR in oktober 2019 in zijn resolutie over het meerjarig financieel kader 2021-2027 heeft ingenomen, evenals aan het advies dat Nikola Dobroslavić (HR/EVP) in oktober 2018 over het meerjarig financieel kader heeft gepresenteerd.

Wijzigingsvoorstel 8

COM(2020) 408 final — overweging 13

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Opdat er, ter waarborging van uniforme uitvoeringsvoorwaarden, maatregelen genomen kunnen worden om de faciliteit aan gezond economisch bestuur te koppelen, moet de Raad de bevoegdheid krijgen om, op voorstel van de Commissie, uitvoeringshandelingen vast te stellen ten aanzien van de opschorting van de termijnen voor de vaststelling van besluiten over voorstellen voor plannen voor herstel en veerkracht en de opschorting van de betalingen in het kader van die faciliteit bij kennelijke niet-naleving in relevante gevallen in het kader van het proces van economisch bestuur als bedoeld in Verordening (EU) nr. XXX/XX van het Europees Parlement en de Raad [VGB] […].- Ook moet de Raad met betrekking tot dezelfde relevante gevallen de bevoegdheid krijgen om, op voorstel van de Commissie, deze opschortingen door middel van uitvoeringshandelingen op te heffen.

Wijzigingsvoorstel 9

COM(2020) 408 final — overweging 14

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

De algemene doelstelling van de faciliteit moet de bevordering van economische, sociale en territoriale cohesie zijn. Daartoe moet de faciliteit bijdragen aan het verbeteren van de veerkracht en het aanpassingsvermogen van de lidstaten, het beperken van de sociale en economische gevolgen van de crisis, en het ondersteunen van de groene en de digitale transitie die gericht zijn op het realiseren van een klimaatneutraal Europa in 2050, waardoor het groeipotentieel van de economieën van de Unie in de nasleep van de crisis wordt hersteld, het scheppen van werkgelegenheid wordt bevorderd en duurzame groei wordt gestimuleerd.

De algemene doelstelling van het fonds moet de bevordering van economische, sociale en territoriale cohesie zijn. Daartoe moet het fonds bijdragen aan het verbeteren van de veerkracht van de lidstaten en alle EU-regio’s , het beperken van de sociale en economische gevolgen van de crisis — die zowel tussen de lidstaten als binnen de lidstaten uiteenlopen — en het ondersteunen van de groene en de digitale transitie die gericht zijn op het verwezenlijken van de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling tegen 2030 en het realiseren van een klimaatneutraal Europa in 2050, waardoor het groeipotentieel van de economieën van de Unie in de nasleep van de crisis wordt hersteld, het scheppen van werkgelegenheid wordt bevorderd en duurzame groei wordt gestimuleerd.

Wijzigingsvoorstel 10

COM(2020) 408 final — overweging 16

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Om ervoor te zorgen dat het bijdraagt aan de doelstellingen van de faciliteit, moeten het plan voor herstel en veerkracht maatregelen omvatten voor de uitvoering van hervormingen en openbare investeringsprojecten door middel van een coherent plan voor herstel en veerkracht. Het herstel- en weerbaarheidsplan moet in overeenstemming zijn met de desbetreffende landspecifieke uitdagingen en prioriteiten die in het kader van het Europees Semester zijn vastgesteld, met de nationale hervormingsprogramma’s, de nationale energie- en klimaatplannen, de rechtvaardige overgangsplannen en de in het kader van de fondsen van de Unie vastgestelde partnerschapsovereenkomsten en operationele programma’s. Om acties te stimuleren die binnen de prioriteiten van de Europese Groene Deal en de Digitale Agenda vallen, moet het plan ook maatregelen bevatten die relevant zijn voor de groene en de digitale transitie. De maatregelen moeten een snelle verwezenlijking van de in de nationale energie- en klimaatplannen en de actualiseringen daarvan vastgestelde streefcijfers, doelstellingen en bijdragen mogelijk maken . Alle ondersteunde activiteiten moeten worden voortgezet met volledige inachtneming van de klimaat- en milieuprioriteiten van de Unie.

Om ervoor te zorgen dat het bijdraagt aan de doelstellingen van de faciliteit, moeten het plan voor herstel en veerkracht maatregelen omvatten voor de uitvoering van hervormingen en openbare investeringsprojecten door middel van een coherent , relevant, doeltreffend en doelmatig plan voor herstel en veerkracht. Het herstel- en weerbaarheidsplan moet in overeenstemming zijn met de desbetreffende landspecifieke uitdagingen en prioriteiten die in het kader van het Europees Semester zijn vastgesteld, met de nationale hervormingsprogramma’s, de nationale energie- en klimaatplannen, de rechtvaardige overgangsplannen en de in het kader van de fondsen van de Unie vastgestelde partnerschapsovereenkomsten en operationele programma’s. Voorts moeten de plannen voor herstel en veerkracht stroken met het beginsel van de Europese meerwaarde . Om acties te stimuleren die binnen de prioriteiten van de Europese Groene Deal, de Digitale Agenda, de industriële strategie en de kmo-strategie, de vaardighedenagenda voor Europa, de kindergarantie en de jongerengarantie vallen, moet het plan ook maatregelen bevatten die relevant zijn voor de groene en de digitale transitie. Alle ondersteunde activiteiten moeten worden voortgezet met volledige inachtneming van de klimaat- en milieuprioriteiten van de Unie. Ten minste 40 % van de plannen voor herstel en veerkracht moet gericht zijn op mainstreaming van klimaat- en biodiversiteitsacties en op doelstellingen met betrekking tot ecologische duurzaamheid.

Wijzigingsvoorstel 11

COM(2020) 408 final — overweging 18

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Om de voorbereiding en de uitvoering van de plannen voor herstel en veerkracht door de lidstaten mogelijk te maken, moet de Raad in staat zijn om het kader van het Europees Semester de stand van de capaciteit voor herstel, veerkracht en aanpassing in de Unie te bespreken . Om een geschikte feitenbasis te verzekeren, moet deze bespreking worden gebaseerd op de in het kader van het Europees Semester beschikbare strategische en analytische informatie van de Commissie en , indien beschikbaar, op de informatie over de uitvoering van de plannen in de voorgaande jaren.

Om de voorbereiding en de uitvoering van de plannen voor herstel door de lidstaten mogelijk te maken, moeten de Raad en het Europees Parlement in staat zijn om in het kader van het Europees Semester op voet van gelijkheid te besluiten over de stand van de capaciteit voor herstel en veerkracht in de Unie. Dit besluit moet worden gebaseerd op de in het kader van het Europees Semester door de Commissie gepresenteerde strategische en analytische informatie en op de informatie over de uitvoering van de plannen in de voorgaande jaren , en met name op een aantal kwantitatieve en kwalitatieve indicatoren met betrekking tot de verwezenlijking van de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling . Ter voorbereiding van dit besluit zou het Europees Comité van de Regio’s ook moeten worden betrokken bij de vaststelling van het Europees kader voor de herstelplannen en bij de instanties die toezicht houden op de naleving van het Europees Semester, en zou het CvdR tevens moeten worden belast met een tweejaarlijkse beoordeling van de territoriale uitvoering van de herstelplannen.

