16.10.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 374/8


Kennisgeving aan de personen die onderworpen zijn aan de beperkende maatregelen van Besluit (GBVB) 2016/1693 van de Raad, als gewijzigd bij Besluit (GBVB) 2018/1540 van de Raad, en van Verordening (EU) 2016/1686 van de Raad, als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1539 van de Raad, betreffende beperkende maatregelen tegen ISIS (Da'esh) en Al Qaida en daarmee verbonden personen, groepen, ondernemingen en entiteiten

(2018/C 374/02)

De volgende informatie wordt ter kennis gebracht van de personen die voorkomen in de lijst in de bijlage bij Besluit (GBVB) 2016/1693 van de Raad (1), als gewijzigd bij Besluit (GBVB) 2018/1540 van de Raad (2), en in bijlage I bij Verordening (EU) 2016/1686 van de Raad (3), als uitgevoerd bij Uitvoeringsverordening (EU) 2018/1539 van de Raad (4), betreffende beperkende maatregelen tegen ISIS (Da'esh) en Al Qaida en daarmee verbonden personen, groepen, ondernemingen en entiteiten.

De Raad van de Europese Unie heeft besloten dat die personen moeten worden toegevoegd aan de lijst van personen, groepen, ondernemingen en entiteiten waarop de beperkende maatregelen van Besluit (GBVB) 2016/1693 van de Raad en Verordening (EU) 2016/1686 van de Raad van toepassing zijn.

De betrokken personen worden erop geattendeerd dat zij bij de in bijlage II bij Verordening (EU) 2016/1686 vermelde bevoegde instanties van de betrokken lidstaat of lidstaten een machtiging tot het gebruik van bevroren tegoeden voor essentiële behoeften of specifieke betalingen kunnen aanvragen (zie artikel 5 van die verordening).

De betrokken personen kunnen de Raad verzoeken hun motivering om hen op bovengenoemde lijst te plaatsen, mede te delen. Dit verzoek dient aan het volgende adres te worden gericht:

Raad van de Europese Unie

Secretariaat-generaal

DG RELEX 1C

Wetstraat 175

1048 Brussel

BELGIË

E-mail: sanctions@consilium.europa.eu

De betrokken personen kunnen te allen tijde, onder overlegging van eventuele bewijsstukken, de Raad verzoeken het besluit om hen op bovengenoemde lijst te plaatsen, te heroverwegen; dat verzoek dient aan bovengenoemd adres te worden gericht. In dat verband worden de betrokken personen geattendeerd op de regelmatige evaluatie van de lijst door de Raad overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Besluit (GBVB) 2016/1693 en artikel 4, lid 4, van Verordening (EU) 2016/1686. Om bij de volgende evaluatie te kunnen worden behandeld, dienen verzoeken uiterlijk op 20 augustus 2019 te worden ingediend.

Tevens worden de betrokken personen erop geattendeerd dat zij tegen het besluit van de Raad beroep kunnen instellen bij het Gerecht van de Europese Unie, overeenkomstig de voorwaarden die zijn neergelegd in artikel 275, tweede alinea, en artikel 263, vierde en zesde alinea, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.


(1)  PB L 255 van 21.9.2016, blz. 25.

(2)  PB L I 257 van 15.10.2018, blz. 3.

(3)  PB L 255 van 21.9.2016, blz. 1.

(4)  PB L I 257 van 15.10.2018, blz. 1.