Er zijn drie beleidsopties voor de Europese Arbeidsautoriteit in overweging genomen, in opklimmende volgorde van ambitie: 1) een ondersteuningsoptie, 2) een operationele optie en 3) een toezichtsoptie. Elke optie omvat de volgende taken die een Europese Arbeidsautoriteit kan uitvoeren:
-arbeidsmobiliteitsdiensten voor personen en bedrijven;
-samenwerking en uitwisseling van informatie tussen nationale instanties;
-ondersteuning voor gemeenschappelijke inspecties;
-analysen en risicobeoordelingen met betrekking tot de arbeidsmarkt;
-ondersteuning van capaciteitsopbouw;
-bemiddeling tussen nationale instanties;
-bevordering van de samenwerking tussen relevante belanghebbenden bij grensoverschrijdende verstoringen van de arbeidsmarkt.
Wat de uitvoering betreft, zijn de volgende opties overwogen:
-1) de oprichting van een Europees netwerk voor de coördinatie van de bestaande organen op het gebied van arbeidsmobiliteit in de EU, waarbij de Commissie nieuwe operationele taken op zich neemt; 2)
-de oprichting van een nieuwe Europese Arbeidsautoriteit, die operationele taken uitvoert en voortbouwt op de bestaande organen op het gebied van arbeidsmobiliteit;
-3) de oprichting van een nieuwe Europese Arbeidsautoriteit, die voortbouwt op een bestaand EU-agentschap op het gebied van werkgelegenheid.
De voorkeursoptie is een combinatie van de operationele beleidsoptie (2) uitgevoerd via een nieuwe Europese Arbeidsautoriteit (2). Deze benadering stelt de Commissie in staat het beleid in eigen handen en die van de lidstaten te houden, zoals momenteel het geval is, en daarmee aan de doctrine van niet-delegatie te voldoen.
Met de operationele beleidsoptie kan het best een evenwicht worden bereikt bij de verwezenlijking van de doelstellingen, waarbij positieve effecten voor de nationale autoriteiten, werknemers en bedrijven worden gegenereerd zonder dat dit veel hogere kosten met zich meebrengt. Deze optie kan ook op sterke steun van de belanghebbenden rekenen. De uitvoeringsoptie, namelijk de oprichting van een nieuwe Europese Arbeidsautoriteit, die voortbouwt op de bestaande mobiliteitsorganen op EU-niveau, combineert doeltreffendheid in het uitvoeren van de operationele taken met de ondersteuning van de activiteiten van de bestaande EU-organen. Op die manier worden de activiteiten op evenredige wijze gerationaliseerd met inachtneming van het subsidiariteitsbeginsel, twee bezorgdheden die door de belanghebbenden waren geuit.
Om een nieuw agentschap op te richten, is een wetgevingsinstrument (verordening) vereist.
|