Wijzigingsvoorstel 12

COM(2020) 408 final — overweging 21

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Om nationale betrokkenheid bij en concentratie op relevante hervormingen en investeringen te garanderen, moeten lidstaten die steun wensen te ontvangen, bij de Commissie een terdege gemotiveerd en onderbouwd plan voor herstel en veerkracht indienen. Het plan voor herstel en veerkracht moet de gedetailleerde reeks maatregelen voor de uitvoering omvatten, met inbegrip van doelstellingen en mijlpalen, en het verwachte effect van het plan voor herstel en veerkracht op het groeipotentieel, het scheppen van banen en de economische en sociale veerkracht; het moet ook maatregelen omvatten die relevant zijn voor de groene en de digitale transities; het moet ook een toelichting omvatten over de afstemming van het voorgestelde plan voor herstel en veerkracht op de relevante landspecifieke uitdagingen en prioriteiten die zijn vastgesteld in het kader van het Europees Semester. De Commissie en de lidstaten moeten tijdens het hele proces streven naar een nauwe samenwerking.

Om nationale betrokkenheid bij en concentratie op relevante hervormingen en investeringen te garanderen, moeten lidstaten die steun wensen te ontvangen, bij de Commissie een terdege gemotiveerd en onderbouwd plan voor herstel indienen. Met inachtneming van het subsidiariteits- en het partnerschapsbeginsel moet het herstelplan in nauwe en structurele samenwerking met de lokale en regionale overheden worden opgesteld voor zover de te ondersteunen hervormingen en investeringen krachtens het nationaal recht onder hun bevoegdheid vallen. Het plan voor herstel moet de gedetailleerde reeks maatregelen voor de uitvoering omvatten, met inbegrip van doelstellingen en mijlpalen, en het verwachte effect van het plan op de economische, sociale en territoriale cohesie, het groeipotentieel, het scheppen van banen en de economische en sociale veerkracht; het moet ook maatregelen omvatten die relevant zijn voor de groene en de digitale transities; het moet ook een toelichting omvatten over de afstemming van het voorgestelde plan voor herstel op de relevante landspecifieke uitdagingen en prioriteiten die zijn vastgesteld in het kader van het Europees Semester. De Commissie, de lidstaten, het Europees Comité van de Regio’s en de lokale en regionale overheden moeten tijdens het hele proces streven naar een nauwe samenwerking.

Motivering

De lokale en regionale overheden hebben belangrijke politieke en financiële bevoegdheden bij het bereiken van de doelstellingen van het fonds (cohesie, duurzame ontwikkeling enz.). Het is daarom van cruciaal belang dat de herstelplannen in nauwe en structurele samenwerking met de lokale en regionale overheden worden vastgesteld. Het gaat hierbij niet alleen om de legitimiteit en billijkheid van het instrument, maar ook om de doeltreffendheid ervan. De rechtsgrondslag van het instrument maakt het bovendien noodzakelijk dat in de plannen aandacht wordt besteed aan de gevolgen van de te financieren maatregelen voor de cohesie.

Wijzigingsvoorstel 13

COM(2020) 408 final — overweging 33

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Voor een doeltreffend toezicht op de uitvoering moeten de lidstaten in het kader van het Europees Semester elk kwartaal verslag uitbrengen over de stand van zaken bij de uitvoering van het plan voor herstel en veerkracht . Dergelijke door de betrokken lidstaten opgestelde verslagen moeten op passende wijze worden weergegeven in de nationale hervormingsprogramma’s, die moeten worden gebruikt als instrument om verslag uit te brengen over de vorderingen bij de voltooiing van de plannen voor herstel en veerkracht .

Voor een doeltreffend toezicht op de uitvoering moeten de lidstaten op halfjaarlijkse basis verslag uitbrengen over de stand van zaken bij de uitvoering van het plan voor herstel. Dergelijke door de betrokken lidstaten opgestelde verslagen moeten worden weergegeven in de nationale hervormingsprogramma’s, die moeten worden gebruikt als instrument om verslag uit te brengen over de vorderingen bij de voltooiing van de plannen voor herstel.

Motivering

Op kwartaalbasis rapporteren kan een buitensporige administratieve last lijken.

Wijzigingsvoorstel 14

COM(2020) 408 final — overweging 37

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Het is wenselijk dat de Commissie een jaarlijks verslag uitbrengt aan het Europees Parlement en de Raad over de uitvoering van de in deze verordening ingestelde faciliteit. Dit verslag moet informatie bevatten over de vooruitgang die de lidstaten hebben geboekt in het kader van de goedgekeurde plannen voor herstel en veerkracht ; het moet ook informatie bevatten over de hoogte van de opbrengsten die in het kader van het herstelinstrument voor de Europese Unie in het voorgaande jaar aan de faciliteit zijn toegewezen, uitgesplitst naar begrotingsonderdeel, en de bijdrage van de via het herstelinstrument voor de Europese Unie gegenereerde middelen tot de verwezenlijking van de doelstellingen van de faciliteit.

Het is wenselijk dat de Commissie een jaarlijks verslag uitbrengt aan het Europees Parlement, de Raad , het Europees Comité van de Regio’s en het Europees Economisch en Sociaal Comité over de uitvoering van de in deze verordening ingestelde faciliteit. Dit verslag moet informatie bevatten over de vooruitgang die de lidstaten in het kader van de herstelplannen hebben geboekt evenals een beoordeling van de territoriale uitvoering ervan ; het moet ook informatie bevatten over de hoogte van de opbrengsten die in het kader van het herstelinstrument voor de Europese Unie in het voorgaande jaar aan de faciliteit zijn toegewezen, uitgesplitst naar begrotingsonderdeel, en de bijdrage van de via het herstelinstrument voor de Europese Unie gegenereerde middelen tot de verwezenlijking van de doelstellingen van de faciliteit.

Wijzigingsvoorstel 15

COM(2020) 408 final, artikel 1

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst	Wijzigingsvoorstel van het CvdR
Bij deze verordening wordt een faciliteit voor herstel en veerkracht (“ de faciliteit ”) ingesteld. […]	Bij deze verordening wordt een fonds voor herstel (“ het fonds ”) ingesteld. […]

Motivering

Zie het wijzigingsvoorstel m.b.t overweging 8. De benaming “faciliteit” komt te technocratisch over en kan voor verwarring zorgen met betrekking tot het feit dat het fonds gebaseerd is op subsidies en leningen.

Wijzigingsvoorstel 16

COM(2020) 408 final, artikel 2

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Definities

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

1.	“fondsen van de Unie”: de fondsen die onder Verordening (EU) YYY/XX van het Europees Parlement en de Raad [opvolger van de GB-verordening] vallen;

1.	“fondsen van de Unie”: de fondsen die onder Verordening (EU) YYY/XX van het Europees Parlement en de Raad [opvolger van de GB-verordening] vallen;

2.	“financiële bijdrage”: niet-terugvorderbare financiële steun die in het kader van de faciliteit aan de lidstaten kan worden toegewezen of aan de lidstaten is toegewezen;

2.	“financiële bijdrage”: niet-terugvorderbare financiële steun die in het kader van de faciliteit aan de lidstaten kan worden toegewezen of aan de lidstaten is toegewezen;

3.	“Europees Semester voor coördinatie van het economisch beleid” (“Europees Semester”): het proces als bedoeld in artikel 2 bis van Verordening (EG) nr. 1466/97 van de Raad van 7 juli 1997.

3.	“Europees Semester voor coördinatie van het economisch beleid” (“Europees Semester”): het proces als bedoeld in artikel 2 bis van Verordening (EG) nr. 1466/97 van de Raad van 7 juli 1997;

“Hervormingen” die in aanmerking komen voor steun zijn hervormingen die:

i)	bijdragen tot het bereiken van de doelstellingen van het EU-Verdrag

ii)	bijdragen aan convergentie en aan het verkleinen van de regionale verschillen, met inbegrip van het terugdringen van de structurele territoriale beperkingen, in de geest van de rechtsgrondslag van de verordening, artikel 175 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU)

iii)	in staat zijn om overheidsinvesteringen aan te zwengelen en duurzame en inclusieve groei op lange termijn te stimuleren in overeenstemming met de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling.

5.	Naleving van het beginsel “ geen ernstige afbreuk doen ” betekent afzien van het ondersteunen of uitvoeren van economische activiteiten die de milieudoelstellingen ernstig afbreuk doen overeenkomstig het bepaalde in artikel 17 van de Verordening (EU) 2020/852 (taxonomieverordening).

6.	De“minimumgaranties”zijn de procedures die zijn omschreven in artikel 18 van Verordening (EU) 2020/852 (taxonomieverordening).

Motivering

Er wordt hier herinnerd aan een definitie die het CvdR reeds in zijn op 5 december 2018 goedgekeurde advies “Steunprogramma voor hervormingen en een Europese stabilisatiefunctie voor investeringen” (ECON-VI/037) heeft voorgesteld.

Wijzigingsvoorstel 17

COM(2020) 408 final — artikel 4, lid 2

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Met het oog op die algemene doelstelling is de specifieke doelstelling van de faciliteit voor herstel en veerkracht de lidstaten financiële steun te verstrekken ter verwezenlijking van de in hun plannen voor herstel en veerkracht vastgelegde mijlpalen en streefdoelen van de hervormingen en investeringen. Deze specifieke doelstelling zal worden nagestreefd in nauwe samenwerking met de betrokken lidstaten.

Met het oog op die algemene doelstelling is de specifieke doelstelling van het fonds voor herstel de lidstaten en de lokale en regionale overheden financiële steun te verstrekken ter verwezenlijking van de in hun herstelplannen vastgelegde mijlpalen en streefdoelen van de hervormingen en investeringen. Deze specifieke doelstelling zal worden nagestreefd in nauwe samenwerking met de betrokken lidstaten.

Wijzigingsvoorstel 18

COM(2020) 408 final — artikel 5, lid 1

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

De in artikel 2 van Verordening [EURI] bedoelde maatregelen worden in het kader van deze faciliteit uitgevoerd:

De in artikel 2 van Verordening [EURI] bedoelde maatregelen worden in het kader van dit fonds uitgevoerd:

met gebruikmaking van een bedrag van 334 950 000 000 EUR als bedoeld in artikel 3, lid 2, onder a), ii), van Verordening [EURI], in lopende prijzen, beschikbaar voor niet-terugvorderbare steun, onder voorbehoud van artikel 4, leden 4 en 8, van Verordening [EURI]. Deze bedragen vormen externe bestemmingsontvangsten overeenkomstig artikel 21, lid 5, van het Financieel Reglement;

met gebruikmaking van een bedrag van 360 000 000 000 EUR als bedoeld in artikel 3, lid 2, onder a), ii), van Verordening [EURI], in prijzen van 2018 , beschikbaar voor niet-terugvorderbare steun, onder voorbehoud van artikel 4, leden 4 en 8, van Verordening [EURI]. Deze bedragen vormen externe bestemmingsontvangsten overeenkomstig artikel 21, lid 5, van het Financieel Reglement;

met gebruikmaking van een bedrag van 267 955 000 000 EUR als bedoeld in artikel 3, lid 2, onder b), van Verordening [EURI], in lopende prijzen, beschikbaar voor steun in de vorm van leningen voor de lidstaten overeenkomstig de artikelen 12 en 13, onder voorbehoud van artikel 4, lid 5, van Verordening [EURI].

met gebruikmaking van een bedrag van 312 500 000 000 EUR als bedoeld in artikel 3, lid 2, onder b), van Verordening [EURI], in prijzen van 2018 , beschikbaar voor steun in de vorm van leningen voor de lidstaten overeenkomstig de artikelen 12 en 13, onder voorbehoud van artikel 4, lid 5, van Verordening [EURI].

Motivering

Actualisering op basis van de conclusies van de Europese Raad van 17-21 juli 2020

Wijzigingsvoorstel 19

COM(2020) 408 final, artikel 6

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Middelen uit programma’s in gedeeld beheer

De aan de lidstaten in gedeeld beheer toegewezen middelen kunnen op hun verzoek naar de faciliteit worden overgeschreven. De Commissie wendt die middelen op directe wijze aan in overeenstemming met artikel 62, lid 1, onder a), van het Financieel Reglement. Die middelen worden gebruikt ten voordele van de betrokken lidstaat.

Motivering

Deze mogelijkheid om middelen vanuit de structuur- en investeringsfondsen naar het fonds voor herstel en veerkracht over te schrijven, gaat gepaard met een risico op hercentralisering en een risico dat het beheer van de structuur- en investeringsfondsen volgens het partnerschapsbeginsel op losse schroeven wordt gezet.

Wijzigingsvoorstel 20

COM(2020) 408 final, artikel 9

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Maatregelen die de faciliteit koppelen aan de bescherming van de begroting van de Unie in geval van fundamentele tekortkomingen op het gebied van de rechtsstaat

1. In geval van een fundamentele tekortkoming op het gebied van de rechtsstaat in een lidstaat die afbreuk doet aan het beginsel van goed financieel beheer of de bescherming van de financiële belangen van de Unie, zoals omschreven in artikel 3 van Verordening […/….] betreffende de bescherming van de begroting van de Unie in geval van fundamentele tekortkomingen op het gebied van de rechtsstaat in de lidstaten, stelt de Commissie bij uitvoeringshandeling een besluit vast om de termijn voor de vaststelling van de in artikel 17, leden 1 en 2, bedoelde besluiten op te schorten of om de betalingen uit hoofde van de faciliteit voor herstel en veerkracht op te schorten.

Het in de eerste alinea bedoelde besluit tot opschorting van de betalingen is van toepassing op betalingsaanvragen die na de datum van het besluit tot opschorting worden ingediend.

De opschorting van de in artikel 17 bedoelde termijn is van toepassing met ingang van de dag volgende op de vaststelling van het in de eerste alinea bedoelde besluit. In geval van opschorting van betalingen is artikel 4, lid 3, van Verordening […/….] betreffende de bescherming van de begroting van de Unie in geval van fundamentele tekortkomingen op het gebied van de rechtsstaat in de lidstaten van toepassing.

2. Bij een positieve beoordeling door de Commissie overeenkomstig artikel 6 van Verordening […/….] betreffende de bescherming van de begroting van de Unie in geval van fundamentele tekortkomingen op het gebied van de rechtsstaat in de lidstaten stelt de Commissie bij uitvoeringshandeling een besluit vast tot opheffing van de in het vorige lid bedoelde opschorting van de termijn of van de betalingen.

De desbetreffende procedures of betalingen worden hervat op de dag volgende op de opheffing van de opschorting.

3. Wanneer de lidstaat in kwestie ondoelmatig gebruik maakt van de toegewezen middelen of in geval van tekortkomingen met betrekking tot de rechtsstaat, blijven de acties op regionaal en lokaal niveau die bijdragen tot het aanpakken van deze uitdagingen, voor de faciliteit in aanmerking komen.

Wijzigingsvoorstel 21

COM(2020) 408 final, artikel 10

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst	Wijzigingsvoorstel van het CvdR
Maximale financiële bijdrage	Maximale financiële bijdrage
Voor de toewijzing van het in artikel 5, lid 1, onder a), bedoelde bedrag wordt voor elke lidstaat een maximale financiële bijdrage berekend aan de hand van de in bijlage I beschreven methode, op basis van de bevolkingsomvang, de inverse van het bruto binnenlands product (bbp) per hoofd van de bevolking en het relatieve werkloosheidspercentage van elke lidstaat.	Voor de toewijzing van het in artikel 5, lid 1, onder a), bedoelde bedrag in de periode tot en met 31 december 2022 wordt voor elke lidstaat een maximale financiële bijdrage berekend aan de hand van de in bijlage I beschreven methode, op basis van de bevolkingsomvang, de negatieve impact van de gezondheidscrisis op het bruto binnenlands product (bbp) per hoofd van de bevolking en het werkloosheidspercentage van elke lidstaat.

Wijzigingsvoorstel 22

COM(2020) 408 final, artikel 11

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst	Wijzigingsvoorstel van het CvdR
Toewijzing van financiële bijdrage	Toewijzing van financiële bijdrage
1. Voor de periode tot en met 31 december 2022 stelt de Commissie overeenkomstig artikel 5, lid 1, onder a), 334 950 000 000 EUR beschikbaar voor toewijzing. Elke lidstaat kan tot zijn in artikel 10 bedoelde maximale financiële bijdrage aanvragen indienen voor de uitvoering van zijn plannen voor herstel en veerkracht .	1. Voor de periode tot en met 31 december 2022 stelt de Commissie overeenkomstig artikel 5, lid 1, onder a), 252 000 000 000 EUR beschikbaar voor toewijzing. Elke lidstaat kan tot zijn in artikel 10 bedoelde maximale financiële bijdrage aanvragen indienen voor de uitvoering van zijn plannen voor herstel.
2. Voor de periode die begint na 31 december 2022 en loopt tot en met 31 december 2024 kan de Commissie , voor zover financiële middelen beschikbaar zijn, in overeenstemming met het tijdschema van het Europees Semester oproepen tot het indienen van voorstellen organiseren . Daartoe maakt zij een indicatief tijdschema voor de in die periode te organiseren oproepen bekend en geeft zij bij elke oproep het voor toewijzing beschikbare bedrag aan. Elke lidstaat kan voorstellen voor de uitvoering van het plan voor herstel en veerkracht middelen te ontvangen tot het maximumbedrag dat overeenkomt met zijn toewijzingsaandeel in het voor toewijzing beschikbare bedrag als bedoeld in bijlage I.	2. Voor de periode die begint na 31 december 2022 en loopt tot en met 31 december 2024 zal de Commissie tegen 15 juni 2022 een herziening van de in bijlage I vastgestelde methode voorstellen met het oog op de verdeling van de nog beschikbare 108 000 000 000 EUR, daarbij rekening houdend met de territoriale, economische en sociale impact van de pandemie in de periode 2020-2021 op basis van geconsolideerde statistische gegevens .

Motivering

De toewijzing van eventueel nog beschikbare middelen zou niet mogen geschieden op basis van “oproepen tot het indienen van voorstellen”, maar op basis van op feitenmateriaal berustende statistische gegevens voor de periode 2020-2021.

Wijzigingsvoorstel 23

COM(2020) 408 final — artikel 14, lid 1

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

De lidstaten stellen nationale plannen voor herstel en veerkracht op ter verwezenlijking van de in artikel 4 genoemde doelstellingen. In deze plannen wordt de hervormings- en investeringsagenda van de betrokken lidstaat voor de volgende vier jaar vastgelegd. De plannen voor herstel en veerkracht die in aanmerking komen voor financiering uit hoofde van dit instrument, omvatten maatregelen voor de uitvoering van hervormingen en projecten voor overheidsinvesteringen door middel van een samenhangend pakket. Voor de opstelling van de plannen voor herstel en veerkracht kunnen de lidstaten gebruikmaken van het instrument voor technische ondersteuning, overeenkomstig Verordening XX/YYYY [tot vaststelling van het instrument voor technische ondersteuning]. Voor financiering door de faciliteit komen maatregelen in verband met de economische en sociale gevolgen van de COVID-19-pandemie in aanmerking die zijn genomen vanaf 1 februari 2020. Ten minste 40 % van het bedrag voor elk plan voor herstel en veerkracht draagt bij aan de mainstreaming van klimaat- en biodiversiteitsacties en aan doelstellingen voor ecologische duurzaamheid, in overeenstemming met de Europese Green Deal als Europese strategie voor duurzame groei en de omzetting van de toezeggingen van de Unie om de Overeenkomst van Parijs en de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling van de Verenigde Naties uit te voeren. De Commissie stelt door middel van een gedelegeerde handeling de relevante methodologie vast om de lidstaten te helpen aan dat vereiste te voldoen.

Elk plan voor herstel en veerkracht draagt bij aan het aanpakken van het risico op aantasting op lange termijn van de vooruitzichten op de arbeidsmarkt voor jongeren en van hun algehele welzijn, door middel van omvattende maatregelen op het gebied van werkgelegenheid, onderwijs en kwalificaties en oplossingen gericht op jongeren, in aansluiting op het toekomstgerichte karakter van het Europese herstelinstrument “Next Generation EU” en onder verwijzing naar het belang van de agendavoor digitale vaardigheden, de kindergarantie en de jongerengarantie, om te voorkomen dat jongeren een “lockdowngeneratie” worden.

Wijzigingsvoorstel 24

COM(2020) 408 final — artikel 15, lid 2

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst	Wijzigingsvoorstel van het CvdR
Het door de betrokken lidstaat voorgelegde plan voor herstel en veerkracht vormt een bijlage bij zijn nationale hervormingsprogramma en wordt uiterlijk op 30 april officieel ingediend. De lidstaat kan te rekenen vanaf 15 oktober van het voorgaande jaar een ontwerpplan indienen, samen met de ontwerpbegroting voor het daaropvolgende jaar.	Het door de betrokken lidstaat voorgelegde plan voor herstel wordt uiterlijk op 30 april officieel ingediend.

Motivering

De termijnen van het Europees Semester lenen zich er slecht toe om de plannen voor herstel en veerkracht als bijlagen bij de nationale hervormingsplannen op te vatten, laat staan om deze zes maanden van tevoren als ontwerpplan voor te leggen. De bevoegde autoriteiten moeten voor het presenteren van hun plannen over meer flexibiliteit en wendbaarheid beschikken.

Wijzigingsvoorstel 25

COM(2020) 408 final — artikel 15, lid 3, onder c)

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Het plan voor herstel en veerkracht wordt deugdelijk gemotiveerd en onderbouwd. Het bevat met name de volgende elementen:

[…]

Het plan voor herstel wordt deugdelijk gemotiveerd en onderbouwd. Het bevat met name de volgende elementen:

[…]

(c)	een toelichting over de wijze waarop de maatregelen in het plan naar verwachting zullen bijdragen tot de groene en de digitale transitie of zullen helpen om het hoofd te bieden aan de daaruit voortvloeiende uitdagingen;

(c)

een toelichting over de wijze waarop de maatregelen in het plan zullen bijdragen tot de verwezenlijking van de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling en naar verwachting zullen bijdragen tot de groene en de digitale transitie of zullen helpen om het hoofd te bieden aan de daaruit voortvloeiende uitdagingen;

Wijzigingsvoorstel 26

COM(2020) 408 final — artikel 15, (nieuw) lid 3

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

(d)

een gedetailleerde toelichting van de wijze waarop de maatregelen naar verwachting zullen waarborgen dat ten minste 40 % van het bedrag voor het plan voor herstel en veerkracht bijdraagt aan de mainstreaming van klimaat- en biodiversiteitsacties en aan doelstellingen voor ecologische duurzaamheid, op basis van de door de Commissie aangeleverde methodologie overeenkomstig artikel 14, lid 1;

Wijzigingsvoorstel 27

COM(2020) 408 final — artikel 15, (nieuw) lid 4

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Bij de opstelling van hun herstelplannen, en voor zover de te ondersteunen hervormingen en investeringen krachtens het nationaal recht onder de bevoegdheid van de lokale en regionale overheden vallen, stellen de lidstaten een mechanisme voor structurele samenwerking met de lokale en regionale overheden vast om ervoor te zorgen dat zij volwaardig bij de opstelling van de herstelplannen worden betrokken en dat het subsidiariteitsbeginsel in acht wordt genomen. De lidstaten nemen dit op in het herstelplan.

Motivering

Zie het wijzigingsvoorstel met betrekking tot overweging 21.

Wijzigingsvoorstel 28

COM(2020) 408 final — artikel 16, lid 3, onder b)

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

De Commissie beoordeelt het belang en de samenhang van het plan voor herstel en veerkracht en de bijdrage die het levert aan de groene en de digitale transitie, en neemt daarbij de volgende criteria in aanmerking:

[…]

(b)	of het plan maatregelen bevat die op doeltreffende wijze bijdragen tot de groene en de digitale transitie of die helpen om het hoofd te bieden aan de daaruit voortvloeiende uitdagingen;

(b)	of het plan maatregelen bevat die op doeltreffende wijze bijdragen tot de groene en de digitale transitie , tot de verwezenlijking van de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling, of die helpen om het hoofd te bieden aan de daaruit voortvloeiende uitdagingen;

Wijzigingsvoorstel 29

COM(2020) 408 final, artikel 20

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Artikel 20

Verslaglegging door de lidstaat in het kader van het Europees Semester

Artikel 20

Verslaglegging door de lidstaat in het kader van het Europees Semester

De betrokken lidstaat brengt in het kader van het Europees Semester op kwartaalbasis verslag uit over de vorderingen bij de verwezenlijking van de plannen voor herstel en veerkracht , met inbegrip van de in artikel 17, lid 6, bedoelde operationele regeling. Daartoe worden de kwartaal verslagen van de lidstaten op passende wijze in aanmerking genomen in de nationale hervormingsprogramma’s, die worden gebruikt als instrument om verslag uit te brengen over de vorderingen bij de voltooiing van de plannen voor herstel en veerkracht .

De betrokken lidstaat brengt halfjaarlijks verslag uit over de vorderingen bij de verwezenlijking van de plannen voor herstel, met inbegrip van de in artikel 17, lid 6, bedoelde operationele regeling. Daartoe worden de verslagen van de lidstaten op passende wijze in aanmerking genomen in de nationale hervormingsprogramma’s, die worden gebruikt als instrument om verslag uit te brengen over de vorderingen bij de voltooiing van de plannen voor herstel.

Motivering

Zie het wijzigingsvoorstel met betrekking tot overweging 33.

Wijzigingsvoorstel 30

COM(2020) 408 final — artikel 15, (nieuw) lid 22

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Scorebord voor herstel en veerkracht

1. De Commissie stelt een scorebord voor herstel en veerkracht op (het “scorebord”), waarin de stand van de uitvoering van de overeengekomen hervormingen en investeringen via de plannen voor herstel en veerkracht van elke lidstaat wordt weergegeven.

2. Het scorebord bevat belangrijke indicatoren, zoals sociale, economische en milieu-indicatoren, die de vooruitgang evalueren die is geboekt met de plannen voor herstel en veerkracht op elk van de prioritaire beleidsterreinen die het toepassingsgebied van deze verordening afbakenen, alsook een samenvatting van het monitoringproces met betrekking tot de naleving van het minimumaandeel van de uitgaven voor klimaat- en andere milieudoelstellingen.

3. Het scorebord vermeldt de mate waarin de relevante mijlpalen van de plannen voor herstel en veerkracht zijn verwezenlijkt en de vastgestelde tekortkomingen bij de uitvoering ervan, alsmede de aanbevelingen van de Commissie om de respectieve tekortkomingen aan te pakken.

4. Het scorebord geeft ook een samenvatting van de belangrijkste aanbevelingen aan de lidstaten met betrekking tot hun plannen voor herstel en veerkracht.

5. Het scorebord dient als basis voor een permanente uitwisseling van beste praktijken tussen de lidstaten, die zal plaatsvinden in de vorm van een gestructureerde dialoog die op regelmatige basis wordt georganiseerd.

6. Het scorebord wordt voortdurend bijgewerkt en is openbaar te raadplegen op de website van de Commissie. Het geeft de status van de betalingsaanvragen, betalingen, opschortingen en annuleringen van financiële bijdragen aan.

7. De Commissie presenteert het scorebord tijdens een door de bevoegde commissies van het Europees Parlement georganiseerde hoorzitting.

Motivering

De doeltreffendheid van de maatregelen moet meetbaar en transparant worden gemaakt.

Voorstel voor een verordening tot vaststelling van een instrument voor technische ondersteuning

Wijzigingsvoorstel 31

COM(2020) 409 final — overweging 4

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Op het niveau van de Unie dient het Europees Semester voor coördinatie van het economisch beleid als kader om nationale hervormingsprioriteiten te bepalen en de uitvoering ervan te monitoren. De lidstaten ontwikkelen hun eigen meerjarige investeringsstrategieën om deze hervormingsprioriteiten te ondersteunen. Deze strategieën worden naast de jaarlijkse nationale hervormingsprogramma’s ingediend om de prioriteiten die met nationale en/of EU-financiering moeten worden ondersteund, te schetsen en te coördineren. Zij moeten ook dienen om de financiering van de Unie op coherente wijze te gebruiken en met de financiële steun, met name uit programma’s die door de Unie in het kader van de structuurfondsen en het Cohesiefonds worden ondersteund en uit andere programma’s, zo veel mogelijk toegevoegde waarde te creëren.

Op het niveau van de Unie dient het Europees Semester voor coördinatie van het economisch beleid (“Europees Semester”), met inbegrip van de beginselen van de Europese pijler van sociale rechten en de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling, als kader om nationale hervormingsprioriteiten te bepalen en de uitvoering ervan te monitoren. De lidstaten ontwikkelen hun eigen meerjarige investeringsstrategieën om deze hervormingsprioriteiten te ondersteunen , in samenwerking met de lokale en regionale overheden overeenkomstig hun bevoegdheden . Deze strategieën worden naast de jaarlijkse nationale hervormingsprogramma’s ingediend om de prioriteiten die met nationale en/of EU-financiering moeten worden ondersteund, te schetsen en te coördineren. Zij moeten ook dienen om de financiering van de Unie op coherente wijze te gebruiken en met de financiële steun, met name uit programma’s die door de Unie in het kader van de structuurfondsen en het Cohesiefonds , het herstelfonds, het InvestEU-programma en uit andere programma’s worden ondersteund, zo veel mogelijk toegevoegde waarde te creëren.

Motivering

De inhoud van deze paragraaf dient gelijkgeschakeld te worden met die in het voorstel voor een verordening en het interinstitutioneel akkoord inzake het InvestEU-programma, en met het voorstel inzake de “faciliteit voor herstel en veerkracht”, met inbegrip van de erkenning van de rol van de lokale en regionale overheden in het Europees Semester. Ook dient eraan te worden herinnerd dat de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling in het Europees Semester moeten worden geïntegreerd.

Wijzigingsvoorstel 32

COM(2020) 409 final — overweging 8

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

De algemene doelstelling van het instrument voor technische ondersteuning moet zijn de economische, sociale en territoriale samenhang van de Unie te bevorderen door de lidstaten te ondersteunen bij hun inspanningen om de hervormingen door te voeren die nodig zijn voor economisch en sociaal herstel, veerkracht en convergentie. Daartoe moet het de lidstaten ondersteunen bij het versterken van hun administratieve capaciteit om het recht van de Unie uit te voeren met betrekking tot de uitdagingen waarmee instellingen, bestuur, overheidsdiensten en economische en sociale sectoren worden geconfronteerd.

De algemene doelstelling van het instrument voor technische ondersteuning moet zijn de economische, sociale en territoriale samenhang van de Unie te bevorderen door de lidstaten en de lokale en regionale overheden te ondersteunen bij hun inspanningen om de hervormingen door te voeren die nodig zijn voor economisch en sociaal herstel, veerkracht en convergentie. Daartoe moet het de lidstaten en de lokale en regionale overheden ondersteunen bij het versterken van hun administratieve capaciteit om het recht van de Unie uit te voeren met betrekking tot de uitdagingen waarmee instellingen, bestuur, overheidsdiensten en economische en sociale sectoren worden geconfronteerd.

Motivering

Er moet worden gezorgd voor samenhang met artikelen 2 en 4 van het voorstel voor een verordening, waarin staat dat het instrument als doelstelling heeft alle openbare autoriteiten van de lidstaten te ondersteunen, met inbegrip van die op regionaal en lokaal niveau, die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van een belangrijk deel van het Unierecht, meer dan de helft van de overheidsinvesteringen en een derde van de totale overheidsuitgaven.

Wijzigingsvoorstel 33

COM(2020) 409 final — overweging 10

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Om de lidstaten te helpen bij het aanpakken van de hervormingsbehoeften op alle belangrijke economische en maatschappelijke gebieden, moet de Commissie aan lidstaten die daarom verzoeken ondersteuning blijven verlenen op een breed scala van beleidsterreinen, waaronder gebieden die verband houden met het beheer van de overheidsfinanciën en -activa, institutionele en administratieve hervormingen, het ondernemingsklimaat, de financiële sector, de markten voor producten, diensten en arbeid, onderwijs en opleiding, duurzame ontwikkeling, volksgezondheid en maatschappelijk welzijn. Bijzondere nadruk moet worden gelegd op acties die de groene en digitale transitie bevorderen.

De Commissie moet een nationale autoriteit die daarom verzoekt ondersteuning blijven verlenen op terreinen waarop de doelstellingen van het EU-Verdrag verwezenlijkt moeten worden en die verband houden met het beheer van de overheidsfinanciën en -activa, institutionele en administratieve hervormingen, het ondernemingsklimaat, de financiële sector, de markten voor lokale producten, diensten en arbeid, onderwijs en opleiding, duurzame ontwikkeling, volksgezondheid, maatschappelijk welzijn en gelijkheid van vrouwen en mannen . Bijzondere nadruk moet worden gelegd op acties die de groene en digitale transitie bevorderen , met bijzondere aandacht voor het verkleinen van de digitale kloof ten nadele van vrouwen .

Motivering

Hiermee wordt voor samenhang gezorgd met de wetgevingswijzigingsvoorstellen m.b.t artikelen 2 en 4. Zie het wijzigingsvoorstel met betrekking tot overweging 8.

Wijzigingsvoorstel 34

COM(2020) 409 final — artikel 2, lid 1

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

“technische ondersteuning”: maatregelen die de lidstaten helpen bij het uitvoeren van institutionele, administratieve en groeiondersteunende en veerkrachtsbevorderende hervormingen;

“technische ondersteuning”: maatregelen die de nationale, regionale en lokale autoriteiten helpen bij het uitvoeren van institutionele en administratieve hervormingen en hervormingen ter bevordering van duurzame groei, cohesie en veerkracht. Om in aanmerking te komen voor het instrument voor technische ondersteuning dienen deze hervormingen aan de volgende criteria te voldoen:

i)	noodzakelijk zijn voor het bereiken van de doelstellingen van het EU-Verdrag;

ii)	bijdragen aan convergentie en aan het verkleinen van de regionale verschillen in de geest van de rechtsgrondslag van de verordening, artikel 175 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; en

iii)	investeringen kunnen vrijmaken en daardoor kunnen zorgen voor duurzame en inclusieve groei op lange termijn in overeenstemming met de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling.

Motivering

Samenhang met artikel 2, onder 2) en artikel 4 wat betreft de entiteiten waarvoor het instrument is bedoeld en met de artikelen 3, 4 en 5 wat betreft de doelstelling van de hervormingen.

Wijzigingsvoorstel 35

COM(2020) 409 final, artikel 3

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

De algemene doelstelling van het instrument is de bevordering van de economische, sociale en territoriale samenhang van de Unie door de lidstaten te ondersteunen bij hun inspanningen om de hervormingen door te voeren die nodig zijn voor economisch en sociaal herstel, veerkracht en opwaartse economische en sociale convergentie en ter versterking van hun administratieve capaciteit voor de uitvoering van het recht van de Unie met betrekking tot de uitdagingen voor instellingen, bestuur, overheidsdiensten en economische en sociale sectoren.

De algemene doelstelling van het instrument is de bevordering van de economische, sociale en territoriale samenhang van de Unie door de lidstaten en de lokale en regionale overheden te ondersteunen bij hun inspanningen om de hervormingen door te voeren die nodig zijn voor economisch en sociaal herstel, veerkracht en opwaartse economische en sociale convergentie en ter versterking van hun administratieve capaciteit voor de uitvoering van het recht van de Unie met betrekking tot de uitdagingen voor instellingen, bestuur, overheidsdiensten en economische en sociale sectoren.

Wijzigingsvoorstel 36

COM(2020) 409 final, artikel 5(e)

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

beleid voor de uitvoering van de digitale en groene transities, oplossingen op het gebied van e-overheid, elektronische aanbestedingen, connectiviteit, gegevenstoegang en -governance, e-leren, het gebruik van oplossingen op basis van kunstmatige intelligentie, de milieupijler van duurzame ontwikkeling en milieubescherming, klimaatactie, mobiliteit, de bevordering van de circulaire economie, energie- en hulpbronnenefficiëntie, hernieuwbare energiebronnen, het bereiken van energiediversificatie en het waarborgen van de energiezekerheid, en voor de landbouwsector, de bescherming van de bodem en de biodiversiteit, de visserij en de duurzame ontwikkeling van plattelandsgebieden; als

beleid voor de uitvoering van de digitale en groene transities, oplossingen op het gebied van e-overheid, elektronische aanbestedingen, connectiviteit, gegevenstoegang en -governance, e-leren, het gebruik van oplossingen op basis van kunstmatige intelligentie, de milieupijler van duurzame ontwikkeling en milieubescherming, klimaatactie, mobiliteit, de bevordering van de circulaire economie, de integrale watercyclus, energie- en hulpbronnenefficiëntie, hernieuwbare energiebronnen, het bereiken van energiediversificatie en het waarborgen van de energiezekerheid, en voor de landbouwsector, de bescherming van de bodem en de biodiversiteit, de visserij en de duurzame ontwikkeling van plattelandsgebieden, en

Motivering

Aangezien water een basishulpbron is, is de watersector een strategische basissector voor het welzijn van de burgers en voor de Europese economie. Bovendien betreft het een economische sector die duurzame en hoogwaardige werkgelegenheid biedt. Het gebruik van hernieuwbare energie is een fundamentele doelstelling in de strijd tegen de klimaatverandering.

Wijzigingsvoorstel 37

COM(2020) 409 final, artikel 8

Door de Europese Commissie voorgestelde tekst

Wijzigingsvoorstel van het CvdR

1. Een lidstaat die technische ondersteuning wenst te ontvangen in het kader van het instrument dient daartoe bij de Commissie een verzoek om technische ondersteuning in, waarin hij de beleidsgebieden en prioriteiten voor de steun aanduidt die binnen het in artikel 5 vermelde toepassingsgebied vallen. Die verzoeken worden uiterlijk op 31 oktober van een kalenderjaar ingediend. De Commissie kan richtsnoeren verstrekken voor de belangrijkste elementen die in een verzoek om ondersteuning moeten worden genoemd.

1. Een nationale, regionale of lokale autoriteit die technische ondersteuning wenst te ontvangen in het kader van het instrument dient daartoe bij de Commissie een verzoek om technische ondersteuning in, waarin zijde beleidsgebieden en prioriteiten voor de steun aanduidt die binnen het in artikel 5 vermelde toepassingsgebied vallen. Die verzoeken worden uiterlijk op 31 oktober van een kalenderjaar ingediend. De Commissie kan richtsnoeren verstrekken voor de belangrijkste elementen die in een verzoek om ondersteuning moeten worden genoemd.

2. De lidstaten kunnen in de volgende omstandigheden een verzoek om technische ondersteuning indienen:

2. De nationale, regionale of lokale autoriteiten kunnen in de volgende omstandigheden een verzoek om technische ondersteuning indienen:

(a)	de uitvoering van hervormingen door lidstaten op eigen initiatief, met name ter ondersteuning van herstel [overeenkomstig Verordening (EU) nr. YYY/XX], en om duurzame economische groei en werkgelegenheid te creëren en de veerkracht te vergroten;

[…]

(a)	de uitvoering van hervormingen door nationale, regionale of lokale autoriteiten op eigen initiatief, met name ter ondersteuning van herstel [overeenkomstig Verordening (EU) nr. YYY/XX], en om duurzame economische groei en werkgelegenheid te creëren en de veerkracht te vergroten;

[…]

II. BELEIDSAANBEVELINGEN

HET EUROPEES COMITÉ VAN DE REGIO’S,

Met betrekking tot de zogenaamde “faciliteit voor herstel en veerkracht”

is ermee ingenomen dat de budgettaire omvang van dit nieuwe instrument, ter waarde van 360 miljard EUR aan subsidies en 312,5 miljard aan leningen in de periode tot eind 2024, een macro-economische reactie biedt die is toegesneden op de huidige situatie, waarin de EU-economie in 2020 een recordkrimp van naar verwachting 8,3 % te zien zal geven (1). Het CvdR is ook te spreken over het in het voorstel gevonden evenwicht tussen subsidies en leningen. Het risico dat de sociaal-economische verschillen nog groter worden, rechtvaardigt een snelle goedkeuring en uitvoering van het “herstelplan voor Europa” en van de EU-begroting voor de periode na 2020, reeds vanaf dit najaar.

Het CvdR benadrukt dat de rechtsgrondslag van het voorstel (artikel 175 VWEU) betrekking heeft op de cohesiedoelstelling en is verontrust over de zwakke territoriale dimensie van het voorstel van de Commissie, terwijl de sociale en economische gevolgen van de coronacrisis zowel tussen als binnen de lidstaten ongelijk verdeeld zijn: ten eerste omdat de gevolgen voor gezondheidsstelsels en mensen regionaal sterk uiteenlopen en de gezondheidszorgcapaciteit ongelijk verdeeld is; ten tweede omdat de preventiemaatregelen in de strijd tegen het coronavirus ook variëren qua duur en qua strengheid, afhankelijk van de regionale gezondheidssituatie; en ten derde omdat bepaalde economische sectoren onevenredig zwaar getroffen zijn en de sociaal-economische gevolgen op lokaal en regionaal niveau dus afhankelijk zijn van de belangrijkste sectoren in een bepaalde regio, hoe de werkgelegenheid is samengesteld en hoe groot de blootstelling aan de mondiale waardeketens is. Zonder specifieke verzachtende maatregelen zal de coronacrisis er dus waarschijnlijk toe leiden dat regionale verschillen, tussen of binnen lidstaten, ontstaan of groter worden. Cohesie en solidariteit moeten in het middelpunt van onze investeringsprioriteiten staan.

Het CvdR waarschuwt ervoor dat het Europees Semester als governancemechanisme voor het fonds (de zogenaamde “faciliteit”) een gecentraliseerde en top-downoperatie blijft die niet geschikt is voor een instrument dat de economische, sociale en territoriale samenhang moet versterken. Het herhaalt daarom zijn voorstel voor een gedragscode voor de inbreng van de lokale en regionale overheden in het kader van het Europees Semester (2). Deze gedragscode is urgenter en noodzakelijker dan ooit om het Europees Semester transparanter, inclusiever en democratischer maar ook doeltreffender te maken door de lokale en regionale overheden erbij te betrekken.

De specifieke herstelmaatregelen in het kader van het Next Generation EU-programma bieden een kans voor alle gebieden, met name die welke het zwaarst door de economische crisis als gevolg van de COVID-19-pandemie zijn getroffen, om hun economisch model te moderniseren en productiever en veerkrachtiger te maken. Het CvdR betreurt echter dat de verdeelsleutel die is voorgesteld voor de eerste schijf van de toegezegde bedragen (70 %), in de vorm van overdrachten uit het herstelfonds, gebaseerd is op sociaal-economische indicatoren die betrekking hebben op de situatie vóór de gezondheidscrisis, en geen rekening houdt met de impact van de pandemie op die indicatoren, aangezien de economische gevolgen van de pandemie van meet af aan asymmetrisch zijn geweest.-

Opgemerkt zij dat de economische crisis zich voordoet op een moment dat veel belangrijke industriële sectoren al voor grote uitdagingen staan ten gevolge van de digitale en ecologische transformatie. Met het oog op verandering mag de EU niet bij de wereldwijde innovatieconcurrentie achterblijven. Dit vereist aanzienlijke investeringen in onderzoek en ontwikkeling en in (bij)scholing; de faciliteit voor herstel en veerkracht moet ook worden gebruikt om deze investeringen mogelijk te maken.

Het dringt er bijgevolg op aan dat de lokale en regionale overheden bij de opstelling van de herstelplannen worden betrokken door middel van structurele samenwerking met de lidstaten, voor zover de te ondersteunen hervormingen en investeringen onder de bevoegdheid van de lokale en regionale overheden vallen, en met inachtneming van het nationale rechtskader voor de bevoegdheidsverdeling tussen de bestuursniveaus. Het Comité spoort de Commissie aan om, in overleg met het CvdR, reeds in het najaar van 2020 met richtsnoeren hiervoor te komen. Van zijn kant verbindt het CvdR zich ertoe om de uitvoering van de herstelplannen in de regio’s tweejaarlijks te evalueren.

Verder is het van mening dat de termijnen van het Europees Semester zich er zich slecht toe lenen om de herstelplannen als bijlagen bij de nationale hervormingsprogramma’s op te vatten, laat staan om deze plannen zes maanden van tevoren als ontwerpplan voor te leggen. De bevoegde autoriteiten moeten voor het presenteren van hun plannen over meer flexibiliteit en wendbaarheid beschikken.

Het CvdR neemt kennis van de gelijktijdige publicatie door de Commissie, op 17 september 2020, van richtsnoeren voor de plannen voor herstel en veerkracht (3) en van de jaarlijkse strategie voor duurzame groei (“Annual Sustainable Growth Strategy”, ASGS). Het wijst in dit verband op het volgende:

—	de Commissie lijkt nu voor te stellen om de nationale plannen voor herstel en veerkracht te combineren met de nationale hervormingsprogramma’s, en niet langer van plan te zijn om landspecifieke aanbevelingen te formuleren;

—

de Commissie verzoekt de lidstaten weliswaar om het institutionele karakter van hun respectieve plannen voor herstel en veerkracht te beschrijven, alsook de rol van hun nationale/regionale parlementen, andere regionale/lokale overheden en nationale adviesorganen zoals nationale begrotingsraden en nationale productiviteitsraden in het besluitvormingsproces dat leidt tot de goedkeuring/indiening van de plannen voor herstel en veerkracht, maar er worden geen eisen gesteld wat betreft de manier waarop lokale en regionale overheden bij de voorbereiding ervan moeten worden betrokken;

—	de territoriale dimensie lijkt geen programmatische prioriteit in deze documenten;

—

de Commissie presenteert zeven vlaggenschipinitiatieven (4) waarin de plannen voor herstel en veerkracht dienen te worden ingebed. Deze vlaggenschipinitiatieven kunnen een extra keurslijf zijn voor de strategische planning van de plannen voor herstel en veerkracht. Bovendien heeft geen van deze zeven vlaggenschipinitiatieven betrekking op de sociale cohesie, die nochtans door de COVID-19-pandemie is aangetast.

Het CvdR stelt voor om samen met de Europese Commissie een “Forum voor herstel en veerkracht” te organiseren om de betrokkenheid van de lokale en regionale overheden bij het herstelplan te versterken en om de bijdrage van dit plan aan de cohesie en aan de groene en de digitale transitie te evalueren.

Het CvdR wijst er ten slotte op dat de lokale en regionale overheden verantwoordelijk zijn voor meer dan de helft van de overheidsinvesteringen in de EU — een groot deel daarvan in belangrijke sectoren zoals gezondheidszorg, onderwijs, maatschappelijke dienstverlening, huisvesting, vervoer of toerisme — en dat het bijgevolg volkomen onzinnig zou zijn als zij niet zouden kunnen profiteren van deze steun voor overheidsinvesteringen, waarin zeker in crisistijden grote behoefte is. In het afgelopen decennium zijn immers reeds de schadelijke procyclische gevolgen van bezuinigingen op overheidsinvesteringen gebleken, die maar al te vaak worden gebruikt om budgettaire beperkingen op te vangen.

10.

Het voorgestelde instrument moet het klimaatbeleid ondersteunen, en het CvdR is van mening dat in het kader van de herstelplannen het percentage uitgaven die het klimaatbeleid ondersteunen tot minstens 40 % moet worden opgetrokken om de Europese Unie in staat te stellen haar klimaattoezeggingen na te komen. Bovendien zouden alle doelstellingen voor duurzame ontwikkeling als strategisch planningskader in het voorstel van de Commissie moeten worden opgenomen.

11.

Het CvdR verzet zich tegen de mogelijkheid om middelen uit de structuur- en investeringsfondsen naar het fonds voor herstel en veerkracht over te schrijven (artikel 6), omdat dit gepaard gaat met een risico op hercentralisering en een risico dat het beheer van de structuur- en investeringsfondsen volgens het partnerschapsbeginsel op losse schroeven wordt gezet.

12.

Het beschouwt de macro-economische conditionaliteit als een nuttige maatregel om ervoor te zorgen dat de EU-middelen in de lidstaten doelgericht worden gebruikt.

13.

Het CvdR herhaalt zijn oproep om duidelijk te definiëren welke hervormingen in aanmerking komen voor steun uit het “herstelfonds” en/of het instrument voor technische ondersteuning, met inachtneming van het subsidiariteitsbeginsel, en daarbij te stellen dat zij aan de volgende criteria moeten voldoen:

i.	relevant zijn voor de verwezenlijking van de doelstellingen van het EU-Verdrag;

ii.	bijdragen aan convergentie en aan het verkleinen van de regionale verschillen in de geest van de rechtsgrondslag van artikel 175 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU);

iii.	in staat zijn om investeringen aan te zwengelen en om duurzame langetermijngroei te stimuleren, in overeenstemming met de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling.

14.

Om het “fonds” voor herstel en veerkracht uit te voeren, hebben de lokale en regionale overheden die projecten beheren behoefte aan een stabiel rechtskader inzake staatssteun op Europees en nationaal niveau. Zij moeten met name weten of het Europese kader voor staatssteun op ad-hocbasis zal worden aangepast om rekening te houden met het grotere volume steun en om garanties te krijgen inzake de verantwoordelijkheden en de termijnen voor de aanmelding van steun.

15.

Het wijst erop dat de term “faciliteit” te technocratisch overkomt, onbegrijpelijk is voor leken en dubbelzinnig is in een aantal officiële EU-talen, en daardoor op het decentrale niveau de communicatie bemoeilijkt over wat de EU doet om het herstel en de veerkracht te bevorderen. Het stelt daarom voor om de term “faciliteit” te vervangen door “fonds”.

Met betrekking tot het instrument voor technische ondersteuning

16.

Het CvdR is ingenomen met het door de Commissie ingediende voorstel voor een verordening tot vaststelling van een instrument voor technische ondersteuning, dat kan bijdragen tot de versterking van de administratieve capaciteit van overheden en dus tot een betere uitvoering van de hervormingen en een doeltreffender overheidsbeheer.

17.

Het is er sterk over te spreken dat het instrument niet alleen voor nationale overheden is bedoeld, maar ook voor lokale en regionale overheden, zoals in artikel 2 van het voorstel is vermeld.

18.

Het voorstel voor een verordening moet echter worden verduidelijkt en samenhangender worden gemaakt, met name wat betreft artikel 8 inzake verzoeken om technische ondersteuning, waar moet komen te staan dat het verzoek moet uitgaan van een nationale autoriteit in de zin van artikel 2, en niet alleen van een lidstaat.

Brussel, 14 oktober 2020.

De voorzitter van het Europees Comité van de Regio's

Apostolos TZITZIKOSTAS

(1) Zie het verslag van de Europese Rekenkamer hieromtrent (2 juli 2020).

https://www.eca.europa.eu/Lists/ECADocuments/RW20_01/RW_Tracking_climate_spending_NL.pdf

(1) Economische voorjaarsprognose van de Europese Commissie (juli 2020): https://ec.europa.eu/info/sites/info/files/economy-finance/ip132_en.pdf

(2) CvdR-advies over verbetering van de governance van het Europees Semester: een gedragscode voor de inbreng van de lokale en regionale overheden — Rapporteur Rob JONKMAN (NL/CRE), goedgekeurd op 11 mei 2017. Ref.: COR-2016-05386 (PB C 306 van 15.9.2017, blz. 24).

(3) In dit stadium alleen in het Engels beschikbaar.

(4) Schone technologieën en hernieuwbare energie; energie-efficiëntie van het gebouwenbestand; innovatieve mobiliteit; connectiviteit (5G, glasvezel); modernisering van de overheid; ontwikkeling van een Europese cloud voor industriële gegevens en krachtige microprocessors; digitalisering van onderwijsstelsels en ontwikkeling van digitale vaardigheden.